Blog Image

Maandans

It's a marvelous night for a moondance!

Meningen over actuele gebeurtenissen. Of oude teksten "revisited". Startend vanuit een persoonlijke nood om gehoord/gelezen te worden. Een beetje pretentieus, misschien, in de hoop zo een discussie aan te zwengelen. Of toch op zijn minst tot nadenken te stemmen. Leuk tijdverdrijf mag ook, natuurlijk. O ja, de naam "Maandans" is de letterlijke vertaling van "Moondance", een management-boekingkantoor voor jonge Belgische rockbands dat ik eind jaren tachtig had, maar vooral: een heerlijk swingend nummer van een toen nog piepjonge Van Morrison, één van mijn favoriete artiesten. Kom ook eens langs op Twitter: @FrankVanLaeken of op mijn website: www.frankvanlaeken.eu

Donkere dagen in de Serie A

Sport Posted on di, januari 01, 2019 12:12:54

(Deze bijdrage in de reeks ‘De Bankzitter’ verscheen
maandag 31 december in
De
Standaard.)

Dries Mertens scoorde
zaterdag voor Napoli en Radja Nainggolan mocht na een weekje schorsing weer
even invallen bij Inter, maar zij kaapten niet de headlines weg de voorbije
Serie A-week. Het ging vooral over een dode supporter en een racistisch
incident.

Onder zijn vorige trainer, Maurizio Sarri, was
Dries Mertens helemaal open gebloeid bij Napoli. Sarri maakte van Mertens een
valse nummer negen, iets wat de Italiaan nu ook probeert met Eden Hazard bij
Chelsea. Mertens scoorde en bleef scoren, werd twee seizoenen geleden vice-topschutter
van de Serie A, schoof bij de Rode Duivels een bank op, en zag zijn contract in
Napels verlengd worden tot 2020. Maar nieuwe coach Carlo Ancelotti ziet in de
Belg eerder een luxe-invaller dan een basisspeler. Zaterdag mocht hij wel
starten tegen Bologna. Hij bedankte met het winnende doelpunt in de 88ste
minuut, 3-2.

Radja Nainggolan mocht uit bij Empoli meer dan
een halfuur invallen. Het werd een magere 0-1, waardoor Inter derde blijft,
weliswaar met 14 punten minder dan Juventus en 5 minder dan Napoli. Nainggolan
moest van zijn trainer, Luciano Spalletti, die hem nog kent van bij Roma, een
match aan de kant blijven. Een disciplinaire schorsing, omdat hij een paar keer
te laat op training was verschenen.

‘De regels binnen een ploeg zijn even
belangrijk als de bal’, gaf Spalletti als verklaring. Maar hij zei ook: ‘Radja
is een gevoelige jongen’. Kortom, een straf gevolgd door een vaderlijke aai
over de bol. Bondscoach Roberto Martínez koos voor een andere aanpak, al blijft
die zweren bij zijn nogal doorzichtige ’tactische redenen’.

Tweede
Kerstdag

Het had een mooie week moeten worden voor het
Italiaanse voetbal. Voor het eerst sinds 1971 werd er op Tweede Kerstdag
gevoetbald. Apotheose van een dagje voetbal had de topper Inter-Napoli moeten worden,
nummer drie tegen nummer twee.

Vóór de wedstrijd waren er al ongeregeldheden.
Met stokken en staven gewapende Interfans wachtten de supportersbussen van hun
zuidelijke rivaal op. Er ontstond commotie, de bende stoof uiteen en tijdens de
chaos werd een 35-jarige supporter van Inter aangereden. De man, die eerder
zelf al een stadionverbod had opgelegd gekregen, overleed in het ziekenhuis.
Volgens de politiecommissaris ging het om een spijtig ongeval.

Tijdens de wedstrijd hadden de tifosi van de
thuisploeg het gemunt op Kalidou Koulibaly, de centrale verdediger van Napoli,
ex-Genk. Tot drie keer toe werd de scheidsrechter attent gemaakt op
oerwoudgeluiden, hij liet de stadionomroeper telkens vragen om op te houden met
de kwetsende gezangen. Napoli-trainer Ancelotti vroeg vergeefs om de wedstrijd
te staken. In de tachtigste minuut werd Koulibaly zelfs uitgesloten: gele kaart
na een trekfout, een tweede keer geel voor het sarcastisch applaus dat hij
daarop gaf. En in de toegevoegde tijd kon Inter nog scoren.

Driestapsprotocol

Rampdag voor Napoli, maar vooral: rampdag voor
de Serie A en, bij uitbreiding, de hele voetbalwereld. Volgens de Uefa hebben
Inter en de scheidsrechter het voorziene driestapsprotocol niet toegepast. Stap
1: de wedstrijd even stilleggen en de stadionomroeper laten waarschuwen voor de
gevolgen van nieuwe beledigingen. Stap 2: de wedstrijd gedurende langere tijd
stilleggen. Stap 3: de wedstrijd beëindigen. Alleen de eerste stap werd, half,
toegepast.

De Italiaanse voetbalbond besliste om Inter
twee thuiswedstrijden achter gesloten deuren te laten spelen en bij een derde
thuismatch moet het gedeelte van het stadion waar de ultras zitten, dicht
blijven. Een krachtig signaal, maar diezelfde bond schorste ook slachtoffer
Koulibaly voor twee wedstrijden, begrijpe wie begrijpen kan.

De verdediger verontschuldigde zich achteraf
voor zijn uitsluiting, maar benadrukte via Twitter een trotse Fransman,
Senegalees, Napolitaan en mens te zijn. ‘Reageer niet op deze onzin, samen
staan we sterk!’, tweette Koulibaly’s ploegmaat Dries Mertens. Ook Vincent
Kompany, Michy Batshuayi en Cristiano Ronaldo spraken hun steun uit.

De christendemocratische burgemeester van
Milaan, Giuseppe Sala, kondigde aan bij een volgend racistisch incident de
eretribune van het Giuseppe Meazza-stadion te zullen verlaten. Precies het
omgekeerde van wat hij zou moeten doen: als de dégoutés opstappen, blijven alleen de dégoûtants over. Willen we het voetbal overlaten aan een stel
onverlaten?

Tribaal
gedrag

Racisme is niet nieuw in de Serie A. Ronny
Rosenthal, de Israëlische ex-speler van onder meer Club Brugge en Standard,
kreeg er eind jaren 80 al mee te maken, toen hij voor Udinese speelde. Eind
1992 protesteerden de Nederlanders Ruud Gullit (Milan) en Aron Winter (Lazio)
tegen de apenkreten op de tribunes. Daarop volgde toen een uitgebreide sensibiliseringscampagne,
‘No al razzismo’.

Op 27 november 2005 stapte de Ivoriaanse
speler Marco Zoro van Messina met de bal van het veld, na aanhoudende
beledigingen door de bezoekende supporters van… Inter. Twee zwarte spelers
van Inter deden hem van gedacht veranderen. Een week later begonnen alle Serie
A-wedstrijden vijf minuten later dan gepland.

Zelf meegemaakt: 13 juni 2016 volgde ik de
EK-wedstrijd Italië-België in een Britse pub in Padua. Toen een kwartier voor
tijd Romelu Lukaku close in beeld werd genomen bij zijn vervanging, joelde een
overvol terras als uit één mond: ‘Oe-oe-oe’. Idem toen zijn vervanger, Divock
Origi, in beeld kwam. Zo moet dat op hetzelfde moment op honderden, misschien
wel duizenden Italiaanse terrassen tegelijk geklonken hebben. De scène staat
uitvoerig beschreven in ‘Vuile zwarte. Racisme in het Belgisch voetbal’ dat ik
twee jaar geleden samen met Paul Beloy schreef. Tribaal gedrag is typisch voor
het voetbal. ‘Onze zwarte, goeie zwarte, hún zwarte, vuile neger!’

We stelden een elftal maatregelen voor. De
eerste twee daarvan: vraag als getroffen speler of elftal een time-out aan bij
wangedrag, en stap desnoods als team op, wanneer de scheidsrechter niet
adequaat reageert. Het gebeurt bijna nooit. Scheidsrechters lijken alleen
fysiek geweld ernstig te nemen. En het eerste elftal dat ostentatief van het
veld stapt, uit solidariteit met een medespeler, mag rekenen op boetes,
schorsingen en een forfaitnederlaag.

O ja, het winnende doelpunt van Inter in
Empoli werd aangetekend door de Senegalees Keita Baldé. Een jongen met een
donkere huidskleur. Hij werd fel toegejuicht.



De teloorgang van het Wase voetbal

Sport Posted on di, december 25, 2018 12:54:33

(Deze bijdrage in de reeks ‘De Bankzitter’ verscheen gisteren
in
De Standaard.)

Na een 9 op 9 vlucht Waasland-Beveren tijdelijk weg
uit de degradatiezone. Zaterdag won het de Wase derby met 2-1. Ook onder Trond
Sollied blijft Lokeren vierkant draaien. Het heeft nog precies tien wedstrijden
om de degradatie te ontlopen.

Vuurwerk. Een klein brandje. Politieagenten
die plastic stoeltjes moeten ontwijken.

De ‘Wasico’, om die belachelijke bijnaam eventjes
te hanteren, leek kortstondig op een mini-versie van een derby in Buenos Aires.
Naast het veld dan toch, want binnen de groene rechthoek bleef het bij een
beschaafde ontmoeting tussen twee regionale concurrenten die via de E17 op een
kleine 28 kilometer afstand van elkaar proberen te overleven in 1A.

Waasland-Beveren begon eraan met een 6 op 6 op
zak, na twee sensationele zeges tegen Club Brugge en Antwerp. Lokeren had de
week voordien gewonnen van STVV, ook een kandidaat voor play-off 1. Desondanks stonden
de Wase clubs voor aanvang van deze twintigste speeldag wel gewoon voorlaatste
en laatste.

De dag
dat ze niet schieten

Een tijdlang dachten we dat beide clubs een
hommage wilden brengen aan een bijtend satirisch lied van Wannes Van de Velde: ‘Kerstmis
is de dag dat ze niet schieten’. De Ghanees Opoku Ampomah was bepalend voor Waasland-Beveren.
Hij scoorde voor de rust en lokte een strafschop uit erna. Forte zette die om. Terki
scoorde twintig minuten voor tijd nog wel tegen – en werd zeer tegen zijn zin
prompt vervangen -, maar dichter kwamen de bezoekers niet meer. Negen op negen
voor de thuisploeg, acuut degradatiegevaar na twee derde competitie voor
Lokeren, want ook concurrent Excel Moeskroen won.

Sinds Peter Maes op 28 oktober werd
doorgestuurd, behaalde Lokeren 8 op 24. De Noor Trond Sollied doet het dus net
iets beter dan zijn ontslagen voorganger, die op 6 op 30 bleef steken. Dan is
Adnan Custovic beter begonnen aan zijn moeilijke taak, met 9 op 15. Hij kwam
half november Yannick Ferrera vervangen: de eeuwige belofte van het
trainersgild kwam niet verder dan 11 op 45, en bij die behaalde punten zat geen
enkele thuiszege. Custovic werd zelf eind vorig seizoen nog uitgerangeerd bij
KV Oostende.

Het is typerend voor ploegen onderin de stand:
ze sturen vrij snel hun trainer door. Degradatie is zoveel als een economische
doodsteek, of alleszins een stevige terugslag. Om dat te vermijden compenseren
falende voorzitters en onmachtige sportief directeurs hun hapsnapbeleid door
een voorspelbare zondebok te zoeken. Nochtans hebben trainers zelden die
onevenwichtige kern samengesteld.

Geen
kwaliteit

Zeker bij Lokeren weegt de jarenlange
alleenheerschappij van voorzitter Roger Lambrecht zwaar op de club. De
87-jarige Lambrecht kreeg de eersteklasser in 1994 in handen. Vierentwintig
jaar, dat is een eeuwigheid in het moderne voetbal. De bandenfabrikant begon
eraan toen er van het Bosman-arrest nog geen sprake was: spelers die einde
contract waren, moesten maar een nieuw, eenzijdig voorstel aanvaarden en nog
dankuwel zeggen ook. Het aantal buitenlanders in de kern was beperkt. De
Lokerse hoofdtrainer in de zomer van ’94 was Chris Van Puyvelde. Om zijn
opvolgers – interim of iets langer – te tellen moesten we streepjes op de muur
zetten: we zitten aan 25. Al kwamen verschillende namen meerdere keren terug,
zoals de onvermijdelijke Georges Leekens (3x) en Peter Maes (2x). Lambrecht
heeft geen geduld. In zijn trainerskeuzes gaat hij zelden vreemd, meestal
bekend. Vandaar de geregelde terugkeer van ‘vriend’ Georges of ‘copain’ Peter.
Niet uitgesloten dat een van beiden ooit nog eens opduikt op Daknam. Het kan trouwens
nóg erger: bij Beveren zitten we in diezelfde periode aan 35 (interim)trainers.

Wat bij de start van elk seizoen opvalt, is
het verloop binnen de spelerskernen. Waasland-Beveren zag afgelopen zomer 22
spelers komen en 19 gaan, huurspelers inbegrepen. Bij Lokeren ging het om
telkens 12 namen. Continuïteit? Begin er maar aan als trainer, om van spelers
die elkaar van haar noch pluim kennen een coherent geheel te maken. De meeste
van die nieuwe spelers komen transfervrij (einde contract) of voor een habbekrats:
kwaliteit allesbehalve verzekerd. De eigen jeugd wordt intussen verwaarloosd.

Zowel bij Lokeren als bij Beveren was de term
‘mensenhandel’ in het recente verleden nooit veraf. Jonge Afrikaantjes werden
in bulk geïmporteerd, met de hoop om hen zo snel mogelijk met veel winst te
verhandelen. Wie niet meekon, werd aan zijn lot overgelaten. Soms was er een
sportieve meevaller: denk aan de Ivoriaanse invasie begin van de eeuw in
Beveren, toen technisch directeur Jean-Marc Guillou de vrije hand kreeg en
spelers uit zijn eigen academie in Abidjan een kans mocht geven. Daar zaten
toekomstige toppers als Yaya Touré, Eboué, Gervinho, Boka en Romaric tussen.

Supporters
haken af

De economische realiteit is hard. Geen van
beide teams heeft een toekomst in de hoogste klasse. Een flink gevulde
Freethiel zaterdagavond ten spijt, dalen de toeschouwersaantallen zienderogen.
Op basis van de gegevens van acht thuiswedstrijden zit Waasland-Beveren
gemiddeld aan 3.894 toeschouwers, Lokeren aan 3.870. Zeer vergelijkbaar, even
teleurstellend. Waasland-Beveren zit zevenhonderd onder het gemiddelde van
vorig seizoen, Lokeren zelfs een kleine tweeduizend. Supporters haken af. De regionale
concurrentie (Gent, Antwerpen) weegt zwaar, té zwaar. Daarbovenop komen de
wanprestaties.

Bijna vergeten zijn de bekerzeges van Lokeren
(2012, 2014). Helaas nog niet vergeten in Beveren: de mogelijke betrokkenheid
van twee bestuursleden, onder wie voorzitter Huyck, bij matchfixing. ‘De keuken
is besteld’, weet u nog wel. Ze werden in verdenking gesteld van het
lidmaatschap van een criminele organisatie. En dat is, voor alle duidelijkheid,
niet de club zelf.

Ver weg zijn de twee dubbelslagen – beker in
het ene seizoen, titel in het volgende – van Beveren, tussen 1978 en 1984, met
Gouden Schoenen voor Jean-Marie Pfaff en Jean Janssens. Een stilist als Heinz
Schönberger loopt er niet meer rond op de Freethiel. Ver weg zijn de
ereplaatsen van Lokeren tussen 1999 en 2003, nog veel verder weg de titel van
vice-kampioen uit 1981. Toen liepen de Poolse tandem Lato-Lubanski en de Deense
spits Preben Larsen nog rond op Daknam.

Die tijden komen nooit meer terug. Een flauw
afkooksel ervan zou de Wase fans al tevredenstellen.



Sportploeg van het Jaar (maar niet in België)

Sport Posted on do, december 20, 2018 13:29:44

(Deze bijdrage verscheen maandag 17 december in de
reeks ‘De Bankzitter’ in
De Standaard.)

De Red Lions hebben zich tot wereldkampioen hockey bij
de mannen gekroond, een unieke prestatie in de Belgische sportgeschiedenis. De
bekroning voor vijftien jaar hard werken, een duidelijke visie en een
realistisch plan. Als toetje is er ook de eerste plaats op de wereldranglijst.

‘Op welk plein kunnen we straks op een groot
scherm naar de Red Lions gaan kijken?’ vroeg een collega-journalist zich
gisterochtend op Twitter af. Een retorische vraag, maar tegelijk duidde het op
een pijnpunt. Waar waren inderdaad die initiatieven om de Belgische
hockeymannen de aandacht te geven die ze op het eind van het WK Hockey
verdienden?

Natuurlijk is het iets minder prettig om
verzamelen te blazen bij temperaturen rond het vriespunt dan in volle zomer,
maar eigenlijk is dat een drogreden. Toen de Lions twee en een half jaar
geleden de finale van de Olympische Spelen speelden, was er evenmin massahysterie.
Een andere pijnlijke vaststelling: wie gisteren live wilde kijken, kon enkel
terecht bij de Nederlandse openbare omroep of moest zijn weg zien te vinden
naar een betaalzender die voor een keer toegankelijk was voor alle
Telenetklanten.

Sjotten en koers: sportbelangstelling wordt
hier gereduceerd tot twee sporten en hun afgeleiden, zowel in de pers als bij
het grote publiek. Het tweede vloeit voort uit het eerste, of is het omgekeerd?
Af en toe gaan we uit de bol voor een individuele uitblinker in een andere
sport. We zijn het ‘land van pensenkermissen en gewassen maandverbanden’, om
Jean Pierre Van Rossem postuum te citeren. Weinigen kunnen de buitenspelregel
correct uitleggen, maar ze denken wel dat ze hem kennen, terwijl de
hockeyregels ondoorgrondelijk lijken. Met hun strafcorners, hun voetfouten en
hun videoref dan ook!

Hockey had bovendien heel lang een hardnekkige
negatieve reputatie: een rijkemensensport voor de Franstalige elite. Helemaal
onterecht was dat niet, vroeger.

Ultieme
bekroning

Tegenwoordig is de sport gedemocratiseerd en
vernederlandst, maar iets van die reputatie is blijven hangen. Dat is jammer
voor deze hockeygeneratie die al elf jaar in de buurt van de wereldtop
vertoeft. Tussen het brons op de Olympische Spelen in Antwerpen (1920) en het
brons op het EK in Manchester (2007) zaten zevenentachtig duistere jaren. Tot
1976 stonden de hockeymannen – in de pre-marketingjaren was er nog geen sprake
van de bijnaam ‘Red Lions’ – om de vier jaar wel nog op Olympische Spelen,
onder het motto ‘Deelnemen is belangrijker dan winnen’. Tussen 1980 en 2008
bleven ze zelfs helemaal weg op het allerhoogste sportforum.

De komst van buitenlandse bondscoaches deze
eeuw maakte het verschil: een Zuid-Afrikaan, twee Nederlanders die als coach of
als speler olympisch goud hadden behaald, een stel Australiërs. De vijfde
plaats in Londen (2012) was al bemoedigend, een jaar later volgde EK-zilver in
eigen land. Huidig bondscoach Shane McLeod nam in 2015 over. Die had eerder al
de Belgische vrouwenploeg gecoacht. Onder de Australiër pakten de Red Lions
Olympisch- en EK-zilver.

Het is zonder meer een grote verdienste van de
hockeybond dat er jaren geleden voor een systematische aanpak werd gekozen,
onder leiding van gerenommeerde coaches. Sympathiek amateurisme is verleden
tijd. Succes is een gevolg van hard werken, een duidelijke visie en een
realistisch plan. En van talent, vanzelfsprekend, dat de huidige
hockeygeneratie in overvloed te bieden heeft. Arthur Van Doren werd dit jaar
niet toevallig tot beste hockeyer ter wereld uitgeroepen. WK-winst is de
ultieme bekroning, met dank aan de drie reddingen van doelman Vincent Vanasch
in de shoot-outs, nadat voor het eerst in de WK-geschiedenis een finale op 0-0
was geëindigd.

In tegenstelling tot de overwinning van de
Rode Duivels op Brazilië in de kwartfinales (!), zorgde de wereldtitel niet
voor toeterende auto’s in het avondverkeer. Wel was er een tweet van
Anderlechtvoorzitter Marc Coucke, gisteren alweer niet aan het feest:
‘Proficiat aan de hockeyspelers! Wat een prestatie. Het contrast kan niet
groter zijn…’

Het was overigens van 1991 geleden dat België
nog eens wereldkampioen werd in een teamsport. Toen korfbal, in tegenstelling
tot hockey niet echt een wereldsport.

Hoffelijke
heren

Als je het hele jaar door voetbal volgt, ga je
onwillekeurig vergelijken. Wat opviel: de tv-regie leidt in het hockey evenzeer
aan overdaaddrang als in het voetbal. Ongepaste herhalingen terwijl het spel
liep. Gelukkig zat de Play Sports-commentator ter plekke, zodat je toch meekreeg
wat er buiten beeld gebeurde.

Onvermijdelijk kom je ook bij de videoref uit,
die in het hockey al tien jaar geleden werd geïntroduceerd. Niet onbeperkt,
zoals in het voetbal. Als een speler een tussenkomst van de videoref eist en
ongelijk krijgt, verliest zijn team de rest van de reguliere speeltijd het
recht op een video-challenge. Een duidelijke afbakening. Hockeyers blijven in
tegenstelling tot voetballers hoffelijk: geen langdurige discussies, geen de
boel belazerende spelers, geen tirades van boze trainers. Keurig en netjes,
heren onder elkaar.

Ongeloofwaardig
sportgala

Zaterdag vindt het jaarlijkse sportgala
plaats, waarop onder meer de trofeeën voor Sportman, Sportploeg en Sportcoach
van het Jaar zullen worden uitgereikt. De Red Lions zullen niet winnen, een
individuele speler zal er niet triomferen, Shane McLeod wordt niet tot beste
coach van 2018 verkozen. Dat weten we nu al, om de eenvoudige reden dat de
stemformulieren ten laatste op 5 december moesten worden ingestuurd.

Twintig jaar geleden kon je je daar nog iets
bij voorstellen. Stemmen gebeurde nog met pen en papier, formulieren moesten
met de post verstuurd worden, waren soms drie dagen onderweg. Met het
elektronisch stemmen is dat tijdverlies er niet meer. En als de organisatoren toch
een veiligheidsmarge willen behouden én een correct beeld van het afgelopen
sportjaar ophangen, dan moeten ze het gala maar half januari laten plaatsvinden
in plaats van op 22 december.

Eigenlijk zouden rechtgeaarde sportliefhebbers
bij de aankondigingen van de categorieën Sportcoach, Sportploeg en Sportman
moeten opstaan en de zaal verlaten. Want wat zaterdagavond staat te gebeuren is
een aanfluiting. Totaal ongeloofwaardig.



In de tuin van Eden is voetbal nog een spelletje

Sport Posted on wo, december 12, 2018 20:38:16

(‘De Bankzitter’ van deze week, eerder verschenen in
De Standaard van maandag 10 december.)

Chelsea zorgde dit weekend voor een stuntje: het
bracht landskampioen Manchester City de eerste competitienederlaag toe. Eden
Hazard speelde als valse nummer negen, gaf twee assists en was zo weer eens beslissend.
De zege werd ontsierd door het racistisch gedrag van een thuisfan.

El Cashico. Dat is de niet sympathiek bedoelde
bijnaam van het duel tussen het door een rijke Rus geleide Chelsea uit Londen
en het door een financieel machtige Arabier kunstmatig naar de top gestuwde
City uit Manchester. In het begin van de eeuw nog simpele meelopers, zowel in
de Premier League als in hun eigen stad, waar traditioneel grotere clubs de
scepter zwaaiden. Tot de heren Roman Abramovitsj en sjeik Mansour bin Zayed Al-Nahyan
hun dikke portemonnee opentrokken.

De rest is voer voor Football Leaks en andere
niet-sportieve kanalen. Twee cijfers om dit te illustreren. Na het seizoen
2004/2005 noteerde Chelsea het op dat ogenblik hoogste verlies ooit in het
internationale voetbal: 120 miljoen euro. In 2011 deed City nóg ‘beter’: 228
miljoen euro in het rood. Beide clubs overtreden al jaren schaamteloos de
Financial Fairplayregels.

Trukendoos

Tussen al dat financiële geweld – dat na
anderhalf miljard euro aan investeringen door beide geldschieters wel geleid
heeft tot sportief succes – probeert een dribbelvaardige 27-jarige van 1m73 te
doen waar hij ongelooflijk goed in is: speels voetballen. Eden Hazard loopt al
meer dan zes jaar rond in Londen. Voetballer van het jaar in 2014/2015, maar
daarna in een keurslijf gepropt door José Mourinho en Antonio Conte. Onder de
aanvallende trainer Maurizio Sarri mag hij zich vrijer uitleven: die
voortreffelijke wereldbeker wordt nu doorgetrokken naar de Engelse competitie.
Over twaalf dagen kan hij ook nog Sportman van het Jaar worden.

Tegen het vooral in de eerste helft dominante City
zorgde Hazard voor twee assists: de eerste na een wervelende persoonlijke
actie, de tweede op hoekschop. Kanté en David Luiz zorgden voor de 2-0
eindstand. In ‘Match of the Day’ noemde analist Martin Keown Hazard ‘a box of
tricks’. Trukendoos. Goed voor de eerste nederlaag dit seizoen in de Premier League voor
Man. City, waardoor Liverpool aan de leiding komt met een puntje meer. Chelsea
blijft hangen op de vierde plaats, op acht punten van de nieuwe leider.
Opmerkelijk: het is al van 20 april 2002 geleden dat Chelsea nog eens een
thuiswedstrijd verloor van de regerende landskampioen.

Onderlinge duels tussen Rode Duivels vielen er
zaterdagavond niet te noteren. Kevin De Bruyne zal bij City ten vroegste rond
Kerstmis weer in actie komen. En Vincent Kompany zat weer negentig minuten op
de bank. Zijn contract loopt over een half jaar af. Aan hem de keuze: er nog
een jaartje bijdoen bij City, maar dan eerder als mentor en clubambassadeur dan
als speler, of inleveren bij een Europese subtopper waar hij nog een paar jaar
voetbalplezier kan beleven.

150
miljoen waard

Zaterdag speelde Hazard niet op zijn
geliefkoosde positie, als aanvallende middenvelder komend van links. Sarri
posteerde hem in de spits, als valse nummer negen, een rol die hem minder ligt.
Maar de man uit La Louvière is geen Ronaldo: hij speelt voor het team en
rendeert. Zelfs toen Mourinho een veredelde linksback van hem probeerde te
maken. Hij deed dat zonder morren, toch niet naar de buitenwereld toe. Klagen
doet hij evenmin als hij na een alweer onnavolgbare dribbel voor de tigste keer
tegen de grasmat wordt gewerkt door een vileine tegenstander. Hazard kan
incasseren, weet dat hij zijn opponent bij de volgende actie toch opnieuw zal
degraderen tot pilaar.

Vraag is hoe lang Hazard zijn trucjes nog blijft
vertonen op Stamford Bridge. Al jaren zijn er geruchten over een mogelijke
overstap naar Real Madrid, zijn lievelingsclub. Die marktwaarde van 150 miljoen
euro moet ooit toch eens gehonoreerd worden en een sputterend Real kan best een
creatieve injectie gebruiken. Zijn contract loopt op 30 juni 2020 af, er zit
dus stilaan haast achter. Ofwel aanvaardt hij een flink verbeterd contract bij
Chelsea, waardoor hij allicht de bestbetaalde speler in Engeland wordt, en
blijft hij de rest van zijn carrière in Londen. Ofwel houdt hij de boot af en
zal Chelsea hem volgende zomer willen verkopen. Een speler met de waarde van
Hazard een jaar later gratis laten vertrekken, is geen optie. Vader Thierry zal
er als makelaar wel voor zorgen dat zijn zoon het plezier in het spelletje
blijft behouden, voor een flink salaris weliswaar.

‘Fucking
black cunt’

Smet op de thuiszege van Chelsea was een
racistisch incident. City-aanvaller Raheem Sterling ging een bal ophalen voor
een spelhervatting en kreeg ‘Fucking black cunt!’ naar het hoofd geslingerd.
Vertaling onnodig. Op de beelden zie je een schuimbekkende man van middelbare
leeftijd te keer gaan tegen de zwarte international, die met een monkellachje
weg stapte, maar zich een dag later wel kritisch uitliet over de Britse media,
die volgens hem racisme aanwakkeren.

De zaak wordt nu onderzocht door de
Metropolitan Police. Gezien de duidelijke beelden riskeert de fan een stadionverbod
en mogelijk zelfs een celstraf. In Engeland wordt racistisch gedrag niet
weggelachen. Luis Suárez, tegenwoordig actief bij Barcelona, werd eind 2011 als
Liverpoolspeler voor acht wedstrijden geschorst omdat hij een zwarte
tegenspeler herhaaldelijk ‘negro’ had genoemd. En kort daarna werd John Terry,
op dat ogenblik aanvoerder van Chelsea én de nationale ploeg, vier speeldagen
geschorst omdat hij, jawel, ‘fucking black cunt’ had gezegd.

Als medeauteur van ‘Vuile zwarte. Racisme in
het Belgisch voetbal’, een boek dat twee herfsten geleden verscheen, volg ik
het thema van kortbij. Het wordt in België nog altijd niet ernstig genomen.
Beerschot Wilrijk-fans riepen – niet voor het eerst – racistische dingen op
Westerlo, ze kwamen ervan af met een sensibiliseringscampagne. Incidenten in
Brugge en Kortrijk werden op sociale media door clubfunctionarissen en
supporters weggewuifd. ‘Onze club zit zo niet in elkaar.’ ‘Als we racistisch
gedrag zouden opmerken, moet zo’n man onmiddellijk zijn abonnement inleveren.’
‘Ik zat er op vijf meter vandaan en heb helemaal niets gehoord.’

Tip voor hardhorige fans: als je iemand
‘Oe-oe-oe’ hoort brullen, is dat zelden een stotteraar die een vraag wil
beginnen met ‘Hoe’.



Speeldag 17: bevestiging van wat we al wisten

Sport Posted on wo, december 05, 2018 10:15:55

(Deze bijdrage verscheen maandag 3 december in de
wekelijkse sportanalyse ‘De Bankzitter’ in De Standaard.)

De Top 6 van de Jupiler Pro League was afgelopen
weekend in onderlinge duels verwikkeld. Meer dan ooit lijken KRC Genk en Club
Brugge de elftallen die over net iets minder dan vier maanden, wanneer Play-off
1 start, om de titel zullen strijden. Anderlecht is niet meer dan een verre
outsider.

Vorige week zondag pakte Antwerp-doelman Sinan
Bolat in de slotseconden een strafschop in Gent. Dat leverde hem paginavullende
bijdragen op over vorige ultieme reddingen vanop elf meter. Ooit scoorde hij
zelfs een doelpunt met het hoofd in de 95ste minuut van het Champions
League-duel Standard-AZ. Man van de toegevoegde tijd. Daarna had Bolat af te
rekenen met zware blessures en deemsterde hij weg, eerst in Luik, daarna in
onder meer Porto, Istanboel en Brugge. Tot de nieuwe sportief directeur van
Antwerp, Luciano D’Onofrio, gewezen makelaar van de keeper, hem een
reddingsboei toewierp. Op de Bosuil is hij opnieuw onbetwistbaar titularis.

Kameleonvoetbal

Je kon er donder op zeggen: na zoveel lof
beginnen mentaal beïnvloedbare spelers te zweven. Zot van glorie, zeggen ze in
Antwerpen. En dus ging Bolat zaterdagavond zwaar in de fout tegen STVV. In de
zevende minuut gaf hij De Sart – die in de weg liep, maar niet echt zwaar
hinderde – iets wat het midden hield tussen een vuistslag en een elleboogstoot.
Terechte strafschop voor Sint-Truiden, slechts geel voor Bolat, Antwerp op
achtervolgen aangewezen. Ook bij het tweede Truiense doelpunt kwam Bolat
aarzelend uit. Met de 1-3 eindstand nestelde STVV zich iets steviger in de Top
6, terwijl Antwerp met die tweede plaats na de vorige speeldag duidelijk boven
zijn stand leefde.

De overname door het Japanse bedrijf Digital
Media Mart (DMM) blijkt een goede zaak te zijn voor de Koninklijke
Sint-Truidense Voetbalvereniging, er valt een hoogst zeldzame symbiose tussen
overnemers en overblijvers waar te nemen. Ook op het veld is de Japanse inbreng
belangrijk met centrale verdediger Tomiyasu, middenvelder Endo en de vlot
scorende spits Daichi Kamada, gehuurd van Eintracht Frankfurt.

Het aantrekken van Marc Brys als trainer, die
drie stafleden meenam van bij Beerschot Wilrijk, is een ander schot in de roos.
Waar Brys coacht, wordt kameleonvoetbal gespeeld. Zijn elftal past zich rigoureus
aan de tegenstander aan, week na week, eigen accenten moeten dan voor het
verschil zorgen. Play-off 1 is geen must, wel een reële mogelijkheid voor de
Kanaries.

Elftal
met twee gezichten

De 3-1 nederlaag op 7 oktober in Luik luidde
voor Club Brugge een zwakkere periode in, met 6 op 21 in de eigen competitie.
Er werd zelfs een nieuwe episode opgevoerd in de onverkwikkelijke keeperssoap:
nieuwkomer Karlo Letica, Kroatisch wonderkind, werd opzijgeschoven ten faveure
van de vorig seizoen nog afgeserveerde Ethan Horvath, Amerikaans wonderkind. En
de gouden schoenen van Ruud Vormer glanzen al een tijdje niet meer.

Tegenover dat Belgisch falen staat dat er
Europees niet meer werd verloren sinds begin oktober. De 0-0 van woensdag in
Dortmund zorgde blijkbaar voor een déclic. Tegen Standard was Club ouderwets
dominant, daarbij flink geholpen door een complete offday van de bezoekers.
Christian Luyindama is op goede dagen een verdedigende muur, maar zoals bekend
staan muren weleens stil. Zo kon Denswil al heel vroeg de 1-0 binnen trappen.
Brandon Mechele mocht in de eerste helft een paar keer ongehinderd zestig meter
verticaal overbruggen en werd zo onverwacht een box-to-boxspeler. 3-0 bij de
rust, de tweede helft was totaal overbodig.

Zelfs de anders zo vurige Michel Preud’homme
keek lijdzaam toe: hij zat erbij en keek er samen met Emilio Ferrera naar hoe
zijn spelers voortdurend achter de feiten aanholden. Drie dagen na de stunt in
de Europa League tegen Sevilla was dit een ronduit belabberde vertoning.
Standard is een elftal met twee gezichten: de ene week denk je dat ze
probleemloos Play-off 1 zullen halen, de week nadien geven ze niet thuis. Het
heeft niet eens zoveel met thuisvoordeel te maken: 15 op 24 in Luik, 11 op 27
uit.

Spelers als Carcela en Lestienne blijken te
wispelturig en – laten we wel wezen – overroepen: ze maken zowel in positieve
als in negatieve zin het verschil. Dit Standard telt gewoon te veel halftijdse
voetballers. Voor een perfectionist als Preud’homme moet dat een verschrikking
zijn. Als ooit ergens de twintigurenweek in ons voetbal wordt ingevoerd, zal
het op Sclessin zijn.

Als het zo wisselvallig blijft presteren, zal
Standard Play-off 1 mislopen. Zeker nu Sporting Charleroi, 12 op 15 de voorbije
vijf speeldagen, weer aanknoopt met het succesvolle voetbal dat de voorbije
seizoenen een plek bij de eerste zes opleverde.

Rustdagen

De frisheid is een beetje weg bij KRC Genk.
Verwonderlijk is dat niet: gisteren speelde het al z’n 29ste competitieve
wedstrijd van het seizoen. Anderlecht zit aan 23. In november wist Genk geen
enkele wedstrijd te winnen: vijf gelijke spelen, één nederlaag. Dat het nog
altijd aan de leiding staat, heeft ook met het falen van de anderen te maken.

Tijdens de eerste helft was het voorzichtigheid
troef in het Astridpark: Anderlecht had veel respect voor de tegenstander, Genk
wilde zich niet laten overrompelen door het jeugdig enthousiasme van paarswit. Ook
na de rust werd er meer gebikkeld dan gevoetbald, daarvoor had Anderlecht niet
eens hooligan-op-noppen Vranjes nodig. Tot de quasi onzichtbare Alejandro
Pozuelo in de 71ste minuut opeens scoorde. Het noopte Hein Vanhaezebrouck ertoe
een papiertje met handgeschreven instructies te laten doorgeven aan Ivan
Santini. Die bekeek het ding, bleef even staren en leek het allemaal niet te
best te begrijpen. Misschien stond er wel gewoon ‘Scoren!’ Wat hij niet deed,
het bleef 0-1. Ondanks alle kommer en kwel was het voor Anderlecht nog maar de
eerste thuisnederlaag in de Jupiler Pro League. Genk blijft ongeslagen
buitenshuis en telt nu 38 punten, vier meer dan Club, dat er vorig jaar rond
deze tijd als leider wel al 41 had verzameld.

Woensdag wacht KRC Genk weer een pittige
uitmatch op Charleroi, voor de beker van België. Daar zijn Club Brugge,
Anderlecht, Antwerp en Standard al van verlost. Rustdagen, zo weten we uit het
wielrennen, zijn uitermate belangrijk. Zo zou het zomaar eens kunnen dat wie
het snelst verlost is van Europees voetbal, Genk of Club, straks als
topfavoriet aan Play-off 1 begint.



Axel Witsel is nu ook in Dortmund incontournable

Sport Posted on wo, november 28, 2018 09:53:53

(Uit de reeks ‘De Bankzitter’, verscheen eerder op
maandag 26 november in De Standaard.)

Borussia Dortmund domineert de Bundesliga. 28-voudig
landskampioen Bayern, zes titels op een rij, staat na 12 speeldagen al op negen
punten. Draaischijf bij Borussia is een Belg: Axel Witsel. Na een financieel
lucratief avontuur in China opnieuw topvoetballer.

De commentator van de Sportschau had het zaterdag consequent over ‘Witsel’, zonder
accent op de e. Dat je de naam van de Belgische international uitspreekt als
‘Witsèle’ is blijkbaar nog niet tot in Duitsland doorgedrongen. Wat ze er wel
al beseffen: de controlerende middenvelder is er even onmisbaar als in de
nationale ploeg. Slechts vier spelers bij Borussia Dortmund hebben een hogere
transferwaarde dan de Belg.

In de uitwedstrijd bij middenmoter Mainz
speelde Borussia de eerste helft als een waardige leider: dominant, hoog, een
tikkeltje arrogant. Witsel ging voorop in de strijd, was bij zowat elke aanval
betrokken. Een poging van dichtbij van hem werd afgeblokt en zijn afstandsschot
met links door de doelman van Mainz onder de dwarslat weggetikt. Na de rust was
Mainz sterker en werd Witsel samen met z’n ploegmaats achteruitgeduwd. Typisch
Witsel mag je stellen: uitblinkend in een goed draaiend elftal, nogal
onzichtbaar als het iets moeilijker gaat. Zie ook de interland in Zwitserland,
waar hij kansloos mee ten onder ging.

Vaderlijke
trainer

Borussia won zaterdagnamiddag uiteindelijk wel:
1-2. Onder meer dankzij een doelpunt van supersub Paco Alcacer, al negen keer
trefzeker als invaller. De Spanjaard – doorgebroken bij Valencia,
weggedeemsterd bij Barcelona – wordt na een huurperiode van een paar maanden
definitief overgenomen van de Catalanen.

Ondertussen is Borussia stilaan topfavoriet in
de Bundesliga: 9 overwinningen, 3 gelijke spelen, 0 nederlagen. 35 doelpunten
gemaakt, 13 tegen. De beste aanval en op de een na beste verdediging. De eerste
achtervolger, dat andere Borussia uit Mönchengladbach, waar uitblinker Thorgan
Hazard gisteren opnieuw scoorde en liet scoren, volgt op vier punten, Eintracht
Frankfurt op zeven. Bayern München staat heel verrassend pas vijfde en telt
negen punten minder dan Dortmund. Zaterdag verspeelde het punten tegen Fortuna
Düsseldorf (3-3), waar de Belgische Watford-huurling Dodi Lukebakio drie keer
scoorde.

Dat Borussia na een paar tegenvallende
seizoenen deze zomer met de grove bezem door de spelerskern ging, loont dus. Acht
spelers kwamen, elf vertrokken er. En er werd een nieuwe trainer aangesteld: de
61-jarige Zwitser Lucien Favre. Vaderlijk én Franstalig, belangrijk voor een
gevoelige jongen als Witsel. Dat was al gebleken bij Standard, waar hij open
bloeide onder Michel Preud’homme, Laszlo Bölöni en Dominique D’Onofrio.

‘Moeilijke
keuze’

Flashback naar zondag 17 september 2006. Een
17-jarige frêle jongeman vervangt in de 89ste minuut van de wedstrijd
Standard-FC Brussels Steven Defour. Zijn debuut bij de Rouches, waar hij al
sinds z’n tiende rondloopt. Meteen het begin van het wonderbaarlijke jeugdtrio
Defour-Fellaini-Witsel. Ze mogen in mei 2008 en 2009 de landstitel vieren. Axel
Witsel ontvangt de Gouden Schoen en de trofee voor Jonge Profvoetballer van het
Jaar, hij is niet eens twintig. De box-to-box-speler charmeert alle
voetballiefhebbers. Tot die vermaledijde 30ste augustus 2009, wanneer hij het
rechterbeen van Marcin Wasilewski in flarden trapt. Twee seizoenen lang wordt
hij op alle Belgische velden uitgefloten. Een transfer is half juli 2011 de
oplossing om de haat te ontvluchten: het wordt de Portugese grootmacht Benfica.

Een zomer later reeds vertrekt hij naar Zenit
Sint-Petersburg. Hij arriveert er samen met de Braziliaan Hulk. Ook daar is er
kritiek: op de hoge salarissen van de nieuwkomers en op hun gegarandeerde
basisplaats. Maar vooral: op hun huidskleur. Fans van Zenit ondertekenen zelfs
een manifest waarin ze het bestuur oproepen geen niet-blanken meer aan te
werven. De Russische voorzitter weigert mee te werken aan dit racistisch opzet.

Begin 2017 verbaast Witsel de voetbalwereld.
Hij kan naar Juventus, maar ondertekent een contract bij Tianjin Quanjian in de
Chinese Super League. Daar zal hij 18 miljoen euro per seizoen verdienen, plus
2 miljoen bonussen. ‘Een moeilijke keuze’, noemt hij het zelf. ‘Maar met mijn
familie in het achterhoofd kon ik niet weigeren.’

Racewagen
in Zone 30

Anderhalf jaar begraaft Witsel zich in de onbeduidende
Chinese voetbalcompetitie. Hij zal er een kleine 30 miljoen euro verdiend
hebben, wanneer hij in augustus voor Borussia Dortmund kiest. Topclub in
Duitsland, subtopper in Europa. Trouwste aanhang ter wereld, met gemiddeld
bijna 80.000 toeschouwers bij thuiswedstrijden, in goede en kwade dagen. ‘Die gelbe
Wand’, de steile tribune achter een van de doelen waar de fanatiekste fans
plaatsnemen, is een begrip. Een ‘gele muur’ die Witsel niet kende in Tianjin,
een stad met veertien miljoen inwoners waar hij voor zo’n 20.000 fans speelde.

Hij scoort in Dortmund bij zijn debuut en is sindsdien
niet meer weg te denken uit de basiself. Bij de nationale ploeg is hij al even
incontournable. Zijn naam staat bij de eersten op het wedstrijdblad, ondanks jarenlang
gemor bij commentatoren, analisten, journalisten en fans. Hun kritiek: hij
speelt te lateraal, vertraagt het spel, denkt louter defensief. Na een
uitstekend WK in Rusland heeft hij zowat alle voetbalharten weer voor zich
gewonnen. De vertragende Witsel bleek een uitvinding van de vorige bondscoach.

Onder Wilmots was Witsel een racewagen van wie
de actieradius beperkt werd tot toertjes maken in Zone 30. Onder Martínez mag
hij zich uitleven. Het verschil zit ‘m in de intentie van beide bondscoaches:
absoluut op veilig spelen (Wilmots) versus offensief denken (Martínez). Nu komt
Witsels polyvalentie beter tot zijn recht.

101 interlands telt hij, sinds die desastreuze
Nations Leaguewedstrijd in Luzern. Dan kun je onmogelijk een prutser zijn. In
januari wordt Axel Witsel pas dertig, er kunnen gerust nog 20 of 30 interlands
bij. Woensdagavond kijkt hij in de Champions League de spelers van Club Brugge
in de ogen. Die zijn gewaarschuwd: Borussia Dortmund is momenteel een
voetbalmachine, met een Belg als draaischijf. Alleen moeten de Duitsers zijn
naam nog correct leren uitspreken.



Wat willen we: Propere Handen of Lege Handen?

Sport Posted on wo, november 21, 2018 12:05:54

(Deze bijdrage verscheen maandag 19 november in mijn
wekelijkse bijdrage ‘De Bankzitter’ in
De Standaard.)

Vanuit het oogpunt van kritische observators davert
het voetbal dankzij Propere Handen en Football Leaks al meer dan een maand op
zijn grondvesten. Maar de voetbalbonzen zelf, die kijken de andere kant op, net
als de fans. De winkel blijft gewoon open, hooguit wordt binnenkort de etalage
herschikt.

Gewenning. Als er één woord voor de geest
springt, precies veertig dagen na de nachtelijke arrestaties in Operatie
Propere Handen en zeventien dagen na de eerste publicaties in de tweede golf
van Football Leaks, is het dat wel. Klinkt cynisch — en is het ook.

Er werd verontwaardigd gereageerd toen bleek
dat Gianni Infantino, de grote baas van het wereldvoetbal, in zijn vorige job
bij de Europese voetbalbond actief had meegewerkt aan doofpotoperaties ter
wille van de nouveaux riches van PSG en Manchester City. Topclubs doen
ongestoord aan mensenhandel, ook dat lokte nog een boze reactie uit bij
sommigen.

‘Een poging om het nieuwe leiderschap en, in
het bijzonder, de voorzitter te ondermijnen’, zo reageerde de Fifa in een
uitvoerig statement op 2 november, dezelfde dag dat de eerste bijdragen in een
nieuwe reeks Football Leaks op vele websites tegelijk werden gepubliceerd. Het
leek wel alsof de tekst klaarstond en er alleen nog een persmedewerker op
‘send’ moest drukken. De wereldvoetbalbond toog zelfs in de tegenaanval.
‘Ondanks het feit dat we alle ons gestelde vragen rechtuit en eerlijk
beantwoord hebben, hebben sommige media beslist de meeste van onze antwoorden
te negeren en zowel de feiten als de waarheid te verdraaien in een opzettelijke
poging om de Fifa in diskrediet te brengen en hun lezers te misleiden.’

Hier te lande was er kritiek op de dubbelrol
die Pierre François, ceo van de Pro League, speelde om een puissant rijke Rus
en een machtige Israëlische makelaar tot bij een gedweeë satellietclub te
voeren. Bij Operatie Propere Handen werd de onderzoeksrechter gewraakt, het
onderzoek vooralsnog niet. En scheidsrechter Vertenten wil gewoon terug aan de
slag, als fluitenier op het hoogste niveau. Alle realiteitszin is weg.

Achilleshiel

Pierre François op 2 november: ‘Als u me vroeg
of ik wist dat er illegale praktijken in het voetbal bestaan, had ik u
waarschijnlijk geantwoord: ja.’ Een paar dagen later kwam hij zelf in opspraak.
Daarover wilden de 24 leden van de profliga een hartig woordje praten, maar
toen werd voorzitter Marc Coucke ziek en een etmaal later viel het gerecht
binnen bij Royal Excel Mouscron. Eindelijk, zou je kunnen stellen.

Vandaag staat er een raad van bestuur van de
Pro League op de agenda. De clubs uit 1B willen duidelijkheid over het verdere
verloop van de competitie, gezien de betrokkenheid van KV Mechelen-bestuurders
bij pogingen tot matchfixing. En álle clubs willen weten hoe het nu verder moet
met Moeskroen en hun eigen ceo. Dat wordt nachtwerk.

Professor fiscaal recht Michel Maus en Uefa-medewerker
Karl Dhont, expert matchfixing, kwamen intussen op de proppen met een rapport
van acht pagina’s om het voetbal te hervormen (DS 14 november). Waarmee ze meteen de achilleshiel van het voetbal
raken. De voetbalbonzen willen desnoods wel kleine aanpassingen van binnenuit
aanvaarden, denk aan het driekoppig expertencomité (mét Pierre François!) dat
tegen eind dit jaar voorstellen moet formuleren. Terwijl de enige oplossing van
buitenaf kan komen: internationale politici, onafhankelijke experten en andere
mensen met kennis van voetbalzaken (maar zonder professionele banden met clubs
en bonden), die de vrijheid krijgen om drastische hervormingen uit te werken.

Ik
beschuldig!

Tijd voor een J’accuse-momentje. Vrij naar Zola: niet Gianfranco, begenadigd
stilist binnen de groene rechthoek, maar Émile, begenadigd stilist op een leeg
wit papier.

Ik beschuldig de machtige makelaars van het
kapotmaken van wat de vorige Fifa-baas, Sepp Blatter, ooit ‘the beautiful game’
noemde. Hij zei dit druk gesticulerend met de ene hand, terwijl de andere
envelopjes met dollarbriefjes uitdeelde aan bobo’s uit arme voetballanden die
hem als wederdienst hielpen herkiezen. Hebzucht.

Ik beschuldig de koosjere spelersmakelaars,
die het allemaal hebben laten gebeuren zonder al te veel weerwerk. Omerta.

Ik beschuldig de voetbalbestuurders, hoog en
laag, omdat ze dit al enkele decennia faciliteren, in ruil voor het vrijwaren
van hun posities. Machtsmisbruik.

Ik beschuldig al wie op de hoogte was van
malversaties en daar nooit mee naar buiten kwam, inclusief voetbaljournalisten
die vrolijk meedraaiden op de carrousel van het Grote Geld. Ik beweer niet dat
ze er zelf rijker van werden, maar ze zwegen. Als er al eens over excessen in
het voetbal wordt geschreven, gebeurt dat negen op de tien keer door collega’s
uit andere sectoren. Schuldig verzuim.

Ik beschuldig, tenslotte, de supporter. Die
blijft naar het stadion gaan, ook al weet hij dat er heel wat stront aan de
knikker is. Lafheid.

#LegeHanden

We zijn amorf geworden. Voetballiefhebbers
laten betijen wanneer hun favoriete sport gekidnapt blijkt door duistere
figuren met dollartekens in hun ogen en dure horloges om hun polsen. Zoals
wielerfans het pikten dat zowat het hele peloton aan het spul bleek te zitten.
Er kwam geen witte mars tegen graaiende bankiers, die de hele wereld in het
financiële verderf stortten. Fiscale incivieken kwamen zonder kleerscheuren uit
LuxLeaks, SwissLeaks, PanamaPapers, ParadisePapers en welke andere exotische
benamingen die witwasconstructies ook kregen. Op een hashtag meer of minder
kijken we niet.

Cynisch gezegd: alleen als er kinderen het
slachtoffer zijn, liggen we er nog wakker van. We zijn bozer op Roger ‘Dat was
zo een relatietje’ Vangheluwe dan op Maurice ‘Investeer zo snel als u kunt’
Lippens, ook al wogen de maatschappelijke gevolgen van de relatietjes van die
laatste zwaarder door. Child Focus, oké, ‘Money Focus’, neen, dank u. Toch zijn
we benieuwd welke smeuïge hapjes deze krant deze week weer zal opdienen.
Verdienstelijk onderzoek, maar zal het iets ten gronde veranderen?

Toen ik een week na het losbarsten van het
Belgische schandaal in een column pleitte voor een witte voetbalmars ontving ik
één enkele steunbetuiging, hoorde ik een beetje hoongelach en nam ik vooral
grote stilte waar. We dronken nog een glas, we deden nog een plas en alles blijft
zoals het was. #LegeHanden.



Le nouveau Standard est arrivé

Sport Posted on wo, november 14, 2018 11:52:11

(Deze bijdrage verscheen
maandag 12 november in de reeks ‘De Bankzitter’ in
De Standaard.)

Royal Antwerp Football Club is
138 jaar oud, maar springlevend. De club met stamnummer 1 staat na de helft van
de reguliere competitie op een gedeelde tweede plaats met Club Brugge. Dat is
zonder meer knap. Dankzij een gulle geldschieter, een stevig netwerk en een
realistische sportieve aanpak.

Met ‘alsen’ en ‘indiens’
mag je een voetbalwedstrijd niet analyseren. Toch zat Antwerp-KV Oostende van
vrijdagavond vol met voorwaardelijke matchfasen (zie DS 10 november). Als scheidsrechter Bram Van Driessche en
videoref Christophe Delacour in de vijfde minuut bewust handspel van Rodrigues juist
hadden beoordeeld, kreeg Oostende een vroege strafschop en werd het misschien
wel 0-1. En als er geen cascade van vreemde beslissingen was geweest tussen
minuut 37 en 40, zou de tweede helft er anders hebben uitgezien. Dan had
Mbokani op het eind niet de 2-0 kunnen scoren, omdat hij rood zou hebben
gekregen wegens natrappen. Scheids noch VAR zagen er graten in. Nkaka werd
uitgesloten voor een overtreding die zeer vergelijkbaar was met die van Bolingi
twee minuten eerder. Meer nog: als Bolingi rood had gekregen, zou Nkaka
wellicht zijn overtreding niet hebben gemaakt.

Nu werd de tweede
helft met elf tegen tien gespeeld, maar het had negen tegen elf kunnen zijn. De
woede van KVO-trainer Gert Verheyen was begrijpelijk. Zeker als hij gisteren
naar Anderlecht-AA Gent heeft gekeken: Birger Verstraete kreeg voor krek
dezelfde overtreding als Bolingi wel rood na tussenkomst van de VAR. De ene
‘clear error’ is de andere niet.

Beste verdediging

Die ene fortuinlijke
avond met volle medewerking van de wedstrijdleiding mag de goede prestaties van
Antwerp niet ondersneeuwen. Vorig seizoen liep de Great Old maar net Play-off 1
mis, al zat er toen heel wat negativisme in de ploeg: consequente mandekking
over het hele veld, veel geniepige fouten, een karrevracht gele kaarten, puur reactievoetbal.
Met de inbreng van aanwinst Lior Refaelov is er nu ook frivoliteit in het spel
geslopen en speelt Antwerp vooral op eigen veld heel dominant. Alleen KRC Genk
kwam winnen op de Bosuil.

Discipline blijft
nochtans het ordewoord van de Roemeen Laszlo Bölöni, 65, oudste trainer in de
eerste klasse. Wie niet hard werkt, komt er bij hem niet in. Realisme boven
romantiek. Dat Antwerp de beste verdediging heeft (amper 13 tegendoelpunten),
is dan ook geen toeval.

Het is eenendertig
jaar geleden dat Antwerp nog zo hoog geklasseerd stond. In het seizoen
1987-1988 stond het na de heenronde (17 speeldagen) op de eerste plaats. In een
tweepuntensysteem telde het toen drie punten meer dan Club Brugge, dat
uiteindelijk wel kampioen zou worden. Antwerp eindigde derde. Halfweg de jaren
70 was het ook twee keer na elkaar tweede geworden, met Guy Thys als trainer.
De huidige hausse is dus behoorlijk uitzonderlijk voor een club die in 1957
voor het laatst landskampioen werd en die nog wel een paar opmerkelijke
Europese campagnes beleefde (Vitosja! Wembley!).

Bekend volk

Dertien seizoenen
vertoefde Antwerp in tweede klasse, tussen 2004 en 2017. Twaalf plus één,
zeggen de roodwitte supporters zelf, want 13 is het oude stamnummer van
stadsrivaal Beerschot en dat nemen ze niet in de mond. Een periode waarin de
club geregeld ten dode leek opgeschreven. Wanbeleid, schuldenlast, sportieve
wanprestaties, wegblijvende fans. De hashtag #thisisouryear verdween elk jaar
even snel als dat ie was opgedoken. De club kwam in handen van
ex-Germinalvoorzitter Jos Verhaegen, die was weggepest op het Kiel en die op
zijn beurt Eddy Wauters, 42 jaar voorzitter, buiten werkte. Daarna kwam Saïf
Rubie, een spelersmakelaar. Officieel mogen makelaars geen club bezitten, maar
soms wordt er de andere kant op gekeken in dit land. Begin 2015 verwierf
Patrick Decuyper, voormalig ceo bij Zulte Waregem, de meerderheid van de
aandelen, met centen van bouwpromotor Paul Gheysens (Ghelamco) weten we
intussen. De eerste twee jaar knoeide Decuyper even erg als zijn voorgangers:
denk aan de kortstondige aanstelling van de gecontesteerde ex-makelaar John
Bico als sportief manager. Toch slaagde Antwerp er ondanks dat bestuurlijk
geknoei in om te promoveren.

In de zomer van 2017 werd
Luciano D’Onofrio aangesteld tot sportief directeur. Een man met een hele dikke
Rolodex, maar ook drie keer veroordeeld voor frauduleuze praktijken als…
spelersmakelaar. In het Belgisch voetbal kan dat zomaar, met zulk verleden
sportieve baas bij een club worden. D’Onofrio stelde oude bekende Bölöni aan
als nieuwe trainer, hij had eerder succesvol met hem samengewerkt. En hij
haalde ook spelers met een verleden uit zijn Standardtijd: Sinan Bolat, Jelle
Van Damme, Daniel Opare, Dieumerci Mbokani. D’Onofrio gaat niet vreemd, hij
kiest voor bekend volk. Le nouveau
Standard est arrivé.

Successupporters

Dat Antwerp nog leeft,
heeft het in niet geringe mate te danken aan zijn aanhang. Gemiddeld komen er 12.651
toeschouwers naar de Bosuil, dat zijn er ruim vierhonderd meer dan vorig
seizoen. Een ticket voor de haast mythische Tribune 2, een 95 jaar oude archeologische
site met lange houten banken, is een begeerd kleinood, al vertekent het ook de
realiteit. In de duistere jaren in tweede klasse speelde Antwerp voor minder
dan vijfduizend fans. Pas in het kampioenenjaar 2016/2017 zaten er weer meer
dan 11.000 fanatieke aanhangers. Zelfs in dat net-nietseizoen van dertig jaar
geleden bleef het toeschouwersaantal hangen op 14.088 en toen had de Bosuil nog
een capaciteit van 60.000.

De verklaring? De
Antwerpenaar is een successupporter. Dat ondervonden Antwerp én Beerschot in de
loop van de jaren. Bij een reeks goede resultaten komt er veel volk kijken,
valt het een tijdje tegen dan blijft de helft thuis. Al zal er in het Olympisch
Stadion aan de andere kant van de stad wel tandengeknars te horen zijn, want
noch het oorspronkelijke Beerschot, noch Germinal Beerschot, noch Beerschot AC,
noch Beerschot Wilrijk kwamen ooit in de buurt van die 12.651 gemiddeld. Eén
keer in de laatste veertig jaar werd daar de kaap van de tienduizend nipt
gerond, in het seizoen 2008/2009. Antwerp neemt momenteel commercieel een
flinke voorsprong op de aartsrivaal. Als het ook sportief blijft scoren, zou
die afstand weleens onoverbrugbaar kunnen worden.



« VorigeVolgende »