Blog Image

Maandans

It's a marvelous night for a moondance!

Meningen over actuele gebeurtenissen. Of oude teksten "revisited". Startend vanuit een persoonlijke nood om gehoord/gelezen te worden. Een beetje pretentieus, misschien, in de hoop zo een discussie aan te zwengelen. Of toch op zijn minst tot nadenken te stemmen. Leuk tijdverdrijf mag ook, natuurlijk. O ja, de naam "Maandans" is de letterlijke vertaling van "Moondance", een management-boekingkantoor voor jonge Belgische rockbands dat ik eind jaren tachtig had, maar vooral: een heerlijk swingend nummer van een toen nog piepjonge Van Morrison, één van mijn favoriete artiesten. Kom ook eens langs op Twitter: @FrankVanLaeken of op mijn website: www.frankvanlaeken.eu

Club Brugge en Pozuelo brengen er de spanning weer in

Sport Posted on wo, februari 20, 2019 11:22:20

(Deze bijdrage verscheen maandag 18 februari in De Standaard in de reeks ‘De Bankzitter’).

Ruim verdiende zege van Club Brugge in de topper tegen
KRC Genk. De kloof bedraagt weliswaar nog altijd acht punten, maar zoals bekend
kan zo ongeveer alles met het Belgische play-offsysteem. Veel zal de komende
maanden afhangen van de aan- of afwezigheid van Alejandro Pozuelo in Genk.

‘Wie zondag wint, is de beste ploeg van het
land.’ Het was een boude uitspraak van Club-trainer Ivan Leko in de aanloop
naar de topper van gisteren. En vooral: ze sloeg nergens op. We wisten na vijfentwintig
speeldagen al wie de beste ploeg is: KRC Genk, zonder enige twijfel. Over de
beste keeper en verdediger kan nog geredetwist worden, maar de beste flankspeler
(Maehle), de beste middenvelder (Pozuelo), de beste aanvaller (Samatta) en de
beste trainer (Clement) zijn kort voor het einde van de reguliere competitie al
bekend.

Meer dan wat peptalk spuwen kan het niet
geweest zijn, wat Leko deed. Je moet al een diehard-Clubsupporter zijn om niet
in te zien dat Genk er tot nog toe ver bovenuit stak. Beste aanval, beste
verdediging, leukste voetbal, positiefste ingesteldheid, ga zo maar door.

De interessante vraag blijft wel: wie wordt er
over precies drie maanden landskampioen? Want ‘de beste’ zijn betekent in een
spelletje waarin geluk en toeval een grote rol spelen niet automatisch ‘de
eerste’ zijn. Ook het mentale aspect is belangrijk: na een goede tweede helft
tegen Salzburg en een zeer degelijke wedstrijd tegen Genk is het geloof bij
Club helemaal terug, terwijl de competitieleider Een Probleem heeft.

Gegokt
en verloren

Philippe Clement startte met elf apostelen,
Judas Pozuelo begon op de bank. Keuze van de trainer of gaf de spelmaker vooraf
aan dat hij niet helemaal fit is? Veel onbegrijpelijker was de tactische keuze
van de Genkse trainer. Hij opteerde voor een 3-5-2, het spiegelbeeld van de
tactiek van Ivan Leko, hoewel Genk met een soepele 4-3-3 furore had gemaakt.
Dat je je tegen Barcelona of Manchester City aanpast is normaal; tegen een hooguit
evenwaardige tegenstander was het vreemd.

Club had moed geput uit de metamorfose tegen
Salzburg. Het voetbalde gretig, gemotiveerd, alert, nam vanaf het eerste
fluitsignaal het initiatief. Genk zette daar helemaal niets tegenover. De
eerste vijftien minuten werden de bezoekers weggedrukt, al vielen de doelpunten
pas in het tweede en derde kwartier. Twee-nul bij de rust was een juiste
weergave van de verhoudingen.

Gegokt en verloren, moet Clement tijdens de
rust gedacht hebben, terwijl onderaan het tv-scherm geregeld de boodschap liep
dat één euro inzetten op een uitzege, negen euro kon opbrengen. Ondanks alle
kritiek op de verwevenheid van het profvoetbal met de gokindustrie, liggen
gokbedrijven en tv-zenders nog altijd niet wakker van ethische dilemma’s die
verbonden zijn aan gokken en de menselijke drama’s die er het gevolg van zijn.

Valse
kapitein

Alejandro Pozuelo mocht na de pauze alsnog
opdraven. De Genkse supporters klapten in de handen, maar pakten ook uit met
een waarschuwende tekst: ‘In Genk geen plaats voor valse kapiteinen, glorie
voor zij die strijden tot het einde’. Rijmen deed het niet echt en poëzieprijzen
win je er niet mee, maar het illustreerde perfect de gemoedsgesteldheid bij de
Limburgse fans. Tegen Slavia Praag had Pozuelo al bewezen dat hij het verschil
kan maken, dat wil dus nog niet zeggen dat hij zich alles kan permitteren.

Genk was meer aanwezig in die tweede helft, al
behield Club de controle en reageerde het prompt op een tegengoal die een
kwartier voor tijd letterlijk uit de lucht kwam vallen. 3-1, een correcte
weergave van het spelverloop in deze topper. Doelpuntenmaker Vormer omarmde
zijn trainer, het publiek omarmde het elftal. Het komt wel goed met die
contractverlenging voor Ivan Leko, zou je geneigd zijn te denken.

Een van de uitblinkers was scheidsrechter Eric
Lambrechts. Hij had de wedstrijd uitstekend in de hand, greep in waar nodig. De
videoref zat werkloos toe te kijken in zijn busje. Wat een contrast met
zaterdag, toen Hannes Van der Bruggen er na Kortrijk-Charleroi zelfs voor
pleitte om Vertenten en Delferière terug te laten fluiten. Ethisch besef en
respect voor de rechtsstaat zijn niet de sterkste punten van profvoetballers. Hoeft
ook niet, maar laat hen dan best zwijgen.

Toronto

Het bestuur van KRC Genk staat voor een onmogelijke
keuze. Pozuelo zijn zin geven en een transfer naar Toronto FC gunnen, komt neer
op toegeven aan chantage: het zou andere spelers op ideeën kunnen brengen, nu
en in de toekomst. Hem naar de B-kern verwijzen — waar hij, laten we wel wezen,
na zijn fratsen thuishoort — komt neer op kapitaalvernietiging. Dan is hij
straks geen acht miljoen euro waard, maar misschien nog een kwart van dat
bedrag. Noch Pozuelo, noch de Genkse fans zouden dat aanvaarden. Die zijn
opportunistisch genoeg om hun sterspeler tijdelijk vergiffenis te schenken, als
hij opnieuw een beslissende rol zou spelen.

Dit is een situatie waar — behalve mogelijk de
bankrekeningen van de heer Pozuelo, zijn makelaar en nog wat tussenpersonen —
geen winnaars zijn. Genk zit met een ontevreden werknemer. Dat weegt op de
sfeer, die maar beter sereen kan zijn de komende maanden. De trainer moet
keuzes maken: kiest hij voor de betere voetballer die een Judas is, of voor een
trouwe kernspeler die net iets minder goed is. Pozuelo zelf zit met zijn hoofd duidelijk
elders. In een competitie waar hij veel meer zal verdienen, maar nooit meer de
sportieve waardering zal genieten die hij hier krijgt. Zou hij weten dat
Toronto in Canada ligt? Technisch directeur De Condé hoopt nu Toronto FC ervan
te overtuigen om de speler pas op 20 mei aan te trekken, na het einde van
play-off 1. Dat zou een gewiekst compromis zijn.

Ergens stond te lezen dat Pozuelo naar een
competitie met weinig aanzien zal vertrekken, als hij een contract ondertekent
voor een club in de Amerikaanse MLS of — als eventueel alternatief — de Chinese
Super League. Euh, en de Jupiler Pro League geniet wel internationaal aanzien
dan? Kijk gerust even rond: hier loopt geen Renato Augusto, Hulk, Oscar, Dembélé
of Fellaini rond (China), of een Van der Wiel, Vela, Rooney of Ibrahimovic
(Amerika).

Neen, je mag de Major League Soccer niet
verwarren met een échte topliga. Het is veelzeggend dat de beste speler uit
onze competitie zich daar onder een pak dollars wil begraven.



De groen-zwarte vlag dekte de lading niet

Sport Posted on wo, februari 13, 2019 10:11:09

(Deze bijdrage verscheen maandag 11 februari in De Standaard, in de wekelijkse reeks ‘De Bankzitter’).

Geen winnaar in de Brugse derby. Man van de match was
de Franse Monaco-huurling Irvin Cardona. Niet omdat hij de 2-2 maakte, maar
omdat hij na afloop een groenzwarte vlag plantte op de middenstip. Een
misplaatst gebaar dat tot relletjes leidde.

De ene stadsderby is de andere niet. Zaterdag
won Real Madrid verdiend met 1-3 bij lokale rivaal Atlético. Thibaut Courtois
kreeg al bij al weinig werk op te knappen: in de tweede helft bokste hij een
onverwacht schot vanonder de lat weg op een ogenblik dat Atlético de match in
handen had. Vooral in de eerste helft was Atlético-Real een beklijvende topper:
technisch en tactisch sterk, van een ongeziene intensiteit, een vol stadion, het
soort spektakel waar we hier slechts van kunnen dromen.

Al was er zondagnamiddag in de Brugse derby
toch een punt van overeenkomst met de Madrileense strijd: er werd stevig
gebikkeld. Tien gele kaarten (waarvan één dubbele) in Madrid, acht (één
dubbele) in Brugge. Club begon dominant op de abominabele grasmat van het Jan
Breydelstadion en kwam twee keer op voorsprong met uitermate knappe doelpunten:
Wesley opende de score met een subtiel hakje, Schrijvers rondde een wervelende
combinatie Vanaken-Vormer rustig af. Dankzij een owngoal van Amrabat en een
treffer van Cardona halfweg de tweede helft werd het toch nog 2-2. Het
slotoffensief van Club leverde niets meer op.

Ziekelijke
provocatie

Twee-twee geeft normaal voldoende stof tot
napraten over het sportieve verloop van een wedstrijd, maar de gesprekken achteraf
gingen ongetwijfeld vooral over de turbulente slotfase. Vier gele kaarten,
waarvan een tweede voor Cercle-middenvelder Johanna Omolo, antivoetbal van de
thuisploeg dat een puntje wilde overhouden aan de derby, een vervelende sfeer
op het veld en in de tribunes. Scheidsrechter Visser liet precies vierenveertig
seconden naspelen na de voorziene vier minuten extra tijd, ook al lag het spel
veel langere tijd stil.

Het dieptepunt moest dan nog volgen. Irvin
Cardona plantte een Cercle-vlag op de middenstip, tot grote ergernis van de
Clubspelers. Massaal duw- en trekwerk volgde. Cardona werd breed grijnzend
afgevoerd door zijn eigen trainer, als een kwajongen die nog een beetje glimt
van misplaatste trots, tot groot jolijt van het groenzwarte volk op de tribunes.
Als de Reviewcommissie vandaag de beelden bekijkt, past er maar één sanctie:
deze Cardona mag niet meer in actie komen in de reguliere competitie. Vijf
schorsingsdagen voor deze vorm van ziekelijke provocatie is een minimum.

Het planten van de vlag met de eigen
clubkleuren is overigens niet nieuw in de Brugse derby. Het is een vast ritueel
geworden na een zege. Bijna zes jaar geleden diende Cercle nog een klacht in
tegen Club, toen Clubspeler Ryan Donk na de 0-3 overwinning een blauw-zwarte
vlag op de middenstip wilde neerpoten. Dat werd als extra pijnlijk ervaren
omdat Cercle door die nederlaag barrages moest spelen om degradatie te
voorkomen. Eerder dit seizoen deed Ruud Vormer het nog, na de 4-0 thuiszege. En
Leandro Trossard waagde het namens KRC Genk na de derby-uitzege in
Sint-Truiden. Cardona plantte zijn vlag echter na een gelijkspel, niet na een
zege. Zijn gebaar wordt er alleen maar fouter door.

Filiaal
van Monaco

De ‘Vereniging’ — zoals Cercle zich graag laat
noemen bij wijze van contrast met de ‘club’ die in hetzelfde stadion speelt —
is niet meer het sympathieke, kleine en ietwat lelijke eendje van weleer. De
drie landstitels uit de geschiedenis van de vereniging zijn allang vergeten, de
laatste dateert van 1930. Ver weg is ook de periode van clubspeler par
excellence Jules Verriest. Of de drie seizoenen dat Cercle in de middenmoot
eindigde, maar wel de topschutter van de eerste klasse in de rangen had, Josip
Weber. Onder Glen De Boeck behaalde Cercle elf jaar geleden een vierde plek, de
hoogste positie na de Tweede Wereldoorlog.

Als Cercle in de hoogste afdeling speelde,
vonden supporters van andere clubs dat wel prettig. Speelde het in tweede, dan
werd het niet gemist. Club was alomtegenwoordig, met fans uit heel Vlaanderen,
Cercle bleef onzichtbaar, de stille buur, maar toch wel een beetje de ploeg van
de stad Brugge.

Veel is veranderd door de nauwe samenwerking
met AS Monaco, twee zomers geleden. De Monegaskische club wordt geleid door een
rijke Rus, Dmitri Rybolovlev, een man met een kwalijke reputatie. Toen Club in
november een Champions League-duel speelde in Monaco, kon Rybolovlev dat niet
bijwonen: hij zat in voorhechtenis vanwege een zoveelste corruptiezaak. Cercle
is een filiaal van Monaco geworden. In de kern zitten maar liefst negen spelers
die van de moederclub worden gehuurd. Ook trainer Laurent Guyot is een
Fransman. In de kleedkamer is Frans de voertaal. Cercle vervreemdt. En
afgelopen week liet het als vijftiende van de zestien eersteklassers — alleen
Eupen doet niet mee — shirtsponsoring door een gokbedrijf toe, Napoleon Sports
& Casino. De vereniging is een bedrijfje geworden. De sympathie is weg.

Eén constante toch: de publieke belangstelling
blijft pover. Cercle komt net boven de zesduizend toeschouwers per
thuiswedstrijd uit, niet eens vijfhonderd meer dan vorig jaar, toen het
kampioen werd in de Proximus League. Tegen Club zat het stadion voor een keer
halfvol: weinig volk naar blauw-zwarte normen, in Monaco — gemiddeld 8.537
toeschouwers in dit kwakkelseizoen waarin het voor het behoud vecht — zouden ze
er heel tevreden mee zijn.

‘Vzw’

Sinds 16 december en de thuisoverwinning tegen
Anderlecht blijkt Cercle een vereniging zonder winstoogmerk geworden. Zes
wedstrijden, amper twee punten behaald. Goed dat er een stevige buffer was
opgebouwd in het najaar of er werd nu degradatievoetbal gespeeld. Maar ook Club
won na nieuwjaar slechts één keer. Het puntenverlies tegen de stadsgenoot komt
een week voor de topper tegen KRC Genk bijzonder ongelegen. Voor Club wordt dat
een alles-of-niets-wedstrijd. Winnen is een must. Beide teams moeten
donderdagavond eerst nog Europees aan de bak in de Europa League: Club tegen
Salzburg, Genk tegen Slavia Praag. Benieuwd of de akker van Jan Breydel tegen
dan iets meer op een voetbalveld lijkt.

Slotsom van een bewogen zondagnamiddag: Club
telt elf punten minder dan Genk, Cercle heeft tien punten meer dan Lokeren.



Duivelse kroonprinsen staan op

Sport Posted on wo, februari 06, 2019 18:55:47

(Deze bijdrage verscheen maandag 4 februari in de
reeks ‘De bankzitter’ in
De Standaard.)

Terwijl twee Rode Duivels de voorbije weken richting
China trokken, staat hun opvolging al klaar. Leander Dendoncker en Thorgan
Hazard blonken dit weekend uit in de Premier League en de Bundesliga, en lijken
helemaal klaar om een belangrijkere rol bij de nationale ploeg op te eisen.

Eden Hazard wervelde zaterdag als vanouds.
Chelsea won met 5-0 van rode lantaarn Huddersfield, de Belgische
vleugelaanvaller mocht opnieuw van zijn geliefde linkerflank voor dreiging
zorgen en dankte zijn trainer met twee doelpunten. Met de gehuurde Argentijn
Gonzalo Higuaín — twee keer aan het kanon — lijkt Chelsea weer een volwaardige
spits in huis te hebben, waardoor Hazard niet meer als valse nummer negen hoeft
op te draven. Dat is goed voor hem én voor zijn club, dat de voorbije weken
zeer wisselvallig presteerde: enkele pijnlijke uitnederlagen in de competitie,
maar wel gekwalificeerd voor de finale van de League Cup. Coach Maurizio Sarri
hekelde al verschillende keren de mentaliteit van zijn spelers.

Hazard zit aan twaalf goals en tien assists in
de Premier League. In het vorige (rot)seizoen van Chelsea kwam hij aan
respectievelijk twaalf en zes, hij doet dus nu al beter. In de seizoenen 2012/2013
en 2016/2017 was hij betrokken bij vijfentwintig doelpunten, ook dat aantal is begin
februari reeds in zicht.

Jonge
Hazard

Met zes wedstrijden minder op de teller
benadert Thorgan Hazard zijn oudere broer Eden: hij scoorde tot nog toe negen
keer en gaf acht beslissende passes. Zaterdag was hij nog verantwoordelijk voor
twee assists in de moeilijke uitwedstrijd van Borussia Mönchengladbach bij
Schalke 04, waardoor zijn team de tweede plaats heroverde ten koste van Bayern.
In zijn vijfde seizoen Bundesliga blijft de 25-jarige Thorgan groeien. Zijn
statistieken zijn na iets meer dan een halve jaargang beter dan ooit tevoren. Eén
werkpuntje: tegen de andere ploegen uit de Top 4 — Borussia Dortmund, Bayern
München en RB Leipzig — speelde hij geen rol van betekenis. Een topspeler staat
er ook tegen sterke tegenstanders.

Thorgan Hazard solliciteert nadrukkelijk naar
een basisplek bij de nationale ploeg, zeker nu Dries Mertens (Napoli) en Romelu
Lukaku (Manchester United) vaker op de bank zitten dan hen lief is. Thorgan kan
rechts, centraal en links uit de voeten, desnoods ook diep in de spits. Roberto
Martínez probeerde hem zelfs al uit als linkervleugelback: dat deed hij gedwee
en gedisciplineerd, maar je verliest als elftal dan wel zijn aanvallende
impulsen. Maar het is voor de bondscoach alleszins een alternatief voor de bij
Monaco helemaal weggedeemsterde Nacer Chadli en de voorlopig nog minstens een
half jaar in China geparkeerde Yannick Carrasco. Jordan Lukaku is veel te
onregelmatig op die positie. En Jan Vertonghen uit het centrum halen is dan
weer verdedigend geen goed idee. Thorgan dan maar?

Klein
Portugal

Terug naar de Premier League. Daar is
promovendus Wolverhampton Wanderers een van de positieve verrassingen: het
staat zevende, op respectabele afstand wel van de grote zes. In de grauwe
industriestad in de West Midlands, 240.000 inwoners, leeft een groot verlangen
naar het verleden: in de jaren 50 werden de Wolves, zoals ze genoemd worden,
drie keer Engels landskampioen, met als boegbeeld Billy Wright, de eerste
voetballer ooit die meer dan honderd interlands speelde. In 1972 bereikte
Wolverhampton de allereerste finale van de UEFA Cup, die verloren werd van
Tottenham. Daarna waren er een paar kleinere bekerzeges. Deze eeuw is het echter
nog maar het vijfde seizoen in de Premier League voor Wolves.

In de zomer van 2016 werd Wolverhampton
overgenomen door de Chinese investeringsmaatschappij Fosun International. Nóg
belangrijker: de Portugees Jorge Mendes werd de grote man achter de schermen.
Mendes is de machtigste man in het hedendaagse voetbal; zijn makelaarskantoor
Gestifute behartigt de belangen van o.a. Cristiano Ronaldo, Radamel Falcao,
Diego Costa, Ángel Di María, José Mourinho en nagenoeg de integrale Portugese
nationale ploeg. Niet verwonderlijk dat er zeven Portugezen rondlopen bij de
Wolves en dat de manager ook al een Portugees is. Meer nog, gewezen doelman
Nuno Espirito Santo was ooit de eerste cliënt van Mendes.

In die Portugese kolonie streek vorige zomer
Leander Dendoncker neer. Op zijn drieëntwintigste wilde hij hogerop, weg bij
Anderlecht. Dat ging een half jaar moeizaam, alleen in de minder belangrijke
League Cup zette de Portugese coach zijn naam op het wedstrijdblad. Dendoncker
kreeg pas op speeldag 15 zijn eerste speelminuten (9) in de Premier League,
stond op speeldag 20 voor het eerst aan de aftrap. Maar sinds half januari
miste hij geen seconde, nu al vier wedstrijden op rij. Zaterdag scoorde hij op
Everton zijn eerste goal in Engeland. Als controlerende middenvelder misstaat
hij niet tussen de Portugezen Ruben Neves en Joao Moutinho. Ook hij is een
valabele optie voor Roberto Martínez.

Les
voor jonge talenten

De keuze van Leander Dendoncker blijkt een
intelligente te zijn: een club met een ambitieus project, waar op korte termijn
weinig druk heerst. Net zoals Eden Hazard tot zijn eenentwintigste bij Lille
bleef spelen en dan pas naar het veeleisende en ongeduldige Chelsea trok.
Anderen wilden sneller naar de top: hen verging het minder goed.

Iemand recent nog iets van Charly Musonda jr.
gehoord? Het grootste Belgische talent van dit decennium verkommert momenteel
als huurling met een zware knieblessure bij Vitesse in Arnhem. Musonda koos al
op zijn vijftiende voor Chelsea, maar speelde amper acht wedstrijden voor de
Blues. Spelen deed hij tijdelijk wel bij Real Betis en Celtic, en wellicht
binnenkort ook voor Vitesse. Op zijn tweeëntwintigste is die voorspelde grote
carrière heel ver weg.

Ook Romelu Lukaku en Kevin De Bruyne kozen aanvankelijk
voor de centen van Chelsea, ook zij hadden een ambitieuze middenmoter nodig om
een doorstart te kunnen maken: Lukaku bij Everton, De Bruyne bij Wolfsburg.
Youri Tielemans werd uitgespuwd bij AS Monaco en mag zichzelf nu proberen heruit
te vinden bij Leicester.

Het is een les voor jonge talenten. Blijf nog
wat langer in eigen land, groei hier door tot je de twintig voorbij bent en
vertrek dan eventueel naar een topclub, maar liefst nog een subtopper. Jonge
voetballers moeten vooral voetballen. Dat grote geld komt later eventueel wel.



‘Wintertransfers zijn bijna nooit goeie transfers’

Sport Posted on ma, februari 04, 2019 20:14:35

(Deze bijdrage verscheen zaterdag 2 februari in De Standaard.)

Het was een opvallend rustige wintertransferperiode in
het voetbal, zowel internationaal als nationaal. In België werden amper veertig
nieuwe spelers gehaald. In de Premier League werd 285 miljoen euro minder
uitgegeven dan vorig jaar in januari. Financial Fairplay en Schone Handen
spelen hun rol.

Wintermercato. Het blijft een verschrikkelijk
woord, dat nog eens extra benadrukt dat er in de maand januari mensen worden
verhandeld op een soort groothandelsmarkt. Al waren het er een pak minder dan
de voorbije jaren. In de Jupiler Pro League werden er amper veertig inkomende
transfers gerealiseerd, het laagste aantal in de afgelopen negen seizoenen.
Vorig jaar werden er nog 67 nieuwkomers gehaald, in 2017 zelfs 72. Eenenveertig
spelers verlieten hun club. Opgeteld zullen de Belgische eersteklassers ruim 10
miljoen euro meer hebben ontvangen dan uitgegeven.

Ook een kwartet Rode Duivels verhuisde naar
een andere club en een ander land. Mousa Dembélé speelt voortaan in China, bij
Guangzhou R&F, een middenmoter die niet mag verward worden met stadsgenoot en
topclub Guangzhou Evergrande. Marouane Fellaini trekt eveneens naar het Verre
Oosten: de 31-jarige Belg zal bij Shandong Lundeng om en bij de 14 miljoen euro
netto per jaar gaan verdienen. Michy Batshuayi, eigendom van Chelsea, zat de
voorbije maanden op de bank bij Valencia en wordt de rest van het seizoen
verhuurd aan Crystal Palace. Youri Tielemans gaat tijdelijk voor Leicester spelen,
hij wordt gehuurd van Monaco.

Voor Yannick Carrasco was er belangstelling
van Arsenal en Milan, maar hij zal nog minstens een half jaar bij Dalian Yifang
in China moeten blijven.

Sky is
niet meer de limit

De relatieve stilte viel nog het meest op in
de Premier League. Daar werd voor 205 miljoen euro spelers verhandeld, waarvan
57 miljoen op ‘Deadline Day’, de slotdag van de transferperiode. Vorig jaar
ging het nog om respectievelijk 490 en 171 miljoen. Er werd dus 285 miljoen
euro minder uitgegeven in januari, meer dan een halvering. Chelsea betaalde 66
miljoen voor de 20-jarige Amerikaanse vleugelaanvaller Christian Pulisic, maar
de speler wordt onmiddellijk terug verhuurd aan Borussia Dortmund. De
Argentijnse spits Gonzalo Higuaín wordt dan weer gehuurd bij Juventus, mét
aankoopoptie. De andere topclubs hielden zich gedeisd.

Volgens Deloitte & Touche heeft dat te
maken met de sterke financiële positie van de meeste clubs, waardoor het
verkopen van spelers niet noodzakelijk is om de clubkas in evenwicht te brengen.
Anderzijds brengt het toekomstige tv-rechtencontract maar net iets meer op dan
het vorige, waardoor Sky (Sports) niet meer de limit belooft. De dalende tendens viel overigens ook al in de
zomertransferperiode op.

Gezondere
situatie

‘Het was geen drukke maand voor ons’, bevestigt
voetbalmakelaar Stijn Francis van Stirr Associates, het kantoor dat de zaken
behartigt van o.a. Toby Alderweireld en Dries Mertens. ‘Een paar jonge spelers
die niet tevreden waren bij hun huidige club en voor wie we een oplossing
hebben gezocht, dat was het zowat.’

Volgens Francis heeft dit vooral te maken met
de Financial Fairplay, het door de Uefa uitgedachte systeem dat vastlegt dat
clubs over drie seizoenen maximum vijf euro verlies mogen maken. ‘Tegenwoordig
proberen ze in de wintermercato een speler te huren met aankoopoptie, eerder
dan hem dadelijk te kopen’, zegt hij. ‘Daardoor komt het geld niet in de markt.
Neem het voorbeeld van Arsenal, waar rechtsback Héctor Bellerín de rest van het
seizoen out is. In het verleden zouden ze nog snel een vervanger hebben gekocht
voor vijftien miljoen, nu niet.’

‘Ik denk dat dit een gezondere situatie is.
Wintertransfers zijn bijna nooit goeie transfers. De spelers die je haalt in
januari, zijn dat de spelers die je écht wilt? Want hoe gaat dat? Clubs zijn in
paniek en geven veel te veel geld uit: de prijs-kwaliteitverhouding zit meestal
niet goed. Probeer in de situatie van Lokeren maar eens een speler te
overtuigen om daar te gaan voetballen. Dan moet je al meer geld bieden dan
normaal. En de verkopende club weet ook dat er meer geld te rapen valt.’

Keerzijde van de medaille is dan dat makelaars
minder verdienden de afgelopen weken? Niet noodzakelijk, zegt Francis. ‘Als
spelersmakelaar ontvangen wij in principe een percentage op wat de speler
verdient: als hij van club verandert, zal zijn salaris niet zo veel verschillen
en maakt dat dus voor ons niet zoveel uit. Voor de clubmakelaars van deze
wereld is het natuurlijk pijnlijker. Zij verdienen vooral op transfersommen en
die waren er nu nauwelijks.’

Weg met
de wintertransfers?

Zou de stilte op de Belgische transfermarkt ook
te maken kunnen hebben met dé affaire? Drie en een halve maand na het
losbarsten van Operatie Schone Handen viel het op: Mogi Bayat tweette geen
enkele deal. Stijn Francis: ‘Deels zal dat wellicht een oorzaak zijn. De
makelaars die alleen bezig zijn met kortetermijntransfers zijn wat rustiger,
clubs zijn voorzichtiger.’

‘Als je dat vergelijkt met wat er vorig jaar
rond deze tijd allemaal bij KV Mechelen gebeurde: zulke zotte dingen hebben we
nu niet gezien. Het gezond verstand regeerde. Misschien laten clubbestuurders
hun hoofd niet meer gek maken door makelaars, maar het zou net zo goed kunnen
dat onze clubs beter geleid worden dan een paar jaar geleden. Weet je wanneer
je zo’n transactionele makelaar kunt gebruiken? Als je twee keepers de 31ste
januari geblesseerd zijn en je dringend een oplossing nodig hebt. Dan heb je
iemand nodig die zegt: “Ik regel het!”‘

Het afschaffen van de wintertransfermarkt,
waar sommigen voor pleiten, vindt Stijn Francis niet aangewezen. ‘Vanuit
spelersperspectief is dat geen goed idee. Neem Cyriel Dessers, een cliënt van
ons. Die werd de voorbije maanden niet meer opgesteld bij FC Utrecht: moet je
die dan nog een half jaar op de bank laten zitten, terwijl hij bij een kleinere
club wél zou kunnen spelen? Vergeet niet: een jaar niet spelen, is lang. Die
flexibiliteit moet je behouden, om als werknemer te kunnen opstappen.’

Wet van
’78

De Europese Unie heeft voor professionele
sportclubs een uitzondering toegestaan op het principe van het vrije verkeer
van personen. Vandaar dat er twee transferperiodes zijn in het voetbal en dat
er alleen in die maanden spelers van club kunnen veranderen. ‘Beeld je in dat
Anderlecht vlak voor play-off 1 nog even een topspeler zou halen: dat zou
competitievervalsing zijn’, stelt Stijn Francis. ‘Er moet dus nog zoiets
blijven bestaan als een transfermarkt. Waar ik wel een probleem mee heb, zijn
de overdreven transfersommen en het feit dat clubs onredelijk een overgang van
een speler beletten. Dat blijft een vorm van moderne slavernij. Oorspronkelijk waren
die sommen bedoeld als schadevergoeding voor de club die een speler zag vertrekken,
maar het is volledig uit de hand gelopen.’

Francis verwijst naar de wet van 24 februari
1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten voor betaalde sportbeoefenaars als ‘een
gerechtvaardigd model’. Die biedt profs de mogelijkheid hun contract van
bepaalde duur voortijdig en eenzijdig te verbreken, mits betaling aan de
opgezegde club van een vergoeding die gelijk is aan het loon dat ze nog zouden
verdienen tot het einde van hun contract. ‘Maar ook dan is het niet de
bedoeling dat een speler bij wijze van spreken elke week van club verandert. Om
clubs én spelers te beschermen, kan je dan nog altijd gaan naar twee periodes
per jaar om dit te regelen.’

‘Het arbeidsrecht bepaalt dat je binnen een
bepaalde termijn en voor een bepaalde opzegvergoeding je contract kunt
beëindigen’, stelt Jesse De Preter, voorzitter van de Belgian Federation of
Football Agents, de vereniging van voetbalmakelaars. ‘Dat werkt in twee
richtingen. Voetbaltransfers wijken daarvan af. De internationale rechtsorde
heeft gezegd dat het oké en verantwoord is. Als burger schaar ik mij erachter,
al vind ik het niet logisch. Er zijn sporten waar transfers niet bestaan. Men
aanvaardt dus dat er een markt is en een economische activiteit. Hoe wil je dan
vermijden dat er in een vrijemarkteconomie, met transacties die soms tientallen
of honderden miljoenen beslaan, tussenpersonen zijn die voor hun diensten
vergoed willen worden?’

‘Probleem is dat je een systeem moet vinden
dat wereldwijd kan worden toegepast, in alle landen’, werpt Stijn Francis op. ‘Bovendien:
schaf je de makelaars af, dan creëer je wellicht een ander probleem. En dan is
de voorlopige conclusie dat we het nog wel even met de bestaande transfermarkt
zullen moeten stellen. Als je dan toch een imperfect systeem moet kiezen, is
dit misschien nog het minst slechte. De kunst is om de gevolgen van die
imperfectie te kaderen. Dat gebeurde tot nog toe te weinig.’

Het lijkt sterk op de boutade van de Britse
staatsman Winston Churchill, die democratie ooit omschreef als ‘het slechtste
systeem, op alle andere na’. Francis: ‘Dat is een beetje mijn conclusie, ja.’

Wat is Stirr Associates?

• Team van specialisten (advocaten,
boekhouders, fiscalisten, ex-voetballers) dat ten dienste staat van
profvoetballers, met kantoor in Brussel.

• Cliënten: 35tal voetballers, o.a. Toby
Alderweireld (Tottenham), Dries Mertens (Napoli), Zinho Vanheusden (Inter,
uitgeleend aan Standard), Sven Kums (Anderlecht) en Denis Odoi (Fulham).

• www.stirrassociates.com



Zwarte zaterdag voor Sporting Lokeren

Sport Posted on zo, februari 03, 2019 12:04:05

(Deze bijdrage verscheen maandag 28 januari in De Standaard, in de wekelijkse reeks ‘De bankzitter’).

KSC Lokeren verloor zaterdagavond met 0-3 van Zulte
Waregem, een zespuntenmatch die het móest winnen. Met nog zeven wedstrijden
voor de boeg lijkt de degradatie onafwendbaar voor de Wase club. Daar zal zelfs
een zoveelste nieuwe coach niets meer aan kunnen veranderen.

Tenzij de voetbalbond als gevolg van Operatie
Schone Handen alsnog een cordon sanitaire zou leggen rond Waasland-Beveren en
KV Mechelen, zullen de kleine vierduizend resterende Lokerensupporters over een
paar jaar op 26 januari 2019 terugblikken als ‘Zwarte Zaterdag’. Zelf thuis
verloren van degradatieconcurrent Zulte Waregem, terwijl ook Moeskroen en
Waasland-Beveren onverwachte puntenwinst behaalden: een doemscenario.

Dat het ook nog eens 0-3 werd, de
tegendoelpunten werden gescoord door ex-Lokerenspelers (2x Harbaoui, 1x De
Pauw) en de fans zich op het eind tegen de ploeg keerden, maakte de nederlaag extra
pijnlijk. Nochtans waren de spelers — in tegenstelling tot vorige week in Eupen
— mentaal wel aanwezig. Aan inzet geen gebrek; aan kwaliteit, voetbalintelligentie
en weerbaarheid des te meer.

Deze situatie krijgt ook de nieuwe trainer,
Glen De Boeck, niet meer rechtgezet. De Boeck was elf jaar geleden in zijn
eerste trainersopdracht bij Cercle Brugge nog de wonderboy van het
trainersgild, sindsdien heeft hij die goede start nooit kunnen bevestigen. Zijn
wittebroodsweken bij Lokeren duurden amper een goed halfuur. Toen greep de videoref
prima in en werd een intikker van Harbaoui toch nog gevalideerd.

Na de derde tegentreffer hield voorzitter
Lambrecht het voor bekeken. Het incasseringsvermogen van een 87-jarige is niet
eindeloos. Lokeren moet nu in zeven wedstrijden acht punten goedmaken op
streekgenoot Waasland-Beveren. Zelfs in Mission:
Impossible
zijn de opdrachten haalbaarder. Dat besefte ook Kilian Overmeire
— zestiende seizoen bij de club (!) — na de wedstrijd: ‘Zolang dat ’t niet
gedaan is, is ’t niet gedaan. Maar nu…’ De aanvoerder hield het amper droog.

Koterij

Symbolisch beeld vlak voor de aftrap: de
thuisfans hadden enthousiast gele slierten papier op het terrein gegooid en de
scheidsrechter wachtte om te beginnen tot die verwijderd waren. Het duurde een
eeuwigheid voor de stewards achter het doel dat begrepen hadden en dan nog
maakten ze weinig haast, alsof ze heel even dat carnavalgevoel wilden
vasthouden op Daknam.

Daknam: jarenlang klonk het als een omgeving
die tegenstanders angst aanjoeg. Vandaag is het een typisch Vlaamse koterij:
een hoofdgebouw naast een kleiner gebouw naast een aanbouw… Elke vierkante
meter waar geen zitje is, werd benut om er een reclamebord neer te poten. Daknam
ziet er steeds meer uit als een uitgewoond pand. Leegstaand en al.

We schreven na de Wase derby reeds dat er geen
voetbaltoekomst zit in deze regio (DS
24/12)
. Lokeren haalt niet eens een gemiddelde van vierduizend toeschouwers,
vorig seizoen waren het er nog tweeduizend meer. Eens de degradatie vastligt
zal dat aantal nog verminderen en in 1B wordt het wellicht gehalveerd. Dat is ongeveer
het aantal fans (1.741) dat voorzitter Lambrecht aantrof toen hij Lokeren bijna
vijfentwintig jaar geleden overnam als armlastige tweedeklasser. De cirkel is
rond.

Bingewatchen
in de auto

Hoe is het zover kunnen komen met de club die
vijf en zeven jaar geleden de beker won en vijf jaar geleden nog play-off 1
speelde? Antwoord: een 20ste-eeuws zakelijk model in een 21ste-eeuwse omgeving.
De alleenheerschappij van Roger Lambrecht weegt in negatieve zin op de club. In
het verleden haalde hij weliswaar toekomstige toppers als Jan Koller, Alfred
Finnbogason en Hans Vanaken naar Daknam, naast een karrevracht jonge Afrikanen
en Balkanboys van wie de naam op -ic eindigt. Een beetje mensenhandel moest
kunnen. Altijd weer met die dubbele bedoeling: onmiddellijk rendement op het
veld en financieel rendement een paar jaar later. De lange termijn telde nooit
mee. Dat wreekt zich ooit.

Lambrecht runt zijn voetbalbedrijf, in omvang
een kmo, als een eenmanszaak. Of als de buurtslager om de hoek die nooit
tevreden is over zijn personeel, hen brutaal bejegent en geregeld in het
bijzijn van de klanten uitkaffert, en die voortdurend op zoek is naar ander goedkoop
werkvolk. Zo ziet deze selfmade man een bedrijf.

Bekend is het beeld van Lambrecht die de
training allesbehalve discreet vanuit zijn wagen volgt, bij voorkeur met een
flesje pils in de hand: het is zijn manier van bingewatchen. Vorige maandag
keek Lambrecht nog met enig dedain naar zijn nieuwe coach, toen die tijdens
zijn persvoorstelling met dure woorden slingerde. Je zag de voorzitter denken: ‘Winnen,
jongen, dat is het enige wat telt. En als dat niet lukt, zoek ik weer iemand
anders.’

Voetballers mogen niet voor meer dan twee
clubs spelen in één seizoen, voorzitters mogen wel zo vaak hun trainer ontslaan
als dat het hen uitkomt. Een beperking tot twee trainers per seizoen zou ook
hier aangewezen zijn. Lambrecht versleet er vijfentwintig op evenveel jaar
tijd: gemiddeld één per jaar dus.

Het
licht is uit

Roger Lambrecht houdt er na dit seizoen mee
op. Hij zoekt al jaren een Vlaamse opvolger en vindt die maar niet. KPMG
waardeerde KSC Lokeren optimistisch op twaalf miljoen euro; dat bedrag zou de
bandenfabrikant graag vangen. In werkelijkheid zal de club minder dan de helft
waard zijn, en na degradatie nóg wat minder. Vorige week liet een groep
ondernemers rond Ronny Deschacht, zaakvoerder van DS Plastics en vader van
Lokerenspeler Olivier, weten niet meer geïnteresseerd te zijn in een overname.

Misschien is het cruciale moment van de desastreuze
jaargang 2018/2019 wel 31 augustus geweest: de dag dat sportief directeur Willy
Reynders na twaalf jaar goed werk te hebben geleverd, brutaal de laan werd
uitgestuurd. Hem werd de mislukte competitiestart aangewreven. Best mogelijk
dat Reynders als laatste met enig voetbalinzicht het licht heeft uitgedaan op
Daknam.

En nu? Een kijk op de kalender maakt duidelijk
dat er bij wijze van spreken nog meerdere keukens besteld zullen moeten worden,
wil Sporting Lokeren de redding bewerkstelligen. Uit bij Kortrijk, Standard,
Moeskroen en KRC Genk, thuis tegen Antwerp, Anderlecht en Cercle: ga er maar
aan staan.



Het wordt nog knokken om play-off 1 te halen voor Anderlecht

Sport Posted on wo, januari 23, 2019 10:11:33

(Deze bijdrage verscheen maandag 21 januari in De Standaard, als nummer 26 in de reeks ‘De Bankzitter’).

Na drie weken zonder competitievoetbal, goed voor een korte
vakantie en anderhalve week stage, blijken de machtsverhoudingen nog duidelijker
dan voorheen. KRC Genk won een moeilijke uitwedstrijd, Club Brugge liet een
stevige steek vallen en Anderlecht blijft een gevecht met zichzelf leveren.

We hadden het kunnen weten: als een speler van
Club Brugge op woensdag de Gouden Schoen heeft gewonnen, speelt het hele team het
daaropvolgende weekend met loden schoenen. Twee jaar geleden leidde dat na de persoonlijke
triomf van José Izquierdo tot verlies in Lokeren (1-0), vorig seizoen geraakte
Club na het feestje voor Ruud Vormer niet verder dan 1-1 bij Waasland-Beveren,
en nu werd de collectieve triomf — beste speler, beste coach, beste jongere,
mooiste goal — flink overschaduwd door de thuisnederlaag tegen Charleroi, 0-1.
Er zijn nog zekerheden in het voetballeven.

Zoals daar op deze tweeëntwintigste speeldag verder
ook waren: een zakelijke uitzege van Antwerp, een overwinning op wilskracht en
met wat hulp van de wedstrijdleiding voor Standard, en grote paniek bij rode
lantaarn Lokeren, waar nu ook Trond Sollied — amper drie maanden aan de slag — en
clubicoon Arnar Vidarsson werden doorgestuurd. Voorzitter Lambrecht rekent de komende
maanden op Glen De Boeck, die zelf half november ontslagen was in Kortrijk. De trainerscarrousel
blijft onverminderd draaien.

Charleroi nadert intussen op kousenvoeten de Top
6. Felice Mazzu blijft daar met beperkte middelen en met het samenraapsel aan
spelers dat voorzitter Bayat hem bij het begin van ieder nieuw seizoen aanreikt,
halve wonderen verrichten. Tot grote ergernis van enkele spelers van Club
Brugge, die uit pure frustratie zware overtredingen maakten.

Vleugelbacks

En Anderlecht? Dat begon aan de laatste negen
speeldagen van de reguliere competitie met een nieuwe trainer, de Nederlander
Fred Rutten, en een compleet andere tactische aanpak. Verdwenen zijn de 3-4-3 of
de 3-4-1-2 van Hein Vanhaezebrouck. Rutten koos voor een minder avontuurlijke 4-5-1,
die in balbezit kantelde naar 4-2-3-1. Eerste opdracht: een moeilijke
verplaatsing naar Gent, die andere ex-club van Vanhaezebrouck.

Wat opviel: Rutten speelt met échte
vleugelbacks, Najar op rechts en de heropgeviste Obradovic op links. Centraal achterin
mocht de teruggekeerde Kara meteen starten, naast de nochtans als een miskoop
beschouwde Milic. Kayembe begon door de afwezigheid van Trebel op het
middenveld naast Kums. Amuzu behield het vertrouwen links voorin, de
wispelturige Bakkali kreeg een nieuwe kans op rechts. Geen echte spelmaker, wel
Pieter Gerkens in steun van de enige spits. Dat was opnieuw Ivan Santini, maar
dat had alles te maken met de blessure van Dimata.

De jonge flankspelers Alexis Saelemaekers en
Elias Cobbaut werden door de strakkere tactische keuzes naar de bank verwezen.
Rutten staat dan wel bekend als een uitstekende peoplemanager, hij weet ook dat
de komende weken alleen de resultaten zullen tellen. Dat zou weleens ten koste
kunnen gaan van de jonkies bij Anderlecht. Al ligt de sportieve malaise zeker niet
aan hen.

Anderlecht startte voorzichtig in de Ghelamco
Arena en begon pas na een kwartiertje mee te voetballen. Het deed dat
aarzelend, maar niet onverdienstelijk, al waren de beste kansen voor Gent. Na
de rust kwam de Japanner Morioka Gerkens vervangen: dan toch een nummer tien op
het veld, al raakte die nauwelijks een bal. Gent profiteerde een kwartier voor
tijd onmiddellijk van de uitsluiting van Amuzu. Een minuutje later kopte
Alexander Sørloth binnen: de Noor wordt gehuurd van Crystal Palace.

Gent duikt zo de Top 6 in, op gelijke hoogte
van Anderlecht dat als vijfde nog één schamel punt meer telt dan Charleroi en STVV.

Gouden Handdruk

De nederlaag van Anderlecht voert ons opnieuw
naar vorige woensdag. Een paar uur voor de Gouden Schoen volkomen terecht aan
Hans Vanaken werd uitgereikt, ontving Luc Devroe van zijn ‘goede vriend’ Marc
Coucke de Gouden Handdruk. Een verrassing was dat niet meer — hij was de grote
favoriet voor de trofee. Dat heeft alles te maken met het brokkenparcours dat Devroe
in minder dan een jaar aflegde in het Astridpark. Mocht de voetbalcompetitie
een seizoen van ‘De mol’ zijn, we zouden wel weten wie de saboteur is.

Niet dat Devroe op z’n eentje verantwoordelijk
was voor de transferrommel bij Anderlecht: iemand heeft hem op die plek gezet
en diezelfde iemand had een oneindig vertrouwen in de man. Maar wat Devroe
eerder al bij Club Brugge had aangetoond: er is een verschil tussen het managen
van een topclub en een sympathieke outsider. Voor dat laatste volstaat veel
goede wil en een voluntaristische voorzitter die af en toe diep in zijn zakken
tast. Bij een topclub zijn ervaring, knowhow en een goede kennis van de markt
nog veel belangrijker. Alles wat je doet, wordt onder een vergrootglas gehouden
door journalisten en supporters. Met Abazajs, Adzicen en Musona’s word je geen
kampioen.

Bij Club en Anderlecht was Devroe zonder meer gebuisd,
bij Roeselare en Oostende leverde hij puik werk. Het Peterprincipe bestaat ook
in het profvoetbal.

Wintertransfers

Alle heil wordt in Brussel nu verwacht van
Peter Zulj, die werd overgenomen van Sturm Graz. De feiten kunnen me de komende
maanden tegenspreken, maar een 25-jarige die pas minder dan een jaar geleden debuteerde
voor de Oostenrijkse nationale ploeg, die tot nog toe amper vier interlands
speelde en die uitkwam voor een club die al zeven jaar wacht op een nieuwe
titel in een land dat niet tot de Europese Top 10 behoort, daar zou in het
verleden eens meewarig op neergekeken zijn in het Constant Vanden Stockstadion.

De voornaamste aanwinsten heten voorlopig dan
ook Fred Rutten en Frank Arnesen, de nieuwe technisch directeur, en die zullen
op hun gevorderde leeftijd niet meer de voetbalschoenen aanbinden. Benieuwd of
er nog versterkingen op komst zijn. Wintertransfers zijn meestal niet de meest
geslaagde, want wie dringend nieuwe spelers zoekt, heeft zijn huiswerk in de
zomermaanden niet gemaakt. En een speler die in januari beschikbaar is, daar
wil men doorgaans van af.

Voorzitter Coucke weet echter: met deze onevenwichtig
samengestelde kern loop je zelfs het risico om play-off 1 te rateren. En dat
zou de verwende aanhang van de recordkampioen niet accepteren.



Rode Duivels op een zijspoor bij de Red Devils

Sport Posted on wo, januari 16, 2019 10:15:46

(Deze bijdrage verscheen eergisteren in De Standaard in de maandagse reeks ‘De Bankzitter’).

Zes Belgen hadden aan de aftrap kunnen staan van de
Engelse topper tussen Tottenham Hotspur en Manchester United. Het werden er
twee: het centrale verdedigersduo Alderweireld en Vertonghen bij de thuisploeg.
Lukaku begon alweer op de bank, Fellaini zat niet eens in de kern. Dat stemt
tot nadenken.

Enkel in het bekerduel tegen tweedeklasser
Reading verscheen Romelu Lukaku tot nog toe aan de aftrap. In de vorige vier
duels onder de nieuwe, in principe tijdelijke, Noorse coach Ole Gunnar
Solskjaer begon hij als invaller aan de wedstrijd. Marcus Rashford geniet de
voorkeur van Solskjaer, die Manchester United een boost heeft gegeven, na twee
en een half seizoen afbraakvoetbal onder José Mourinho.

De Portugees drong anderhalf jaar geleden aan
op de komst van de Belgische spits en het mocht iets kosten: 85 miljoen euro. Lukaku
werd uitgespeeld als targetman. Met de rug naar doel, achter verloren ballen
aanlopen, kaatsen, veel fysieke duels aangaan, meer mocht Lukaku niet doen. Voetballen
in een dwangbuis. Solskjaer laat zijn ploeg van achteruit opbouwen, wil een
spits die meevoetbalt en een actie kan maken.

Mirakelman
De Gea

Ook op Wembley, al anderhalf jaar de
voorlopige thuishaven van Tottenham in afwachting dat het nieuwe stadion wordt
opgeleverd, zat de nog altijd maar 25-jarige Rode Duivel – 45 goals in 79
interlands – zijn ergernis te verbijten naast andere dure bankzitters. Lang mag
deze situatie niet aanslepen. Maar waarom zou Solskjaer hem er ook inzetten? Rashford
scoorde alwéér, na een sublieme pass over veertig meter van Paul Pogba, de
Franse wereldkampioen die onder Mourinho op een zijspoor was beland. (Terloops
opgemerkt: met door Mourinho afgeserveerde voetballers kan je stilaan een
wereldelftal samenstellen. De Bruyne, Salah, Mata en Lukaku in hun periode bij
Chelsea, Bonucci, Filipe Luis, Pogba…)

Lukaku mocht gisteren toch nog twintig minuten
komen bikkelen, raakte nauwelijks een bal en zag aan de overkant zijn doelman
uitblinken. David De Gea redde met handen en voeten, onder meer een poging van
dichtbij van Alderweireld, waardoor het bij een zeer gevleide 0-1 bleef.
Misschien moet die Solskjaer gewoon bij de Red Devils in Manchester blijven,
hij wint alles. Het zou wel slechts nieuws zijn voor Lukaku.

Op de bank bij United zat ook nog Andreas
Pereira, de net 23 geworden Belg die ook Braziliaans bloed door de aderen voelt
stromen en al één keer mocht opdraven in een oefeninterland van de Seleçao. Hij
kan voorlopig nog altijd kiezen tussen Rode Duivels of Goddelijke Kanaries.

Habbekrats

Hoe onmisbaar Jan Vertonghen is voor de Spurs,
werd al voor aanvang van de wedstrijd bewezen. Nadat hij een maand aan de kant
had gestaan met een dijblessure werd hij meteen weer in de basis gedropt. Voor
de manier waarop Vertonghen (31) verdedigt is het adjectief ‘soeverein’
uitgevonden. Al had hij geen verhaal tegen de aalvlugge Rashford bij die ene scherpe
counter. En moet hij zijn tekort aan snelheid steeds meer goedmaken met
uitmuntend positiespel. Vertonghen speelt nog tot minstens juni 2020 voor
Tottenham.

Ondertussen werd de optie in het contract van
Toby Alderweireld gelicht, waardoor ook hij in principe tot na het seizoen
2019/2020 in Londen blijft, al lijkt die kans eerder klein. De voetbalwereld
weet nu immers dat de 29-jarige Belg voor een vastgelegde afkoopsom van 25
miljoen pond weg mag. Aan de huidige koers is dat 28 miljoen euro. Een
habbekrats, voor een van de beste centrale verdedigers ter wereld: kopbalsterk,
groot voetballend vermogen, heeft nauwelijks overtredingen nodig, kan nog een
jaar of vier, vijf op topniveau mee. Tenzij de als zeer zuinig bekend staande
Spurs-directie alsnog de onderhandelingen over een lucratiever contract
heropstart, is het Alderweireld komende zomer allicht kwijt.

Zocht Manchester United geen versterking
achterin?

Op weg
naar China?

Van Mousa Dembélé en Marouane Fellaini geen
sprake in Spurs-United. Geen van beiden zat zelfs maar op de bank. Dembélé mist
matchritme, hij speelde niet meer sinds 3 november. En Fellaini kreeg onder de
nieuwe coach van United amper drie minuten speeltijd. Was hij onder Mourinho
nog een soort joker — basisspeler in wedstrijden waarin moest geknokt worden,
supersub als er dringend moest gescoord worden in andere matchen —, in het
systeem-Solskjaer past de hoekige, boomlange middenvelder niet. Fellaini moet
het hebben van lijf-aan-lijfgevechten, niet van subtiliteiten. In de
geruchtenmolen werd de 31-jarige international de afgelopen weken gelinkt aan
Fenerbahçe, Milan en Guangzhou Evergrande, dat na zeven opeenvolgende titels
vorig seizoen tweede eindigde in de Chinese Super League.

Ook Dembélé wil naar China, al blijft een
definitieve bevestiging nu al weken uit. Beijing Guoan, vierde in de eindstand
van 2018, zou 10 miljoen euro veil hebben voor de eveneens 31-jarige Antwerpenaar,
die over vijf en een halve maand transfervrij is en niet geneigd om zijn
contract te verlengen. De blessuregevoelige Dembélé wil weg uit de Premier
League. Een salaris van negen miljoen euro per jaar is daarbij natuurlijk een
stevig lokmiddel.

Maar er blijkt een kink in de kabel. De
Chinese voetbalbond wil namelijk dat clubs elke yuan boven een transferbedrag
van, omgerekend, 6 miljoen euro, doorstorten naar de bond. Als Dembélé 10
miljoen kost, moet er dus 4 miljoen extra worden opgelegd. Totale kostprijs
wordt dan 14 miljoen. Komt nog bij dat Dembélé de Braziliaanse international
Renato Augusto had moeten vervangen, maar die blijft voorlopig gewoon in
Peking.

Vraag is wat voetballers die nog enkele goede
jaren te goed hebben, gaan zoeken in de uitbolcompetitie die de Super League
is. Op Instagram noemen ze dat dan ‘een uitdaging’, in werkelijkheid gaat het
om snel geldgewin, terwijl ze nog best zouden meekunnen bij een subtopper in
een aardige en meer bij hun sportieve waarde passende competitie als de
Bundesliga, de Serie A of La Liga. Voor iets minder centen, dat klopt, maar
zonder dat ze daarom dadelijk armoezaaiers worden. ’t Is nu niet dat ze meteen
naar het niveau van de Jupiler Pro League zouden afzakken.

Over België gesproken: hier zou Mousa Dembélé
nog een paar seizoenen onbedreigd de Gouden Schoen kunnen winnen. Hans Vanaken,
die het nu verdient om hem op zijn schouw te mogen zetten, zou geen schijn van
een kans maken.



Het jaar van de VAR

Sport Posted on za, januari 12, 2019 12:19:49

(Deze bijdrage verscheen afgelopen maandag in De Standaard, als onderdeel van de wekelijkse reeks ‘De Bankzitter’.)

In 2018 waren er uitzonderlijk knappe prestaties van
Belgische teams en atleten. Red Lions, Rode Duivels, Belgian Cats, Nina
Derwael, Nafi Thiam, Koen Naert… het kon niet op. Maar de figuur waarover het
vaakst gepraat werd, was een official in een busje: de video assistant referee,
kortweg: VAR.

Noem me ouderwets, maar een jaaroverzicht
hoort niet te gebeuren in het lopende jaar, maar in de eerste dagen van het
nieuwe jaar. Dan heb je alle feiten gehad, kan je rustig overschouwen en de
hoogte- en dieptepunten nog eens opdiepen. Denk aan de farce rond de verkiezing
van Sportploeg van het Jaar, waar de Red Lions eerst niet, dan weer wel in
aanmerking kwamen voor de trofee, en uiteindelijk zelfs wonnen.

Het argument van de organisatoren, onder wie
collega’s van de sportpers, was niet: op 5 december is het sportjaar afgelopen
(op die datum moesten de stemformulieren oorspronkelijk binnen zijn). Het was
evenmin: op 22 december is het jaar voorbij (op die dag werd het sportgala
georganiseerd). Neen, het had te maken met zo veel mogelijk bekende gezichten kunnen
verzamelen op het feest, altijd aardig voor de rode loperfoto’s. In januari
zijn sporttoppers minder beschikbaar dan vlak voor Kerstmis. Aanwezig zijn is
belangrijker dan winnen.

De tijden dat het gala in een prestigieus
casino werd georganiseerd, met kreeft, langoestines en kaviaar à volonté, zijn
voorbij. Nu wordt er al uitgeweken naar een evenementenhal bij een groot
winkelcentrum, de Docks Home Event Hall. Al wie naam en faam heeft in de
gesloten sportwereld, of al wie iemand kent die naam en faam heeft vergaard,
diept zijn chicste smoking of haar diepst gedecolleteerde lange jurk op, maar
videorefs zullen daar niet bij geweest zijn. Hun busje staat anoniem achter een
tribune geparkeerd.

Tooggesprekken

Al van bij het begin van de proefperiode van
het nieuwe systeem, in de zomer van 2017, was het raak: het voetbal had een
nieuwe schietschijf. En daar hoorde een acroniem bij: de ‘video assistant
referee’ werd niet ‘videoref’ genoemd, maar ‘VAR’. Bekt makkelijker en – als
het moet – agressiever. In tegenstelling tot de scheidsrechter, die zeer
zichtbaar aanwezig is in dat fluo-shirt, gaat het om een onzichtbare die in
een, soms nogal aftands, busje in oncomfortabele omstandigheden naar een paar
beeldschermen zit te turen en in een paar seconden moet beslissen of een
spelfase wel of niet juist beoordeeld werd. Een extra paar ogen, dus, maar die
waren vorig seizoen nog niet in elk stadion voorzien. Ze hadden bijvoorbeeld
van pas gekomen bij de fameuze strafschopfase in Antwerp-Eupen.

De kritiek barstte pas goed los tijdens de
play-offs. ‘Dat ze hem maar afschaffen’ riep Yves Vanderhaeghe, op dat ogenblik
trainer van AA Gent. Ook Hein Vanhaezebrouck, toen nog bij Anderlecht in de dug-out,
zwaaide geregeld ostentatief met beide armen tot Christus-aan-het-kruishouding
om beslissingen aan te vechten. Clubvoorzitter Bart Verhaeghe insinueerde in
volle titelstrijd zelfs manipulatie door de wedstrijdleiding: als de
ondervoorzitter van de voetbalbond dat doet, is dat een verregaande vorm van
beïnvloeding. Het passeerde alsof het doodnormaal is.

Voor de horeca, daarentegen, was de
introductie van de videoref een zegen. Tooggesprekken gaan weer ergens over, en
ze duren langer dan ooit. Als de uitbaters van café Sportvriend & co elke
keer dat er over de VAR wordt gediscussieerd, tien euro in de pot zouden gooien
en dat bedrag doorstorten naar de Scheidsrechterscommissie, dan hadden we de
bestbetaalde refs ter wereld.

Matchvervalsing

Scheidsrechtersbaas Johan Verbist gaf vorige
week cijfers vrij. In de eerste negentien speeldagen van de Jupiler Pro League
moest de videoref zeventig ‘key decisions’ nemen. Daarvan waren er, volgens Verbist,
52 juist, goed voor 74 procent. Drie op vier, dus, net iets minder dan in Duitsland
(vier op vijf). Maar ook dat is interpretatie, want het zijn mensen die andere
mensen beoordelen. Sommige spelfasen blijven hangen in een grijze zone en worden
alleen aan de toog opgelost.

Dat de aanwezigheid van een videoref een absolute
noodzaak is in het moderne voetbal, werd vorig seizoen bewezen in de
terugwedstrijd van de halve finales van de Champions League. Een doelpunt van
Manchester City werd kort voor de rust afgekeurd vanwege vermeend buitenspel,
terwijl de aanvaller scoorde nadat ie de bal had ontvangen van een Liverpoolspeler.
De beelden maakten dat duidelijk, maar noch de lijnrechter, noch de assistent
achter de achterlijn, noch de scheids hadden dat opgemerkt. Hoe je het ook
draait of keert: dat is matchvervalsing.

In diezelfde onderlinge confrontatie, maar dan
in de Engelse competitie, was er afgelopen week een perfect bewijs dat
technologie superieur is aan het menselijk oog. Een bal die visueel over de
lijn leek, was dat niet. Een kwestie van millimeters. Doellijntechnologie is
bijzonder duur en hoeft niet in elke wedstrijd toegepast te worden, maar het
systeem wérkt en zorgt voor eerlijkere resultaten.

Ooit werd een wereldbekerfinale beslist door
een bal die voor de lijn stuitte, maar door de grensrechter als doelpunt werd
beoordeeld. 1966, Geoff Hurst, Engeland-West Duitsland, de prehistorie. In de
WK-finale van dit jaar was het de videoref die een hoofdrol opeiste.

Audioref

Hoe meer geld er omgaat in het voetbal, hoe
gevoeliger negatieve beslissingen en slechte uitslagen liggen bij clubbesturen,
trainers en spelers. Ze reageren niet meer, ze overreageren. En hoe
ongenuanceerder de ene wordt, hoe meer de andere geneigd is om nog een
beledigende uitroep toe te voegen.

Misschien moeten internationale en nationale
bonden overwegen om een audioref te introduceren: iemand die uitspraken
achteraf beoordeelt en op basis daarvan schorsingen suggereert. In de Premier
League kunnen managers zich niet eender wat permitteren, bij ons wordt er af en
toe een trainer naar de tribune gestuurd en dan een paar partijen geschorst,
maar uitlatingen ná een wedstrijd bleven tot voor kort onbestraft. Kort voor
nieuwjaar heeft de profliga wel beslist om boetes op te leggen aan
bestuursleden, stafleden of spelers die de wedstrijdleiding respectloos
benaderen.

En zo eindigde het jaar van de VAR toch op een
positieve noot. We kijken nu al uit naar dinsdag 5 februari: dan vieren de
Chinezen hún nieuwjaar en begint het jaar van het VARken.



« VorigeVolgende »