Blog Image

Maandans

It's a marvelous night for a moondance!

Meningen over actuele gebeurtenissen. Of oude teksten "revisited". Startend vanuit een persoonlijke nood om gehoord/gelezen te worden. Een beetje pretentieus, misschien, in de hoop zo een discussie aan te zwengelen. Of toch op zijn minst tot nadenken te stemmen. Leuk tijdverdrijf mag ook, natuurlijk. O ja, de naam "Maandans" is de letterlijke vertaling van "Moondance", een management-boekingkantoor voor jonge Belgische rockbands dat ik eind jaren tachtig had, maar vooral: een heerlijk swingend nummer van een toen nog piepjonge Van Morrison, één van mijn favoriete artiesten. Kom ook eens langs op Twitter: @FrankVanLaeken of op mijn website: www.frankvanlaeken.eu

Wacko

Samenleving Posted on za, maart 09, 2019 13:32:38

Een horrorfilm. Maar dan zonder afgehakte
hoofden, zonder gruwelijke wezens die met een hakbijl slingerend dwars door
beeld lopen, zonder onschuldige deernes die nietsvermoedend in de spiegel
kijken en achter zich een monsterlijke verschijning zien opdoemen, zonder grote
plassen bloed en lichaamsdelen-zonder-lichaam centraal in beeld. Dat is Leaving Neverland, de al weken vooraf
veelbesproken docu over de pedofiele uitspattingen van een man die bij leven King
of Pop genoemd werd en op wiens beats ik menige poging tot breekbaar dansen heb
uitgeoefend. Het lukte nooit. Billie Jean
was not my lover.

De horror in Leaving Neverland zit ‘m niet in wat je letterlijk ziet, maar in
wat je je daarbij kan voorstellen. Twee mannen van middelbare leeftijd en hun
familieleden worden close in beeld genomen en vertellen honderduit. Over een
popster die hen in zijn eigen wereld meesleurde. Dromen die werkelijkheid werden
en die achteraf nachtmerries bleken te zijn. Drie uur en drieënvijftig minuten
lang. Had dit niet wat korter gekund? Zeer zeker. Een reportage van Pano­-lengte, een halfuurtje, daarin kon
je het ook gezegd krijgen. Een langspeelfilm van normale duur, iets tussen
anderhalf en twee uur, had ruim volstaan. Door er zo’n lange rit van te maken,
maakt regisseur Dan Reed het misbruik alleen maar erger. De twee
‘hoofdrolspelers’ — ze spelen niet, maar ze staan wel centraal — Wade Robson en
James Safechuck vertellen van naaldje tot draadje wat hen is overkomen. Er
wordt geen enkel hard bewijs aangedragen en toch geloof je hen. En niet zo’n
beetje, maar wel de volle honderd procent. Elk woord. Elke aarzeling in hun
stem. Elke spaarzame traan die over hun wangen biggelt. De rustige, voor het
grootste deel zonder pathos gebrachte getuigenissen zijn wat Leaving Neverland zo aangrijpend maken.

De details.

De zelfontkenning.

Het negeren.

The
horror. The horror
.

Ik kan me best voorstellen dat er bij de
eerste vertoningen toeschouwers boos de zaal verlieten: deels omdat ze niet langer
konden verdragen dat het masker van Hun Held werd afgenomen, deels omdat ze het
demasqué te griezelig vonden. Terwijl je Leaving
Neverland
tot het bittere einde moet aanschouwen. Een horrorfilm eindigt
niet halfweg. Je wil weten wie of wat er overblijft. Spoiler alert: een vernield leven.

***

Laatst stond ik hemden te strijken, een
bezigheid die ik onder de persoonlijke horror klasseer. Op de achtergrond
hoorde ik een lachband joelen. Om de zeven seconden hetzelfde kort aangezette
en snel weer uitgestorven geluid van een volle zaal op commando lachende mensen.
Ik wilde toch even zien wat er zo grappig aan was. Niets, zo bleek. Geen enkele
opmerking of situatie deed mijn mondhoeken ook maar een fractie bewegen. En
toch, om de zeven seconden, opnieuw een lachsalvo. Ik begreep er niets van.
Opeens vond ik strijken minder erg dan naar dat feuilleton kijken.

Humor, je kunt daar uren over doorbomen. Het
is voor iedereen iets anders. Er zijn mensen die niet om Monty Python kunnen
lachen. Er zijn mensen die wel om F.C. De
Kampioenen
kunnen lachen. Ik begrijp dat niet, maar zij mij evenmin,
vermoed ik.

Niet alles is even grappig.

Niet alles is even grappig voor iedereen.

Niet alles is even grappig in alle
omstandigheden.

De Europese Commissie, Unesco en het Simon
Wiesenthal Center konden niet lachen om de joodse karikaturen op het carnaval
van Aalst. Ik ook niet. Zij waren ontzettend boos, ik niet. Ik begrijp hen, zij
mij misschien minder, omdat ze willen dat iedereen boos wordt om dat soort
taferelen. Omdat ze willen dat dergelijke beeldvorming verboden zou moeten
worden. Daar ging het dus deze week over in sociale en andere media. Mag dit?
Kan dit? Mag er met álles gelachen worden?

U kent het verhaal intussen: de Aalsterse
carnavalsgroep Vismooil’n wil volgend jaar groots uitpakken op het jaarlijkse
carnavalsgedoe, dit jaar is een overgangsjaar, zo’n beetje zoals de lokale
voetbalclub al vele seizoenen lang op het gras verschijnt, in de hoop dat het
een overgang is naar betere tijden. Iemand moet op de ledenvergadering gevraagd
hebben: ‘We nemen een sabbatjaar, dus?’ Waarop zijn buurnaam: ‘Zo is dat, maar
wat gaan we doen?’ De overbuur wist het: ‘Sabbat, beste vrienden, is dat niet
iets van de joden? Als we nu eens een paar typische joden uitbeelden?’ Applaus
op alle banken, lachband. ‘Sjalom, goede man, dat zullen we doen!’

En dus verschenen op zondag 3 maart een paar
reusachtige koppen van wat de Vismooil’n typische joodse personages dachten te
zijn: vreemde hoed, pijpenkrullen, haakneus, lange baard. Onder het motto:
tijdens carnaval mag je, pardon: móet je, met iedereen kunnen lachen, hoe
gevoelig het ook ligt. Zo is carnaval ooit ontstaan: één keer per jaar mocht
het plebs lachen met zij die hen bestuurden. Het leven omgekeerd, voor een dag
of drie, en dan was het gedaan met lachen.

Racisme! Antisemitisme! Verbieden!

De kreten klonken luid en langdurig, zes dagen
na de feiten hoor of lees je ze nog altijd. In het recente verleden waren er die
ene dag van het jaar in Aalst ook al oprispingen bij het zien van,
bijvoorbeeld, SSVA’ers die joodse gevangenen zoenden, IS’ers met kalasjnikovs
of Bo Van Spilbeeck. Goede smaak is niet het eerste waar carnavalsgroepen aan
denken als ze brainstormen over hun praalwagen. (Goede smaak is trouwens net
als humor een onderwerp waar je eindeloos lang kan over soebatten. Sommige
mensen vinden Monty Python smakeloos en F.C.
De Kampioenen
smaakvol, om maar iets te zeggen.)

***

Moet je dit verbieden? Is wat de Vismooil’n
hebben gedaan een overtreding van de racismewet of hebben ze aangezet tot haat
en geweld? Discutabel, al vermoed ik van niet. Best mogelijk dat ze er geen
seconde bij hebben stil gestaan dat dit verder ging dan een karikatuur. En net
daarin zit eigenlijk het zorgwekkende: als een jood wordt uitgebeeld, is blijkbaar
het eerste wat bij velen in gedachten komt een chassidisch exemplaar: vreemde hoed,
pijpenkrullen, haakneus, lange baard. Zij vallen op in het (Antwerpse) straatbeeld,
ook al vormen ze een minderheid binnen de joodse gemeenschap. Zij nemen niet deel
aan het openbare leven, zijn alleen binnen hun leefwereld actief. Zij leven in
dit land, maar willen er niets mee te maken hebben. Zij zijn, mede daardoor, een
bijna voor de hand liggend onderwerp van spot, zeker als er net tevoren iemand
‘Ja, sabbatjaar, laten we joden uitbeelden!’ geroepen heeft.

Maar het beeld dat nu werd opgehangen van ‘de jood’
is dus krek hetzelfde als de manier waarop joden onder de nazi’s werden
uitgebeeld. Met haakneuzen. Op úw geld beluste, onbetrouwbare, zich snel
voortplantende ratten (zoals te zien is op vele spotprenten en in de propagandafilm
Der ewige Jude uit 1940). Niet de
Vismooil’n zijn het probleem, maar het feit dat heel veel mensen bij het begrip
‘jood’ meteen denken aan een haakneus. In die zin is deze discussie sterk
vergelijkbaar met de jaarlijkse terugkerende Zwarte Piet-heisa. Velen zien daar
geen kwaad in: het is toch een kindervriend, niet? Maar we zijn het in tijden
van polarisatie blijkbaar afgeleerd wat een karikatuur doet met mensen die aan
die karikatuur beantwoorden of ermee vereenzelvigd worden. Ik vind het dan ook
zeer wijs dat Unia nu de betrokken partijen wil samenbrengen. Dialoog is veel
krachtiger dan verbieden of zonder meer toelaten, als er tenminste bereidheid
is tót.

***

Ik hoop volgend jaar op Aalst Carnaval een
praalwagen te zien met een herkenbare pop die Michael Freilich moet voorstellen,
vendelzwaaiend met een Vlaamse leeuw en een hakenkruis op het voorhoofd getatoeëerd.
Alles moet kunnen, toch?

***

‘I want to speak the truth as loud as I spoke
the lie for so long’, zegt choreograaf en slachtoffer Wade Robson bij wijze van
samenvatting op het einde van bijna vier uur ondraaglijke horror in Leaving Neverland. Equivalent van ons gezegde: al is de leugen nog
zo snel, de waarheid achterhaalt hem wel.

Moeten we Jacksons
muziek nu nog draaien? BBC vindt van niet, VRT vindt van wel, zij het spaarzaam
en ‘omzichtig’, met telkens een vermelding van wat de zanger van al die — laten
we wel wezen — onvergetelijke en prachtige songs heeft aangericht in het leven
van onschuldige jongetjes. Er werd wat meewarig om gedaan, dat ‘omzichtige’ van
onze openbare omroep, maar ik vind het al bij al een slim standpunt. Don’t stop ’til you get enough, Wanna be startin’ somethin’, Billie Jean, Man in the mirror en Smooth
criminal
blijven pareltjes, ondanks het stilaan onweerlegbare feit dat de bedenker
ervan een onverbeterlijke viezentist was. Kinderverkrachter. Maar je weet maar
nooit welke kunstwerken we allemaal al eeuwenlang bewonderen, zonder goed te
weten wat de kunstenaar in zijn vrije tijd uitrichtte. Wees dan maar eens
consequent. Dus, blijf die Jackson maar draaien, zo lang elke keer opnieuw
wordt benadrukt hoe bad hij naast het
podium wel was.

***

Michael Jackson had geen haakneus. Bij nader
inzien had hij op het eind zelfs helemaal geen neus meer.



Neuf euros nonante-cinq

Samenleving Posted on za, februari 23, 2019 11:15:09

‘Neuf euros nonante-cinq.’

Een paar weken geleden ontstond er op sociale
media discussie over een tweet van CD&V-volksvertegenwoordiger Hendrik Bogaert.
Hij schreef: “Vorige week kon ik in Brussel geen koffie krijgen want niet
in het Frans besteld. Van het één komt het ander, toegeving vandaag en binnen
20 jaar geen woord Nederlands meer. Niet plooien.”

Rechts riep: zie je wel, Brussel verfranst,
dat mogen we niet aanvaarden.

Links riep: onzin, alsof de man geen koffie
zou gehad hebben, hij wil zich gewoon profileren als échte Vlaming.

Vreemd dat alles hier dadelijk in links-rechtstegenstellingen
wordt gezien. Alsof Nederlandstalige linkse mensen het niet erg vinden dat ze
in de hoofdstad hun taal op een aantal plekken niet kunnen bezigen en rechtse types
altijd onveranderlijk moord, brand en Vlaamse Leeuw schreeuwen wanneer dat
gebeurt. Ik vond die reactie van Bogaert een beetje overdreven, maar misschien
vond ik dat wel omdat wat Bogaert de voorbije jaren heeft geponeerd altijd een
beetje overdreven wás. Dat er over twintig jaar geen woord Nederlands meer zal
worden gesproken in Brussel: nonsens.

Donderdag stond ik — ik beken — aan te
schuiven in een fastfoodzaak in het Brusselse Noordstation. ‘Goeiendag, bonjour,’ zei de jonge vrouw
achter de balie, Nederlands voorop. En ik bestelde, gerustgesteld dat ik er
welkom was, in mijn moedertaal. Waarop ze de rekening maakte en zonder mij aan
te kijken zei: ‘Neuf euros nonante-cinq.’

Daar stond ik, met mijn mond vol tanden. Had
ik een beschonken volksvertegenwoordiger van Vlaams Belang geweest, ik zou wel
geweten hebben wat ik moest roepen.

Trut!

Maar ik ben een beleefde jongen. Zoals ik een
paar keer eerder al heel beleefd mijn voorzichtig Nederlands omzette in
verstaanbaarder Frans om in datzelfde station van die heerlijke macarons te
bestellen. Er bleek namelijk een immens verschil te zijn tussen ‘chocolat’ en
‘chocolade’, echt waar. Ik maak er mij wellicht niet populair mee in sommige
kringen, maar voor een keer zit ik op de lijn-Bogaert: Brussel heeft opnieuw
een probleem. Veertig jaar geleden — toen ik nog elke weekdag pendelde om in
die mij totaal onbekende, vieze, vuile, uitgeleefde stad van de jaren zeventig
te komen studeren — was Nederlands een bedreigde en nauwelijks getolereerde
taal in de hoofdstad. Dat is in de loop van de jaren gebeterd. Handelaars
hadden ook wel door dat de franken en de euro’s van Nederlandstaligen evenveel
waard waren als die van Frans- of anderstaligen, en bovendien waren de
Vlamingen met meer. Kassa kassa! Basisnederlands leren was commercieel goed
gezien. Plus: hoffelijk, correct en eigenlijk doodnormaal. Blijkbaar is dat nu
zelfs in fastfood- en andere ketens niet meer nodig. Dat de Vlaming zich maar moet
aanpassen, zo lijkt het wel. Dat is koren op de molen van de nationalisten, die
uiteindelijk niet liever hebben dan dat het land splitst (al weten ze nog
altijd niet goed wat ze met die enclave die Brussel heet, moeten aanvangen). Ik
behoor niet tot die separatistische kliek, integendeel, maar ik wens wel
gerespecteerd te worden om wie ik ben en om welke landstaal ik spreek, zéker in
de twee- en liefst zelfs nog meertalige hoofdstad.

Fijn dat ik dit nu allemaal kan neerpennen,
minder fijn dat ik donderdagavond minder alert en ad rem was toen ik die ‘Neuf euros nonante-cinq’ kreeg
toegesnauwd. Ik voelde me achteraf een beetje als een Europees opperhoofd-met-iets-te-veel-promille-in-zijn-lijf
die op een bijzonder onhandige manier omging met een meisje van zestien dat de
politici even op hun klimaatnummer kwam zetten. Kortom, een…

Lul!



Blanke mannen van middelbare leeftijd weten het best

Samenleving Posted on za, februari 02, 2019 13:08:03

Mensen die jarenlang de klimaatproblematiek
links (of rechts) hebben laten liggen, komen opeens vanonder hun steen
gekropen. Met een mening, uiteraard. Die haaks staat op wat de anderen daarover
zeggen: dat moet nu eenmaal zo, anders wordt er niet geluisterd. Het is de
verdienste van de klimaatmarcheerders
en de klimaatspijbelaars dat
klimaatopwarming een hot issue is
geworden. Eindelijk! De tsunami aan opinies moeten we er maar bij nemen. Nu is
er tenminste een debat, ook al wordt dat doorgaans gevoerd door de verkeerde
mensen (politici) en op de verkeerde manier (dovemansgesprekken).

Zelfs de
voorzitter-burgemeester-kandidaat-minister-president van de grootste partij van
Vlaanderen heeft er nu een uitgeschreven mening over. We moeten meer geloven in
innovatie en de kracht van de mens om dingen te veranderen. Geloof de
doemdenkers niet, luidde zijn boodschap. Oftewel: wir schaffen das!

Veel hypocrieter wordt het niet. Ecomodernisme
en ecorealisme zijn de nieuwe buzzwords.
Ze klinken zo’n beetje als het eufemistische alt-right als je ’t in feite over fascistoïde neonazi’s hebt. Er
zitten meer chicanes in het ecorealistisch discours dan in alle Formule
1-circuits bij elkaar opgeteld. Maar het kán, want leidende figuren nemen het
discours gretig over en krijgen een voorbehouden plekje op de opiniepagina’s
van onze kranten.

Klimaatopwarming? De gemiddelde Vlaming is een
Trump in het klein. “Het heeft gesneeuwd, schat, zet de klimaatopwarming
eens wat hoger!” U gelooft me niet? Dit schreef president Tweet dinsdag:
“In the beautiful Midwest, windchill temperatures are reaching minus 60
degrees, the coldest ever recorded. In coming days, expected to get even colder. People can’t last outside
even for minutes. What the hell is going on with Global Warming? Please come
back fast, we need you!” De machtigste politicus ter wereld, dames en
heren.

Máár, zult u misschien
opwerpen: zeventigduizend betogers op een kille, druilerige zondag, dat is toch
fantastisch? Zeer zeker, hartverwarmend en al, maar het blijft amper 0,6
procent van de Belgische populatie. Het doet me denken aan de titel van de compilatie-lp
van Elvis Presley uit 1959: 50,000,000
Elvis fans can’t be wrong
. Dat wou ook toen, met de toenmalige wereldbevolking
van 2.977.824.686 mensen, zeggen dat hij populair was bij ‘slechts’ 1,6 procent
van de mensen op aarde. Plus: Elvis had dertien miljoen fans minder dan dat
Trump in 2016 kiezers telde. Perspectief en zo…

Heb dus respect voor
de actievoerders, maar besef ook dat ze niet dé Belg of dé Vlaming
vertegenwoordigen.

***

Het riedeltje dat het
allemaal wel goed komt zónder dat we ons gedrag veranderen, klinkt — zeker uit
de mond van een onverbeterlijke vooruitgangspessimist — als boerenbedrog. Of
kiezersbedrog, zo u wil. Die uitspraak is even stompzinnig als oudere luitjes
die voortdurend ‘Vroeger was het beter!’ mompelen. Geloof hen niet, deze
farizeeërs van de samenleving. Vroeger was het niet beter, zoals het nu ook
niet beter is. Het is altijd een beetje goed en een beetje slecht, en in
oorlogstijden iets slechter dan anders. We zijn mensen: we strompelen door het
leven. Niets menselijks is ons vreemd, zelfs niet: onmenselijkheid.
Kortzichtigheid en regelrechte domheid evenmin.

***

Die foto van Iljo
Keisse gezien? In de Ronde van San Juan, Argentinië, werd hij op verzoek van
een lokale vrouw samen met enkele ploegmaats op de foto gevraagd. De ene maakte
het V-teken boven haar hoofd, niet omdat hij iedereen vrede op aarde wilde
gunnen, maar om haar ezelsoren aan te meten. Iemand belachelijk maken zonder
dat die persoon het beseft: altijd lachen… als je veertien bent. Keisse, die
achter de voruw stond, had zijn bekken in voorwaartse richting gekanteld. In
het œuvre van Brusselmans zou dat de aankondiging zijn van een fragment waarbij
er zo dadelijk een begeerlijke deerne achterwaarts in de poes zal worden
genaaid. Mánnen!

Er kwam heisa van. Keisse
verontschuldigde zich nog wel, maar werd prompt uitgesloten, waarop zijn ploeg ermee
dreigde uit de koers te stappen, waarna de sponsor de ploegleider terugfloot en
hem opdroeg zijn renners op gedragscursus te sturen. Kunt u zich dat
voorstellen? Volwassen kerels moeten nu naar de schoolbanken om hen duidelijk
te maken dat dit soort gebaren seksistisch en onbetamelijk zijn. (Versta: dit
straalt af op ons bedrijf, doe dit niet.) Alsof die renners dit nog niet
wisten!

Moet Iljo Keisse nu een
maand met pek en veren beladen op alle grote markten van Vlaanderen te kijk
worden gezet? Neen. Maar dit gedrag blauwblauw laten is even verkeerd. Al
moeten we ons ook hier weinig illusies maken: de doorsnee Vlaming vindt dit een
onschuldig grapje. Uit de steunbetuigingen van bekende en minder bekende
Vlamingen aan het adres van Iljo Keisse kan je één constante afleiden, verpakt
in een oeroud Vlaams gezegde: Zo’ne goeie
hebbe wij nog nie gehad!

***

“Mariam Oulare
heeft op een indoormeeting in de Franse stad Reims het Belgisch record bij de
scholieren op de 60 meter indoor verbeterd. De nieuwe besttijd, 7″43, is
drie honderdsten sneller dan de tijd die Kim Gevaert vierentwintig jaar geleden
liep. De zestienjarige Oulare, die in Frankrijk traint en leeft, komt uit een
sportieve familie. Haar vader, Souleymane, voetbalde o.m. bij KRC Genk en haar
broer, Obbi, is momenteel bij Standard actief.”

Zo had het er kunnen
staan, onder de kop (bijvoorbeeld): ‘Mariam Oulare loopt record op de 60 meter indoor’.
Of: ‘Mariam Oulare verbetert 24 jaar oude record van Kim Gevaert’. Desnoods: ‘Mariam
Oulare loopt record Gevaert van de tabellen: 7″43’. (Zijdelingse noot
vanwege een halftijdse taalpurist: zeg of schrijf nooit ‘nieuw’ record, want
een record is per definitie nieuw, aangezien het nooit voordien werd
gepresteerd.)

Wat stond er op zowat álle
nieuwssites: ’16-jarige zus van Obbi Oulare breekt oud record van Kim Gevaert’.

Proef dit, beste
lezer, en bedenk wat er onbewust in het hoofd van de verantwoordelijke redacteuren
speelde:

• voetbal > atletiek

• man > vrouw

• volwassene >
tiener

• blank > zwart

Deze kop zat op
verschillende niveaus fout en het ergste is, wellicht, dat de journalist die
dit bericht heeft opgesteld — en anderen die het daarna klakkeloos overnamen — er
niet eens meer bij stilgestaan heeft. Er wordt een populairdere sport bijgehaald
om een minder populaire sport toch een beetje aandacht te geven. Een
vrouwelijke atleet, tiener bovendien, is blijkbaar ondergeschikt aan een
volwassen man. Kim Gevaert wordt wel bij naam genoemd, Mariam Oulare niet: kan dat
zijn omdat Gevaert een meisje van bij ons is, met een wit gelaat?

En dan zijn sommigen
verontwaardigd omdat de feministen boos zijn?

***

Of het nu over
ecorealisme, klimaatnegationisme, seksistisch gedrag of masculiene
verslaggeving gaat, er is één constante: witte mensen hebben het voor het
zeggen. En als de witte mensen zeggen dat het goed is, is het ook goed. Einde
discussie. De blanke man van middelbare leeftijd weet het best. Luister nu
maar, jongeren of mensen met een andere huidskleur! Een beetje meer
bescheidenheid zou blanke dertigers, veertigers en vijftigers sieren. Niemand
heeft dé waarheid in pacht, ook zij niet. Maar ze zeggen wat ze zeggen met zóveel
aplomb, dat het wel teksten op stenen tafelen lijken.

***

Benieuwd hoe welkom de
eerste klimaatvluchtelingen over een jaar of tien zullen zijn.



Emma, Greta, Rahaf, Anuna et les autres

Samenleving Posted on za, januari 19, 2019 13:10:09

Ik eindig deze week vrolijker dan dat ze begonnen
is en dat heeft heus niets te maken met de moeilijke situatie waarin gewezen
staatssecretaris Theo Francken beland is. Ach, over een paar weken staat die
toch weer bovenaan de lijst van populaire politici, zoveel fiducie heb ik niet
in mijn Vlaamse medeburgers. Populair en populistisch gaan al een tijdje hand
in hand.

Neen, mijn vrolijke, optimistische bui heeft
alles te maken met de meer dan twaalfduizend betogende scholieren die donderdag
naar Brussel togen om voor de tweede opeenvolgende week de schoolbanken te
laten voor wat ze zijn — te hard, te oncomfortabel, te ver van de dagelijkse
realiteit — en te doen wat verantwoordelijke ministers (alle vier!) en zogeheten
volwassenen verzuimden: de klimaatbedreiging ernstig nemen en er iets aan doen.
Aan dit tempo zijn de spijbelende betogers volgende donderdag met
vijftigduizend, wat ik hen overigens niet toewens: dan wordt de spontane
beweging te groot, onoverzichtelijk, gaan er zich vreemde snuiters mee bemoeien,
zoals bij de gele hesjes.

Noem hen gerust naïef, op die leeftijd is naïviteit
eerder een zegen dan een vloek. Noem hen voor mijn part ‘klimaatspijbelaars’:
het is een zelfstandig naamwoord dat cynisch dedain uitstraalt, dat wel, maar
het zij zo. Maak er dan maar een geuzennaam van. Iemand moet het doen, opkomen
voor wat belangrijker is voor de verdere toekomst dan de volgende twee verkiezingsdata.
Noem hen linkse, groene activisten, dat kan er nog maar bij. Liever een activist
dan een aanhanger van het ‘après nous, le déluge’-principe of een
klimaatnegationist, zoals de brulboei van Middelkerke, denk ik dan maar. Als je
dan toch aan een kant van de geschiedenis moet gaan staan, laat het dan de
juiste zijn. Die van de mensen die nadenken, die al eens een betrouwbaar
rapport lezen, die verder denken dat hun neus lang is, die niet alleen oog
hebben voor de zon die morgen opkomt.

“Wat vinden we moreel het
laakbaarst?” vroeg columnist Jan Devriese zich gisteren af op de speeltuin
die Twitter is. “Tieners die met instemming van hun ouders spijbelen om hun
bezorgdheid over het klimaat te etaleren, of tieners die met instemming van hun
ouders spijbelen om te gaan skiën?” Ik vermoed dat heel wat oudere
meningenspuiers het eerste erger vinden, omdat het zo zichtbaar is. En omdat ze
zo voor het status quo zijn, ook (en misschien vooral) diegenen die in het
stemhokje voor ‘de kracht van verandering’ kiezen.

***

Ik vind het bijzonder hoopgevend dat
scholieren massaal het signaal uitsturen dat er ‘no time to waste’ is, vrij
naar de witte T-shirts met zwarte opdruk uit de jaren 80. Alleen jammer dat de
spontaniteit geaccapareerd wordt door sommige politici, die per se mee op de
foto willen met de jonge helden van de dag. Doe dat toch niet. (Ja, ik kijk
naar u, Kristof Calvo!) Gun die jongeren hún moment. Draag hun boodschap elders
mee uit, waar jullie thuis zijn en waar jullie geacht worden het volk te
vertegenwoordigen. #YouthForClimate is ook een heldere en luide boodschap voor
onze klimaatministers, zelf onbestrafte spijbelaars, want met vier afwezig op
een recente internationale bijeenkomst: doe er, eindelijk, iets mee en aan!

***

“We call B.S.”, riep Emma González. Bullshit. Zij overleefde in februari vorig jaar
als achttienjarige de schietpartij op de Stoneman Douglas High School in
Parkland, Florida, waarbij zeventien leerlingen en leraren werden
doodgeschoten. Meer nog dan haar bijtende woorden bleven de zes minuten en
twintig seconden pijnlijke stilte bij, exact de tijd dat de schietpartij op
haar campus had geduurd. Of er al iets veranderd is? Nope. Ja, Emma is intussen negentien geworden. “Change? In my country? It’s more likely than you think”,
klinkt ze hoopvol op Twitter, waar ze bijna 1,7 miljoen volgers heeft. Het is wachten
op de volgende Emma die protesteert tegen de vrije wapenhandel in haar land.

“Jullie zijn niet
volwassen genoeg om de waarheid te zeggen zoals ze is”, beet de
vijftienjarige Greta Thunberg de wereld van de volwassenen toe op de recente klimaatconferentie
in Katowice. “Zelfs die last laten jullie aan ons, kinderen, over.”
Of er al iets veranderd is? Nope. Ja,
Greta is intussen zestien geworden. “16 year old climate activist with
Asperger’s” zegt haar biootje op Twitter. Ze telt meer dan 89.000 volgers.
De volgende Greta Thunberg mag zich al in de coulissen klaar houden op de
volgende conferentie.

“Ik wil
onafhankelijk zijn, reizen, zelf kunnen beslissen over mijn opleiding, een baan
kiezen, of met wie en wanneer ik zal trouwen”, schreef Rahaf al-Qunun,
achttien, nadat ze in Canada was gearriveerd. In haar thuisland, Saudi-Arabië,
riskeerde ze in het beste geval een leven van fysieke en psychische foltering. Of
er iets zal veranderen in dat vrouwonvriendelijke koninkrijk? Nope. Gaat
niet gebeuren. “Don’t let anyone
break your wings, you’re free, fight and get your RIGHTS!”
laat Rahaf
weten aan haar meer dan tweehonderdduizend volgers op Twitter.

Zit Anuna De Wever
(17) op Twitter? Ik heb haar in elk geval niet teruggevonden en als ze slim is,
blijft ze er ook een tijdje weg. De zure regen van haatdragende opmerkingen van
zieke mensen zou haar engagement alleen maar kunnen aantasten. Ze heeft nog
geen Wikipedia-pagina, goed zo. Maar haar boodschap wordt gehoord: “We
blijven betogen tot er een klimaatplan voor 2050 ligt.”

De cynicus in mij
denkt dan: je kunt blijven betogen tot 31 december 2049, meisje. De activist in
mij zegt: goed zo, vooral doen. Zoals die vervelende cynicus blijft roepen dat
er weinig zal veranderen aan de wapenwet in de Verenigde Staten, dat de
klimaatmaatregelen niet overal zullen worden toegepast en dat de vrouwen in
Saudi-Arabië tweederangsburgers zullen blijven. Daarom moeten we dat niet
aanvaarden. Dit zijn geen rebels without a
cause
.

***

De verzuurden
verwijzen dezer dagen niet zelden naar Mei ’68 en hoe erg de gevolgen van dat
protest wel niet geweest zijn voor de samenleving. Ach ja, misschien hadden
sommigen liever ex cathedra les blijven krijgen van zeer wijze, grijze mannen,
die geen inspraak duldden. Het hoopvolle van de beweging die aan die ene maand
in dat ene jaar gelinkt is, was voor mij trouwens niet zozeer het
studentenprotest, maar het feit dat in het hele land scholieren op straat
kwamen. Dat was nieuw, ongezien, hoopgevend. Er zijn wel degelijk dingen ten
goede veranderd toen, we zijn geneigd om dat te vergeten of te onderschatten.

Wij, oudere jongeren,
hebben al te lang neergekeken op de jeugd van tegenwoordig: passieve generaties
die alleen maar met zichzelf bezig waren. Daar wordt nu komaf mee gemaakt.
Alleen dat al valt toe te juichen. En natuurlijk is spijbelen op zich niet oké,
maar hoe maak je duidelijk dat er iets moet veranderen? Met een tweet op woensdagnamiddag?
Met een betoging op een feest- of zondag? Noodzakelijke maatschappelijke
veranderingen zijn er nooit gekomen door braafjes binnen de lijnen te blijven
kleuren.

***

Intermezzo. Je kunt er
niet naast kijken. Het zijn meisjes, die het gezicht zijn van de contestatie.
Emma, Greta, Rahaf, Anuna: waar zijn de jongens? Wat ik vermoed en vrees (en wat
ik nu schrijf wordt niet wetenschappelijk gestut): de jongens zijn
opportunistischer, kortzichtiger, meer met de korte termijn bezig. Ze lopen
letterlijk mee, maar zelden voorop. Ze worden nog altijd geconditioneerd om
braafjes carrière te maken, bínnen het bestaand maatschappelijk model. Zijn
jongens comformistischer dan meisjes? Het zou zomaar eens kunnen. Dat was in
vorige protestgolven nog helemaal anders: toen liepen de jongens en mannen
vooraan in de stoet. Ook dat geeft hoop.

Nu nog stemrecht-zonder-opkomstplicht
op 16, want die generatie heeft echt wel een eigen mening en toekomstvisie.

***

De wereld heeft meer
Emma’s, Greta’s, Rahafs en Anuna’s nodig. Niet alleen op straat, maar ook op
die plekken waar ze de wereld werkelijk kunnen proberen te veranderen. Hopelijk
blijft hun stem en die van hun opvolgers luid weerklinken.



Marracrèche

Samenleving Posted on za, december 01, 2018 13:39:56

Toen ik een pak jonger en onvervaarder was,
was ik heel rechtlijnig. Goed is goed en fout is fout. Twintigers hebben nu
eenmaal meer waarheid in pacht dan vijftigers. Denken ze. (Ten onrechte.) Ik
was bestuurder bij een linkse vrije radio, zo eentje zonder centen, die
blijkbaar nog meer ergernis wekte dan zo’n rotcommercieel station met Hollands
wauwelende dj’s. Lang verhaal kort: inval van de rijkswacht, zendmateriaal in
beslag genomen, geen fondsen om opnieuw op te starten, te kritisch voor partij
en vakbond om genoeg sympathie op te wekken. Veel vergaderd, nooit meer herbegonnen.
Omdat die eerste vergaderingen zeer chaotisch verliepen, werd na heel veel
tijdverlies beslist dat er niet alleen met een agenda zou worden gewerkt, maar
dat discussies ook moesten worden voorbereid en dat alle deelnemers vooraf over
uitgewerkte voorstellen moesten beschikken. Ik was daar nogal rigide in, kan je
zeggen. Geen voorstel aan de collega’s bezorgd? Geen bespreking van dat agendapunt!
Waarna er ruzie van kwam en de vergadering nog langer duurde als al die vorige
samen. Maar ik vond dat wel consequent: het is niet meer dan correct en
hoffelijk dat je de dingen voorbereidt en anderen de kans geeft om kennis te
nemen met ideeën om er vooraf al over na te denken. Zo krijg je goed
gestoffeerde debatten.

Ik moest weer aan die jongere versie van
mezelf denken bij de nu al weken durende discussie rond het VN-Migratiepact,
officieel: Global Compact for Safe,
Orderly and Regular Migration
. Moet over tien dagen ondertekend worden in
de Marokkaanse stad Marrakech (of Marrakesh, want de schrijfwijze durft weleens
te verschillen van krant tot krant). Wat N-VA bij monde van Theo Francken en Peter
De Roover doet, lijkt verdacht veel op die vervelende etters die vijfendertig
jaar geleden voorbereide meetings verstoorden met hun gedacht van het moment.
Ik vond dat toen niet kunnen en nu evenmin. Twee jaar lang is er over de tekst
gesoebat, nooit is er fundamentele kritiek naar buiten gekomen, tot de vervelende
uitslagen van de verkiezingen van 14 oktober bekend waren en er enkele Europese
regeringen — anders samengesteld dan twee jaar geleden — dwars gingen liggen.
Dat heet opportunisme. Of: populisme. En ook wel lafheid.

Nu mogen er dus zes experts, aangesteld door
de in het parlement vertegenwoordigde partijen, hun zegje doen. Alsof die op
één lijn zullen zitten. En alsof dit iets zal veranderen aan de oorspronkelijke
doelstelling van het pact: wereldwijd proberen principes over migratie af te
spreken. Een bijzonder nobel idee, zonder meer, al kan je je afvragen waarom
dat pact al meteen niet-bindend wordt genoemd. (Stel je een keukengesprek ten
huize van een zeer jonge Frank Van Laeken voor. “Jongen, we verwachten dat
je volgende keer negen op tien haalt voor Nederlands!” “Ja maar, het
is…” “Tut tut, negen op tien. Maar allee, deze afspraak is niet bindend hé.”) En natuurlijk had
een maatschappelijk of politiek debat interessant en zelfs noodzakelijk geweest,
maar wel twee jaar geleden, niet nu.

Ik denk: goed dat die Universele Verklaring
van de Rechten van de Mens al op 10 december 1948 werd ondertekend, kort na de
oorlog, toen de gutmenschen het voor het zeggen hadden en de schlechtmenschen
in het verliezende kamp (of in de cel) zaten, want in deze opportunistisch-populistische
tijden zou het niet waar geweest zijn. (Overigens: die bijeenkomst in
Marrakesh/kech begint dus exact zeventig jaar na de plechtige ondertekening van
het mensenrechtenverdrag, qua symboliek kan dat tellen. Als je dat pact weigert
te ondertekenen is die symboliek al even treffend, trouwens.)

Het huidige verzet is de politieke vorm van extreme
kinderachtigheid. Marracrèche.

***

Maandag mocht ik voor televisie een onderwerp
voorbereiden over de gele hesjes, naar aanleiding van een Vlaamse
Facebook-groep die elk uur meer leden aantrok: 9.000 bij het begin van de dag,
12.000 een paar uur later. Dat ging vlug. Al daagden er amper enkele tientallen
op bij een eerste actie in Genk. Roepen is makkelijker dan doen. Ik maakte me
lid van ‘Leg Vlaanderen Plat’ en zag de discussie veranderen van oprechte
boosheid over prijsstijgingen naar ranzige opmerkingen over migratie en
vluchtelingen. Gekaapt door extreemrechts. Vlaams Belang-voorzitter Tom Van
Grieken uitte zich in een snelsnel opgenomen filmpje als aanhanger van de gele
hesjes. Al was er ook recuperatie bij andere oppositiepartijen. De gele hesjes waren
opeens ook bruin, rood en groen.

Gisteren liep een betoging van — laten we wel wezen
— amper vijfhonderd mensen in Brussel nogal uit de hand. Een combinatie van extreemrechts
tuig en anarchisten die de kans zag om herrie te schoppen, ten koste van de
authentieke bekommernissen van vreedzame ‘gele hesjes’ die het zagen gebeuren
en niet konden verhinderen.

Ik geloof niet in de ‘gele hesjes’. Een
organisatie zonder structuur en een duidelijke visie, komt nergens. Gedoemd om
te falen, bij gebrek aan plan. Je kunt dan wel ‘J’en ai marre!’ roepen, je eindigt voor het grote publiek onherroepelijk
in Marre-à-hesjes.

***

Iets over Zwarte Piet in de aanloop naar 6
december? Sta me toe in herhaling te vallen. Dit schreef ik op 20 november 2016
op deze plek.

“Van mij moet
Zwarte Piet niet verdwijnen. Maar we moeten er wel over durven te praten. We
moeten het gesprek met de nieuwe Belgen durven aan te gaan. Dat Piet een
restant is van het koloniale, uitgesproken racistische denken wordt niet
ontkend. Dat Piet in de loop van de decennia werd bijgestuurd tot een eerder
onschuldig lijkend symbool is onmiskenbaar zo. Maar er worden blijkbaar
kinderen gepest op school, omdat ze bruin of zwart zijn. Klasgenootjes noemen
hen ‘Zwarte Piet’.

Iemand schreef
gisteren ergens: “Ja maar, dat is niet racistisch bedoeld!” Kan zijn,
maar het komt wel zo over. En de vraag bij racisme is in de eerste plaats niet
‘Is dat racistisch bedoeld?’ (want dan verzeilen we al snel in uitspraken als
‘Ik ben geen racist maar…’), maar ‘Wordt dit als racistisch gepercipieerd?’

Bij racisme moet je
niet uitgaan van de dader, maar van het slachtoffer. Hoe voelt hij of zij zich
bij de opmerkingen of daden? Hetzelfde geldt trouwens voor andere misdaden: we
moeten eerst naar het slachtoffer kijken. Meestal doen we dat ook. Behalve dus
bij racisme. Want dan verkrampen we en vinden we dat de ander zich maar moet
aanpassen aan onze onderlinge afspraken en gebruiken, inclusief aangebrande
moppen, het benadrukken van onze raciale superioriteit en oerwoudgeluiden.

Als we het over Zwarte
Piet willen hebben, zullen we dus de moed moeten opbrengen om de discussie los
te weken van blanke traditionalisten versus voornamelijk blanke
cultuurrelativisten, en gaan luisteren naar die groeiende groep met een andere
huidskleur. Hoe voelen zij zich bij dat Sinterklaasfeest? Hoe interpreteren zij
die Zwarte Pietmythe? Misschien vinden ze het écht wel niet erg en dan moeten
we niets doen. (…) Misschien vinden ze het wél erg en dan moeten we vooral
die traditie aanpassen. Maar eerst moeten we gaan luisteren.

Samenlevingen
evolueren, tradities ook. Ze krijgen een andere invulling of worden afgeschaft.
Dat gebeurt. Dat is niet erg. Daarmee haal je de bodem niet weg vanonder onze
samenleving. In Geraardsbergen drinken ze op de laatste zondag van februari een
glas wijn met een levend visje in. Ik vind dat een barbaarse traditie en de
visjes zullen er geen breed maatschappelijk debat over starten, dus blijft het
gewoon bestaan. Jaar na jaar. Als teken van feestvreugde en verbroedering. Wie
zijn dan de primitievelingen?”

***

Morgen is het Klimaatmars. Dag van de groene
hesjes. Bart Eeckhout, hoofdredacteur van de feestvierende De Morgen (vandaag precies veertig jaar jong), schreef er eergisteren
een prikkelend essay over. (Tegenwoordig heet zowat elke tekst die meer dan
duizend woorden telt ‘essay’, ‘analyse’ ware beter geweest.) Het ging over de decennialang
aangehouden alarmerende toon van Greenpeace & co, die volgens hem
contraproductief heeft gewerkt, waardoor het o zo belangrijke klimaatdebat
nooit écht gevoerd werd. Een standpunt, pardon: essay, waar je het mee eens of
oneens kunt zijn, sereen geformuleerd, het debat aanwakkerend. Goed zo. En
meteen ook een eyeopener, vind ik: Eeckhouts
generatie, die T-shirts droeg met opschriften als ‘This body is in danger’ en
‘No time to waste’, heeft ongetwijfeld te weinig gedaan rond de
klimaatproblematiek, terwijl klimaatnegationisten intussen vrolijk hun gang
konden gaan.

Bijna zestien jaar geleden, op 31 januari
2003, legde de paarsgroene regering-Verhofstadt I de kernuitstap vast in een
wet. Maar daar is dus niets van in huis gekomen, omdat de alternatieve
energiebronnen nooit een waardige kans hebben gekregen, en kom alstublieft niet
af met de subsidies voor de plaatsing van wat zonnepaneeltjes. De
kernenergielobby heeft gezegevierd.

Al die tijd hebben de meesten van ons
rondgelopen met een denkbeeldig T-shirt met het opschrift ‘A lot of time to
waste’ (met op de achterzijde ‘Après nous le déluge’). Trump, Bolsonaro en
andere narcistische idioten willen het klimaatdebat liefst zo snel mogelijk begraven,
als het kan nog dieper onder de grond dan het migratiepact.

Groene hesjes vind ik veel noodzakelijker dan
gele.

***

Schokkend nieuws van het NMBS-front: steeds
meer reizigers zijn ontevreden. Ik las de cijfers en was inderdaad geschokt:
dat 61 procent van de treingebruikers tevreden is, vind ik hemeltergend. Zo
véél nog? Zes op de tien pendelaars die de service aanvaardbaar of zelfs best
oké vinden, hebben die mensen alle tijd van de wereld, misschien? Dat 42
procent tevreden is over de stiptheid van de treinen, ook dat is zorgwekkend.
Voor die mensen, bedoel ik. Vier op de tien hebben er dus geen probleem mee dat
er elke dag vertragingen zijn, dat er treinen worden afgeschaft en dat de
treinen die wel rijden er tegen de avond uitzien als vieze stinkholen?

Voorwaar, de Belg is een brave mens. Pikt
zowat alles. Zal je zelden in een geel hesje zien rondlopen. Ligt niet wakker
van een paar graden meer of minder.



Zwarte dagen

Samenleving Posted on za, november 24, 2018 13:02:28

Het zijn zwarte dagen. Vandaag is het precies
zevenentwintig jaar geleden dat het Vlaams Blok haar grote doorbraak beleefde.
Zwarte zondag! Er zouden nog veel donkerdere verkiezingszondagen volgen.
Gisteren was het Black Friday, een jonge traditie die vanuit de States is komen
overwaaien. Het principe is eenvoudig: u ziet een koopje hangen dat u eigenlijk
niet nodig heeft maar dat zo goed geprijsd is dat u het niet kunt laten
schieten, u geeft geld aan de winkelier en die zegt ‘Dankjewel’. Thanksgiving.

De Vlaming doet daar vrolijk aan mee, ook al
gaat het ten koste van de kleinere winkeliers. De ketens profiteren, mogen een
dagje solden organiseren zonder dat de koopjesperiode officieel is aangebroken.
Valsspelen voor gevorderden. De meerverkoop compenseert de mindere prijzen. Dat
de lokale winkels bloeden en de (inter)nationale ketens juichen, ontgaat de
meesten. Think globally, act locally? Neen, hoor: think locally
(mijn portemonee), act globally (vul
de portemonnee van de grote ketens).

We zijn kuddedieren. Werken ons met de ellebogen
tot bij het prijskaartje ‘-20%’. Staan er niet verder bij stil dat ergens in de
rij iemand zal boeten. De concurrent of de producent. We staan met z’n allen
aan te schuiven als er een Primark opent. Feest! Een T-shirt voor 2 euro! Dat
dat hebbedingetje voor een paar cent gemaakt is door een Aziatisch slaafje,
ach, dat is zo ver hier vandaan dat we het niet eens merken. Kinderarbeid, een
schande, maar alleen maar als we het zien. We hebben toch lekker dat goedkope
T-shirt. Après nous le déluge.

We vliegen met Ryanair. Kost een paar tientjes
en daar leggen we, mits wat zeuren, nog een paar eurobiljetten bovenop als we
ook nog eens het gevoel van comfort aan boord willen hebben, drankje en zakje
nootjes erbovenop. Peanuts! Werkomstandigheden
van piloten en hostessen? Zal ons worst wezen. We willen naar het zuiden en we
willen het nú, bijna voor niets. Ecologische voetafdruk? L’enfer, c’est les autres!

We spreken schande van de bagageafhandelaars
van Aviapartner, omdat die onaangekondigd begonnen te staken, dagen aan een
stuk. We staan er niet bij stil dat die bandwerkers aan het eind van de lijn
staan: wij betalen minder voor onze vlucht, de vliegtuigmaatschappijen hebben
minder inkomsten, iedereen die in de sector werkt, verdient minder én moet
harder werken, omdat er steeds minder werknemers zijn, anders dalen de winsten
nog harder, enzovoort, enzoverder. Zoals ik al op 28 oktober tweette: “In
een samenleving waar de mensen (u en ik) een ‘race to the bottom’ niet alleen
toelaten maar ook faciliteren door er zelf aan deel te nemen (‘Vlieg bijna
gratis!’), hoeven we niet verwonderd te zijn over uitwassen en, uiteindelijk,
een reactie tégen die uitwassen. #Aviapartner”

Hetzelfde met bpost, een modieuzere benaming
voor good old De Post. Nog zo’n
bedrijf dat onder druk staat door talloze snellere pakjesleveranciers en dat dus
met minder volk evenveel werk wil doen. Meneer
facteur
is onzichtbaar geworden, hij moet vliegensvlug de post in de
brievenbus deponeren in de hoop dat er niemand een goeie dag komt zeggen, want
daar heeft hij in zijn strikt getimede ronde geen tijd voor. Niet dat we terug
moeten naar het cliché van meneer facteur
die met veel plezier zijn buideltas met enveloppen aflegt om een borreltje te
komen drinken, maar het mag heus wat menselijker. Alleen: dat kan niet meer.
Want we willen alles nu, meteen, onmiddellijk, zonder pardon. We hebben die
snelheid van handelen zelf gewild, met alle gevolgen van dien. Weg menselijkheid.
Nog meer files omdat er nog meer vracht- en bestelwagens nog sneller moeten
leveren. Gevolg: nog meer luchtvervuiling. In het creëren van vicieuze cirkels
zijn we meesters.

We orkestreren onze eigen ondergang. Maar als
je middenin de ratrace staat, zie je ze niet meer. Oekraïense loonslaven bouwen
mee onze festivaltenten op, las ik vorig weekend in De Standaard Weekblad. Toch zullen er geen festivalgangers afhaken,
het bordje ‘Uitverkocht’ zal weer even snel hangen als vorige jaren. Makelaars en
andere sjoemelaars verzieken het voetbal, maar dit weekend zullen de stadions
overal even vol (of even leeg) zitten als op andere speeldagen. Praat ons geen
schuldgevoel aan! Laat ons vooral gerust!

Het is allemaal onze eigen schuld en we
beseffen het niet. Wat zegt dat over de intelligentie van de diersoort Mens?



Blaffeturen

Samenleving Posted on za, november 17, 2018 13:05:17

Een persoonlijk weetje. Er zaten deze ochtend
slechts twee in plaats van de gebruikelijke drie weekendkranten in de bus. Geen
De Morgen-plus-bijlagen. Bovendien
een De Standaard-zonder-bijlagen. Ramp!
Dat maakt een leesmens ongelukkig, op een bevroren zaterdagochtend. Ik moest de
auto in (eerst sporen van de vriesnacht wegkrabben), naar de enige
krantenwinkel van het dorp. Die bevindt zich op wandelafstand, maar het was a)
te koud om een eindje te stappen, b) ik zit met een stevige verkoudheid en
zoals geweten is dat bij mannen het bijna-dood-stadium, en c) ik wilde die
krant zo snel mogelijk in handen hebben.

Onderweg passeerde ik een blaffende hond, van
het merk ‘wit’, want ik kan geen labrador van een teckel onderscheiden. Hij
hing vastgeketend aan een tractor. Wilde mij wegjagen, wat honden bij ons in de
buurt wel vaker doen: mij angst proberen aan te jagen, ik, indringer te voet,
zij, lafhartig achter een dikke haag of hoge muur. De blaffende bravoure —
compleet zinloos, want zo’n scharminkel kan niet op tegen een mannetje in een
blikken doos die drijft op paardenkracht — deed mij denken aan de publieke
opinie en hoe die vaak tekeergaat op sociale en andere media. Collectief
blaffen is een internationale sport geworden. Hoe luider we blaffen, hoe eerder
iets weggaat, zo denken de blaffers. Soms werkt het zelfs.

Maandag blafte, pardon: oordeelde, het Antwerpse
Hof van Beroep dat de onderzoeksrechter in Operatie Propere Handen gewraakt
moest worden, op verzoek van de bekende procedurepleiter Hans Rieder. Joris
Raskin werkte bij aanvang van zijn onderzoek naar allerlei gesjoemel in het
voze voetbalwereldje nog deeltijds voor de voetbalbond, als lid van de
licentiecommissie, die elk jaar moet beoordelen welke clubs professioneel
voetbal mogen bedrijven en welke niet. Doorgaans zijn die leden daar veel te
lankmoedig in, want niet zelden gaat zo’n club nog geen jaar nadat het een licence to kill football heeft gekregen,
financieel onderuit.

Ik begrijp de demarche van meester Rieder wel. Een advocaat
heeft niet als hoofdtaak om een sympathieke peer te zijn. Hij moet zijn cliënt
zo goed en zo kwaad als dat kan vertegenwoordigen. Een goede kennis van het
wetboek helpt daarbij. Dat Rieder Raskin wilde wreken, is volkomen logisch. Dat
het Hof van Beroep hem daarin volgde, ook nog. Dat dat Hof zich bediende van
het argument “Bij de publieke opinie is een schijn van partijdigheid ontstaan”,
vind ik daarentegen dikke stierendrek.

De publieke opinie zou niets in de pap te
brokken mogen hebben in juridische zaken. Als rechters de stem van het volk
zouden volgen, kunnen we binnenkort de brandstapel herintroduceren. Of gaan we
de nonsensikale redenering ‘Perceptie = realiteit’ (de moderne versie van ‘Geen
rook zonder vuur’) volgen? We betalen rechters en magistraten juist om
onafhankelijk en onpartijdig te oordelen, niet om de publieke opinie (wat dat
verder ook moge betekenen) ter wille te zijn. Dat soort bevlogen dingen schreef
ik maandag in de vooravond — achtendertig graden koorts, snotterend en niezend,
proestend en kuchend — op Twitter. Koortsdronken slimmigheidjes.

’s
Anderendaags — zevenendertig en een halve graad koorts, inmiddels — las ik een
reactie van een hele slimme mens, zó slim dat ie ooit nog de eenmansjury vormde
in de oerversie van De Slimste Mens ter
Wereld
, en, neen, het is geen kerkjurist. “Waar elders zou die schijn van
partijdigheid kunnen ontstaan dan bij ‘een’ publieke opinie?”, vroeg hij zich
af. En hij voegde eraan
toe: Justice must be seen to be done. Ik denk dan — halfslimme mens en eenmansjury
zijnde — dat die uitspraak er vooral op slaat dat wat de rechterlijke macht doet,
ook gecontroleerd kan worden door de andere machten en door, o help, de
publieke opinie. Maar het betekent voor mij niet dat rechters zich bij elke uitspraak moeten verantwoorden aan ons allemaal. Zij moeten wijze en afstandelijke vonnissen vellen, op basis van bewijsmateriaal en onderbouwde vermoedens. Rechtspraak
moet ten dienste staan van de samenleving (als abstract begrip), niet van de
mening van de luidste roepers in die samenleving. Dáár worden rechters en
magistraten voor betaald, niet om te zeggen wat het volk wil dat ze zeggen, zelfs
als het volk vindt dat wat ze uiteindelijk zeggen wereldvreemd is, een verwijt
dat tegenwoordig bon ton is in middens die vinden dat rechters naadloos de
overheersende politieke, economische en sociale teneur moeten volgen. Er wordt
wat afgeblaft richting rechterlijke macht, meestal door witte honden van wie je
heel duidelijk kunt zien welk ras ze hebben.

Wereldvreemd, dat zijn de mensen die bij
zonsondergang de rolluiken neerlaten en niets meer met de wereld te maken
willen hebben. Die dingen heten in de volksmond niet voor niets blaffeturen.



Prioriteiten (2)

Samenleving Posted on zo, november 11, 2018 13:01:29

Acht dagen geleden had ik het op deze plek
over de kleine oorlogjes die op sociale media werden uitgevochten over een
kerstmarkt die tot wintermarkt werd omgedoopt en over de kritiek van
centrumlinkse partijen op een overheidscampagne pro biefstuk-friet. De
discussies gingen niet over zaken die er écht toe doen, zoals armoede,
daklozen, de vele doden in Jemen, klimaatopwarming, een begroting die lek
blijft. ‘Prioriteiten’, had ik er als titel boven gezet. Ik doe dat vandaag
opnieuw. Want weer ging het een hele week over randfenomenen.

De staatssecretaris die vorige week al de toon
zette, deed dat opnieuw. Deze keer hekelde hij een Sinterklaas zonder kruis op
zijn mijter. Was hij even uit het oog verloren dat de Sint die elk jaar in
Antwerpen aanmeert bij een bevriende burgemeester-partijvoorzitter, ook geen traditionele
mijter draagt en dat al vele jaren lang, zonder dat die
burgemeester-partijvoorzitter zich daar tot nog toe openlijk tegen verzette. Uiteraard
moest er dan ook weer over zwarte- en roetpieten gejeremieerd worden. #tothierennietverder
en #wegmetons kwamen nogmaals voorbij waaien. Wat is er mis met dat goede oude
‘kaakslag’, vraag ik me dan eventjes cynisch af. Je kan natuurlijk geen boerkini’s
blíjven verzinnen om de aandacht proberen af te leiden van de essentie.

***

De burgemeester-voorzitter mocht ook zijn
zegje doen. Wat hij over armoede, de genocide in Jemen of de kaduke begroting
dacht, kwamen we niet te weten. Neen, hij ergerde zich aan het weggommen van
Apu uit The Simpsons, zijn
lievelingsserie. Een karikaturaal personage dat als racistisch en stereotiep bestempeld
wordt. Door de ‘politiek correcten’, dat spreekt voor zich. Nu valt er heus wel
iets kritisch te zeggen over de nogal bange beslissing van opdrachtgevende
zender Fox om de Indiër met het lachwekkende accent uit de serie te laten schrijven
(The Simpsons steekt vol karikaturen),
maar is dit echt een prioriteit voor een leidinggevende politieke figuur in Antwerpen,
Vlaanderen en België? Moet hij geen nieuwe bestuursploeg samenstellen? De
begroting op orde krijgen? Ervoor zorgen dat er nog een beleid is, de komende
zes maanden? Verkiezingen voorbereiden? Of hoort dit al bij de campagne, een
opstapje naar een half jaar durende strijd tegen de poco’s? Ik vraag het me af.

***

Zelzate, daar gaat het sinds gisterochtend ook
over, want daar heeft de lokale sp.a het aangedurfd om een coalitie op te
zetten met de PVDA. Nu pater Werenfried van Straaten er niet meer is, moeten er
blijkbaar anderen opstaan tegen het goddeloze communisme. Het is zeker waar,
dat communisme heeft de landen waarin het de bovenhand kreeg weinig meer dan
kommer, kwel, dictatuur, goelags en het systematisch uitmoorden van politieke
tegenstanders opgeleverd. Maar je kan ook veel negatiefs zeggen over
kapitalisme en nationalisme. De tijd dat Amada, de voorloper van PVDA,
hardnekkig de uitwassen van Stalin, Mao en Pol Pot verdedigde, ligt achter ons
en je moet al van heel slechte wil zijn om het beleid in Venezuela op dezelfde
lijn te plaatsen als die moordzuchtige regimes.

Waar is het ‘cordon sanitaire’ voor
extreemlinks, werd er geroepen, terwijl dat cordon — je kan voor of tegen zijn
— werd ingevoerd om racisme en raciale discriminatie aan te pakken, domeinen
waarop de PVDA niet actief is. Vlaams Belang heeft nooit het racistische
70-puntenplan afgewezen, terwijl PVDA wel (voorzichtigjes) afstand nam van Pol
en andere Potentaten. Beoordeel beide partijen dus op hun programma en de taal
die hun leiders spreken, en neem dan een standpunt in. Verschilt Vlaams Belang
wezenlijk van het voor racisme veroordeelde Vlaams Blok? Is de PVDA nog altijd
de partij die mee heult met verre, verderfelijke regimes?

***

De Vlaamse Jeugdraad, daar werd ook stevig over
gebakkeleid. De vier opzijgeschoven leden van Schild & Vrienden werden
vervangen door hun opvolgers: stuk voor stuk mensen met een kleurtje. “Zijn
dat Vlamingen?” weerklonk uit kelen die zich doorgaans schor roepen om een
onafhankelijk Vlaanderen een stapje dichterbij te brengen. En het was niet eens
een statement van de Jeugdraad, want die jongelui waren gewoon net niet
verkozen in de eerste stemronde. Trouwens, die vraag stelde niemand zich: hoe
kan het dat een stel fundamentalistische, tot een racistisch groupuscule
behorende kerels destijds de voorkeur kregen op redelijke jongeren met een
andere origine? Toch een beetje racisme onder de kiezers-studenten, of mag dat
niet meer opgemerkt worden dezer dagen?

***

O ja, ik mag de politieke benoemingen absoluut
niet vergeten. De Open Vld claimt de gouverneursstoel in Oost-Vlaanderen, de
CD&V een zitje in het directiecomité van de Nationale Bank. Carina Van
Cauter trok al haar conclusies, Steven Vanackere niet. Misschien moet je haar
wel in de Nationale Bank loodsen en hem tot Oost-Vlaams gouverneur benoemen. (Geef
hem een tijdelijk adres in Gent en haar een financiële opleiding en het is
opgelost.)

Die Nieuwe Politieke Cultuur, hoe zat het daar
ook weer mee? Dood en begraven, zeker?

Jan Mulder zei in Humo dan weer dat hij al vijftig jaar weet heeft van gesjoemel in
het voetbal. De vraag die de interviewer niet stelde: waarom zei je dit vijftig
jaar geleden dan niet, beste Jan?

Onze nieuwe minister van Defensie, Sander
Loones, die morgen Steven Vandeput vervangt, werd dan weer het
collaboratieverleden van zijn voorvaderen aangewreven. Suggestie voor de criticasters:
beoordeel de 39-jarige Loones — geboren vierendertig jaar na de Tweede Wereldoorlog
— op zijn woorden en daden, niet op wat zijn familieleden meer dan zeventig
jaar geleden hebben uitgevreten. Dat geldt ook in de andere richting. Beoordeel
de kinderen van Syriëstrijders niet op wat hun ouders hebben uitgericht.

***

Jemen.

Armoede.

Daklozen.

Begroting op orde.

Klimaatopwarming.

Er zijn echt wel andere prioriteiten. Welke
onzin staat ons de komende week te wachten?



« VorigeVolgende »