Blog Image

Maandans

It's a marvelous night for a moondance!

Meningen over actuele gebeurtenissen. Of oude teksten "revisited". Startend vanuit een persoonlijke nood om gehoord/gelezen te worden. Een beetje pretentieus, misschien, in de hoop zo een discussie aan te zwengelen. Of toch op zijn minst tot nadenken te stemmen. Leuk tijdverdrijf mag ook, natuurlijk. O ja, de naam "Maandans" is de letterlijke vertaling van "Moondance", een management-boekingkantoor voor jonge Belgische rockbands dat ik eind jaren tachtig had, maar vooral: een heerlijk swingend nummer van een toen nog piepjonge Van Morrison, één van mijn favoriete artiesten. Kom ook eens langs op Twitter: @FrankVanLaeken of op mijn website: www.frankvanlaeken.eu

Mea culpa

Politiek Posted on za, maart 12, 2016 11:51:40

Het spijt
me. Excuses. Oeps, zo bedoelde ik het niet. Mijn fout, sorry. Vergeef het me.
Ik neem de schuld op mij. Verdomme, dat had ik zo niet mogen zeggen.

Woorden die
ik niet graag gebruik, maar die ik geregeld in de mond of de pen neem, en dan
nog veel te weinig. Sorry seems to be the
hardest word
wist Elton John vele jaren geleden al. Voor elke keer dat ik
me verontschuldig is er minstens één keer dat ik dat niet deed maar had moeten doen. Vergissinkjes,
foutjes, stommiteitjes. De verkleinwoorden geven het al aan: zelden zit er een
Grote Fout bij, mijn leven zit vol uitspraken en gebeurtenissen waar ik kort
daarna of veel later spijt van krijg. Dat van u ongetwijfeld ook, want zo is
het leven nu eenmaal. Niemand, zelfs Lynn Anderson niet, heeft ons ooit een
rozentuin beloofd, dus moeten we het stellen met vallen, opstaan, weer vallen,
weer opstaan, in de hoop dat we naarmate de jaren vorderen vaker recht staan
dan dat we op de grond liggen.

***

Voetbaltrainers
maken voortdurend foutjes en fouten. Toch hoor je hen altijd naar een andere
oorzaak zoeken. Intern: mijn spelers hebben mijn briljante tactische
richtlijnen niet tot in de puntjes uitgevoerd, de sukkels. Extern: de
wedstrijdleiding liet weer te wensen over, dat hebben jullie toch ook gezien,
blinde journalisten? Heel zelden zegt een trainer: dju, die tactiek was fout,
’t is mijn schuld. Hij weet: in deze samenleving is toegeven dat je fout zat
een zwaktebod. Wie weet denkt mijn voorzitter wel dat ik de job niet aankan? En
dat de scheidsrechter in de fout ging, dat was toch duidelijk? (Ja, scheidsrechters
en lijnrechters maken er een zootje van in de Belgische competitie. Te veel
richtlijnen, te vaak nieuwe instructies, te rigide. De Belgische arbitrage
verhoudt zich tot de arbitrage in de Champions League, zoals One Direction zich
verhoudt tot The Beatles. Het is ook muziek, naar het schijnt.)

***

CEO’s
vergissen zich nooit. Naar het schijnt zitten er veel psychopaten aan de top
van onze bedrijven. Dat zou veel verklaren: psychopaten hebben nooit ongelijk.
Andere managers likken naar boven en trappen naar beneden. Kloppen de
zakencijfers niet? Het ligt aan de uitvoerders op de werkvloer. Domoren. Weg
ermee. Heel soms ligt het aan de algemene strategie, zeker als ze weten dat de
stoel van de grote baas wankelt en de tomeloze ambitie het haalt op het gezond
verstand. Maar vergissen? Nee, nooit, ik toch niet?!

***

Politici,
ach.

Voor de
aardigheid zocht ik deze week een vier jaar oud opiniestuk van huidig minister
van Financiën Johan Van Overtveldt op. Terug naar 9 januari 2012 op knack.be.
Titel: ‘Begroting zet regering Di Rupo met de billen bloot’. Enkele flarden opiniërend
proza: ‘De prognoses raken kant noch wal en de becijfering van de maatregelen
is voorgekleurd gokwerk’. ‘De striemende kritiek die de regering di Rupo I moet
slikken komt van twee kanten. Enerzijds de Europese Commissie en anderzijds het
Rekenhof geven de regering zwaar lik op stuk’. ‘De regering belooft nu aan de
Commissie een bevriezing van de uitgaven maar zegt niet hoe en voor welke
uitgaven ze dat gaat doen’. ‘Het valt onmogelijk concreet te becijferen op
basis van het document van het Rekenhof hoeveel de regering finaal zal tekort
komen omdat men de maatregelen niet of met grote vooringenomenheid becijferd
heeft. Vast staat evenwel dat de begrotingscontrole van februari een erg zware
klus wordt, hetzij om de nodige correcties door te voeren, hetzij om te
trachten de realiteit te verdoezelen’.

Vervang in
de vorige citaten ‘Di Rupo’ door ‘Michel’ en ‘februari’ door ‘maart’ en de
tekst zou deze week geschreven kunnen zijn, maar dan allicht niet door Van
Overtveldt. Dat wijst op een paar dingen: a) het is niet zo makkelijk om een
begroting op te maken, b) het is heel makkelijk om langs de kant te staan
roepen dat het slecht gaat, c) dankzij het internet kun je geen hoogdravende kreten
meer slaken die niet later als een boemerang kunnen terugkeren, en d) er is een
groot verschil tussen hoofdredacteur zijn van een weekblad en nationaal
cijferwerk.

Heeft Johan
Van Overtveldt zich verontschuldigd voor dit begrotingstekort, dat ergens
tussen de 2 en 3,2 miljard euro zal liggen? Heeft zijn partij, de N-VA, zich al
verontschuldigd omdat de fetisj van het Heilige Begrotingsevenwicht eerst werd
losgelaten tot 2018 en nu waarschijnlijk over de volgende verkiezingen (2019!)
wordt heen getild? Hebben vorige regeringsleiders en ministers van Financiën en
Begroting zich ooit verontschuldigd voor het ontstaan van én het verder
vergroten van het tekort? Wat denkt u? Nee, dus.

Als het op
verantwoordelijkheid nemen aankomt, ligt ‘de kracht van verandering’ erin dat de
grootste partij van dit land net doet als al haar voorgangers, voetbaltrainers,
CEO’s en managers: het is de schuld van de anderen. Het was al de schuld van de
sossen (en al zeker van de PS), de vakbonden, Merkel en de veel te lakse
Europese leiders, nu is het de schuld van de administratie en, ja, waarom niet,
van de mensen. We hebben cadeaus gekregen en die ook aanvaard. Eigen schuld,
dikke bult. Waarom is er niet een van die ministers die toegeeft dat hij/zij zich
vergist heeft? Waarom is het zo moeilijk om fouten te zien en die proberen recht
te zetten? Waarom rijden de mensen die het land moeten leiden al vele decennia
tegen een razend hoge vaart in een doodlopende tunnel die op instorten staat?
Waarom? Waarom zegt de kopman van de populairste partij niet, in een taal die
hem lief is: ‘Mea culpa’?

***

Ik had het
een paar dagen geleden nog met enkele collega-twitteraars (excuus, ik weiger het
verschrikkelijke ’tweeps’ te gebruiken) over Belgische politici die zich in het
verleden publiekelijk hadden verontschuldigd. We kwamen uit op een rond getal.
Nul. Hooguit was er een Frank Vandenbroucke die tot voortschrijdend inzicht was
gekomen en als gevolg daarvan andere voorstellen begon te doen. Hij zei niet
‘Sorry’, maar ageerde wel zo, wat uiteindelijk nog belangrijker is.

Een politicus
die zich verontschuldigt, zou die populairder of minder populair worden,
vroegen we ons in die conversatie af. Juichen de kiezers eerlijkheid toe of
straffen ze fouten af? Ik denk: op korte termijn zal die politicus boeten, op
langere termijn zal zijn geloofwaardigheid stijgen. Maar wie zit te wachten op
de lange termijn, als er bij de volgende verkiezingen gescoord moet worden?

De
politicus die oprecht zegt ‘Dit had ik beter moeten doen’ en ‘Zo zou ik het in
de toekomst willen aanpakken’ zou de volgende keer wel eens mijn stem kunnen
hebben. Als hij voor de rest ook deugt en zijn partij een aanvaardbaar
programma heeft, uiteraard.

***

Sorry dat
ik ook deze zaterdagmiddag een stukje van uw kostbare tijd heb geroofd. Mea maxima culpa.



Vingerafdruk

Politiek Posted on za, maart 05, 2016 13:01:35

Misschien
denkt u, als trouwe lezer van deze blog, weleens: die Van Laeken heeft over
alles een mening, die zitten gewoon te garen in die hersenpan van ‘m en floepen
er op commando uit als Onderwerp X, Y of Z zich aandient. Toegegeven, ik denk dat zelf
ook soms en dat is geen compliment voor mezelf. Te snel, te hard, te
ongenuanceerd, noem het op en ik heb me eraan bezondigd. Niet deze week. Niet
in de discussie over de vingerafdrukken, een ballonnetje dat minister van
Binnenlandse Zaken Jambon op studiereis in Marokko had opgelaten.

Ik wist het
even niet. Moet ik hier nu voor of tegen zijn? Ik zag via de sociale media
allerlei middelvingers voorbij schuiven, ten teken van protest. ‘Niet met mij,
Jan Jambon!’ Ik las argumenten pro en contra privacy. Ik probeerde mezelf een
mening te vormen, maar bleef hangen. Ja, dit zou een zoveelste inbreuk op ons
privé-leven betekenen, Big Brother is
watching us
, ik weet het, de overheid die alles over u en mij wil weten,
met als voorlopig enige barrière wat er zich in onze slaapkamers afspeelt, tenzij
je deelneemt aan Temptation Island,
natuurlijk, maar dat heeft dan weer niets met de overheid te maken.
Tegelijkertijd: ja, terroristen laten zich niet meer afschrikken door grenzen,
wie niets te verbergen heeft hoeft toch geen schrik te hebben, net wat u zegt
meneer Jambon, à la guerre comme à la
guerre
. Enfin, u moet zich dan inbeelden dat er op mijn hoofd allerlei
adertjes vreemde, kronkelige bewegingen beginnen te maken, want uiteraard wil
ik op zijn minst voor mezelf een opinie kunnen vormen over dit heikele
onderwerp.

We klagen
over een omnipresente overheid die ons nauwlettend in de gaten houdt: op elk kruispunt,
in elke straat en straks misschien dus ook via dat ene document dat we altijd
op zak moeten hebben, onze identiteitskaart. Maar we zijn intussen wel zeer
actief op Facebook, Twitter, Instagram, Tinder (u, niet ik!), etcetera, waar
elke beweging die we maken wordt geregistreerd. In ruil voor zoveel
ondoordachte openheid ontvangen we pushberichten, telefoontjes van opdringerige
telemarketeers die netjes hun voorgekauwde scenario aframmelen, mails met offers we can’t refuse. In mijn mailbox
zit tegenwoordig 80 procent spam en niet alleen meer van erfgenamen van
Afrikaanse dictators die je de financiële hemel op aarde beloven. Wellustige
jongedames die met mij een afspraakje willen maken (‘Hey, ik ben Suzy,
rondborstig, en nu meteen beschikbaar. Zullen we?’). Nepmailadressen die
me namens een groot bedrijf aankondigen dat ik iets gewonnen heb. Allemaal
gevolgen van mijn aanwezigheid op sociale media. Big Brother houdt me niet
alleen in het oog, hij probeert me ook tot een dansje te verleiden. Ik doe niet
mee, wens een muurbloempje te blijven, maar verlies er wel behoorlijk wat tijd
door.

Kortom,
wees niet naïef, we worden al volop in het oog gehouden, door onzichtbare
wezens die het minder goed met ons voor hebben dan Vadertje Staat. Nóg minder
goed, zo u wil. In 2016 is privacy zó kostbaar geworden, dat haast niemand het
zich nog kan veroorloven, tenzij je ergens in een grot woont zonder
internetverbinding, maar dan ben je wellicht zelf een terrorist en op de vlucht
voor vele vijanden.

En plots
voeren mijn hersenen me naar het verkeersbeleid. Elk jaar worden er wel
hoogdravende maatregelen genomen, maar ze worden niet toegepast: bellen achter
het stuur is verboden (wie controleert? wie sanctioneert? wie heeft er nog
schrik dat ie betrapt zal worden?), bij regenweer mogen vrachtwagens niet
inhalen (zelfde vragen als hiervoor, soms denk ik dat vrachtwagenchauffeurs het
verkeerd begrepen hebben en ervan uitgaan dat het niet om een inhaalverbod maar om een inhaalplicht gaat), straks wellicht een
rookverbod als er kinderen op de achterbank zitten (opnieuw diezelfde drie
cruciale vragen). Het is haast Pavloviaans: er loopt iets grondig fout, de
bevoegde minister kondigt een stevige aanpak aan, klopt zichzelf uitgebreid op
de borst, en dat is het dan. Het doel is niet een oplossing voor een probleem
te vinden: het doel is jezelf profileren als een krachtdadige, rechtlijnige
bestuurder.

In een land
dat er na dertig jaar nog altijd niet in geslaagd is om 28 slachtoffers waardig
te herdenken door de daders van de Bende van Nijvel op te sporen, te berechten
en voor de rest van hun leven achter tralies te steken, vraag je je af of één
vingerafdruk het verschil zal uitmaken. (Zag u die cartoon in een van onze kranten,
van een computerloos lokaal waar een onderzoeker een vingerafdruk probeerde na
te tekenen?) In een land dat er ruim tien jaar over deed om het moordcomplot te
achterhalen dat het leven kostte aan een vooraanstaand politicus en dat de hulp
nodig had van een ijverige onderzoeksjournalist die het hele verhaal van
naaldje tot draadje reconstrueerde, van daders tot opdrachtgevers, maak ik de bedenking of dit vlotter zou
gebeurd zijn mét vingerafdrukken. Dat onze excellenties hiervoor een bezoekje
aan Marokko nodig hadden — volgens mensen die het kunnen weten een politiestaat — geeft ook te denken. Worden er
hier dan nooit rapporten opgesteld en voorstellen gedaan? Of is Marokko een handig
excuus om er een persoonlijk standpunt proberen door te drukken? In tijden van
terreur is méér repressie bespreekbaar, zoiets?

Als we nu
eens eerst efficiënter zouden leren omgaan met de bestaande middelen, wat denkt
u? Nergens wordt de inertie van onze overheid beter geïllustreerd dan aan het Brusselse
Justitiepaleis, waar de stellingen die bedoeld waren om het gebouw te
restaureren zelf aan restauratie toe zijn. La
belle gigue
, een surrealistische grap. Tunnels worden gesloten omdat men
vergeten is dat ze af en toe moeten onderhouden worden. Een nationaal voetbalstadion moet
op Vlaams grondgebied worden gebouwd om over vier jaar de stad Brussel in het
zonnetje te kunnen zetten. (Ik gok nooit op beloftenwedstrijden, maar ik verwed
er gerust 100 euro op dat het stadion er niet op tijd zal staan tegen Euro
2020.)

Vingerafdrukken,
ja of nee? Nu ik alles zo op een rij heb gezet, ben ik er voor dat ik tegen
ben. En als je me nu even wil verontschuldigen, ik krijg hier net een mail
binnen van iemand die me een miljoen euro belooft om zijn kapitaal naar Europa
over te hevelen. Je weet maar nooit.



New Hampshire

Politiek Posted on za, februari 13, 2016 13:13:42

New
Hampshire, verdorie. Van de op twee na meest noordoostelijke staat van de
Verenigde Staten had ik een slimmer resultaat verwacht in de primaries. Dat is allemaal de schuld van
president Josiah Bartlet. Nee, u zult zijn naam niet terugvinden in de lijst
van 44 Amerikaanse presidenten, maar wie net als ik verslingerd was aan de
reeks The West Wing weet dat Bartlet
de ultieme bewoner van de Oval Office was. Een droom van een president:
intelligent, visionair, scherpe tong, zin voor humor, iemand die je met plezier
tien ambtstermijnen zou toevertrouwen. Die Bartlet — personage in een tv-serie, ik weet
het — was afkomstig van New Hampshire.

Het échte
New Hampshire blijkt een stuk minder intelligent dan haar fictieve
democratische zendeling. Het echte New Hampshire heeft één president in het
echt opgeleverd, ene Franklin Pierce halfweg de negentiende eeuw, plus ook nog de
uitvinder van het prikkeldraad (Joseph Glidden), de uitvinder van Tupperware
(Earl Tupper), de succesauteurs John Irving en Dan Brown, en metalzanger Ronnie
James Dio. Het echte New Hampshire heeft afgelopen dinsdag voor Donald Trump en
Bernie Sanders gekozen. Ik moest woensdagochtend een beetje vloeken om het echte New Hampshire.

Eénendertig
republikeinse kandidaten dienden zich aan bij de lokale kiezers. Slechts acht daarvan
haalden meer dan één procent. Ik heb echt te doen met Robert Lawrence Mann en
Peter Messina, elk goed voor vier stemmen. Kleine familie, ongetwijfeld. Bij de
democraten waren er 29 namen waartussen de inwoners van de ‘granieten staat’
met het motto ‘Live free or die’ konden kiezen. Richard Lyons Weil haalde zeven
stemmen (iets grotere familie dan de heren Mann en Messina). Alleen de eerste
twee kwamen boven het procent uit.

Bernie
Sanders kreeg 60,40% van de stemmen, Hillary Clinton volgde met 37,95% op ruime
afstand. En toch kregen ze ieder 15 afgevaardigden achter zich. Een gevolg van
het ingewikkelde Amerikaanse voorverkiezingssysteem, waarbij er sprake is van
‘pledged’ stemmen (door de man in de straat) en ‘unpledged’ (de zogeheten superdelegates, door de partij
aangeduide afgevaardigden, van wie Clinton nu al weet dat ze op 355 stemmen mag
rekenen en Sanders op amper 14). Zo kon Clinton haar nederlaag (15-9) alsnog in
een gelijkspel (15-15) omzetten. Ik dacht dat het onmogelijk was, maar dit is
zowaar nóg moeilijker dan het waarnemen van zwaartekrachtsgolven en dat
vervolgens bevattelijk aan het grote publiek proberen uit te leggen. Feit is:
de morele winnaar heet Sanders.

Ook bij de
republikeinen was het verschil enorm: Trump haalde net iets meer dan
honderdduizend stemmen, goed voor 35,3%. John Kasich strandde op 15,8%, Ted
Cruz (die vorige week nog in Iowa had gewonnen) bleef hangen op 11,7%. Trump
krijgt van New Hampshire tien afgevaardigden, Kasich vier, Cruz, Jeb Bush en Marco Rubio ieder
drie.

***

Verdomme,
New Hampshire. Hoewel het aantal afgevaardigden dat deze staat mag sturen naar
de partijconventies eerder beperkt blijft, wordt het resultaat van de
voorverkiezingen om de vier jaar belangrijk geacht. In New Hampshire voelen de
eerste kandidaten dat het toch niet zal lukken, waarna ze zich terugtrekken en
hun fans aanraadden volgende keer op kandidaat X te stemmen. Na New Hampshire
weten de favorieten of ze hun rol kunnen waarmaken en vooral: of ze een tandje moeten
bijsteken met het zwartmaken van hun tegenkandidaten. Tv-spots draaien eerder
om wat de concurrent slecht doet, dan om wat de kandidaat zelf beoogt te
bereiken. Het ontdekken van een schandaal is daarbij een bonus.
Privé-detectives verdienen een aardige zakcent in een verkiezingsjaar.

***

Linkse
jongens juichen dat de ‘socialist’ Bernie Sanders het Hillary moeilijker maakt
dan oorspronkelijk gedacht. Wat de Amerikanen een ‘socialist’ noemen, zouden
wij hier met moeite een linksliberaal noemen. Daarop verkijken we ons maar al
te vaak hier in West-Europa, met zijn veel bredere politieke spectrum. We zien
democraten al te makkelijk als ‘links’ en republikeinen als ‘rechts’, terwijl in
werkelijkheid democraten ongeveer terug te vinden zijn tussen onze linksliberalen,
christendemocraten uit het centrum en rechtse sociaal-democraten. Links kun je
dat bezwaarlijk noemen. Republikeinen situeren zich, vergeleken met onze
politieke lijn, tussen extreem-rechts en centrumrechts, zeg maar tussen Vlaams
Belang en de rechtervleugel van de CD&V. Daar moeten Amerikanen het mee
stellen. Bart De Wever zou in Amerika een republikein zijn, Wouter Beke en Gwendolyn Rutten democraten.

Triomfalisme
rond de figuur van Bernie Sanders is om twee redenen voorbarig: hij is niet
echt links naar onze normen en hij zal, mocht ie verkozen geraken, volledig
tegengewerkt worden door de republikeinse meerderheid in het Congress. Als
president zou hij met handen en voeten gebonden zijn en niets van zijn op
papier bevlogen ideeën kunnen waarmaken. Als de terughoudende Obama al nauwelijks iets
gedaan krijgt van de volksvertegenwoordigers en senatoren, zal dat voor Sanders
nog veel meer het geval zijn. Gesteld dat ie de verkiezingen haalt, natuurlijk,
want de cynicus in mij vreest dat de man wel eens geliquideerd zou kunnen
worden als hij werkelijk de democratische kandidaat zou worden, waarna de
autoriteiten en de FBI snel zullen concluderen dat de schutter ‘a lone wolf’ was. Sanders
mag dan geen echte socialist zijn, hij vormt wél een bedreiging voor de één
procent kapitaalkrachtige Amerikanen die sinds Ronald Reagan het land in een zetel runnen.

Tja, en die
Trump dan… Stel je voor dat in de huidige Syriëcrisis niet Obama maar Trump
aan de onderhandelingstafel zou zitten. Je moet er niet aan denken. Hoe
achterlijk moet je eigenlijk als inwoner van de Verenigde Staten zijn om deze
volstrekt inhoudsloze, irrelevante brulboei naar voor te schuiven als
toekomstige leider van de ondanks alles nog altijd machtigste natie ter wereld?
We kunnen er nu wel om lachen, maar dat vooruitzicht vind ik bepaald angstaanjagend.
Deze man is geen Trump l’oeil, maar the real thing: een racistische,
seksistische, impulsieve idioot. Je kan de codes van het kernwapenarsenaal net
zogoed toevertrouwen aan de voorzitter van de National Rifle Association dan.

***

Op de duur
moet je haast gaan hopen dat het in november zal gaan tussen twee
vertegenwoordigers van politieke dynastieën: Hillary Clinton en Jeb Bush. Niet
omdat dat zo’n geweldige kandidaten zijn, maar omdat ze minder gevaarlijk zijn
dan de andere nitwits op de lijsten. Acht jaar geleden draaiden de
presidentsverkiezingen om hoop, om ‘Yes, we can!’. Dit keer zal het eerder om wanhoop gaan: ‘No, we couldn’t!’. Ik
begin Barack Obama nu al een beetje te missen.



Eed van Hippocritis

Politiek Posted on za, januari 23, 2016 13:19:13

Als je arts
wil worden moet je een symbolische eed afleggen die al dateert van 400 vóór
Christus: de eed van Hippocrates, genoemd naar een Griekse arts die zijn
leerlingen een belofte liet uitspreken om er alles aan te doen om patiënten in
leven te houden. Sleutelzin van de twintig lijnen lange eed is “Nooit zal
ik, om iemand te gerieven, een dodelijk middel voorschrijven of een raad geven,
die, als hij wordt gevolgd, de dood tot gevolg heeft”. Bijwerking van dit
24 eeuwen oude uitgangspunt is therapeutische hardnekkigheid, die dan weer
haaks staat op de wettelijke mogelijkheid tot euthanasie die in ons land
veertien jaar geleden werd ingevoerd. Hippocrates wordt heen en weer gewiegd in zijn graf.

Het lijkt
wel of er ook in onze politiek een dure eed wordt gezworen: ik zou die bij deze
de eed van Hippocritis willen dopen, vernoemd naar een denkbeeldige
wijsgeer-politicus die zijn leerlingen, toekomstige politici, bezwoer om lang
voor Macchiavelli uit te gaan van het principe dat het doel de middelen heiligt
en dat het voorliegen en bedriegen van het volk prima hulpmiddelen zijn om
macht te bewaren of vergaren. Hypocrisie als perverse politieke kunstvorm.

Hoe kun je
anders de plots opflakkerende anti-tabakshouding van federale regeringspartijen
N-VA en CD&V duiden en de weifelende houding van die derde Vlaamse partij
in de regering-Michel I, Open VLD? Dat roken ongezond is weten we al een jaar of vijftig.
In de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw adverteerden tabaksfabrikanten
nog met een geruststellende boodschap van een huisarts, die de kijkers
aanraadde om voor Camel te kiezen. Tik in YouTube de trefwoorden ‘Camel doctor’
in en je komt uit bij een serie hallucinante spotjes met bijtitels als
“More doctors smoke Camels than any other cigarette”, “What
cigarette do you smoke doctor?” en “The cigarette preferred by
doctors”. Ondertussen allang aan longkanker gestorven acteurs maakten dan
weer reclame voor andere merken. Zo ging dat toen.

Tot we
ontdekten dat roken dodelijk was. En dat we dat maar beter niet aan jonge
mensen aanraadden. Reclamespotjes en affiches voor tabak werden in de jaren 80
verboden, een decennium later kwamen er ontmoedigende opschriften op een pakje
longdoders (zeg gerust: ‘lung rifles’) en de jongste jaren werden die tekstjes
alleen maar morbider. Er kwam een rookverbod in openbare ruimten, later
uitgebreid tot restaurants en de meeste cafés. Rokers klitten nu samen in
deuropeningen om hun ongezonde hobby te bedrijven. Paria’s, verenigd in hun
ziekmakende verslaving.

***

Ik wil maar
zeggen: we weten onderhand wel dat het ongezond is. Dat er nu plots twee
regeringspartijen expliciet maatregelen willen uitvaardigen om roken tot 18
jaar te verbieden is dan ook opmerkelijk. Want: waarom komen die maatregelen er pas
nu? En vooral: waarom kwamen vroegere regeringspartijen daar niet eerder op?
Het antwoord op beide vragen is uitermate cynisch: 1) omdat de huidige minister
van Volksgezondheid bijzonder populair is bij het volk, té populair in de ogen
van de concurrentie, en dus moet ze op haar kwetsbaarste flank aangevallen
worden, 2) omdat ongezonde hobby’s goed zijn voor de staatskas. Langer hoef je
daar niet over na te denken. Als morgen iedereen zou stoppen met roken, levert
dat de overheid geen accijnzen meer op en zal het bijkomend gat in de begroting
groter zijn dan het gat in de longen van een verstokte roker.

Maggie De
Block, onze minister van Volksgezondheid, staat al een paar jaar op 1 in de politieke
pop poll. Ik probeer dat te begrijpen (zowel naar inhoud en visie als naar
charisma en communicatieve vaardigheden) en luk daar maar niet in, maar het is
nu eenmaal zo. Dat steekt natuurlijk bij partijen van wie de kopstukken er maar
niet in slagen haar van de tijdelijke en symbolische troon te stoten. Dus volgt
er nu een belachelijk initiatief als dit, waarop de minister eerst niet en
daarna afwijkend reageerde, alsof ze als huisarts niet zo bezig is met
(volks)gezondheid. Nee, de leidinggevende politiek maakte deze week geen goede beurt. Alwéér niet.

***

Alle
partijen die ooit in een federale regering hebben gezeten — en dat zijn langs
Vlaamse kant op één na alle partijen in de huidige Kamer van Volksvertegenwoordigers —,
namen in het verleden en het heden te weinig initiatief om het roken af te
raden. Er is dus zowat geen enkele politicus die het recht heeft om kritiek te
uiten op de minister, net zomin als dat de minister nu kan uitpakken met een
krachtdadig beleid op dit vlak. Welk beleid ook, trouwens? Roken is universeel:
als je de prijs van een pakje sigaretten verdubbelt — het voorstel van CD&V
— rijdt de roker ouderwets richting Luxemburg of een ander buurland om zijn
verslaving te voeden. Als er geen universele maatregelen worden genomen tegen
roken, zal het kleine België weinig kunnen doen, behalve preventie. Héél véél
preventie, dat moeten we vooral blijven doen. Vanaf de wieg.

Maar u weet
hoe dat gaat: verbiedt het roken en nicotine wordt een zeer aantrekkelijke
verboden vrucht. Denk aan de drooglegging in de jaren twintig in de Verenigde
Staten. De maffia floreerde, sterke drank werd onder de toogbank verkocht of in
speakeasy’s in koffiemokken aangeboden.
Alcohol was de verboden vrucht en van verboden vruchten hielden zelfs de bijbelse
oermensen. Willen we binnenkort smoke-easy’s
creëren? Ach, de mens is geneigd om een verslaving uit te kiezen, soms meerdere
tegelijk. Verbieden om te verbieden is geen oplossing. Dan gaat de hele boel
ondergronds en verdwijnen de inkomsten voor de staat, terwijl de slechte
gewoonte blijft, als u mij toestaat om zelf even cynisch te worden. Daarom ben
ik ook voorstander van het legaliseren van álle drugs, omdat het dan controleerbaarder
wordt.

***

Preventie.
Preventie. Preventie. Dat is het enige wat onze overheid kan doen. De prijzen
de hoogte injagen is iets wat op Europees vlak moet gebeuren: overal even
duur, dat zou een afradende (of zeg maar: ontmoedigende) oplossing kunnen zijn.
Roken verbieden in kleine ruimtes waar ook jonge kinderen rondlopen, auto’s
bijvoorbeeld, is op zich geen onverdienstelijke maatregel, maar wie gaat dit
afdwingen en permanent controleren? Er zijn nog altijd chauffeurs die
ongegeneerd bellen en daar nooit voor beboet worden. Er zijn nog altijd
middenvakrijders die zich geen zier aantrekken van de verkeerssituatie rondom
hen. Er zijn nog altijd vrachtwagens die bij hevige regenval schaamteloos inhalen. Het mag
niet, het gebeurt wel. Wat gaat vadertje Staat doen: een camera installeren op
de achterbank van elke wagen en iedere overtreding onmiddellijk en streng
bestraffen? Of blijft het weer bij hard roepen op het spreekgestoelte en
vervolgens wegduiken wanneer er écht verantwoordelijkheid moet worden genomen?

Politiek is
een vuil spel, niet voor watjes en idealisten. Dat blijkt ook dezer dagen weer.
Ik word daar absoluut niet vrolijker van. Het getuigt van een ziekelijk dédain
tegenover zowel kritische omstanders als goedgelovige burgers. Iemand zou die
eed van Hippocritis eens moeten afschaffen. Al was het maar om het geleuter
enigszins binnen de perken te houden.



Catch-22

Politiek Posted on vr, januari 15, 2016 12:23:30

Een
‘Catch-22’ is een paradoxale situatie waaruit je onmogelijk goed kunt
weggeraken, omdat elke keuze de verkeerde blijkt te zijn. We danken de term aan
het boek Catch-22 (1961) van de
Amerikaanse auteur Joseph Heller. In deze absurde oorlogsroman probeert een
gevechtspiloot uit het leger ontslagen te worden door zichzelf krankzinnig te
laten verklaren. Maar de arts vindt het juist heel verstandig dat de piloot dat
doet en acht daarmee bewezen dat ie kerngezond en zeer intelligent is. En dus
blijft de piloot uitgestuurd worden op gevechtsmissies.

Catch-22 mag
stilaan ook als meest geschikte term gelden om de werking van de federale
regering te omschrijven, beter nog dan ‘kamikazecoalitie’: de deelnemende
partijen zijn de piloten die zich gek willen laten verklaren, maar daar maar
niet in slagen en dus gedwongen worden om weer een nieuwe gevaarlijke missie
aan te vatten. De N-VA, dat weten we, had veel liever vaarwel gezegd aan België.
Artikel 1 van de statuten blijft onveranderlijk een onafhankelijke republiek
Vlaanderen vooropstellen, dat gaat nog veel verder dan confederalisme. Maar om
dat te kunnen realiseren én vanwege het eclatante verkiezingssucces moet N-VA
beleidsverantwoordelijkheid nemen, waardoor het minstens tijdelijk de facto pro-Belgisch
wordt. MR en Open VLD willen helemaal niet afstevenen op de splitsing van het
land, maar zitten om uiteenlopende redenen in de regering: de MR om als enige
Waalse partij te proberen de PS-dominantie definitief tot het verleden te laten
behoren en Open VLD om er — zowel Vlaams, als federaal — bij te zijn en te
vermijden dat een succesvolle formatie met stevige donkerblauwe accenten, de
N-VA, de laatste bestaansreden van de Vlaamse liberalen zou wegkapen. En de
CD&V wil gewoon altijd regeren. Punt.

De Catch-22
van de N-VA wordt nog versterkt door de spreidstand die de partij voortdurend moet
aannemen om drie uiteenlopende achterbannen te paaien. Voorzitter De Wever
heeft dat de afgelopen weken perfect geïllustreerd. Eerst werden de vluchtelingen
op de korrel genomen: die moesten maar hulp zoeken in hun buurlanden en zeker
niet naar hier komen. Ook het Schengenakkoord mocht op de vuilnisbelt, net als enkele
fundamentele elementen uit de Conventie van Genève. Daarmee werden de
overgelopen Vlaams Belangkiezers een beetje gerustgesteld. Op de
nieuwjaarstoespraak mocht dan de donkerblauwe fractie van de partij juichen: er
kan nog flink wat geld gevonden worden in de sociale zekerheid, zo klonk het.
In één beweging kregen ook de vakbonden ervan langs. En woensdag kwam dan de
persmededeling dat het communautaire zeker niet dood en begraven is, en er
opnieuw zal worden onderzocht hoe dit vanaf 2019 in de verf moet worden gezet.
Daarmee kreeg de traditionele vleugel van de partij een zetje in de rug.

***

Een partij
die één op drie Vlamingen blijft verleiden, kan zich dat permitteren. Een
partij die heel genereus de sleutel van de Wetstraat 16 aan de enige Waalse
partij, MR, gaf, weet dat het ook in het andere landsgedeelte behoorlijk wat krediet
heeft opgebouwd. Een partij die de leidende politieke figuur van de voorbije
vijf en wellicht ook de komende vijf jaar heeft voortgebracht, staat stevig in
haar schoenen.

Natuurlijk staat
deze démarche van Bart De Wever haaks op wat de regering-Michel doet. Uiteraard
is dit geniaal, roekeloos, pervers of cynisch, en wellicht een combinatie van
de vier. Vanzelfsprekend staat dit niet in het regeerakkoord, dat tot nog toe
heilig was. Maar wat kunnen de anderen doen? Een paar maanden na de formatie
kon de MR nog zeggen dat het zich vergist had, maar één jaar en drie maanden
later is dat onmogelijk. Uit de regering stappen is politieke zelfmoord: de
Walen zullen dat in het stemhokje afstraffen en er een ‘Jullie hadden dat toch
vooraf moeten beseffen!’ achteraan werpen, maar dan in het Frans. Tel uit je
winst, PS! Loyaal blijven meeregeren betekent echter mogelijk ook de gele loper
uitrollen in 2019. Een Catch-22, inderdaad.

Open VLD
kan het zich al evenmin veroorloven om er de stekker uit te trekken. Een vorige
oefening in die aard zit nog in eenieders geheugen en werd niet in dank aangenomen.
Het zou ook vloeken met de geslaagde poging van voorzitter Rutten om de
liberalen in beide regeringen te wringen, hoewel de partij in Vlaanderen niet
nodig was om een meerderheid te vormen. Met vervroegde voorzittersverkiezingen
in het verschiet zal Rutten moeilijk kunnen toegeven dat ze zich vergist had.

En de
CD&V, tja, die wil er altijd bij zijn als er geregeerd wordt. De
oppositiekuur in de periode 1999-2007 werd als rampzalig ervaren, met al die
ontevreden en ongeduldige ‘ministerabelen’ in de geledingen. Als je het aantal
Kamerzetels na de desastreuze dioxineverkiezingen van 1999 (22) vergelijkt met
die van 2014 (18), weet je dat de eens zo machtige volkspartij (‘CVP-staat’!)
nu vooral poogt om verder afglijden naar de overbodigheid te vermijden.
Overleven is belangrijker geworden dan leven.

Eigenlijk
zegt de N-VA: wij aanvaarden node dat we mee helpen om België overeind te
houden, nu zullen jullie ook een beetje moeten lijden. (En ook: wij zijn de
grootste, hou ons maar eens tegen!)

***

Vreemd
genoeg kwam er weinig applaus vanuit de Vlaamse Beweging. Too little, too late, is daar de teneur. Dat het confederalisme
voor vijf jaar in de diepvries werd gestoken om de federale regering te kunnen
vormen, steekt nog altijd in Vlaamsgezinde kringen. Dat het N-VA-ministers zijn
die op cruciale posten België beschermen — Jambon op Binnenlandse Zaken,
Vandeput op Defensie, Van Overtveldt op Financiën — is eveneens een doorn in
het Vlaamse oog: het is een van die ironische bijwerkingen van onze onnavolgbare
politieke constellatie.

Terwijl De
Wever als een volleerd jongleur alle bordjes draaiende probeert te houden en
scherven wil vermijden, kijken de anderen zwijgend toe. Soms is politiek zó
cynisch en surrealistisch dat je er weer om kunt lachen. Alsof René Magritte
het zelf heeft uitgetekend. Ceci n’est
pas réel
.



Klimaattop

Politiek Posted on za, november 28, 2015 13:11:35

Zes ministers zullen ons land
vertegenwoordigen op de klimaattop in Parijs. Zes! En we hebben ‘maar’ vier
ministers van Milieu in dit land, dus reizen er al minstens twee mee ‘just for
fun’. Handjes schudden met Obama, wie weet zelfs een selfie maken waarop de
Amerikaanse president in de verte wazig te zien is, in de toiletten naast
François Hollande staan en door de consternatie naast de pot pissen, of in het
hokje naast Angela Merkel plaatsnemen en bedeesd ‘Mag Ich etwas fragen, frau
Cerkel?’ prevelen. Hoogtepunten in een politieke carrière als je uit een B-land
komt: snel op de foto met de groten der aarde, big smile en daarna terug de grijze vergetelheid in.

Zes ministers, van wie vier milieuministers,
maar in hun koffers zit geen klimaatakkoord. Want dat is veel te ingewikkeld in
dit landje met zijn drie gewesten, drie gemeenschappen en een veelvoud aan
regeringen. Alsof het milieu ophoudt bij taal- of provinciegrenzen. Net zoals
defensie zou milieu federale materie moeten zijn. Te beheren door één minister,
één administratie, één visie. Dat kan een slechte visie zijn, akkoord, maar
géén visie is in 2015 nog een pak erger. De kans dat de Belgische afvaardiging
morgen mét een ultiem akkoord naar Parijs rijdt, spoort of vliegt is minuscuul.
Als het op zes jaar tijd niet lukt en als een voorzichtig compromis al wordt
afgeschoten nog voor het goed en wel bestudeerd is, moeten we ons niet al te
veel illusies koesteren dat het op vierentwintig uur tijd wel zal lukken,
vooral niet omdat zo’n akkoord nog moet goedgekeurd worden door álle regeringen
en álle partijhoofdkwartieren die iets in de pap te brokken hebben. En dat zijn
er nogal wat.

Nee, ‘we’ gaan naar Parijs om er bij te zijn,
niet om er iets te betekenen. Inzake de milieuproblematiek geldt voor België de
Olympische gedachte: deelnemen is belangrijker dan winnen. Ach, die twee
graden… Een graadje opwarming meer of minder zal de zaak toch niet maken, zeker?
Après nous le déluge, etcetera.
Hebben we toch een beetje Frans kunnen spreken in de Franse hoofdstad.

Wij, domme massa, zullen het nooit leren om
hoofd- van bijzaak te onderscheiden. Hoofdzaak is: verkozen raken en, als
surplus, deel mogen uitmaken van een of andere regering. Er zijn kansen genoeg
in dit land, faites vos jeux! Bijzaak
is: een ideologische ruggengraat, een visie op de toekomst, maatschappelijk
belangrijke zaken realiseren, niet alleen verbaal maar ook reëel bezig zijn met
de toekomst van onze kinderen, kleinkinderen en nog wat grut dat er over een
halve eeuw achteraan komt, wanneer wij allang het tijdelijke met het eeuwige
hebben verwisseld en dus helemaal niet meer moeten wakker liggen van het
blijven doordraaien van de wereld. Over drieënhalf jaar zijn er weer
verkiezingen (drie, zelfs, als je de gemeenteraadsverkiezingen meerekent): dat
is nóg drieënhalf jaar, maar dat is vooral nog máár drieënhalf jaar. Niet te
veel mensen bruuskeren met noodzakelijke maatregelen, dus.

Nee, onze verantwoordelijke ministers liggen
niet echt wakker van dat klimaat, akkoord?



Schuld van de sossen

Politiek Posted on do, november 19, 2015 12:01:21

Nee, Philippe Moureaux liep vorige vrijdag
niet met een kalasjnikov rond in de Bataclan of Le Petit Cambodge. Hij beraamde
niet zelf de aanslagen in Parijs. Hij maakt geen deel uit van terroristische
cellen die vanuit Sint-Jans-Molenbeek dodelijke raids plannen. Hij is geen
jihadist. Hij is, bij mijn weten, niet in Syrië gaan strijden.

Ja, Philippe Moureaux kan aangewreven worden
dat hij het sluipende jihadisme niet heeft zien aankomen. Dat hij er niets
tegen gedaan heeft. Dat hij het verschil niet zag tussen de inwoners van de
armere wijken die vriendelijk naar hem knikten en de jongeren die in hun kamers
broedden op onmenselijke acties. Hij zag in de nieuwe Belgen in de eerste
plaats kiezers. Cliëntelisme is dan een handig lokmiddel. Er is een verschil
tussen voorkeurstemmen ronselen en mensen volwaardig integreren in de
samenleving. Het eerste is opportunisme, het tweede een nobel streven. Moureaux
is een opportunist.

Maar ook de opvolgers van Moureaux, het nieuwe
gemeentebestuur, hebben de problemen niet tijdig gedetecteerd. Deed Moureaux
wat je als ‘burgervader’ moet doen, je inwoners leren kennen — zij het dan om
dubieuze redenen —, dan deed het nieuwe bestuur helaas wat de meeste politici
doen: vanuit een ivoren toren regeren. Het doorschuiven van de zwartepiet is
dan ook belachelijk: zowel Moureaux als zijn opvolgers moeten een mea culpa slaan
en zich bijzonder deemoedig opstellen, in het besef dat ze het verkeerd hebben
aangepakt.

***

Het Brussels Gewest telt negentien gemeenten
en zes politiezones. Dat werd al eerder aangeklaagd door
veiligheidsdeskundigen. Er is weinig of geen overleg, er heerst een stevige
onderlinge concurrentiestrijd, er worden nauwelijks belangrijke of
belangwekkende inlichtingen doorgegeven. La
guerre des flics
.

Rudi Vervoort, minister-president van het
hoofdstedelijk gewest, ziet de zin van één centraal aangestuurde politiezone
niet in. Heeft Vervoort geslapen de voorbije dertig jaar? Heeft hij al gehoord
van de Bende van Nijvel en andere dossiers die enkele decennia later nog altijd
niet opgelost zijn? De Bende maakte 28 slachtoffers, dat is een veelvoud van
alle onschuldige burgers die de voorbije dertig jaar door terroristische
activiteiten om het leven kwamen in dit land. De daders werden nooit gevonden,
omdat het onderzoek versnipperd raakte en alle betrokken instanties elkaar
tegenwerkten. Rijkswacht en politie gunden elkaar geen succesje, gerechtelijke
arrondissementen probeerden elkaar de loef af te steken, op de duur kreeg je de
indruk dat alleen journalisten nog op zoek waren naar de waarheid. Speurders maakten er ‘een’ bende van. ‘De’ Bende kreeg intussen vrij spel.

Versnippering is nooit goed als het om
veiligheid gaat. Er is toch ook geen apart leger voor West-Vlaanderen of de
provincie Luxemburg? Ja, er zijn lokale politieagenten, maar die houden zich
normaal niet bezig met zaken die hun territorium overstijgen. Alleen een
gecentraliseerde aanpak kan renderen. En verplichte samenwerking.

***

Soms denk ik: ze willen het niet zien. De
baronieën moeten per se in stand gehouden worden, al was het maar om een deel
van de macht te kunnen consolideren. De meeste politieke partijen vervallen in dit
euvel, maar de partij van Moureaux, de PS, is daar het allerstrafst in. Dus ja,
voor één keer is het daadwerkelijk voor een flink deel de schuld van de sossen.



De kracht van het status quo

Politiek Posted on za, oktober 10, 2015 13:14:14

Een Dag Zonder Peiling, daar hunker ik naar.
Zo een dag dat we niet om de oren worden geslagen met cijfertjes die een etmaal
later al worden tegengesproken door alweer een andere poll van een andere
mediagroep en die een maand nadien grondig gewijzigd blijken te zijn. Waarbij
de foutenmarge even wordt vergeten, zo gaat dat doorgaans. Foutje. Ach, ’t is
maar een peiling, zeggen de verliezers. Ja, dit doet goed, zeggen de winnaars,
die bij de daaropvolgende resultaten “Ach, ’t is maar een peiling”
fluisteren. Vijfenzeventig procent van de Vlamingen vindt dat de taxshift
enkel in het voordeel van de rijken werkt en toch krijgt de regering-Michel I
een virtuele schouderklop. Een mentale grand
écart
die nauwelijks te vatten valt.

***

Morgen, 11 oktober, zit de regering van
premier Charles Michel precies een jaar in het zadel. Kamikazecoalitie, zo werd
gezegd in de aanloop naar de regeringsvorming. Minderheid in Wallonië, dat leek
op politieke zelfmoord van de MR. Drie behoorlijk eensgezinde Vlaamse partijen,
kon je toen op een veilige afstand waarnemen. In de praktijk was de MR nooit eerder
zo populair in haar kiesgebied en kibbelen N-VA, CD&V en Open VLD dat het
een lieve lust is. Noem een beleidsdomein dat recent aan bod kwam en er werd over geruzied. In een coalitie
waarvan de grootste partij met de slogan ‘Kracht van verandering’ scoorde, is politique politicienne minstens even
sterk aanwezig als in alle voorgaande regeringen die ik me bewust herinner, en
dat zijn er nogal wat sinds halfweg de jaren zeventig.

Als er iets opvalt, dan is het niet dat
er zo véél veranderd is, maar zo wéinig. Natuurlijk worden er andere accenten
gelegd: we zijn van het centrum naar centrumrechts gegaan, een afstand
die al bij al niet zó groot is. Die regering-Di Rupo was heus geen marxistisch
gezelschap, anders zou kingmaker De
Wever nooit christendemocraten en liberalen getolereerd hebben in de huidige
regering, als gewezen slippendragers van de ‘linkse kerk’.

Was het bonte dubbele tripartite-clubje van
Elio Di Rupo veelal besluiteloos en weifelend, dan lijkt de ploeg onder leiding
van Charles Michel krachtdadiger, met de nadruk op ‘lijkt’, want elk ferm
besluit wordt vervolgens gecounterd door kopstukken binnen de coalitie zelf. Maar
ça passe, want zelden stond de
oppositie zwakker dan vandaag: de sp.a pruttelt een beetje in de marge en likt
vooral de wonden na de veel te lange aanloop naar de voorzittersverkiezingen,
Groen is stevig actief maar heeft weinig moreel gezag bij de bevolking, Vlaams
Belang hikt alleen nog wat racistische en communautaire commentaartjes, een
beetje zoals een baby boertjes laat na de maaltijd. In Wallonië biedt de PS
stevig weerwerk, zij het alleen maar verbaal en niet altijd even doordacht. Wat CDH en Ecolo vinden van deze
regering sijpelt nauwelijks nog door tot in de Vlaamse pers. Ware er niet die
interne oppositie binnen de regering, het politieke leven zou rustig verder
kabbelen.

***

Ja, dit is een (neo-)liberale equipe en de
beslissingen lijken wel echo’s uit de jaren tachtig van de vorige eeuw, maar
heel concreet is het allemaal niet, behalve dan dat de werkgeversorganisaties
voorzichtig positief zijn — wat ze ook dertig jaar geleden waren, waarna er met
de tegemoetkomingen van de regeringen-Martens toch geen extra jobs werden
gecreëerd en alles zijn gangetje bleef gaan. Sossen of geen sossen,
echt veel verschil maakt dat niet uit, hooguit worden de harde maatregelen bij
aanwezigheid van sociaaldemocraten wat verzacht of mooier verpakt, maar meer
dan window dressing is het meestal
niet.

Verwacht werd dat de aanwezigheid van
splitsingsgezinde Vlaams-nationalisten op cruciale ‘Belgische’ postjes
(Binnenlandse Zaken, Financiën, Defensie) zou leiden tot een sluikse
machtsgreep en het langzaam afglijden naar het separatisme, artikel 1 van de
N-VA-statuten in de hand, maar niets bleek minder waar. Jan Jambon gaf op
Binnenlandse Zaken de indruk dat het staatsmanschap voor hem niet zo veraf lag,
zeker in de nadagen van de Charlie Hebdo-aanslagen
in Parijs. Theo Francken toonde zich als staatssecretaris voor Asiel en
Migratie veel gematigder dan zijn alter ego op Twitter en Facebook. Als er al dissidente
en harde geluiden te horen waren bij de N-VA, dan kwamen die van buiten de
federale regering. Partijvoorzitter-burgemeester-afwezig federaal parlementslid
Bart De Wever gooide telkens olie op het vuur en zorgde bijna in zijn eentje
voor een angstklimaat in en om de grootste stad van Vlaanderen. Militairen op
de straathoek, persoonlijke bodyguards, standpunten die verdacht dicht aan
schurkten tegen die van het nieuwe wingewest, Vlaams Belang, terwijl
partijgenoten in Brussel vooral rust en kalmte predikten.

De Wever werd daarin bijwijlen flink gesteund
door Vlaams minister Liesbeth Homans, die racisme al eens relatief durfde te
noemen of niet direct een verblijf beschikbaar had voor asielzoekers die nog
een woonst hadden in het oorlogsgebied dat ze net ontvlucht waren, u weet wel
die gelukzoekers die maar een verblijf in een buurland hadden moeten zoeken.
Terwijl de N-VA’ers in de regeringen — ook Homans — blijk gaven van
verantwoordelijkheidszin, pleegde de Antwerpse entente de ene na de andere
hold-up op de publieke opinie, als waren ze de verbale Bonnie & Clyde van
Vlaanderen.

Het volk zag en morde nauwelijks. Werd het
gepeild, dan knikte het goedkeurend. Dan werd het beleid met een ‘Vind ik leuk’
beoordeeld. Die tweespalt binnen de grootste partij — gematigd in het beleid,
keihard ernaast — vond men wel oké. Dat Maggie De Block zo populair is kunnen
worden en Theo Francken dat nu ook is, bewijst dat je met een op papier harde
aanpak op het domein Asiel en Migratie kunt scoren in Vlaanderen. Het zegt iets
over de Vlaamse volksaard, vrees ik. Dat ze het die vreemdelingen maar eens
goed laten voelen, verdorie, dat komt hier onze jobs inpikken, ons vergiftigen
met hun geloof, straks snijden ze onze keel nog over!

***

Nee, mij is vooral de kracht van het status quo
opgevallen de voorbije 364 dagen. En toch ben ik ongelukkiger dan een jaar
geleden. Niet omdat ik me als ietwat linksige,
politiek ongebonden jongen zo goed voelde bij vijfentwintig jaar
‘socialistisch’ (sic) beleid —
regeringen die moeilijke beslissingen maar voor zich uit bleven schuiven, op een enkele uitzondering na —,
maar omdat de hardheid van sommige actuele standpunten bon ton begint te worden
in een kil en afstandelijk Vlaanderen.

En avant, op naar de volgende peiling!



« VorigeVolgende »