(Deze bijdrage verscheen maandag 28 januari in De Standaard, in de wekelijkse reeks ‘De bankzitter’).

KSC Lokeren verloor zaterdagavond met 0-3 van Zulte
Waregem, een zespuntenmatch die het móest winnen. Met nog zeven wedstrijden
voor de boeg lijkt de degradatie onafwendbaar voor de Wase club. Daar zal zelfs
een zoveelste nieuwe coach niets meer aan kunnen veranderen.

Tenzij de voetbalbond als gevolg van Operatie
Schone Handen alsnog een cordon sanitaire zou leggen rond Waasland-Beveren en
KV Mechelen, zullen de kleine vierduizend resterende Lokerensupporters over een
paar jaar op 26 januari 2019 terugblikken als ‘Zwarte Zaterdag’. Zelf thuis
verloren van degradatieconcurrent Zulte Waregem, terwijl ook Moeskroen en
Waasland-Beveren onverwachte puntenwinst behaalden: een doemscenario.

Dat het ook nog eens 0-3 werd, de
tegendoelpunten werden gescoord door ex-Lokerenspelers (2x Harbaoui, 1x De
Pauw) en de fans zich op het eind tegen de ploeg keerden, maakte de nederlaag extra
pijnlijk. Nochtans waren de spelers — in tegenstelling tot vorige week in Eupen
— mentaal wel aanwezig. Aan inzet geen gebrek; aan kwaliteit, voetbalintelligentie
en weerbaarheid des te meer.

Deze situatie krijgt ook de nieuwe trainer,
Glen De Boeck, niet meer rechtgezet. De Boeck was elf jaar geleden in zijn
eerste trainersopdracht bij Cercle Brugge nog de wonderboy van het
trainersgild, sindsdien heeft hij die goede start nooit kunnen bevestigen. Zijn
wittebroodsweken bij Lokeren duurden amper een goed halfuur. Toen greep de videoref
prima in en werd een intikker van Harbaoui toch nog gevalideerd.

Na de derde tegentreffer hield voorzitter
Lambrecht het voor bekeken. Het incasseringsvermogen van een 87-jarige is niet
eindeloos. Lokeren moet nu in zeven wedstrijden acht punten goedmaken op
streekgenoot Waasland-Beveren. Zelfs in Mission:
Impossible
zijn de opdrachten haalbaarder. Dat besefte ook Kilian Overmeire
— zestiende seizoen bij de club (!) — na de wedstrijd: ‘Zolang dat ’t niet
gedaan is, is ’t niet gedaan. Maar nu…’ De aanvoerder hield het amper droog.

Koterij

Symbolisch beeld vlak voor de aftrap: de
thuisfans hadden enthousiast gele slierten papier op het terrein gegooid en de
scheidsrechter wachtte om te beginnen tot die verwijderd waren. Het duurde een
eeuwigheid voor de stewards achter het doel dat begrepen hadden en dan nog
maakten ze weinig haast, alsof ze heel even dat carnavalgevoel wilden
vasthouden op Daknam.

Daknam: jarenlang klonk het als een omgeving
die tegenstanders angst aanjoeg. Vandaag is het een typisch Vlaamse koterij:
een hoofdgebouw naast een kleiner gebouw naast een aanbouw… Elke vierkante
meter waar geen zitje is, werd benut om er een reclamebord neer te poten. Daknam
ziet er steeds meer uit als een uitgewoond pand. Leegstaand en al.

We schreven na de Wase derby reeds dat er geen
voetbaltoekomst zit in deze regio (DS
24/12)
. Lokeren haalt niet eens een gemiddelde van vierduizend toeschouwers,
vorig seizoen waren het er nog tweeduizend meer. Eens de degradatie vastligt
zal dat aantal nog verminderen en in 1B wordt het wellicht gehalveerd. Dat is ongeveer
het aantal fans (1.741) dat voorzitter Lambrecht aantrof toen hij Lokeren bijna
vijfentwintig jaar geleden overnam als armlastige tweedeklasser. De cirkel is
rond.

Bingewatchen
in de auto

Hoe is het zover kunnen komen met de club die
vijf en zeven jaar geleden de beker won en vijf jaar geleden nog play-off 1
speelde? Antwoord: een 20ste-eeuws zakelijk model in een 21ste-eeuwse omgeving.
De alleenheerschappij van Roger Lambrecht weegt in negatieve zin op de club. In
het verleden haalde hij weliswaar toekomstige toppers als Jan Koller, Alfred
Finnbogason en Hans Vanaken naar Daknam, naast een karrevracht jonge Afrikanen
en Balkanboys van wie de naam op -ic eindigt. Een beetje mensenhandel moest
kunnen. Altijd weer met die dubbele bedoeling: onmiddellijk rendement op het
veld en financieel rendement een paar jaar later. De lange termijn telde nooit
mee. Dat wreekt zich ooit.

Lambrecht runt zijn voetbalbedrijf, in omvang
een kmo, als een eenmanszaak. Of als de buurtslager om de hoek die nooit
tevreden is over zijn personeel, hen brutaal bejegent en geregeld in het
bijzijn van de klanten uitkaffert, en die voortdurend op zoek is naar ander goedkoop
werkvolk. Zo ziet deze selfmade man een bedrijf.

Bekend is het beeld van Lambrecht die de
training allesbehalve discreet vanuit zijn wagen volgt, bij voorkeur met een
flesje pils in de hand: het is zijn manier van bingewatchen. Vorige maandag
keek Lambrecht nog met enig dedain naar zijn nieuwe coach, toen die tijdens
zijn persvoorstelling met dure woorden slingerde. Je zag de voorzitter denken: ‘Winnen,
jongen, dat is het enige wat telt. En als dat niet lukt, zoek ik weer iemand
anders.’

Voetballers mogen niet voor meer dan twee
clubs spelen in één seizoen, voorzitters mogen wel zo vaak hun trainer ontslaan
als dat het hen uitkomt. Een beperking tot twee trainers per seizoen zou ook
hier aangewezen zijn. Lambrecht versleet er vijfentwintig op evenveel jaar
tijd: gemiddeld één per jaar dus.

Het
licht is uit

Roger Lambrecht houdt er na dit seizoen mee
op. Hij zoekt al jaren een Vlaamse opvolger en vindt die maar niet. KPMG
waardeerde KSC Lokeren optimistisch op twaalf miljoen euro; dat bedrag zou de
bandenfabrikant graag vangen. In werkelijkheid zal de club minder dan de helft
waard zijn, en na degradatie nóg wat minder. Vorige week liet een groep
ondernemers rond Ronny Deschacht, zaakvoerder van DS Plastics en vader van
Lokerenspeler Olivier, weten niet meer geïnteresseerd te zijn in een overname.

Misschien is het cruciale moment van de desastreuze
jaargang 2018/2019 wel 31 augustus geweest: de dag dat sportief directeur Willy
Reynders na twaalf jaar goed werk te hebben geleverd, brutaal de laan werd
uitgestuurd. Hem werd de mislukte competitiestart aangewreven. Best mogelijk
dat Reynders als laatste met enig voetbalinzicht het licht heeft uitgedaan op
Daknam.

En nu? Een kijk op de kalender maakt duidelijk
dat er bij wijze van spreken nog meerdere keukens besteld zullen moeten worden,
wil Sporting Lokeren de redding bewerkstelligen. Uit bij Kortrijk, Standard,
Moeskroen en KRC Genk, thuis tegen Antwerp, Anderlecht en Cercle: ga er maar
aan staan.