Blog Image

Maandans

It's a marvelous night for a moondance!

Meningen over actuele gebeurtenissen. Of oude teksten "revisited". Startend vanuit een persoonlijke nood om gehoord/gelezen te worden. Een beetje pretentieus, misschien, in de hoop zo een discussie aan te zwengelen. Of toch op zijn minst tot nadenken te stemmen. Leuk tijdverdrijf mag ook, natuurlijk. O ja, de naam "Maandans" is de letterlijke vertaling van "Moondance", een management-boekingkantoor voor jonge Belgische rockbands dat ik eind jaren tachtig had, maar vooral: een heerlijk swingend nummer van een toen nog piepjonge Van Morrison, één van mijn favoriete artiesten. Kom ook eens langs op Twitter: @FrankVanLaeken of op mijn website: www.frankvanlaeken.eu

Anonymous Assholes

Journalistiek Posted on vr, mei 02, 2014 13:08:25

Dirk Bisschop, de 59-jarige burgemeester van Damme, is
gisteravond verongelukt in zijn Porsche. Ook zijn vriendin kwam daarbij om het
leven. Het ongeval gebeurde in een straat waar recent nog de maximumsnelheid
verlaagd was van 90 naar 70 kilometer per uur. Tot zover het nieuws.

Waarom ik daar een blogpost aan wil wijden? Eigenlijk wil ik
dat helemáál niet, maar gisteren wees iemand me erop dat de reacties op de
verschillende fora na dit voorval alweer bijzonder ranzig waren. Tussen de
gemeende ‘innige deelneming’en en ‘RIP’s door, vonden sommigen het weer nodig
om, wars van kennis van zaken, hun eigen(on)zinnige commentaren te spuien.

Een bloemlezing hieruit, inclusief taalfouten, exclusief
namen van de inzenders. Ik heb me beperkt tot de sites en de Facebook-pagina’s
van onze populairste media, Het Laatste
Nieuws
en Het Nieuwsblad.

***

“Getorenpoept?”

“Rip man en de groeten aan Senna”

“Waarschijnlijk te traag gereden. Als ge 70 doet me ne
porche ga je heus nie uit de bocht.”

“Weer met een stik in zen voeten zeker, want tis ook
zen eerste accident nie wi. Ie giet ze er ook nie naast..”

“In Damme en omgeving zullen er veel zijn die niet
verwonderd zullen opkijken. Burgemeester Bisschop was een kleurrijk figuur en
notoir levensgenieter. Daar is niets verkeerd mee, en het blijft hoe dan ook
een tragisch ongeval dat 2 mensen het leven kost.”

“Zal zeker tegen 70kmu geweest zijn . Als da zo is .
Dan koop ik toch gene porche hoor . Zo neemt onveilige auto .”

“ik heb gelezen,dat hij uit de auto is geslingert, dus
mijn gedacht had hij zijn gordel niet aan,! maar ik vind het spijtig van het
ongeval!!!veel sterkte”

“Nu ister bere veel chaos over een overleden
burgemeester en zijn vriendin en kvind zelf ook dat da erg is ma alster een
“gewone” burger overlijdt dan ist altijd de zelfste reactie lik van
“ah ja tis nu gebeurt ofzo” en een burgemeester of een gast met geen
hoge functie ik vind da ze allemaal gelijk zijn wi”

“eigen schuld !!! mooi voorbeeld van een
burgemeester”

***

Je kan dit soort nieuwsberichten en de reacties erop straal
negeren. Je kan om zoveel boertigheid lachen. Je kan heel veel andere, nuttige,
zinvollere dingen doen dan aandacht besteden aan die dagelijkse voorbeelden van
ziekelijke en uit de hand gelopen meningitis.

Het is een dilemma: trekken we ons niets aan van dat achterlijke
gedoe van die verzuurde, gefrustreerde idioten (en laten we hen daardoor ook
rustig en lustig verder doen) of moeten we met zijn allen, de betrokken media in de
eerste plaats, misschien proberen om eindelijk een dam op te werpen tegen deze
onder het valse mom van de vrijheid van meningsuiting opgeworpen zwerfvuil?

Ik kies vandaag even voor de tweede optie en doe een oproep
aan de media om binnenlopende reacties te controleren en, indien ongepast, te
censureren. Een aantal sites hanteert al strenge spelregels: als ik op
deredactie.be een reactie kwijt wil, dan moet ik mijn emailadres opgeven en
wordt mijn stukje proza eerst grondig nagelezen alvorens het op de mensheid
wordt losgelaten. Harde, kritische standpunten mogen, maar het moet binnen de
perken van de wellevendheid blijven en correct geformuleerd zijn. Zo hoort
het.

Ik ben nooit zo voor vox populi geweest, omdat mensen die een
microfoon onder de neus wordt gestopt bijna altijd denken dat ze deskundig en
intelligent zijn, ook al hebben ze alles van horen zeggen. Op internetfora,
waar even veel anonimiteit heerst als in darkrooms en parenclubs, wordt
voortdurend onveilig gevrijd met woorden. Onze taal wordt er zodanig verkracht
dat het slachtoffer vaak nauwelijks nog herkenbaar is.

***

Misschien moeten we al die dubieuze figuren een
ontwenningskuur voorschrijven. Laten we daarom de AA oprichten, de Anonymous Assholes.

“Hallo, mijn naam is Jan Janssens en ik ben verslaafd
aan het geven van meningen over zaken waar ik niets van afweet.”

“Dag Jan Janssens”

Bij de Anonieme Alcoholisten gebruiken ze de eeuwenoude
leuze van Franciscus van Assisi als gebed: ‘Heer, geef mij de kracht om te
veranderen wat ik kan veranderen, de moed om te aanvaarden wat ik niet kan
veranderen, en de wijsheid om het onderscheid tussen beide te weten.”

In onze AA kan dat worden: “Geef mij de kracht om te
zeggen wat ik te zeggen heb als ik écht iets te zeggen heb, de moed om te
aanvaarden dat ik vaak niets te zeggen heb en dus beter zwijg, en de wijsheid
om het onderscheid tussen beide te weten.”
Goed idee?



Zegening

Journalistiek Posted on ma, april 14, 2014 12:00:48

Het meest aangrijpende artikel in de vuistdikke kranten en -magazines van dit weekend viel te lezen in De Standaard Weekblad, waarin een 24-jarige jongeman uiterst sereen
en toch geëmotioneerd terugblikte op de euthanasie van zijn moeder een paar
maanden geleden. De vrouw koos voor ‘de goede dood’ omwille van ondraaglijk
psychisch lijden, één van de elementen die werden opgenomen in de euthanasiewet
van twaalf jaar geleden.

De geïnterviewde, meer jongen dan man nog, enig kind van
gescheiden ouders, vertelt zijn verhaal rustig en waardig. De emotie zit in de
tragische afloop van zijn moeders leven, niet in de tranerige toon van zijn
woorden of het sensationele verloop van het gesprek, zoals de journalist het
heeft weergegeven. Er staat geen letter te veel in dit artikel. Er ontbreekt er
ook geen. Alsof de journalist, ongetwijfeld zelf sterk onder de indruk van dit
verhaal, elk woord met een apothekersweegschaaltje heeft gewikt en gewogen.
Journalistiek kán maatschappelijk relevant zijn, maar is het helaas veel te weinig.

In onze samenleving kan iemand bewust kiezen om een einde te
laten maken aan zijn of haar fysiek of psychisch lijden. Als de levenskwaliteit
tot een onaanvaardbaar laag niveau gedaald is, zonder verbetering in het
vooruitzicht, behoedt die keuze elk individu ervan om verder te moeten afzien. Maar
niemand móet die keuze maken, dat is net het interessante
ervan. Iedereen kan zijn eigen geweten laten spreken, in overleg met familie,
vrienden en artsen, maar je kan net zo goed beslissen dat de mens niet over
zijn eigen leven mag beschikken. Die vrijheid hebben we hier. Die vrijheid
hadden we niet vóór 28 mei 2002. Toen besliste God of het lot, of waar u verder
ook in gelooft.

Ook die jongeman erkent dat er voor zijn moeder geen andere
uitweg was. Ja, in een minder mensvriendelijke samenleving, die gedomineerd zou
worden door oerconservatieve, religieuze krachten, had die vrouw zelfmoord
kunnen plegen. Dan had iedereen kunnen zeggen: ‘Goh, kon zij niet aan haar enig
kind denken?’ En dan had die jongen geen waardig afscheid kunnen nemen, een
afscheid dat nu pijnlijk maar ook zeer waardevol was. Dan zou hij zich elke dag
afgevraagd hebben ‘Waarom toch?’. En: ‘Wat had ik kunnen doen om dit te voorkomen?’. Nu heeft ie vaarwel kunnen zeggen met de hand
van zijn moeder in de zijne. Al zullen er ook in dit geval waarom-vragen blijven.

Er valt veel te zeggen over dingen die fout lopen in ons
land, héél veel. Maar als het goed is, mag het ook gezegd worden. Zo werd er
recent nog een uitbreiding van die euthanasiewet, die al zo ver vooruit liep op
de rest van de wereld, gestemd, met een wisselmeerderheid nog wel, waardoor nu
ook kinderen voor euthanasie kunnen kiezen. Een zeldzaam bewijs dat de
parlementaire democratie nog wérkt.

Af en toe zouden we wat meer onze zegeningen mogen tellen.
Dit is er zo één.



Kotsemmer

Journalistiek Posted on wo, maart 19, 2014 12:10:05

Drie Engelse tabloids pakten gisteren op hun frontpagina uit
met de ‘exclusieve’ foto van het exacte moment waarop Mick Jagger het nieuws
van de zelfmoord van zijn vriendin, L’Wren Scott, vernam. Twee opmerkingen
daarover. Eerst een minder belangrijke: de term ‘exclusief’ is intussen al
zodanig gedevalueerd dat die, en ik geef u dat uiteraard zeer exclusief mee!, geen
reet meer voorstelt. Dan een zeer belangrijke: hoe ziek moet je zijn om het
oprechte verdriet van wie dan ook met een paginagrote foto en ‘passende’ tekst
uit te spelen?

Antwoord op die laatste vraag: zo ziek als de gemiddelde
lezer, die dit dag na dag blijft pikken. Sterker nog, die bewust naar dit soort
beelden en begeleidende teksten op zoek gaat. Het leven is één grote kijkfile
geworden, waar sensatiezuchtige chauffeurs stapvoets rijden om toch maar te
kunnen zien wat er aan de andere kant van de middenberm gebeurd is. ‘Misschien
kan ik wel mijn boterhammetje soppen in het bloed en de miserie van een andere
bewoner van deze aardkloot?’ Zieke mensen. Voor dat soort individuën, van wie
er helaas steeds meer lijken te zijn, is het leven reality-tv zonder
cameraploeg geworden.

Ik walg daarvan. Laat Mick Jagger gerust met zijn peilloze
verdriet. Laat hem samen met familie en vrienden proberen te bekomen van deze
schok. Laat hem vooral niet zien, want dat heeft niets met publieke informatie
en alles met schending van de privacy te maken. Wat Eric Goens dit weekend in
een opiniestuk in De Morgen schreef
over ‘de boekskes’, kan je net zo goed opmerken over ‘de bladjes’.

Al mogen we van geluk spreken dat we in ons land nog met een
‘brave’ pers zitten, waar respect doorgaans geen wereldvreemd begrip is. Er
zijn uitschuivers, zeer zeker; elke panda valt wel eens van een podium. Er
worden fouten gemaakt, maar wie zonder zonden is werpe de eerste steen. Er
wordt opvallend meer terughoudendheid aan de dag gelegd met onze eigen vedetten
dan met verre sterren, ook waar; ‘eigen volk eerst’ zit er sterk ingebakken (en een internationale vedette zal minder snel naar juridische middelen grijpen).

Top of the bill in
de overwegend ranzige berichtgeving van de Angelsaksische pers was een
interview met een gewezen huishoudster van de overledene, die blijkbaar niet
moest weten van de rimpelige rockzanger. Mevrouw Scott wou een kind en kreeg
dat niet van Mick. Mevrouw Scott was goedlachs, maar veranderde in een stille
vrouw aan de zijde van Mick. Mevrouw Scott werd uitvoerig bedrogen door die
loopse zanger. Dat soort zinledige opmerkingen. Ik heb het in grote lijnen
gelezen omdat ik met dit stukje bezig was, maar ik moet u zeggen dat de
kotsemmer de hele tijd in de buurt stond, in geval van. Wat bezielt
ex-werknemers, die zich een vriend des huizes noemen, om dit soort verhalen op
te dissen? De ene haar dood is de andere haar brood?

Wat ook opviel: in zowat alle persberichten – zowel de
‘breaking news’-tekstjes, als de latere artikels op nieuwssites en in de
kranten – werd L’Wren Scott vooral omschreven als ‘de vriendin van’, terwijl ze
een gevierde modeontwerpster was. Ze ontwierp kleren voor Michelle Obama,
Madonna, Sarah Jessica Parker, Angelina Jolie, Nicole Kidman, Penélope Cruz en
nog wat illustere leden van de beau monde. Maar over haar leerde je niet veel
meer dan dat haar voornaam als ‘Lou’ren’ moest worden uitgesproken. Nuttig,
maar helaas te laat. Haar in de eerste plaats typeren als ‘de vriendin van’ is
pissen op een graf waar het lijk nog niet eens in ligt.

Enkele uren nadat het eerste bericht over haar dood op één
of andere nieuwssite passeerde, draaide Radio 1 het Stones-nummer She’s so cold in het actuamagazine Vandaag. Ongelukkig toeval bestaat wel
degelijk. De manier waarop een aanzienlijk deel van de Angelsaksische pers aan
lijkenpikkerij deed en doet, is echter geen toeval. Dat is perverse verslaggeving
met voorbedachten rade. Hier met die emmer!



Onderzoeksjournalist heeft de sleutel in handen

Journalistiek Posted on vr, maart 07, 2014 13:03:12

Geregeld lees je in onze dagbladpers interessante analyses, spitante
columns en ogen openende opiniestukken. Er valt veel te zeggen over de gebrekkige
of afwezige eindredactie, de belabberde schrijfstijl en de voorspelbare
onderwerpenkeuze, ook in onze zogeheten kwaliteitspers, maar er staan nog
altijd voldoende goede artikels in om elke ochtend verwachtingsvol naar de
brievenbus te stappen om te ontdekken wat er in de krant staat.

Helaas verrassen weekbladen me steeds minder. Ik ben
jarenlang een trouwe Humo-lezer
geweest, maar na het halve en daarna volledige vertrek van Guy Mortier is dat
blad minder dan een schim van zichzelf, al probeert het nu wanhopig om opnieuw
aansluiting te vinden bij de glorieuze tijden van weleer. Humo blaft nog wel af en toe, maar het bijt al lang niet meer. Mijn abonnementsgeld ontvangen ze al een jaar of zeven niet meer. Knack is een blad van ups en downs,
waarbij de visie van de journalist niet zelden primeert boven de objectieve
inhoud en het soms de indruk geeft één langgerekt opiniestuk te zijn. En P Magazine is weliswaar een onderschat
blad, met af en toe knappe uitschieters, maar blijft toch te veel hangen in een
semi-ludieke vlotte-jongens-onder-elkaar-sfeer, zeg maar: een goedkope imitatie-Humo stijl jaren tachtig.

Het gaat niet goed met de tijdschriftenmarkt in Vlaanderen.
Op Trends na blijven de weekbladen
achteruit boeren, bij de maandbladen is Menzo
een positieve uitzondering in een krimpend wereldje waar de oplagen een pak sneller
dalen dan de staatsschuld. Brecht Decaestecker, adjunct-hoofdredacteur van De Morgen, schreef er vandaag een zeer
lezenswaardig stuk over in zijn eigen krant. Een ‘longread’ heet dat
tegenwoordig nogal denigrerend, in een era waarin het allemaal vlot en
behapbaar moet zijn, liefst verpakt in een lijstje en met veel illustraties.

Ik hou van ‘longreads’. Ik ben dan ook stilaan een
dinosaurus, iemand die journalistiek ondanks alles ernstig blijft nemen en meer
geïnteresseerd is in keurig geschreven stukken met behoorlijk wat diepgang, dan
in de huidige tendens van samenvattingsjournalistiek. Liever wat meer tijd en
geld spenderen in een sterrenrestaurant, dan mijn smaakpapillen tarten in een fastfood-keten. Journalistiek anno 2014
is helaas hoe langer hoe meer fastfood
geworden.

Decaestecker verwijst in zijn essay naar een uitspraak van
de Poolse designer Jacek Utko, de man die ook tekende voor de toekomstige
papieren en digitale layout van De Morgen:
‘Dagbladen moeten zich als weekbladen gedragen en weekbladen moeten zich als
maandbladen gedragen.’ Een terechte opmerking: door de snelheid waarmee het
nieuws via allerlei kanalen op ons af komt, is de taak van de krant verschoven
van nieuws brengen naar nieuws duiden. Andere invalshoeken zoeken,
achtergronden verduidelijken, achter het nieuws spitten naar méér nieuws.

Omdat dagbladen al enkele jaren in het weekend met een heus
weekblad uitpakken, werd het gras vanonder de voeten van de weekbladjongens- en
meisjes weggemaaid. Een volledig katern tv-pagina’s wordt stilaan overbodig,
interviews over de strikte actualiteit eveneens. Weekbladen moeten dus focussen
op het langere, volledigere interview, het diepgaander artikel, het volledige
plaatje. Het bos, niet de bomen, want die stonden al allemaal te pronken in de andere media.

Om de concurrentie met de kranten te kunnen aangaan pleit
Decaestecker er ook voor om de verschijningsdag te veranderen. Bladen als Humo en Knack komen nu uit op respectievelijk dinsdag en woensdag, wat in de
praktijk betekent dat ze al op vrijdagavond – een halve week vóór ze in de
kiosk liggen! – afsluiten, waardoor inzoomen op de actualiteit compleet zinloos
wordt, wegens achterhaald. Verschijn op vrijdag, schrijft Decaestecker, dan ben
je de weekendkranten een dag voor. Opmerkelijk dat een adjunct-hoofdredacteur
de concurrentie adviseert, overigens, maar hij heeft wel een punt.

Wat Decaestecker tot mijn verbazing niet benadrukt, is het
belang van onderzoeksjournalistiek. Nochtans is dat voor mij dé oplossing om nog
het onderscheid te maken. Spit de dingen uit, zet een redacteur enkele weken op
een dossier, tot ie met een doorwrocht artikel op de proppen komt, waarin alle
kanten van een maatschappelijk relevant thema uitvoerig belicht worden. Dat
vergt tijd en tijd kost geld, maar je kan er wel het verschil mee maken. En
laat die artikels dan ook wat langer zijn, met meer nuance geschreven, alle
mogelijke relevante details belichtend. Of maak er stevige dossiers van, die over verschillende
edities gespreid worden, zoals Humo
dat een jaar of dertig geleden heel vaak deed, tot grote vreugde van de grote schare lezers. Op die manier beperk je ook de
kost om een redacteur wekenlang op één onderwerp te laten zitten. De onderzoeksjournalist heeft de sleutel in handen, toon hem de deur!

Alleen zo spring je uit de band, val je nog op tussen het
gigantische (over)aanbod op de bladenmarkt en bouw je een (h)echte relatie op met je lezer. Alleen
zo kunnen we naar de ‘kwalitijdschriften’ uit de titel van Decaesteckers stuk
evolueren. Alleen zo hervinden weekbladen mogelijk hun bestaansreden.
Herbronnen is geen schande. Herkauwen wel, omdat het zonde is.

Wie vandaag alleen maar geïnteresseerd is in de snelle hap,
vindt zonder enige moeite zijn gading. Wie diepgang wil, moet echter al te vaak uitwijken naar
buitenlandse media. Is er dan echt geen enkele uitgever of hoofdredacteur die
dit aandurft? Niemand die het licht ziet? Als het niet snel gebeurt, zal er
ongetwijfeld straks wel iemand klaarstaan om dat licht definitief uit te doen. Uw tijd
ga nú in!



Afscheid van Goooal! (2013-2014)

Journalistiek Posted on vr, februari 28, 2014 09:34:32

Zeven maanden heeft het voetbalmaandblad Goooal! het volgehouden. Dat is niet
lang. Dat zijn zes nummers, die er stuk voor stuk inhoudelijk en vormelijk
verzorgd uitzien. Een positief ingesteld blad waarin elke keer een Rode Duivel
uitgebreid geportretteerd werd, het leven buiten het voetbal werd belicht,
clubs in het zonnetje werden gezet, jeugdopleidingen eindelijk aandacht kregen,
supporters hun liefde voor hun club mochten bezingen, de mooiste momenten van
de voorbije voetbalmaand weer de revue passeerden.

Het opzet, een positief en informatief blad over alle
aspecten van voetbal, was blijkbaar niet wervend genoeg. Het blad lag ook niet
in alle krantenwinkels. In het dorp waar ik woon was Goooal! bijvoorbeeld al niet te vinden. De promotie had
ongetwijfeld beter gekund, maar doodgezwegen worden door de andere media is
tegenwoordig ook een ernstig euvel. Dan besta je niet meer. Niet geciteerd =
niet bestaand.

Misschien ligt het ook aan de frequentie. Dagblad, weekblad,
dat is zeer herkenbaar, je weet wanneer je lievelingsblad verschijnt. Elke dag
behalve zondag, elke dinsdag of donderdag, dat is duidelijk. Eén keer per
maand, dan vergeet je haast dat het blad bestaat. En een abonnement nemen ligt
in deze economisch moeilijke tijden niet meer zo voor de hand. En er staat al zoveel sport
in de gazetten, meneer!

Enfin, ik wil maar zeggen: het is úw schuld! Als u een
voetballiefhebber bent en van mooie interviews en verhalen houdt, dan had Goooal! uw blad moeten zijn, vanaf de
eerste dag. De harde realiteit in dit oppervlakkige land met zijn kleine
oppervlakte is dat er commercieel slechts ruimte blijkt te zijn voor één
sportblad, Sport/Voetbalmagazine. Al
de rest is gedoemd om vroeg of laat (eerder vroeg dan laat!) te verdwijnen. Initiatieven genoeg, daar niet van, maar meestal met onvoldoende
financiële draagkracht om het minstens twee jaar uit te houden en gedoemd om
een solitair bestaan te lijden, zonder aandacht van anderen, zonder een belangrijke mediagroep achter je. Dan weet je dat zo’n blad een kort leven beschoren is.

Vlaanderen heeft geen sportcultuur (sjotten en koers, dat is
het zo ongeveer, en dan nog occasioneel wat tennissers, hockeyers of schaatsers die
wat aandacht krijgen). Vlaanderen heeft ook geen sportleescultuur. En dat laatste hangt dan weer nauw samen met de
jammerlijke vaststelling dat Vlaanderen geen sportschrijfcultuur heeft. We zijn ver verwijderd van de glorieuze tijden
dat Piet Theys voor de radio werkte en prachtige teksten afleverde of het duo
Jan Wauters-Herman De Coninck indringende en literair hoogstaande interviews maakte
met sporters voor Humo. Het is allemaal bandwerk geworden. Keurig, maar weinig verheffend.

Goooal! had een
beter lot verdiend dan al na iets meer dan een half jaar buitenspel te worden
gezet. Mijn bankrekening denkt daar ook zo over.



Limbo

Journalistiek Posted on za, februari 22, 2014 13:38:31

Uiteraard waren de gebeurtenissen in Kiev oneindig veel
belangrijker dan de mediarelletjes die gisteren op virtuele Vlaamse pleinen
uitbraken, maar geef toe: we hebben ons weer kostelijk geamuseerd.

Even recapituleren voor wie iets beters te doen had: Knack stapt naar de Raad van de
Journalistiek en later mogelijk ook naar de rechtbank omdat Het Nieuwsblad en De Standaard plagiaat zouden hebben gepleegd. Die kranten namen
vrijdag hele paragrafen over van een interview dat twee dagen voordien in het
weekblad had gestaan. En de nieuwssite NewsMonkey overweegt dan weer een klacht
wegens ‘laster en eerroof’ tegen Elke De Vilder, die op Twitter als @issuus
door het leven gaat en donderdag om 15u03 de euvele moed had gehad om
‘nerdteam gezocht om @Newsmonkey_BE offline te halen’ te tweeten.

Dirk Draulans, wetenschappelijk journalist van Knack en waarvan sommigen beweren dat
hij op zijn eentje verantwoordelijk is voor een deel van de overbevolking in de
wereld (laster!), stelde tot zijn eigen stomme verbazing vast dat zijn stuk niet al te dunnetjes werd overgedaan in Het Nieuwsblad (‘Vier lange quotes, twee
streamers en een inleiding’) en De
Standaard
(‘Twee andere quotes’). Dat alles zonder bronvermelding.

Blijkbaar wringt het een beetje tussen Knack en De Standaard, twee media die graag het
predikaat ‘kwaliteit’ voor of achter hun naam zien verschijnen. Schrijft
Draulans: ‘Dat De Standaard al jaren zijn best doet om het bestaan van Knack te
negeren, is bekend. Het moet niet gemakkelijk zijn om als kwaliteitskrant die
de beste wil zijn, steevast te botsen op een medium dat het nog beter doet.’
(Het is niet meteen duidelijk of Draulans daarmee Knack bedoelt, of toch De
Morgen
of De Tijd, maar ik wil
hier niemands eer roven, dus ga ik ook niet speculeren.)

Joël De Ceulaer, niet toevallig ook een Knack-journalist, maar tot voor kort actief bij… De Standaard, ergerde zich er een paar
weken geleden ook al aan, dat klakkeloos overnemen van stukjes zonder
bronvermelding. Het is inderdaad hemeltergend, maar het behoort blijkbaar tot
de journalistieke tijdsgeest. Snelheid is belangrijk dan accuraatheid, door te
kopiëren kan je op dezelfde tijd waarop je normaal zelf een volwaardig artikel
schrijft drie à vier stukken ‘plegen’.

Wat mij intrigeerde was de uitleg achteraf van Liesbeth Van
Impe, hoofdredactrice van Het Nieuwsblad.
Zij tweette: ‘Wij hebben fout gemaakt door misverstand op redactie. Kan
iedereen nu stoppen met schieten op de journalist die geen schuld treft?
#pandarel’. Die journalist, Chris Snick, snikte een tijdje eerder, ook al via
Twitter: ‘Wat kan een mens meer zeggen dan ‘ik vermeldde de bron’…tot mijn
spijt door misverstand niet in de krant geraakt. #pandarel’.

Dan vraag ik me, met mijn soms ietwat naar slecht neigende
karakter, af hoe zoiets kan? Wat heet ‘misverstand’? Als de bronvermelding
wel in het oorspronkelijke stuk van Snick stond en de eindredacteur die heeft
weggehaald, is dat geen ‘misverstand’ maar een bewuste ingreep en dus
kwaadwillig. Als die bronvermelding er niet in stond en Snick dat bijvoorbeeld
mondeling of met een aanvullende mail heeft gedaan, waarna de redactie dat
vergat over te nemen, is het misschien wel een ‘misverstand’, maar dan wel
eentje dat nogal verdacht overkomt. En als Snick die bronvermelding niet in
zijn stuk had gezet, noch aan de redactie gemeld, dan kleeft u er zelf maar een
adjectief op.

Wat mij dan extra intrigeert is dat Van Impe, die niet erg
actief is op Twitter, een paar maanden geleden nog antwoordde op een
verontwaardigde tweet van de hoofdredacteur van P Magazine: ‘sorry, is fout, We hadden bron moeten vermelden’.
Kijk, dan hoor ik de goedaardige reus uit Twin Peaks
‘It is happening again!’ waarschuwen. Dan denk ik: die krant neemt het niet zo
nauw met bronvermeldingen, waarmee ze trouwens lang niet alleen staat. Dan
bloedt mijn journalistieke hart weer een beetje meer.

(Overigens, vandaag geen woord over de plagiaatdiscussie in De Standaard. Vreemd. Vergeten
overschrijven?)

***

De ‘pandarel’ tussen Di Rupo en Peeters en nu tussen Knack en Het Nieuwsblad/De Standaard zou je met veel fantasie nog kunnen
bestempelen als inhoudelijk interessant. Maar wat NewsMonkey heeft gepresteerd
met een stoute, nogal vileine, maar voor de rest vrij onschuldige opmerking van
een blogster met bijna 5.500 volgers op Twitter, tart elke verbeelding.

Als dit ‘laster en eerroof’ is, dan kan Twitter best zijn
boetiek sluiten, want dan lees ik elke dag tientallen tweets die veel verder gaan,
die écht lasterlijk en eerrovend zijn. Bovendien, en staat u me toe om ook even
stout te zijn: moet je niet eerst een ‘eer’ hebben die ‘geroofd’ kan worden,
alvorens je klacht kan indienen wegens ‘laster en eerroof’? Ja, dat heb ik
gisteren zelf getweet (helemaal zelf bedacht, niet gekopieerd). Geen reactie, vooralsnog. Het gaat dan ook om een weinig
subtiele sneer, maar opnieuw: geen sprake van laster en eerroof, zoals je dat
in de rechtspraak terugvindt.

In artikels 443 tot en met 453 van het Strafwetboek wordt
‘laster en eerroof’ behandeld. Het gaat dan om ‘aanranding van de eer of de
goede naam van personen’, het kwaadwillig ten laste leggen van zogezegde
feiten. Als het bewijs niet geleverd wordt, gaat het om ‘laster’. Als de wet
dit bewijs niet toelaat, gaat het om ‘eerroof’. Als @issuus schrijft: ‘nerdteam
gezocht om @newsmonkey_BE offline te halen’, dan geeft ze geen zogezegde feiten
aan en moet ze dus ook geen al dan niet toelaatbaar bewijs leveren. Hooguit zie
ik er stevige kritiek aan het adres van NewsMonkey in, een enkeling zou het
misschien kunnen interpreteren als een oproep tot een hacker om iets
onwettelijks te doen. Meer niet.

Ach, NewsMonkey, ik schreef er al eerder over en ook
Shakespeare deed dat vele eeuwen geleden al onbewust: veel herrie om niets. Met een walgelijke dosis poeha aangekondigd als de site die
alle andere nieuwssites zou wegblazen, maar in werkelijkheid een serieuze flop.
Ik kan er alleen maar het volgende over zeggen:

– NewsMonkey voegt niets toe aan online journalistiek. Er
staat nauwelijks nieuws op de site, er wordt ontzettend veel gepikt van
buitenlandse sites, de lijstjes komen de lezer de oren uit en de algemene irrelevantie van de eigen bijdragen is stuitend. (vrijheid van
meningsuiting)

– NewsMonkey verhoudt zich tot ernstige journalistiek, zoals
Anderlecht zich tegenwoordig verhoudt tot Bayern München. (vrijheid van
meningsuiting, hooguit zou Bayern kunnen aanvoeren dat Anderlecht momenteel nóg
veel zwakker is dan de vergelijking zou kunnen laten uitschijnen)

– NewsMonkey heeft de journalistieke lat zó laag gelegd, dat
zelfs de wereldkampioen limbodansen er niet meer onderdoor kan. (vrijheid van
meningsuiting, waarbij ik voor alle zekerheid mijn excuses aanbied aan Shemika
Charles, die drieëneenhalf jaar geleden het wereldrecord limbodansen op 21,5
centimeter zette)

Weet je wat wel lasterlijk klinkt: ‘Omhooggevallen Gentse
blogster lacht met Newsmonkey’. Gelukkig bleek dat maar een fake artikel te zijn, gefabriceerd door een intermaatje van @issuus. Anders zaten we met een écht ‘laster en eerroof’-verhaal.



Trivia

Journalistiek Posted on di, februari 11, 2014 13:08:34

Een paparazzo uit een land waar de president ongezond overspelig is en die gespecialiseerd is in het betrappen
van hoogwaardigheidsbekleders op een laagwaardig moment zei gisteren op een radiostation dat hij had vernomen dat een kwaliteitskrant uit de
hoofdstad van een groot land een artikel zou publiceren over een vermeende
affaire tussen de president van dat land en een uitermate populaire zangeres
uit datzelfde land. Alle internetmedia namen dit sensationele nieuws over, tot
de redactie van die kwaliteitskrant liet weten dat ze helemaal niet van plan
was dergelijk artikel in de krant van vandaag te zetten.

Ondertussen was het smullen geblazen op de sociale media,
waar meer aasgieren rondcirkelen dan in gebieden waar hongerige roofdieren op
zoek zijn naar een prooi. En dus had je, kort samengevat: een gerucht over een
gerucht van een geruchtmakende affaire dat zelf geruchtmakend werd, maar dat
achteraf niet meer dan een gerucht bleek te zijn. Terloops meld ik nog dat die
paparazzo, wiens naam ik echt niet de moeite waard vind om te vermelden, ook
een, ongetwijfeld geruchtmakend, boek had voor te stellen. Tja.

***

Ach, de media. Je vindt er tegenwoordig veel meer trivia dan
in de recentste editie van Trivial Pursuit, waarbij dat populaire spel dan nog
eens veel betrouwbaarder is, omdat de vragen tenminste gebaseerd zijn op
feiten. Of op enigszins relevante gebeurtenissen. Niet op geruchten, roddels,
achterklap. Of op een Twitterrelletje. Zondag was het weer zover. Een
sportanker/commentator van de openbare omroep tweette iets positiefs over een
Vlaamse tv-serie over een oorlog die het hele jaar herdacht wordt, waarop een
adjunct-hoofdredacteur van een kwaliteitskrant, tevens ex-medewerker van
diezelfde openbare omroep, zich afvroeg of dat nu van bovenaf opgelegd was, dat
positieve commentaren schreeuwen over een prestigieuze reeks van de eigen
werkgever. Er volgden nog wat lieve woordjes heen en weer (diepte-, of
hoogtepunt, zo u wil, was: ‘Get a life, X, echt waar.’, waarbij de X staat voor
de sportanker/commentator, wiens naam ik niet ga vermelden omdat ik in dit
stukje nu eenmaal geen namen vermeld).

Ook dat was weer genieten voor Twitterland. Tot daaraan toe.
Maar hoefde dit dan weer zo nodig aandacht te krijgen op nieuwssites? Wat is de
nieuwswaarde van zo’n hevige maar kortstondige scheldpartij, die de meest banale ruzie aan de toog niet overstijgt? Of verwart
men op de meeste redacties ’triviaal’ met ‘vitriool’?

***

Gisteren zat de voorzitter van een partij die rechts nog
veel te links vindt in een duidingsmagazine op de hierboven reeds genoemde
openbare omroep, om er iets te zeggen over de uitslag van een referendum in een
land waar velen onder ons wel eens met vakantie gaan, waarbij een krappe
meerderheid van de kleine minderheid die was gaan stemmen, strengere
migratiequota wilde opleggen. Misschien dacht de redactie wel: het is een zürig
onderwerp, laten we er iemand bijhalen die goed is in gebazel?

Zo werd een op zich relevant thema – migratie, afsluiten van
de grenzen, die eeuwige neutraliteitsgedachte bij dat drietalige land waarvan
de in zichzelf gekeerde inwoners midden in Europa tussen de bergen hun eigen
ding willen blijven doen – een Vlaams politiek onderwerp, waarbij die
voorzitter een platform kreeg om nog eens anti-Europees te kunnen fulmineren.
En aangezien de meeste media Europa nauwelijks enkele kolommetjes waard vinden
– tenzij er een groot schandaal uitbreekt, dat spreekt voor zich – moet de
Vlaming intussen wel denken dat die hele Europese Unie best met het badwater
wordt weggespoeld.

Ik ben een groot voorstander van het referendum, maar niet
in dit Vlaanderen. In een slecht geïnformeerd land is een referendum een gevaar
voor de democratie. In een land waar de burgers correct en degelijk
geïnformeerd worden is een referendum een belangrijke toegevoegde waarde.
Jammer, wij zijn het eerste.

***

Wat zit u hier mijn gedachtegang mee te lezen en ijverig te
noteren, spionerende inlichtingendienst van dat grote land waar ik het in de
eerste paragrafen over had?

Get a life, echt waar!



De Tijd

Journalistiek Posted on vr, januari 31, 2014 13:38:50

Kijk, dat doet een mens goed op een zonnige maar koude vrijdag. De Tijd is uitgeroepen tot ‘Medium van
het Jaar’ én blijkt volgens de CIM-oplagecijfers voor 2013 ook de sterkste
stijger in het Vlaamse krantenlandschap. En volkomen terecht, voeg ik er even
snel aan toe.

Dan heb je zopas een vernietigende evaluatie gemaakt van de
actuasite NewsMonkey en meteen ook zowat alle andere nieuwssites over de hekel
gehaald, net niet alle hoop op een voor mediaconsumenten inhoudelijk interessante toekomst laten
varend, en dan komt dit heuglijke nieuws. Een medium dat al jaren zeer
rechtlijnig volhardt in een geslaagde oefening om kwalitatieve journalistiek te
brengen, wordt daarvoor beloond. Oké, het is ‘maar’ 1,1 procent winst, maar het
staat haaks op de algemene tendens in deze crisistijden en dan is één procent
niet niks.

De teloorgang van de schrijvende pers in dit land (in
Wallonië krijgen kranten nog hardere klappen!) heeft uiteraard te maken met de
financieel-economisch zware tijden die we beleven. Dan gaan mensen besparen op
luxe-producten, wat kranten en weekbladen voor velen helaas zijn geworden. Alleen
De Tijd en De Morgen (+ 0,5%) gaan vooruit, Het Laatste Nieuws blijft status-quo (wat al opmerkelijk is voor de
marktleider), De Standaard gaat
lichtjes achteruit (- 0,3%), al de rest tuimelt verder de dieperik in. Er is
dus toekomst voor kwaliteit, ook al blijven de oplagecijfers al bij al
bescheiden. Er is géén toekomst voor copycat-journalistiek.
In een poging om het onaantastbare Het
Laatste Nieuws
te benaderen, hebben andere ‘populaire’ media te veel de succesformule van het kroonjuweel van De Persgroep proberen te kopiëren. Het publiek pikt dat niet: als de lezer de keuze heeft
tussen het origineel of een onvoldragen kopie ervan, dan verliest die kopie
altijd. Dat is overal ter wereld zo.

Uit de CIM-cijfers kan je afleiden waarom Corelio en
Concentra de krachten hebben gebundeld in het Mediahuis, in een ultieme poging
om de negatieve trend om te buigen. Je ziet ook waarom De Persgroep met verre
voorsprong de stevigste mediagroep is, met het meest doordachte beleid en een goed oog
voor nieuwe initiatieven. En de evolutie in 2013 bewijst nogmaals dat De Tijd het bij het rechte eind heeft
met die consequente redactionele lijn. Even was er die poging tot verbreding,
begin deze eeuw, maar die werd niet gesmaakt door het traditionele leespubliek.
Vandaag is De Tijd opnieuw die
financieel-economische krant, waar je vooral in het weekend interessante
culturele verhalen en interviews kunt lezen. Goed geschreven, in een
toegankelijke taal, kritisch, altijd op zoek naar originele invalshoeken, nooit
bewust op zoek naar sensatie.

Het klinkt als een saaie zakenkrant, maar het tegendeel is
waar. Het klinkt ook als een mannenbastion, maar de krant wordt wel geleid door
een vrouwelijke hoofdredacteur. Het klinkt misschien zelfs als een medium dat
de belangen van Vlaamse industriëlen behartigt, maar geen enkel blad is zo
kritisch voor wantoestanden bij Vlaamse ondernemingen, terwijl het
tegelijkertijd veel positieve aandacht geeft aan correcte en hardwerkende
ondernemers.

Voor belangrijke zaken neemt u De Tijd. Zelfs de reclameslogan
klopt als een bus. Hulde!



« VorigeVolgende »