Blog Image

Maandans

It's a marvelous night for a moondance!

Meningen over actuele gebeurtenissen. Of oude teksten "revisited". Startend vanuit een persoonlijke nood om gehoord/gelezen te worden. Een beetje pretentieus, misschien, in de hoop zo een discussie aan te zwengelen. Of toch op zijn minst tot nadenken te stemmen. Leuk tijdverdrijf mag ook, natuurlijk. O ja, de naam "Maandans" is de letterlijke vertaling van "Moondance", een management-boekingkantoor voor jonge Belgische rockbands dat ik eind jaren tachtig had, maar vooral: een heerlijk swingend nummer van een toen nog piepjonge Van Morrison, één van mijn favoriete artiesten. Kom ook eens langs op Twitter: @FrankVanLaeken of op mijn website: www.frankvanlaeken.eu

Weg met deze VRT, leve de openbare omroep!

Journalistiek, Radio en Televisie Posted on za, januari 18, 2025 12:17:48

‘Waarom zou de Vlaamse overheid nog 260 miljoen euro per jaar in onze naam uitgeven, als de nieuwsdienst niet excellent is, en we het beste amusement gratis bij commerciële zenders krijgen? Ik krijg dat niet meer uitgelegd. Maar spreek mij vooral tegen. Ik zal niet in tranen uitbarsten, beloofd.’

Zo beëindigde senior writer Joël De Ceulaer vorig weekend een bijdrage over de openbare omroep in Zeno, de zaterdagbijlage bij De Morgen. Het is die ‘spreek mij vooral tegen’ die mij nu in de pen doet kruipen, wat overigens, geheel terzijde opgemerkt, een tenenkrommend beeld is: geen enkele schrijver is zó klein dat hij, zij of hen in staat mag worden geacht in zijn, haar of hun pen te kruipen. Wat moeten we ons daar verder ook bij voorstellen? Dat er lichaamssappen van de auteur uit die pen druppen in plaats van inkt? Is het iets zoals die ene zwarte spermatozoïde die zich tussen allemaal witte spermatozoïden in een scène uit Woody Allens Everything you always wanted to know about sex (but were afraid to ask) afvraagt ‘What am I doing here?’ Enfin, ik ben al afgedwaald nog voor de tocht begonnen is en op die ervaren gids is het vergeefs wachten, maar u moet mij dus vooral niet in een pen voorstellen, maar gewoon driftig tokkelend op een klavier.

Die ‘spreek mij vooral tegen’, daar had ik goede Joël nog voor ik zijn tekst had kunnen consumeren al van verwittigd dat ik dat ook zou doen. U moet weten: samen met elf mannen en één vrouw geniet ik de eer om in een WhatsApp-groepje te mogen zitten dat bijna drie jaar geleden werd opgericht om onze toenemende bezorgdheid over onze doodzieke vriend/collega/zielsgenoot Stijn De Paepe te kunnen delen. U mag weten: na het veel te vroege vertrek van de dichter bleef het groepje bestaan en gaat het zelden nog over Stijn, maar meandert de conversatie alle richtingen uit. U mag vooral NIET weten: wát we schrijven, want wat in de groep wordt geschreven, moet in de groep blijven. Het gevaar van collocatie en canceling loert immers om de hoek. Niet alles wat we schrijven is ernstig, zeg maar. Ik zou bijna durven zeggen: alles wat we niet schrijven, is ernstig.

Maar goed, ik wist dus dat Joël al een tijdje broedde op het idee om de openbare omroep er eens flink van langs te geven. In die groep zitten overigens behoorlijk wat lieden die ervaring hebben of hadden met de VRT, en geen van allen is onverdeeld gelukkig met hoe het er nu aan toegaat in dat spuuglelijke, helemaal uitgeleefde gebouwencomplex aan de Auguste Reyerslaan 52. Ik ook niet.

***

Laat me beginnen – schreef hij pas bij aanvang van de vijfde paragraaf, waarvoor mijn excuses – met het intrappen van een open studiodeur, waarvoor ik misschien wel in aanmerking kom voor de Wisselbeker Carl Devos, een initiatief van Joël om een volstrekt voorspelbare en daardoor overbodige en lege uitspraak van een zogeheten expert te ‘bekronen’.

Joël heeft 100 honderd procent gelijk.

Joël heeft 100 honderd procent ongelijk.

(Hier met die wisselbeker, hij zal mooi staan op de schouw.)

Joël heeft gelijk: de VRT mag in zijn huidige werking stevig bekritiseerd worden, zowel vóór de schermen (de uitzendingen) als erachter (het bestuur). Afschaffen is een brug te ver, zult u hieronder nog wel door mij beargumenteerd zien, maar hoe de openbare omroep als geheel momenteel functioneert, kan het best gecounterd worden met een parafrase van het in Vlaanderen wereldberoemde citaat van de voormalige voorzitter van de Vlaamse Executieve Gaston Geens (‘Wat we zelf doen, doen we beter’): wat de VRT doet, doen anderen minstens even goed of beter. EN NIET MET ÚW BELASTINGGELD!

En toch heeft Joël ongelijk: zoals meestal wanneer de openbare omroep over de hekel wordt gehaald, wordt er uitgegaan van het actuele functioneren van die omroep. Maar er is ook zoiets als een maatschappelijke taak, die uniek is en die niet altijd (zelden, zelfs) correct wordt opgenomen, maar die wel fundamenteel is binnen een samenleving. Mocht de openbare omroep niet bestaan, dan zou men hem moeten uitvinden. Het is voor mij absoluut niet aan de orde om het verrimpelde kind van pakweg vierennegentig met het vervuilde badwater weg te spoelen.

***

Als morgen de VRT wordt afgeschaft, zal dit leiden tot een algemene verschraling van het media-aanbod.

Wie zal er nog investeren in tv-documentaires en indringende reeksen, zoals Canvas dat doet? Antwoord: niemand, geen enkele zender, vanwege te duur in verhouding tot kijkcijfers, marktaandelen en reclameopbrengsten.

Wie zal nog uitgebreide dagelijkse nieuwsbulletins blijven brengen? Antwoord: niemand, ook VTM niet, want de aandeelhouders en de directie van die commerciële zender weten ook wel dat die uitgebreide redactie, die kwalitatief en kwantitatief de concurrentie durft aan te gaan met de VRT, veel te veel kost. Verdwijnt de concurrentie, dan zal ook de VTM-nieuwsdienst grotendeels verdwijnen en zal Het nieuws voortaan beperkt worden tot een overzichtsblokje van een kwartier of zo, omdat het nu eenmaal decretaal bepaald werd dat er een nieuwsuitzending móét zijn. Dan wordt Het nieuws een excuustruusje, met opnieuw aandacht voor de prijs van de tomaten, zoals in die allereerste uitzending. Een extra reclameblok of een gesponsord vehikel is voor de VTM-bonzen véél interessanter dan nieuws, want nieuws brengt niet op.

Wie zal nog duiding brengen of praatprogramma’s over de actualiteit? Antwoord: niemand, geen enkele zender, om dezelfde reden. Te duur voor te weinig return on investment. Elke dag heb ik wel kritiek over de concrete invulling van Terzake, De afspraak of De zevende dag, maar het zou nog veel erger zijn zónder die programma’s. (Neen, Joël, De tafel van Gert zal evenmin blijven bestaan. Te grote inspanning voor te weinig rendement.)

Net door de onmisbaarheid van de openbare omroep aan te tonen, geef ik meteen ook aan waarom die zo stilaan als misbaar wordt beschouwd: omdat de invulling van de kerntaken wordt ingeperkt of genegeerd. Geen jaaroverzicht op VRT 1, maar wel een overzichtsquizje op VRT NWS, een betere illustratie van fout management is er niet. Prioriteiten, daar draait het om: informatie, duiding, overzicht, analyse. Dat mag u van de VRT verwachten en dat krijgt u te weinig of onvoldoende diepgaand. Zoals u in het verre verleden te weinig ontspanning kreeg van wat toen nog de BRT heette. De managers van weleer waren met weinig, ze waren politiek benoemd en ze voelden zich niet boven God maar wel boven klein Pierke verheven. Te hoogdravend, te high brow, te hermetisch. Schooltelevisie voor volwassenen door leraren die vooral níet begrepen wilden worden. De managers van nu zijn met veel te veel, ze dreigen na een periode van onthechting opnieuw politiek bevoogd te worden en ze voelen zich boven én God én klein Pierke verheven, maar ze doen wel alsof ze de taal van klein Pierke spreken. Meer nog: ze spreken die inderdaad. Ook daar heeft Joël De Ceulaer een punt: er wordt te veel tussentaal gebrabbeld op uw scherm en – in iets mindere mate – uw radiotoestel. De oude omroep, daar liepen de presentatoren elke ochtend met een bang hartje naar hun bureau, want misschien lag daar wel een blauwe enveloppe met daarin een briefje met taalkundige correcties over de voorbije uitzending van de gevreesde taalraadsman Eugène Berode. Dat werd aangevoeld als een persoonlijke blamage, en terecht. De nieuwe omroep, daar passeert heel veel. De jongste decennia is er op taalkundig vlak een beleid van laisser aller, laisser passer geïnstalleerd. Laat maar waaien. Daarom stond in de voorgaande paragraaf niet ‘Wie zal nog keurig Nederlands blijven hanteren?’, omdat de VRT dit nu al niet meer doet. De helft van de huidige presentatoren zou in de tijd van Berode niet aan bod zijn gekomen. Of ze zouden hun bureau niet meer hebben teruggevonden omdat dat bedolven zou zijn geweest onder de ‘blauwe brieven’.

Verkavelingsvlaams dendert alle kanten op aan de Reyerslaan en in de in de rest van Vlaanderen verspreide bijgebouwen van de openbare omroep. Tussentaal verhoudt zich tot standaardtaal zoals een match tussen schoolkameraden op een geïmproviseerd veldje op woensdagnamiddag zich verhoudt tot een officiële voetbalwedstrijd. Leuk om te doen, maar niet ernstig te nemen en al zeker niet tot voorbeeld strekkend. Nie miejr doeng! Om het met de titel van een nogal oubollig, opvoedkundig taalprogrammaatje uit de jaren 60 te zeggen: Hier spreekt men Nederlands! Doe dat dan ook, astemblieft.

***

‘De VRT weg ermee!’ is echter niet de oplossing. Wat dan wel? Voer de kerntaken uit. Laat de oude BBC-wijsheid‘To make good things popular and popular things good’, ooit nog opgepikt door BRT-administrateur-generaal Cas Goossens, opnieuw de leidraad worden. Maak toegankelijke programma’s over moeilijke (maar noodzakelijke) onderwerpen, zoals Canvas dat trouwens doorgaans al doet, en breng populaire uitzendingen die toch over een bepaalde lat moeten gaan. De VRT moet geen shiny floorshows brengen, laat dat aan de commerciële jongens over. Die kunnen dat beter. MNM, het vroegere Radio Donna? Afvoeren, want geen meerwaarde in vergelijking met Qmusic of Joe. De openbare omroep moet geen commerciële radio maken.

Waar het dan is fout gelopen? Nergens en overal. De oude BRT-directeuren waren politiek benoemde vazallen die hun oren in eerste instantie te luisteren legden in het bevriende partijhoofdkwartier als het op strategische beslissingen aankwam. Tussen 1996, de komst van de eerste moderne CEO, Bert De Graeve, en 2003, het vertrek van De Graeve en kort daarna directeur televisie Christina von Wackerbarth, haalde de omroep een historische achterstand op: de kijkers keerden terug (de luisteraars bleven sowieso, want commerciële initiatieven moesten nog ontplooid worden), de populariteit van de omroep en zijn schermgezichten vergrootte, de omroep werd onder zijn nieuwe benaming Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie, VRT, weer relevant, toonaangevend, interessant. Wel besteed overheidsgeld. Maar toen kwamen de marketeers in groten getale de directielokalen bevolken en groeide het eerder vrij beperkte aantal managers uit tot een heus Mexicaans leger, met onderlinge stammentwisten en strategische terreinbezettingen tot gevolg.

Weet u waar het in feite op neerkomt? Het mag allemaal weer wat hoogdravender worden. Wie voor de openbare omroep werkt, moet zich bewust zijn van zijn, haar of hun maatschappelijke taak. Misschien valt Tom Waes daar nog wel in te passen, maar Niels Destadsbader of Sven De Leijer? Wie er een leidinggevende functie mag invullen, moet wat meer civil servant worden, niet in de letterlijke vertaling ‘ambtenaar’, maar in het ten dienste staan van de hele gemeenschap. De laatste CEO die daar nog van doordrongen was, was Leo Hellemans, een man die gepokt en gemazeld was binnen de omroep, die er zijn hele professionele carrière in had doorgebracht, bij radio én televisie, die er alle in- en uitgangen kende. Eigenlijk zou de grote baas van de VRT altijd iemand moeten zijn die ofwel het huis van binnen en van buiten kent, ofwel in het recente verleden in de publieke dienstverleningssector heeft gewerkt. De baas van de VRT, die moet meer bekommerd zijn om roeping dan om pingping. Dat kan van meneer Delasurplace niet gezegd worden. Een complete miscast is dat, die in zijn zog allerlei mensen heeft aangesteld die evenmin oog hebben voor de basisopdracht, de vermaledijde Ricus Jansegers op kop. Dat leuren met formats in ruil voor financiële inbreng van Vlaamse ministeries, dat is van een intense treurnis waarvan we ten onrechte vermoedden dat die tot het onfrisse verleden behoorde, de tijd van de jaknikkers met een partijkaart. Die onderdanigheid is helemaal terug. Het lijkt wel alsof de huidige VRT-leiding werd aangesteld door lieden die de omroep zo snel mogelijk willen laten verdwijnen en daarom deze paarden van Troje installeerden om het wat sneller te laten verlopen.

De VRT moet terug naar de basis. Het huidige management, weg ermee. De huidige mentaliteit, weg ermee. MNM, weg ermee. De vermarketeering, weg ermee. De nauwelijks Nederlands pratende patjepeeërs, weg ermee. De gepolitiseerde raad van bestuur, weg ermee. De programma’s die de commerciële omroepen achternahollen, weg ermee. Het opvoeren van steeds weer datzelfde kringetje BV’s, weg ermee. Rik Torfs, Mia Doornaert en Maarten Boudry voor de tigste keer in De afspraak, weg ermee. Die mateloos irritante opgefokte leukigheid en verquizzing van de actualiteit, weg ermee.

Maar de VRT zelf? Neen, die moet blijven. Die moet eindelijk weer zichzelf worden. Die moet de omroep worden die het goed met ons voor heeft en die niet alleen op zichzelf terugplooit. Die moet ten dienste van de gemeenschap staan en niet alleen van het politieke luikje daarvan.

De vraag is nu: wat doet de omroep zelf in de nabije toekomst? Maakt die zichzelf volstrekt overbodig, waarna een politieke beslissing over subsidiëring en bijgevolg het voortbestaan heel makkelijk worden? Of krijgt die opnieuw een smoel? Mág die opnieuw een smoel krijgen? Mag die weer spraakmakend worden zoals in de tijd van de Tweede Wereldoorlogsprogramma’s van Maurice De Wilde, talloze Panorama-reportages, de beginjaren van Terzake met Walter Zinzen, Dirk Tieleman en Dirk Sterckx of, recenter nog, Godvergeten of Als je eens wist? Of blijft het bij een doorslagje van wat de commerciëlen doen? In dat geval heeft Joël De Ceulaer gelijk met zijn opmerking dat de openbare omroep overbodig wordt. Maar principieel zal ik hem nooit gelijk geven. Ook niet in ons besloten WhatsApp-groepje. Vanzelevenie!



Muskolini

Communicatie, Geschiedenis, Journalistiek, Politiek, Samenleving Posted on za, januari 11, 2025 12:03:32

‘Woke is koren op de molen van Trump, Musk en consorten, en draagt daarmee een verpletterende verantwoordelijkheid,’ schreef filosofe Alicja Gescinska deze week in haar column in De Morgen. ‘Terwijl autoritarisme en totalitarisme in opmars zijn, terwijl uiterst rechts wereldwijd hoogtij viert, terwijl zovele fundamentele rechten en vrijheden van minderheden en vrouwen onder druk staan, heeft een deel van progressief links zich vastgereden in de modder van achterhoedegevechten. Woke is geen ontwaken. Woke heeft zijn eigen demonen wakker gemaakt en zichzelf in slaap gewiegd voor wat er écht toe doet’.

Qué?

Toen mijn koffie eindelijk van het verkeerde naar het juiste keelgat was getransporteerd, herlas ik deze zinnen. Gescinska, toch een gereputeerde filosofe en schrijfster, voorzitster van PEN Vlaanderen, niet meteen gekend als idioot en kortzichtig, had het in haar column over het verbieden van Of mice and men van haar lievelingsauteur John Steinbeck, omdat het n-woord er frequent in voorkomt. Maar haar terechte oprispingen over de spijtige uitwassen van het schier ongrijpbare fenomeen woke – het ongenuanceerd proberen te verbieden van gedateerde culturele bijdragen met de ogen en oren van vandaag, terwijl die in een heel andere context tot stand kwamen – gingen over in een algemene jeremiade over woke, iets wat in intellectuele kringen helaas wel vaker gebeurt.

Ik noem mezelf woke én verdraagzaam. Ik ben op vele punten politiek correct – zeker als het over het bejegenen van mensen gaat –, maar durf ook te lachen met gewaagde en ietwat stoute humor. Zoek gerust de grenzen op, maar weet dat die er zijn. Woke is in mijn ogen een noodzakelijke maatschappelijke correctie die niet altijd even keurig wordt uitgevoerd, maar die wel uitgaat van de juiste principes: solidariteit, gelijkwaardigheid, antiracisme. En net als bij vroegere emancipatorische bewegingen – syndicalisme, feminisme, antiracisme, Mei ’68 – loopt er weleens iets fout of wordt er overdreven bij het proberen afdwingen van die ‘noodzakelijke maatschappelijke correctie’. Jammer, maar daarom is de intrinsieke bedoeling nog niet fout. Door woke dan ook nog eens te linken aan de successen van extreemrechts wereldwijd lijkt het wel alsof Gescinska en andere hyperventilerende intellectuelen woke verantwoordelijk achten voor die opmars van de nieuwe laarzendragers. Dat is a) wel heel kort door de bocht, b) woke een veel te grote maatschappelijke invloed toekennend, en c) lichtjes waanzinnig, want het komt er dan ongeveer op neer dat maatschappelijk verzet ongewenst is, omdát het reactie zou kunnen uitlokken. Zullen we dan voortaan racisme, discriminatie, misogynie, verkrachtingen, enzovoort maar normaal gaan vinden, om lieden als Trump en Musk niet nodeloos te provoceren? (Alsof de heren die provocatie nodig hebben!)

***

Nog een mening van een mens waarvan we tot nog toe vermoedden dat die bovengemiddeld intelligent was: Guillaume Van der Stighelen over het schrappen van de factcheckers op Facebook. ‘De valse illusie dat alles op Facebook naar waarheid was gecheckt, daar zijn we dus van af. Eindelijk. Social media zijn een digitale toog en cafépraat moet niet gecheckt worden op waarheidsgehalte.’

Qué?

Dus: praat maar raak, verkondig maar halve waarheden en hele leugens zonder boe of ba, beledig gerust je medemensen zonder enige consequentie? Laten we elkaar vanaf nu juist wel een mietje noemen! Moet kunnen?

Van der Stighelen ging nog verder: ‘Waar social media (en andere togen) wel goed voor zijn, is het horen van andere meningen. Het ondervinden dat andere mensen op een andere manier naar eenzelfde gegeven kijken, en op een andere manier met dezelfde feiten omgaan. Dat is mijn mening hierover.’

Ik weet niet in welke bubbel de voormalige reclamemaker verblijft, maar de realiteit dringt er zo te lezen zelden in door. Als sociale media de jongste jaren in één ding uitblinken, dan is het net dat er níét meer naar andere meningen geluisterd wordt. Iedereen leeft in zijn bubbel, gaat op zoek naar meningen die stroken met de zijne, versterkt daardoor het eigen Grote Gelijk. Hoera, zie óns eens gelijk hebben! En daardoor worden sociale media – hoe goedbedoeld ze ooit ook waren – extreem asociaal.

Wie anders over de dingen denkt, wordt uitgesloten. Sterker nog: dankzij de algoritmes worden gebruikers meegezogen in hun eigen bubbel, vol onwrikbare ‘waarheden’ en overtuigingen, waar tegenspraak ondenkbaar is geworden. Om in het beeld van de cafépraat te blijven: ze gaan alleen nog iets drinken aan een toog met gelijkgestemden. Het tegenovergestelde van wat Van der Stighelen poneert.

***

Over negen dagen wordt Donald Trump ingezworen als Amerikaans president. Zijn rechterhand Elon Musk doet al volop alsof het nieuwe regime een feit is. De rijkste man ter wereld heeft een pertinente mening en die verkondigt hij voortdurend. Tot zover geen probleem. Problematisch wordt het wel wanneer die man zijn eigen medium X constant misbruikt om complottheorieën en andere verzinsels te verspreiden onder zijn 212 miljoen volgers, en zijn centen en invloed aanwent om het democratische proces in steeds meer landen naar zijn hand te zetten. Hij wil een regimewissel in Groot-Brittannië, hij biedt een forum aan de nazaten van nazisme en fascisme in Duitsland en Italië, hij jaagt op andersdenkenden. Hij is niet te stuiten, dit zelfverklaarde genie – laten we wel wezen: Musk is een gewiekste opportunist, wat een verdienste is binnen het kapitalistisch systeem, maar hij heeft de elektrische auto niet uitgevonden en bouwt zelf geen raketten, hij is geen ondernemer, maar een overnemer, wegnemer of afnemer, kortom: hij is verre van geniaal, gewoon een doortrapte zakenman, maar dan met net iets diepere zakken dan de meeste van zijn collega’s. En dat andere grote genie, Trump, fulmineert intussen dat hij Groenland, Canada en het Panamakanaal zal binnenrijven. Op de planeet Narcissus barsten de vulkanen uit, benieuwd hoe lang ze elkaar kunnen verdragen, met andere woorden: tot de echte president de schijnpresident uit zijn entourage zal verwijderen omdat die te veel van zijn zonlicht wegneemt.

Tot die onvermijdelijke implosie er komt in Washington zal Musk blijven te keer gaan. Wat mij tot een sprongetje naar de jaren 30 van vorige eeuw brengt. Toen palmde het nationaalsocialisme van Hitler en de zijnen eerst Duitsland en vervolgens een groot deel van Europa in, terwijl het fascisme van Mussolini Italië in zijn onmenselijke machtsgreep hield. In nazi-Duitsland was Joseph Goebbels de man die, als rijksminister van Volksvoorlichting en Propaganda, het volk alternatieve waarheden toeschoof, nuttig om bevolkingsgroepen te kunnen haten: Joden, zigeuners, homo’s, al wie niet-Arisch dacht. Goebbels was op dat vlak geniaal. Een pervers genie, zeer zeker, maar wel uiterst bedreven in wat hij (aan verschrikkelijke dingen) deed.

Máár: de invloed van Goebbels reikte niet veel verder dan die ene taal, Duits, en dat ene land, Duitsland, al kon hij uiteraard wel rekenen op antidemocratische stromingen in andere Europese landen. Aan collaborateurs is er nooit een gebrek.

Duits is geen wereldtaal, Engels is dat wel. Dat maakt Musk in wezen véél gevaarlijker dan Goebbels. Hij kan zich in toegankelijke bewoordingen invloed kopen in de wereld, nóg meer geld verdienen, en terloops democratische geplogenheden doen verdwijnen. Democratie is eerder een hinderpaal dan een zegen voor zulke machtspotentaten. Ikke ikke ikke en de rest kan stikken.

Die andere miljardair, Mark Zuckerberg, is ondertussen ook op de knieën gegaan voor Trump: uit opportunisme of uit overtuiging, dat moet nog duidelijk worden, maar nefast is het alleszins. Straks mag iedereen alles zeggen, maar die ‘iedereen’ moet je met een korrel zout nemen, want wie bereid is een klein beetje na te denken, zal zich aan de gekende waarheden houden, terwijl wie minder scrupules heeft, dat niet zal doen. Met alle gevolgen van dien. De sluizen van de alternatieve waarheden zullen volop openstaan, daar is geen dam tegen bestand. Het mogen beledigen van trans personen is voortaan zelfs expliciet opgenomen in de Facebook-statuten. Vrije meningsuiting, quoi?

***

Binnenkort leven we in een feitenvrije wereld waar de waarheid naar hartenlust verdraaid wordt, minderheidsgroepen en mensen met een andere huidskleur of afkomst nog meer het doelwit van haatzaaiers worden, wetenschappers opgejaagd wild zullen zijn en revisionisme en negationisme de norm worden. Geschiedenis, heden en toekomst zullen worden herschreven of geherdefinieerd op maat van de financieel machtigen en hun gewillige dienaars in regeringen en overheidsapparaten. Een not so brave new world met 1984 van Orwell als handboek, niet als waarschuwing. Newspeak als het nieuwe Esperanto, een officieuze wereldtaal. Dat Jean-Marie Le Pen dat niet meer mag meemaken. Joseph Goebbels ontkurkt alvast de sekt in zijn graf.

Steenrijke, (extreem)rechtse oligarchen hebben een methode gevonden om kritische media de mond te snoeren. Ze kopen ze over, laten hun vazallen censuurmaatregelen opleggen, jagen onafhankelijke geesten weg, helpen op termijn de democratie en de rechtsstaat om zeep. Jeff Bezos slaagde er al in om een cartooniste ontslag te laten nemen bij The Washington Post. Zuckerberg schaft de factcheckers af bij Meta. Musk heeft Twitter omgevormd tot X: van een levendig en kritisch medium naar een extreemrechtse bubbel met de occasionele tegenstemmen, die snel versmoord worden door het hyperactieve trollenleger. Twee en een half jaar geleden verliet ik Twitter vanwege de ranzige figuur van nieuwe eigenaar Musk, begin vorig jaar keerde ik terug, maar nu overweeg ik om mijn account definitief op te doeken. Wat heeft het ook voor zin? De trollen roepen luider en zijn met veel meer. Het aantal lieden dat kritiekloos met de laarzen klakt om toch maar in de gunst van de leider te kunnen staan, is altijd al groot geweest. Gewillige beulen.

Mochten we in een Bondfilm leven, denk aan Grab ‘em by the Octopussy, dan zou held 007 er alles aan doen om de schurk een definitief halt toe te roepen, na onder meer een spectaculaire achtervolgingsscène door de straten van Washington, D.C., waarbij de Tesla van de slechterik het moet afleggen tegen de klassieke Aston Martin met zijn onverbiddelijke gadgets. Maar we leven niet in een fictief scenario en de vraag is: hoe stoppen we Musk af? Door de schuld op woke te steken of lacherig op te merken dat we nu eenmaal cafépraat uitstoten? Ik dacht het niet.

Elon Musk móét worden afgestopt. Hopelijk beseffen steeds meer mensen en instellingen met invloed dat, te beginnen bij de Europese Unie en de nationale overheden. Schrijf maar in die nieuwe versie van de supernota, meneer de formateur: Muskolini mag zich bemoeien in de staat Arizona, maar niet in de gelijknamige toekomstige regering. Anders kunnen we hier binnenkort een Nederlandstalige en Franstalige variant van ‘Wir haben es nicht gewußt’ boven halen.

Willen we het wel weten?



Wensen

Journalistiek, Memories & mijmeringen Posted on za, december 28, 2024 11:25:35

Ik doe daar niet aan mee, aan die jaarlijkse goede voornemens. Mijn mening: ofwel gaat het om verwezenlijkingen die je allang had moeten doen en zijn dit eigenlijk als ‘voornemen’ vermomde gevallen van gebrek aan zelfdiscipline, ofwel leg je de lat bewust veel te hoog, in de hoop dat wie onthouden heeft wat uw goede voornemen was, u meteen ook met een schouderklopje zal troosten met een ‘Je had het goed bedoeld, maar…’ eens duidelijk wordt dat het doel niet gehaald wordt.

Doe het gewoon.

Of doe het gewoon niet.

***

Aan wensen doe ik wel.

Ik wens mezelf en mijn geliefde de moed en de gemoedsrust om te aanvaarden wat onafwendbaar is.

Ik wens u een jaar dat in alle opzichten beter, rijker, in positieve zin onvergetelijker is dan dit jaar. En, vanzelfsprekend, een goede gezondheid, een cliché, zeer zeker, maar dan wel één van de onmisbare soort. Als die gezondheid door omstandigheden al minder goed zou zijn: genezing, verbetering, stabiliteit, dat de ziekte of handicap niet allesoverheersend moge zijn.

Ik wens ons land een federale regering die bestaat uit politici van goede wil die constructief willen samenwerken in een geest van solidariteit, met elkaar, met ons allemaal, met wie het minder goed heeft in het leven. (Ja, ik besef het: net als de ‘goede voornemens’ kunnen ‘beste wensen’ bijzonder naïef zijn. Zonder een flinke dosis idealisme en een snuifje naïviteit zou het leven alleen maar kleurloos zijn.)

***

Ik wens de wereld meer stabiliteit. Als gewetensbezwaarde mag ik gewelddadigheden niet goedkeuren, maar ik zou een ‘Opgeruimd staat netjes!’ niet onderdrukken mochten lieden als Poetin, Netanyahu, Trump, Musk, Khamenei, Meloni en tutti quanti het nieuwe jaar niet beëindigen in de functie waarin ze het beginnen. (In het geval van Trump: de functie die hem op 20 januari 2024 opnieuw in de schoot wordt geworpen.) Een staatsgreep, een geslaagde impeachmentprocedure, ontslag om dwingende redenen, een verdwaalde kogel, een niet-verdwaalde kogel. Soms wordt weleens de hypothetische vraag gesteld wat u zou doen mocht u worden terug gekatapulteerd naar begin jaren 30 en de kans krijgen om Adolf Hitler te liquideren nog vóór hij aan zijn vernietigende doortocht kon beginnen? Wel, bekijk het in dat licht en bedenk dat de wereld, óók die van u, er beter aan toe zou zijn zonder dat soort figuren. Vooral in de Verenigde Staten moet men zich zorgen maken, want buiten de 77.297.721 egoïsten, opportunisten, narcisten en achterlijken die op het Grote Oranje Gevaar hebben gestemd – en van wie er een flink deel heel snel heel veel spijt zal hebben –, zullen de anderen worden gemarginaliseerd, vervolgd, aangevallen. Een democratische dictatuur is op til, de gevolgen zullen vernietigend zijn. Trump I zal op een onschuldig stormpje lijken, vergeleken met de orkaan van vernietigend leiderschap die Trump II zal worden.

***

Ik wens mijn vakbroeders, de journalisten, tonnen moed, zelfrespect en beroepsfierheid om dit prachtige, o zo noodzakelijke en toch zo gecontesteerde vak opnieuw eer te bewijzen door zorgvuldig, eerlijk en rechtvaardig te selecteren, rapporteren, analyseren en commentariëren, zodat de grote gebeurtenissen begrijpelijker worden voor de kijker, luisteraar en lezer die zich wil laten informeren, wat erop zal neerkomen dat de huidige populistische, gemakzuchtige, slaafs de denkbeeldige wil van de mediaconsument volgende trend wordt verlaten om weer tot de essentie terug te keren: het nieuws brengen, het nieuws zinvol samenvatten, het nieuws proberen te verklaren, maar wel telkens vanuit het besef dat het de journalist is, en niet de mediaconsument of de luid roepende kritische watcher langs de zijlijn, die dit proces moet leiden. Lange zin om aan te geven dat de meeste journalisten opgeleide specialisten zijn – zoals loodgieters, bakkers of tandartsen dat zijn –, die zich niet mogen laten leiden door de publieke opinie of de politieke en economische constellatie van het moment. Een loodgieter of bakker vraagt ook niet aan de buren wat er van hem verwacht wordt, en ik hoop van harte dat mijn nieuwe tandarts – de vorige is met pensioen gegaan in 2024 – dat ook niet doet. We hebben meer Maurice De Wildes, Walter Zinzens en Phara de Aguirres nodig, mannen en vrouwen van houvast, onafhankelijken die niet per se de populairste willen zijn, maar die beroepsernst koppelen aan een onstuitbare ijver om tot de essentie van het nieuws door te dringen. Helaas, in de journalistiek is het zoals in alle beroepscategorieën: te veel mooipraters, te veel volgzame meelopers, te veel charlatans.

Nog specifieker wens ik mijn (ex-)collega’s van de openbare omroep een jaar waarin ze niet meer delaplace blijven trappelen. Dus, met een nieuwe grote baas en – toe maar! – een grotendeels nieuwe directie met een hart voor deze instelling en haar specifieke objectieven, weg van het semi-commerciële keurslijf waarin het gedwongen werd door marketeers, louter op cijfers beluste managers en andere patjepeeërs. Zelfs in intellectuele kringen, waar ik weleens per ongeluk vertoef, wordt het nut van de VRT nu in vraag gesteld en geheel onterecht is dat niet. Tenminste, als je beoordeelt tot wat de omroep van álle Vlamingen verworden is en niet wat het oorspronkelijke opzet ervan was. Elk democratisch land verdient zijn openbare omroep, ook de regio Vlaanderen. Maar dan moet die wel opnieuw beseffen wat zijn kerntaken zijn. Een recent en pertinent voorbeeld: dat het jaaroverzicht op televisie, bij gebrek aan personeel om het te maken, vervangen werd door een online actualiteitsquiz is erg, héél erg. Het is de ultieme ontkenning van de noodzaak van een openbare omroep. Mijn boodschap en wens is niet ‘VRT weg ermee!’, de ultieme natte droom van rechts Vlaanderen, maar wel: weg met de huidige leiding. Ander én beter. Zo moeilijk kan dat niet zijn, zowel die ‘ander’ als die ‘beter’.

***

Ik wens ons allemaal letterlijk en figuurlijk meer zonuren toe. Anders gaan al die ontkenners van de klimaatopwarming alleen nog maar meer gehoor krijgen met hun onzinnige, onwetenschappelijke praatjes. ‘Welke klimaatopwarming? Het regent de hele tijd en het is koud!’ Domheid weerklinkt luider en uit meer monden dan slimheid.

Ik wens de wereld meer mededogen en empathisch vermogen toe. Dat we mensen in de eerste plaats als mens zien, en niet als kleur, afkomst of religie. Dat we niet alles afmeten op wie of wat we zelf zijn. Dat we beseffen dat er altijd mensen in nood zullen zijn en dat hén helpen ook óns kan helpen, want niets zegt dat we zelf niet in nood zullen raken in een niet zo verre toekomst. En als er niemand van ons bereid is zijn medemens te helpen, hoe willen we dan dat we zelf ooit geholpen zullen worden?

Ik wens u verder nog een fijne dag toe. Begin gewoon bij het volgende uur, de volgende minuut, de volgende seconde om een betere versie van uzelf te worden. En zo eindig ik dan toch verdorie met een zeer uitdagend goed voornemen.



Iederéén expert!

Journalistiek, Politiek Posted on za, november 09, 2024 07:51:01

Al weken vóór de Amerikaanse presidentsverkiezingen werden radio- en tv-studio’s te lande bevolkt met experten in het domein amerikanisme. Werkelijk álles kenden ze ervan: de geschiedenis, het heden, de toekomst. Uw Lotto-formulier zou in veilige handen zijn bij hen. De dag en de avond van de verkiezingen en de daaropvolgende etmalen bleven ze hun visie op de lokale mensheid loslaten, aangevuld met nog wat andere deskundigen. Lieden van de eerste categorie die zich bij hun prognose van de finale uitkomst hadden vergist, wrongen zich in bochten om van hun oorspronkelijke zwart alsnog wit te maken. Lieden van de tweede categorie vertrouwden ons toe dat ze dit resultaat in beperkte kring uiteraard al lang geleden hadden voorspeld.

Al die experten en al die analyses waren en zijn bij momenten boeiend, maar veelal bijzonder vermoeiend. Het is te groot, dat legertje zelfverklaarde deskundigen. Ze zijn met te veel, en niet alleen wat de internationale politiek betreft. Te veel voetbalanalisten, te veel wieleranalisten, te veel politieke analisten, te veel klimaatanalisten, te veel…

Die vermenigvuldiging van de analisten is nog een pak straffer dan die Bijbelse vermenigvuldiging van de broden. Er is een simpele reden voor: er zijn te veel media. Drie decennia geleden had je de kranten – toen al dalend in aantal –, een handvol weekbladen die in meer geïnteresseerd waren dan BV-uitspattingen en andere menselijke horror, een paar nationale tv-stations. Met de vermenigvuldiging van de media is het dus begonnen, want natuurlijk wilden die allemaal hun eigen specialisten aan het woord laten. ‘Úw specialist mag niet de onze zijn’, die teneur. Wie in Terzake opdraaft, is niet welkom in De afspraak, en vice versa. Daardoor werden ook mindere goden opeens belangrijk, want: aanwezig in de pers. Nationale televisie, regionale televisie, nationale radio, lokale radio, kranten, weekbladen, nieuwe media. Iederéén expert. Zoals er elf miljoen bondscoaches rondlopen in dit land, zijn er stilaan ook evenveel experten in van-alles-en-nog-wat. Lees X of Facebook en je merkt het onmiddellijk. Je wordt er werkelijk bedolven onder de expertise. Konden die lui nu ook maar dat lek in de kelder herstellen, dan zouden ze pas écht nuttig zijn.

(Terloops opgemerkt: zo is het ook gegaan in de politiek. Onstuitbare kwantificatie. In 1970, het jaar van de eerste fase van de staatshervorming, telde de Kamer van Volksvertegenwoordigers 212 leden. Als je vandaag de federale en regionale volksvertegenwoordigers in de verschillende parlementen (min de Senaat) optelt, kom je aan 393. Daar zitten een aantal dubbele mandaten tussen, maar globaal genomen zijn er nu dus veel meer postjes, minstens anderhalve keer zoveel. Wordt die kwantitatieve uitbreiding ook gestut door een verbeterde kwaliteit bij het politieke personeel? Groot vraagteken. Héél groot vraagteken. Te veel politici. Gelukkig wil nog niet iedereen politicus worden.)

Veel van die experten krijgen na een tijd een air over zich: ik ben expert, wie kan mij wat maken? Expertise leidt tot zelfverblinding. Ze voelen zich zó slim, dat ze niets meer hoeven aan te nemen van anderen, laat staan van andere experten, o gruwel, toch niet van die amateurs, zeker? 

Op zich is dat niet erg: zelfoverschatting is menselijk en hoe meer een mens zichzelf overschat, hoe meer anderen daarmee kunnen spotten. Wat wel erg is: als die persoon voortdurend in een radio- of tv-studio wordt uitgenodigd om zijn overschatte mening te verkondigen. Namen noemen? Theo Francken. Die was al zelfbenoemd expert inzake asiel en migratie, onderwijs, defensie, de oorlogen in Oekraïne en het Midden-Oosten, en is dat nu ook wat Amerikaanse politiek betreft. Meer decibels dan inhoudelijke argumenten, maar dat hebben de media graag. Zo worden toekomstige presidenten over de grote plas gelanceerd en ex-presidenten geherlanceerd. Klinkt het niet dan botst het. En als het botst, stijgen de kijk-, luister- en verkoopcijfers. Andere naam? Rik Torfs. Kerkjurist en meningenspuier die een vaste loge heeft bij verschillende media. Mia Doornaert, nog zo iemand. Specialiste internationale diplomatie, maar daar houdt ze het, helaas, niet bij. En dat volkje schuift maar aan en roept maar wat. Dan heb ik het nog niet over de politicologen gehad: clichémannetjes. ‘Als ze niet met elkaar praten, zal het stil blijven,’ ik verzin het waar u bij staat. Die politicologen helaas ook.

Je zou hopen dat de media op een dag tot bezinning zouden komen: tot hier en niet verder. Er komt geen analist of expert meer bij. ‘Duw een beetje, er kan nog eentje bij’ van Jimmy Frey gaat hier niet meer op. Helaas doen de media dat niet en zullen ze dat ook na de Amerikaanse presidentsverkiezingen niet doen. Er moet nu eenmaal flink veel ruimte of zendtijd gevuld worden, er moet over gediscussieerd worden op de sociale media en aan virtuele en echte cafétogen, er moeten zich nieuwe experten-in-alles aandienen die op hun beurt hun fifteen minutes of analytical fame opeisen. Ad infinitum.

(Overigens had ik de zege van Trump hier vorige week al voorspeld. Huur mij in voor expertise op het vlak van Amerikaanse politiek. En voetbal, wielrennen, binnenlandse politiek en tig andere domeinen. Helaas weet ik niet hoe ik een lek in de kelder moet aanpakken.)



‘De jaren 70’: de geschrapte passages (4/4, slot)

Geschiedenis, Journalistiek, Literatuur Posted on za, oktober 19, 2024 09:11:30

(Over een week ligt ‘De jaren 70. Reconstructie van een bewogen decennium’ in de handel. Zoals de meeste auteurs meemaken, is een boek schrijven niet alleen schrijven maar ook schrappen. Dagelijks post ik dezer dagen en weken op Facebook en X een geschrapte passage. Op deze blog doe ik dat met iets langere teksten. Vandaag gaat het over terrorisme en kapingen. Heel veel terrorisme. Ont-zet-tend veel terrorisme. Elke week was er wel ergens een zware aanslag waarbij mensenlevens te betreuren vielen, de verantwoordelijkheid van Zwarte September, Rote Armee Fraktion, Brigate Rosse, Zuid-Molukkers, IRA, ETA en tutti quanti. Ik had net het hele zware ‘Oorlog & Vrede’-hoofdstuk beëindigd en dacht: dit kan ik de lezer niet aandoen, nog eens zo’n lang hoofdstuk over verschrikkelijke dingen. In het boek worden veel terroristische aanslagen dus niet vermeld. Hieronder die geschrapte passages. Waarschuwing: het zijn er behoorlijk wat. En bedenk dat de ergste gevallen in het boek staan…)

***

• 3-1-1970: eerste vliegtuigkaping van dat jaar. Een Braziliaans lijnvliegtuig met 33 mensen aan boord wordt gekaapt onderweg van Montevideo naar Rio de Janeiro. Eerst wordt er een tussenstop gemaakt in Lima, dan kennen de kapers pech (er is een nieuwe generator nodig), dan vliegen ze naar Panama-Stad en hebben ze opnieuw pech (weer een nieuwe generator nodig, de motoren slaan niet aan), uiteindelijk landen ze in Havana. Gazet van Antwerpen van 5 januari heeft het over ‘de onfortuinlijke kapers’.

• 21-2-1970: een bom ontploft aan boord van een vliegtuig van Swissair dat van Zürich naar Tel Aviv vliegt. Het stort neer nabij het dorpje Würmelingen in Zwitserland. Balans: 38 doden, onder wie 13 Israëli’s, 1 Belg en 9 bemanningsleden. Zelfde weekend: een ander vliegtuig, op weg van Frankfurt naar Tel Aviv, moet een noodlanding maken na een ontploffing in de laadruimte. Er vallen geen slachtoffers.

• 6-4-1970: in Guatemala wordt de West-Duitse ambassadeur graaf Carl von Spreti met twee kogels in het hoofd teruggevonden in een verlaten wijk van de hoofdstad. De betrekkingen met Guatemala worden bevroren, West-Duitsland roept zijn ambassadepersoneel terug.

• 4-6-1970: de Amerikaan Arthur Barkley uit Phoenix kaapt een Boeing-727 met 51 passagiers aan boord dat van Phoenix naar Washington vliegt. Hij eist een losprijs van 100 miljoen dollar. Bij de landing op Dulles wordt hem 100.750 dollar overhandigd. Hij laat het toestel opnieuw opstijgen, maar twee en een half uur keert het terug in Washington. Daar dreigt hij met het opblazen van het toestel. Er worden hem postzakken vol papier overhandigd, terwijl de passagiers één voor één uit het toestel werden geloodst. Uiteindelijk geeft de man zich over. Hij had het toestel gekaapt omdat hij een achterstallige inkomstenbelasting van 23.550 Belgische frank (inclusief interesten) heeft.

• 10-8-1970: Tupamaros vermoorden de Amerikaanse politie-adviseur in Montevideo. Het Uruguayaans parlement kent voor twintig dagen alle machten toe aan president Areco. Rebellen dreigen ermee twee gijzelaars (de Braziliaanse consul en een Amerikaanse landbouwdeskundige) om te brengen. Een woordvoerder van de VN noemt de Tupamaros ‘gemene moordenaars’.

• 19-8-1970: drie vliegtuigkapingen op één dag. Een Japanner die een spectaculair einde aan zijn leven wil maken, een Amerikaan die dringend naar Cuba wenst te reizen en vijf jonge Polen die een binnenlandse vlucht dwingen naar Denemarken te vliegen, waar ze politiek asiel aanvragen.

• 1-11-1970: een anticommunistische Pakistani rijdt in Karachi in op een delegatie van Poolse politici. President Spichalski ontsnapt ternauwernood aan de dood, vier andere Polen (onder wie de staatssecretaris voor Buitenlandse Zaken) komen om.

• 26-11-70: een Boliviaanse man van vijfendertig wil de paus met een mes te lijf gaan in Manila. Hij wordt tegengehouden door de privésecretaris van de paus en vervolgens uitgeschakeld door een karateslag van president Marcos. De man verklaart dat hij de paus niet wilde doden. Zijn motief: ‘het volk van de Filipijnen de huichelarij en onwetendheid van het rooms-katholicisme duidelijk willen maken.’

• Half december 1970: de Zwitserse ambassadeur Bucher wordt door guerrillacommando Juarez de Brito ontvoerd in Rio de Janeiro. Een maand later komt hij vrij in ruil voor zeventig Braziliaanse politieke gevangenen.

• 7-3-1972: Een actiegroep die zich ‘De Mao’s’ noemt steekt auto’s in brand in de vestiging van Renault in Vilvoorde, uit protest tegen de dood van een jonge maoïstische arbeider in Frankrijk, die op 25 februari stierf door kogels van de bedrijfswacht. Een dag later ontvoeren de maoïsten het hoofd van de personeelsdienst in de fabriek van Boulogne-Billancourt.

• Half april 1972: de 37-jarige Mexicaan Ricardo Chavez-Ortiz kaapt een lijntoestel om de slechte levensomstandigheden van de ‘chicanos’, Amerikanen van Mexicaanse oorsprong, aan te klagen en laat de piloot landen in Los Angeles. Hij eist dat er een cameraploeg aan boord komt om zijn grieven op te nemen. In ruil laat hij de 41 passagiers uitstappen. De persconferentie wordt op radio en televisie uitgezonden. ‘Miljoenen worden verspild aan reizen naar de maan, de oorlog in Vietnam en kernwapens. Maar wij worden door u verwaarloosd en we hebben hulp nodig. We worden als honden behandeld,’ aldus Ortiz. Achteraf blijkt dat zijn vuurwapen ongeladen is. Chavez-Ortiz verontschuldigt zich voor het ongemak dat hij heeft veroorzaakt.

• 24-5-1972: twee kapers met een Ethiopisch paspoort kapen een Boeing 727 van de Zuid-Afrikaanse luchtvaartmaatschappij SAL op weg van Salisbury naar Johannesburg. Ze willen dat het toestel naar Malagasië (Madagaskar) vliegt. Maar omdat er niet voldoende brandstof aan boord is, vliegt het dan maar onverrichterzake terug naar Salisbury.

• 8-6-1972: twee Tsjecho-Slowaakse mannen schieten de piloot van een klein vliegtuigje met elf personen aan boord dood, wanneer die weigert om hen naar West-Duitsland te vliegen. De kapers worden op het vliegveld Latsch in Noord-Beieren gearresteerd. Diezelfde dag dreigen piloten uit zestig landen ermee het werk 24 uur stil te leggen tot de Verenigde Naties doeltreffende maatregelen nemen tegen vliegtuigkapingen en geweldplegingen in de burgerluchtvaart. De staking vindt plaats.

• 11-9-1972: in Brussel wordt in Prince’s Tavern een aanslag gepleegd op de Israëlische attaché Ophir Zadok door twee ‘Noord-Afrikanen’.

• 19-9-1972: de Israëlische attaché in Londen, dr. Ami Shachori, wordt gedood door een bompakket in de Israëlische ambassade in Row-Kensington.

• 1-3-1973: Zwarte September gijzelt een groep van vijf diplomaten in Khartoem, daarbij onder anderen de Belgische zaakgelastigde in de Soedanese hoofdstad. Het voorval gebeurt tijdens een receptie op de ambassade van Saudi-Arabië. Ze eisen onder meer de vrijlating van Sirhan B. Sirhan, de moordenaar van presidentskandidaat Robert Kennedy. De eisen worden afgewezen. De gijzelnemers doden drie gijzelaars, onder wie de Belg Guy Eid. De zeven leden van Zwarte September geven zich uiteindelijk over.

• 9-4-1973: drie Arabieren voeren een aanval uit op de ambtswoning van de Israëlische ambassadeur in het Cypriotische Nicosia. Ze schieten in het wilde weg en plaatsen een bom tegen de voorgevel. Die richt alleen aanzienlijke materiële schade aan. Op hetzelfde ogenblik tracht een andere groep Arabieren een vliegtuig van El Al te overmeesteren op de luchthaven van Nicosia. Dat mislukt en bij een vuurgevecht vallen verscheidene doden aan beide kanten.

 • 21-7-1973: een Boeing 747-Jumbo met aan boord 123 passagiers en 22 bemanningsleden van Amsterdam-Schiphol op weg naar Anchorage, Alaska, wordt gekaapt door vier mannen die beweren lid te zijn van de Palestijnse organisatie Jebel Carmel. Het toestel wordt afgeleid naar de luchthaven van Dubai. Vervolgens wordt er doorgevlogen naar de Libische stad Benghazi, waar het toestel tot ontploffing wordt gebracht, nadat de passagiers eerst konden ontkomen.

• 5-8-1973: Palestijnse aanslag in de luchthavenhal van Athene. Als bij wonder vallen er slechts drie doden en enkele tientallen gewonden.

• 5-9-1973: gijzeling in de ambassade van Saudi-Arabië in Parijs. Vijf Palestijnse mannen gijzelen dertien aanwezigen. Eén gijzelaar wordt uit het raam geworpen (of springt zelf): hij overleeft zijn val. De commando’s eisen een vliegtuig en worden met een Syrische Caravelle naar Caïro gevlogen, met nog zes gijzelaars aan boord. Vervolgens landen ze in Koeweit. Uiteindelijk geven ze zich zonder bloedvergieten over.

• 18-10-1973: vier Arabieren, leden van de Libanese Revolutionaire Socialistische Beweging, werken zich schietend een weg door de Bank of America in het centrum van Beiroet. Ze eisen de vrijlating van alle in Libanon gevangen Palestijnse verzetsstrijders en 380 miljoen frank losgeld ten voordele van de verzetsbeweging. Bij de bestorming van het bankgebouw worden twee terroristen gedood en de 35 gijzelaars bevrijd.

 • 26-11-1973: KLM-Boeing 747 Amsterdam-Tokio wordt gekaapt boven het Syrische luchtruim. De Palestijnse kapers bekomen de vrijlating van twee Egyptische diplomaten en brandstof, de 264 passagiers blijven ongedeerd. De drie kapers geven zich in Dubai over aan de autoriteiten.

• Begin januari 1974: de Londense luchthaven Heathrow kreunt onder de terreurdreiging, die zowel van het Iers Republikeins Leger als van internationale terroristen komt. Zevenhonderd militairen en tweehonderd politieagenten moeten alles onder controle houden. Elders worden de 30.000 toeschouwers van de Boat Show naar huis gestuurd.

• 6-2-1974: een groep van vier Japanse en vijf Palestijnse terroristen bezet de Japanse ambassade in Koeweit. Ze gijzelen de ambassadeur en nog vijftien anderen. Ze eisen een vrijgeleide voor de vier terroristen die drie mensen gegijzeld houden op een veerboot in Singapore. De Japanse regering willigt de eisen in, maar de regering van Koeweit wil het vliegtuig met de vrijgelaten terroristen aan boord niet laten landen. Na druk van Japan volgt er toch toestemming. Alle gijzelaars overleven het.

• 20-3-1974: mislukte aanslag op het pas gehuwde Britse paar prinses Anne en Mark Philips.

• 4-8-1974: bomaanslag op de Italicus-expres van Rome naar Oostenrijk die net door de spoorwegtunnel onder de Appennijnen rijdt halfweg tussen Firenze en Bologna. Er vallen twaalf doden en 39 gewonden.

• 13-9-1974: drie Japanse commando’s gijzelen de Franse ambassadeur en acht personeelsleden in Den Haag. Ze eisen en bekomen de vrijlating van een in Parijs opgesloten Japanse terrorist. De onderhandelingen worden geleid door de Nederlandse premier Den Uyl. Pas na drie dagen worden twee vrouwelijke personeelsleden vrijgelaten. De terroristen vertrekken in een klaarstaande Boeing-707 op Schiphol, waar ze ook 300.000 dollar losgeld ontvangen. Alle gijzelaars worden vrijgelaten. Daarop vliegt de Boeing naar Damascus, waar de drie Japanners zich alsnog overgeven.

• In de nacht van 27 op 28-12-1974 gijzelen acht terroristen twaalf politici en diplomaten – onder anderen de minister van Buitenlandse Zaken – in een villa in de Nicaraguaanse hoofdstad Managua. Ze eisen de vrijlating van politieke gevangenen, hogere salarissen voor staatsambtenaren en een losgeld van vijf miljoen dollar in kleine coupures.

• 28-4-1975: zes Arabische terroristen bezetten het Israëlisch consulaat in Johannesburg.

• 9-5-1975: een kneedbom ontploft in de buurt van de televisiecaptatiewagens op het filmfestival van Cannes. Er vallen geen gewonden.

• 4-8-1975: drie gemaskerde en zwaarbewapende terroristen gijzelen vijftien personeelsleden van het Amerikaanse consulaat in Kuala Lumpur. Ze eisen de vrijlating van zeven terroristen die in Japan gevangen zitten. De Japanse regering geeft toe en laat de leden van het ‘Rode Leger’ vrij. Probleem: niemand wil de terroristen op zijn grondgebied welkom heten. Negen gijzelaars worden vrijgelaten.

• 11-11-1975: gijzeling op de Belgische ambassade in Tunis. Gijzelnemer is de 36-jarige Tunesiër Tijani Herzi, die eist dat zijn Belgische vrouw naar Tunis komt wonen, wat zij eerder geweigerd had. Na zesendertig uur geeft Herzi zich over.

• 7-4-1976: een tweemotorige BAC-111 van Philippine Airlines wordt door drie mannen gekaapt op de luchthaven van Manila. Aan boord: 67 passagiers en de zeskoppige bemanning. De kapers eisen 300.000 dollar. President Marcos toont zich niet bereid op de eisen in te gaan en laat de onderhandelingen verder over aan de militaire autoriteiten. Bij gebrek aan brandstof is het toestel gedwongen te stationeren op de Maleisische luchthaven Kota Kinabaloe; de Maleisische regering laat niet toe dat er getankt worden. Er blijven nog twaalf gijzelaars over. Na een toegeving van de Maleisiërs en een tankbeurt kan het toestel tot Bangkok doorvliegen, waar een defect aan het neuswiel wordt vastgesteld.

• 14-5-1976: de Franse bankdirecteur Jacques Chaine, president-directeur-generaal van Credit Lyonnais, wordt vermoord door de jonge anarchist Jean Bilski.

• 23-5-1976: een kaping van een BAC-111-toestel van de Filipijnse maatschappij PAL met 105 mensen aan boord eindigt dramatisch: tien passagiers en de drie kapers overleven het niet.

• 3-6-1976: in Parijs komen vier mensen, onder wie een kind van twaalf, om het leven door een brand die het gevolg is van een bomexplosie. Het is op dat ogenblik al de 168ste terroristische actie van dat jaar in Frankrijk. De aanslag wordt opgeëist door het Internationaal Revolutionair Front.

• 27-6-1976: kaping van een Frans vliegtuig  met 257 personen aan boord op weg van Tel Aviv naar Parijs boven Griekenland. De kapers zijn Arabieren. Het vliegtuig heeft net een tussenlanding gemaakt in Athene.

• 5-9-1976: drie kapers gijzelen 78 passagiers op een KLM-vliegtuig in Larnaca. Wanneer ze een vrijgeleide krijgen naar Libië, is de kaping voorbij.

• 8-9-1976: Corsicaanse autonomisten blazen een lege Boeing-707 van Air France op op het vliegveld van Campo dell’Oro, nabij Ajaccio.

• 10-9-1976: een Boeing-737 van Indian Airlines wordt door drie mannen gekaapt en gedwongen koers te zetten naar Lahore in Pakistan. Nadat er drie West-Duitsers, drie Indiërs en een Nederlander zijn vrijgelaten, laten de kapers de zeventig inzittenden vrij.

• 17-11-1976: vier Palestijnse terroristen gijzelen een groep gasten in het chique Hotel Intercontinental in de Jordaanse hoofdstad Amman. Negen uur na het begin van hun actie grijpen commando’s van het Jordaanse leger in. Drie van de vier overvallers, twee hotelbedienden en twee militairen worden gedood.

• 9-3-1977: honderd personen worden in drie openbare gebouwen in Washington gegijzeld door een commando onder leiding van Hamaas Abdul Khaadis van de Hanafi-groep, een afsplitsing van de Zwarte Moslims. Khaadis voert een ‘jihad’ (heilige oorlog). Een zwarte radioverslaggever wordt doodgeschoten.

• 28-9-1977: kaping van een Japanse DC-8 die pas na vijf dagen eindigt in Algiers met de overgave van de kapers en zes vrijgelaten Japanse terroristen, en de vrijlating van negentien gijzelaars.

• 16-10-1977: twee terroristen kapen een bus in de Japanse stad Nagasaki. Tijdens een bliksemactie wordt één kaper gedood, de passagiers komen er met de schrik van af.

• 29-10-1977: ontvoering van de schatrijke Joods-Nederlandse zakenman Maup Caransa in Amsterdam. De gijzelnemers eisen vier miljoen gulden, de vrijlating van de Duitse terrorist Knut Folkerts (Rote Armee Fraktion) en alle Zuid-Molukse gevangenen, en het aftreden van koningin Juliana. Caransa onderhandelt zelf met zijn ontvoerders en komt vrij na betaling van tien miljoen gulden (op dat ogenblik 150 miljoen frank, nu zo’n 11 à 12 miljoen euro).

• 4-12-1977: een door leden van de Japanse terreurgroep Rode Leger gekaapt Maleisisch vliegtuig ontploft in de lucht op 50 kilometer van Johore Bahroe, in het zuiden van Maleisië. Er vallen 100 doden: 93 passagiers, onder wie de kapers, en 7 bemanningsleden.

• 19-2-1978: Palestijnse terroristen plegen een moord in Nicosia en gijzelen een stel Egyptenaren. Wanneer Egyptische commando’s willen ingrijpen, worden zij beschoten door de Grieks-Cypriotische nationale garde. Daarbij vallen vijftien doden. Alle gijzelaars komen met de schrik vrij.

• Begin juni 1978 dreigt Michael ‘Bommi’ Baumann van de Rote Armee Fraktion ermee dat de organisatie zal overgaan tot het gebruik van kernwapens, na de dood van de RAF-kopstukken in de cel en om het ‘West-Duitse fascisme’ te bestrijden. Om aan kernwapens te geraken, zouden wapendepots worden overvallen.

• 25-6-79: een aanslag op Navo-generaal Haig mislukt. Er vallen twee lichtgewonden.

• 16-4-1979: op paasmaandag wordt gepoogd een aanslag te plegen op de luchthaven van Zaventem. Twee terroristen worden tijdig gegrepen. Bij een schietpartij vallen enkel lichtgewonden. De daders behoren tot de terreurgroep Zwarte Maart.



‘De jaren 70’: de geschrapte passages (3/4)

Film, Journalistiek, Literatuur Posted on za, oktober 12, 2024 12:27:06

(Over precies veertien dagen ligt ‘De jaren 70. Reconstructie van een bewogen decennium’ in de handel. Zoals de meeste auteurs meemaken, is een boek schrijven niet alleen schrijven maar ook schrappen. Dagelijks post ik dezer dagen en weken op Facebook en X een geschrapte passage. Op deze blog doe ik dat met iets langere teksten. Vandaag gaat het over film. Eerst even melden dat volgende films van toen wél aan bod komen in mijn boek: Woodstock, A clockwork orange, The godfather 1 + 2, The sting, Jaws, One flew over the cuckoo’s nest, Taxi driver, All the president’s men, Network, Annie Hall, Star Wars, Saturday night fever, Grease, The deer hunter, Apocalypse now, Kramer vs. Kramer en The elephant man. In de inleiding van het hoofdstuk dat de titel ‘An offer you can’t refuse’ heeft meegekregen, vermeld ik verder o.m. La grande  bouffe, Kurosawa, Fellini, Una giornata particolare, Fassbinder, Jeanne Dielman en De Witte van Sichem. Heb ik vanwege de lengte – te lang! – van het boek moeten schrappen en zag u eerder al passeren op Facebook en X: M*A*S*H, Superman en Monty Python’s Life of Brian. Hieronder iets over The shining – ook gesneuveld in het zicht van de eindstreep – en een quote van Robert Redford, steracteur/regisseur/producer uit die periode, over de filmindustrie.)

***

The shining

Aan het eind van het decennium presenteert Stanley Kubrick zijn visie op horror: The shining is gebaseerd op een boek van succesauteur Stephen King. Het gruwelijke zit hem veel meer in wat níet getoond wordt, dan in bloederige griezelscènes. En in de vertolking van Jack Nicholson, natuurlijk, die lustig mag cabotineren in zijn rol als mislukte schrijver. Of in het verschrikte gelaat van Shelley Duvall.

            ‘De wetten van tijd en ruimte worden volledig opgeheven binnen deze labyrintale, feilloos geconstrueerde en onverbiddelijk naar zijn climax voortschrijdende film,’ schrijft Het Laatste Nieuws, en zo is het maar net.[i]

***

De filmwereld is intussen door een crisis gegaan. Tegenover de blockbusters staan veel meer mislukkingen. En de grote productiefirma’s zijn onderdeel van een industrie geworden, waar marketeers evenveel te zeggen hebben als de filmmakers zelf.

            Robert Redford blikt eind 1980 terug op een woelige periode binnen zijn vakgebied. ‘Rond het einde van de jaren zestig gaven de grote filmbonzen hun studio’s uit de hand aan reuzebedrijven zoals General Foods of aan een of ander automobielconcern; die nieuwe eigenaars veronderstelden dat je kunst op dezelfde planmatige computermanier kon beheren als een bedrijf. Maar toen liep een aantal films met grote, reuzegrote budgetten op een sisser af. Er is iets heel natuurlijks aan het filmbedrijf, en daardoor is het onmogelijk alles te gaan berekenen.’[ii]

            ‘Dus toen stapten de managers op en kwam er een nieuwe ploeg – agenten, zeg maar – die de studio’s gingen beheersen. En we hebben gezien tot wat voor corruptie dat leidde. En nu heb ik de indruk dat ze gesnapt hebben dat filmmakers nog de meest aangewezen mensen zijn om films te maken. Probeer hun budget wat in de hand te houden en hun gekke invallen, maar laat ze toch maar zelf hun film maken.’


[i] Het Laatste Nieuws, 30 oktober 1980, p. 15

[ii] Humo, 4 december 1980, p. 168



‘De jaren 70’: de geschrapte passages (2/4)

Journalistiek, Literatuur, Sport Posted on vr, oktober 04, 2024 18:29:16

(Eind oktober ligt ‘De jaren 70. Reconstructie van een bewogen decennium’ in de handel. Zoals de meeste auteurs meemaken, is een boek schrijven niet alleen schrijven maar ook schrappen. Dagelijks post ik dezer dagen en weken op Facebook en X een geschrapte passage. Op deze blog doe ik dat met iets langere teksten. Hieronder een stukje over het opzienbarend dopingboek van schrijver Jan Emiel Daele uit de zomer van 1970. Helaas niet in mijn boek, maar toch niet verloren voor de mensheid. In tegenstelling tot Daele zelf, die op valentijnsdag 1978 zijn vrouw doodschoot en dan zelfmoord pleegde.)

In de zomer van 1970 brengt de Vlaamse romanschrijver Jan Emiel Daele Strijd in de wielersport, of: een inleiding tot betere kennis over doping en uitbuiting in de Westeuropese wielersport na de Tweede Wereldoorlog uit, een non-fictieboek dat in afleveringen wordt gepubliceerd in Humo. ‘Deze documentaire is een authentieke verzameling ervaringen en vaststellingen in de wielersport, een stukje mythe uit onze maatschappij,’ schrijft Daele in de lange inleiding. ‘Daarom draag ik deze artikelenreeks op aan de wielersportmassa, die evenzeer wordt uitgebuit en bedrogen als de wielrenners zelf.’[i]

            Wijlen Fausto Coppi wordt geïdentificeerd als ‘de eerste dopingkampioen’. Daele gebruikt doorzichtige pseudoniemen: Skot is Briek Schotte, Stonedbergen is Rik Van Steenbergen, De Pruyme is Fred De Bruyne, Van der Look is Rik Van Looy, Banketil is Jacques Anquetil en Koppi is, nou ja, gewoon Coppi. ‘Ikzelf ben nooit bang geweest voor spuiten,’ zegt een van de tientallen anonieme coureurs die worden geïnterviewd voor het boek. ‘Ik was daar een geschikt type voor, want op drog moet je kunnen rijden.’ ‘Het is goed als je regelmatig je bloed laat vernieuwen, vooral als je zwaar drogeert. Bij Banketil is dat zo,’ zegt een andere. Nog een renner: ‘In de Ronde van Frankrijk werden altijd de laatste snufjes geprobeerd, omdat daar de prestaties steeds meer opgedreven moesten worden. Mijn gestel kon er goed tegen.’ En zo gaat dat weken aan een stuk.

            In Humo van 30 juli 1970 mocht Daele zowaar Eddy Merckx spreken. Nou ja, gesprek, noem het gerust een confrontatie. Merckx wil weinig of niets kwijt over zijn wedde, wat zijn ploegmaats verdienen en de belastingen die hij betaalt. En dan komt het gesprek op het gespreksonderwerp doping, ruim een jaar nadat Merckx uit de Giro was gezet in Savona.

HUMO: Was die positieve controle op u in Italië een vergissing?

Merckx: Ze is niet volgens de reglementen gebeurd. Het tweede flesje moest geopend worden in mijn aanwezigheid en dat is niet gebeurd.

HUMO: Hebben de dokters een fout begaan?

Merckx: Nee.

HUMO: Dus u was wel positief?

Merckx: (geen antwoord)

HUMO: Dr. Luc Van de Caveye, de ploegdokter van Mars-Flandria, heeft vastgesteld dat 95% van de Ronderenners stimulerende middelen en hormonen gebruiken.

Merckx: Ik ken daar niets van. Maar ik neem geen middelen die verboden zijn.

HUMO: Ook geen hormonen?

Merckx: Dat is verboden. Géén hormonen. (nvdr: hormonen zijn niet verboden)

HUMO: Hebt u geen amfetamines gebruikt voor de dopingcontrole werd ingevoerd?

Merckx: Nooit!

HUMO: In 1957 was u wereldkampioen bij de beroepsrenners te Heerlen?

Merckx: Neen.

Interventie Van Buggenhout (Jean Van Buggenhout, manager van Merckx en wielerorganisator, fvl): In 1957 koerste Eddy nog niet, meneer.

HUMO: In 1967 bedoel ik natuurlijk. U werd toen positief bevonden. Dat bleek uit het wetenschappelijk rapport van de controle. U was vijfmaal positief op cafeïne.

Merckx: Van cafeïne wist ik niets. Ik zal ’s morgens een kop koffie gedronken hebben. Of misschien koffie tijdens de koers. Ja, dat zal wel. Zeker en vast.’

Einde gesprek.

            Een paar weken later mag radioreporter Jan Wauters voor hetzelfde weekblad Lomme Driessens interviewen, sportdirecteur van Merckx. ‘Afbreken is gemakkelijk. De journalisten van vroeger leefden meer voor hun beroep, die leefden ook meer mee met de renners. Nu zie je dat niet meer, ’t is allemaal sensatie. Wat er in de koers gebeurt, dat zien jonge journalisten niet. Zij zien alleen wat er rond gebeurt.’ Over doping: ‘Neen, nooit gezien. Ik kan er niet tegen. Ik ga buiten als ze bezig zijn, met wát dat weet ik niet. Ik wil dat niet zien. (…) Er zijn altijd jonge coureurs die misschien toch pakken. Om ze het af te leren of om te verhinderen dat ze er mee zouden beginnen, is die controle nodig. Voor de kleintjes, dus. Maar voor de groten, die gaan toch allemaal lang mee.’[ii]


[i] Humo, 9 juli 1970, p. 20

[ii] Humo, 13 augustus 1970, p. 6



Het EK op Sporza

Journalistiek, Radio en Televisie, Sport Posted on za, juni 22, 2024 12:48:37

Niet alleen de Belgische mannen op het veld worden dezer dagen overstelpt met keiharde verwensingen, stevige kritiek en goedbedoelde raadgevingen, hetzelfde overkomt de programmamakers bij de VRT, afdeling Sporza. Grootste gemene deler van die opmerkingen: het ziet er allemaal zo goedkoop uit op tv. Anderhalf jaar geleden was het imposante Wintercircus in Gent het decor tijdens het WK in Qatar, nu is dat een bescheiden (radio)studio aan de Reyerslaan. En als er dan al eens publiek in die studio zit, bij de avondwedstrijden, lijkt het wel een weinig populair café. Waar blijft dat volk? (En waar is dat feestje?)

Tja, de publieke omroep zal altijd tegenwind krijgen. De mensen die er werken kunnen heus wel tegen een stootje, alleen als bewindvoerders beginnen te morrelen aan de dotatie staan ze machteloos. Dat is precies wat er de jongste jaren is gebeurd door de VRT-onvriendelijke Vlaamse regering. De publieke omroep heeft noodgedwongen moeten besparen en zal dat ook in de toekomst blijven doen. Ergens moet er dus beknot worden. Meer zelfs: zowat alle diensten zien een hap uit hun budget verdwijnen.

Als kijkers kritiek hebben op het wedstrijdcommentaar kan ik dat nog enigszins volgen. Soms is het echt niet goed. Je hoort ook – die besparingen hé! – dat sommige commentatoren gewoon in een cabine in Brussel zitten. Dat is goedkoper, maar het perkt hun mogelijkheden in. Zij zien namelijk alleen wat u en ik thuis ook zien. Is er een fase waarin er wel of niet sprake is van buitenspel, of is het niet meteen duidelijk of er een doeltrap dan wel een hoekschop volgt, dan zien zij de lijnrechter niet vlaggen. Als ze in het stadion zouden zitten, konden ze dat wel prompt melden. Nu hoor je de pijnlijke aarzeling: wat moet ik nu zeggen? Ter plekke commentaar geven heeft dus een aanzienlijke meerwaarde (zelfs in de koers, ook al turen de commentator en zijn co de hele tijd naar een monitor waarop ze exact hetzelfde zien als u en ik thuis, maar door voeling te houden met het hele circus verzamelen ze ook nuttige informatie voor de vele uren die moeten gevuld worden).

Wat ik niet kan volgen, is de kritiek op de ‘magere’ omkadering. De essentie blijft immers de wedstrijd, dat wat er zich in die negentig-plus minuten binnen die groene rechthoek afspeelt. De rest zijn toeters en bellen. Als je dan toch moet beknibbelen, doe het dan inderdaad daarop. Ik zou zelfs nog verder gegaan zijn: géén publiek, wegens géén toegevoegde waarde. Alleen deskundige analyses, liefst dan met een analytisch tekenprogramma dat makkelijk te bedienen is. Een gewone tv-studio volstaat.

Weet u wat het is: we zijn rotverwend. Vierendertig jaar geleden introduceerde Mark Uytterhoeven de studio-omkaderingen tijdens het WK in Italië. Dat was toen baanbrekend. En uitermate entertainend. Maar ja, dat was Uytterhoeven, een unieke tv-persoonlijkheid, een kerel met een hoek af (in de goede zin van die term), iemand die zodanig goed voorbereid was (mede dankzij een al even gedreven team), dat hij op de set losjes uit de pols leek te presenteren. Probleem is dat Mark Uytterhoeven one of a kind is. Wie na hem de omkaderende EK- en WK-programma’s presenteerde, had sowieso minder talent, minder humor of minder gedrevenheid (en in het slechtste geval een combinatie van die drie factoren).

Carl Huybrechts, vakman, maar ook zeer nonchalant: die dacht dat zijn metier en zijn soms scherpe humor het wel zouden beredderen.

Karl Vannieuwkerke, vakman en harde werker, zeer in zijn schik aan een tafel in een of andere Franse negorij, maar niet gekend vanwege zijn spitante humor.

Dus, ofwel moet je Uytterhoeven terughalen (wat hij niet meer wil) of klonen, ofwel een ander soort omkadering uitdokteren. Soberder. Gericht op voetbaldeskundigheid. Niet mikkend op een groot publiek, want dat haakt toch af. Ten bewijze: de voetbalomkaderingen mét Uytterhoeven haalden minder dan de helft van de kijkers van de match die ertussenin geprangd zat. De hoofdzaak blijft: voetbal. Niet: praten over voetbal.

Een ander euvel is de BV-isering van voor- en nabeschouwingen en andere praatprogramma’s over voetbal. Niet doen. Ga niet op zoek naar Average Rob in het stadionpubliek. Nodig Viktor Verhulst niet uit om quasi-deskundig over voetbal te komen praten. Keep it simple. Je jaagt er de voetballiefhebbers mee weg en Jan en Jeannine Modaal zitten er evenmin op te wachten. Waarom doe je dat dan?

(Overigens kijk en luister ik bijna nooit naar voetbalpodcasts. Eindeloos gelul, vind ik het. Niet dat de meeste aanwezigen op de set er niets van kennen, deskundigheid is niet het probleem, wel het urenlang geëmmer over futiele details. Bovendien: als iemand het beter weet, zal ik het wel zijn, natuurlijk.)

Neem een voorbeeld aan de BBC: geen amechtige pogingen om het volk te entertainen, neen, al sinds mensenheugenis rechttoe-rechtaan analyses van ex-topvoetballers en trainers, in goede banen geleid door Gary Lineker, zelf ook geloofwaardig vanwege zijn indrukwekkende spelerscarrière. Alhoewel, neem geen voorbeeld aan de BBC als er moet bespaard worden: hun omkadering wordt op dit EK gepresenteerd vanuit een glazen kooi met uitzicht op de Brandenburger Tor in Berlijn. Over weggegooid geld gesproken: als je niet in het stadion zit, kan je dat programma net zo goed (en veel goedkoper) maken vanuit de studio in Londen.

Mijn goede raad aan mijn ex-collega’s onder de toren: schenk geen aandacht aan de kritiek (behalve de mijne, uiteraard). Maak programma’s voor echte voetballiefhebbers en niet de tijdelijke (succes)supporters, want die gaan tijdens de besprekingen voor, tijdens de rust en na toch naar het toilet, de frigo of de barbecue, waarop nog wat aangebrande worstjes klaarliggen. Stop met die debiele promofilmpjes voor de eigen pronostiek. Laat alleen kenners aan het woord, niet random BV’s die zomaar wat in de microfoon brabbelen. Bespaar op randzaken en stuur de commentatoren allemaal, zonder uitzondering, ter plekke, zeker nu het in Duitsland is, niet meteen het andere eind van de wereld. En hoop dat de Rode Duivels het vanaf vanavond beter beginnen te doen, want eens die naar huis gespeeld zijn, zullen de kijkcijfers van VRT 1 als een pudding in elkaar zakken.

Tot slot: van de – overigens bijzonder matige – Duitse wedstrijdregie verwacht ik live wedstrijdbeelden, waar mogelijk onderbroken door een beperkt aantal herhalingen van échte doelkansen, zonder dat voortdurend inzoomen op de in de eigen landskleuren uitgedoste toeschouwers, die als ze in beeld komen dan nog eens als een randdebiel staan te zwaaien naar het grote scherm waarop ze zichzelf zien, in plaats van naar de camera vlakbij.



Volgende »