Improvisatieactrice,
meldt de achterflap over Katrijn Van Bouwel. Stand-upcomédienne, dat weten we
ook. Copywriter, maar dat blijft eerder in het verborgene.
Televisieverschijning, in Scheire en de
Schepping, Spelen met uw leven en
– als festivalfee in de zomer van 2015 – 1.000
Zonnen en Garnalen. En bovenal Twitterfenomeen. Proef de lelijkheid van dat
woord: Twit-ter-fe-no-meen.
Laten we
haar liever een feenomeen noemen, dat past beter. Een vrouw die een paar keer per
dag in je tijdlijn opdoemt met een grapje, een fijne woordspeling, een
melancholische ontboezeming, een je-ne-sais-quoi’tje dat de waan van de dag
overstijgt. 10.887 volgers, terwijl ik dit intik, and counting. Zoals 50,000,000
Elvis fans can’t be wrong, zo kunnen weldra 11.000 volgers dat ook niet
zijn.
En nu mag
ze zich, op haar bijna 35ste, schrijfster noemen. Auteur. Collega van Bob
Dylan, zou ik pesterig kunnen zeggen tegen al die schrijvers die zich nu hebben
verzameld om een karamellenverzenschrijver – ik verzin het niet! – belachelijk proberen
te maken. The times they aren’t
a-changin’ voor hokjesdenkers. Maar ik wijk af, want ik wil het niet over de
lelijkheid van jaloezie hebben, maar over schoonheid. Schoonheid die kwistig
over 220 pagina’s uitgestrooid werd, opgedeeld in vier hoofdstukken: de
seizoenen van het wankele liefdesleven.
Tussen
“Ik stap uit de kamerjas dit stille leven in” en “En hoe mij dat
voltooit” staan vele honderden mooie zinnetjes en volwassen zinnen. Ik was
begonnen met er de mooiste uit te pikken, maar ik betrapte me erop dat ik het
boek aan het overschrijven was. Een paar, toe maar, om in de stemming te
geraken. “Niemand kleedt zich zorgvuldiger dan wie uitgekleed wil worden.”
“Rouw is een geduldige minnaar, die zich langzaam ontkleedt, tot je zelf
in je blootje staat.” “Een mens is zijn eigen blinde hoek.”
“Als de ogen de spiegel van de ziel zijn, gebruikte ik de zijne om mezelf
te zien.” “Mijn geheim is dat ik het jouwe wil zijn.”
Hé, die
laatste ken ik nog. Die was een tijdje de vastgemaakte tweet van @_katrijn. En
dat is geen toeval, want ze gebruikt ons, Twittervolgers, schaamteloos als
klankbord. Sloeg een zin aan, dan kwam die in het boek. Zo zie je maar, je kan
Twitter ook gebruiken om mooie dingen te doen. Een boek schrijven,
bijvoorbeeld.
Waarover De muze en het meisje gaat? De liefde, het
onbereikbare, bezitterigheid, dromen, perfectie, en nog zo veel meer. Het volle
leven, zeg maar. Het ene hoofdpersonage, ‘de muze’, is een naaktmodel dat
halsoverkop verliefd wordt op een schilder, die dankzij haar eindelijk weer
inspiratie vindt. Het andere hoofdpersonage, ‘het meisje’, is een
stand-upcomédienne, grofgebekt, sarcastisch. Als de muze ook nog eens aan
taxidermie gaat doen, weet je: dit is voor een deel uit het leven van de
schrijfster gegrepen. Maar je beseft ook dat ze zichzelf niet zodanig
blootgeeft, dat de term ‘autobiografisch’ zich brutaal opdringt.
“Winnen
is niet altijd blijven doorgaan. Winnen is weten wanneer je moet stoppen,”
tweette Katrijn nog niet zo lang geleden. Om mijn lievelingsartiest Van
Morrison te citeren: “It’s too late
to stop now”, Katrijn Van Bouwel. Dit vraagt om bevestiging. Schrijf
ze! (En blijf ons als gewillige literaire proefkonijnen gebruiken.)
De muze en het meisje, Katrijn Van Bouwel, 220
blz. Prometheus, 19,95 euro.