Het leek me een goed idee: een essay schrijven over de
problematiek die ons land (België) al een tijdje bezig houdt en die na de
verkiezingen van 25 mei 2014 alleen maar nóg prangender zal worden. Hoe zorg je
ervoor dat we niet in de totale bestuurloosheid belanden? Wat bindt ons nog?
Wat is het koppelteken tussen Vlaanderen en Wallonië, en dan meer bepaald
tussen de twee grootste politieke krachten in dit land: de
rechts-nationalistische N-VA in het noorden en de links-internationalistische PS
in het zuiden.
Een Nederlandstalige titel kon ik niet zo onmiddellijk uit
mijn pen toveren. Dus kwam ik uit bij het Frans, wat ik nogal aanlokkelijk vond
omwille van het provocerende karakter ervan. Zo kwam ik, met een beetje hulp
van monsieur Proust, uit bij ‘A la
recherche du trait d’union’. Op zoek naar het koppelteken. Geef toe dat het
Frans mooier klinkt dan het Nederlandse equivalent.
Begin dit jaar stuurde ik de tekst door naar één van onze
kwaliteitskranten, met het aanbod om de zesdelige reeks op de opiniepagina’s te
laten verschijnen. Na drie weken wachten, aandringen, nagelbijten, was het
verdict uiteindelijk dat het goed geschreven was, maar dat er te weinig
originele ideeën in zitten. Dan maar doorgestuurd naar een andere
kwaliteitskrant, waar men na twee weken nog altijd niet de tijd heeft gevonden
om de tekst te lezen.
Ach ja, ik behoor niet tot het kringetje van the usual suspects, ik heb geen
voorrang. Dus publiceer ik ‘A la recherche du trait d’union’ maar op deze plek,
op mijn eigen blog, omdat ik nog altijd – in alle onbescheidenheid – vind dat
deze teksten waardevol en interessant zijn. Maar goed, oordeelt u vooral zelf.
Vaste bezoekers van maandans.frankvanlaeken.eu zullen
misschien vaststellen dat sommige uitgangspunten en zelfs hele flarden tekst
hen bekend voor komen. Dat klopt: een aantal ideeën heb ik hier eerder al
neergeschreven. Dit is de verbeterde, aangepaste, vervolledigde versie van de
blogposts van een tijdje geleden.
In deel 1 (maandag) zal ik het hebben over de polarisatie.
2012 was voor mij het Jaar van de Polarisatie, 2013 gaat gewoon verder op die
ingeslagen weg. De geesten zijn niet nader tot elkaar gekomen, toenadering
klinkt voor de betrokkenen eerder als een vloek dan als een zegen. Met de
verkiezingen van 25 mei 2014 stilaan zichtbaar aan de einder, vrees ik dat het
polariseren nog maar goed en wel begonnen is.
In deel 2 (dinsdag) vergelijk ik Barack Obama en Bart De
Wever in hun communicatie. Je ziet het opvallende verschil tussen iemand die including praat (Obama) en iemand die
dat excluding doet (De Wever).
Oftewel: the Great vs. the Small
Communicator.
Deel 3 (woensdag) focust op de noodzaak van aanvaarding bij
de andere partijen en dan vooral de linkerzijde. Ik haal een standaardwerk van
de Zwitsers-Amerikaanse psychiater Elisabeth Kübler-Ross uit de kast, over
rouwverwerking. Interessante lectuur voor wie maar geen afscheid kan nemen.
In deel 4 (donderdag) speel ik opnieuw een ploat die ik onmiddellijk na de
verkiezingen al oplegde: schaf die verdomde stemplicht af! Ik ben er namelijk
van overtuigd dat de stemplicht tot
gevolg heeft dat heel wat ongeïnteresseerde, ongemotiveerde en ronduit balorige
kiezers hun stem uitbrengen zonder na te denken. Met alle gevolgen vandien.
De Koude Oorlog, daar gaat het over in deel 5 (vrijdag). Ik
trek een parallel tussen de bittere en jarenlange machtsstrijd tussen het
westen en het oostblok enerzijds, en de N-VA en de andere partijen in ons land
anderzijds. Wil men ooit tot akkoorden komen, dan zal er iemand de aanzet
moeten geven tot ontwapenen. Wie durft?
Het slothoofdstuk, deel 6 (zaterdag), gaat op zoek naar wat
de politieke partijen nog verbindt in dit land. Welke koppeltekens plaatsen we?
Hoe zorgen we ervoor dat onze democratie zichzelf overleeft? Links en rechts
zijn op elkaar aangewezen, want het zal niet overal even eenvoudig zijn als in
Antwerpen om coalities te vormen. Over anderhalf jaar zal iémand het initiatief
moeten nemen. Dan kun je maar beter nu al on
speaking terms zijn, want dit land (of dat nu België of Vlaanderen heet)
kan het zich echt niet permitteren om opnieuw 541 dagen te moeten wachten op de
vorming van een regering.
Ik dank u nu al van harte om deze korte krokustrip met mij
te maken. Tot morgen.