Ik zou het deze week over de drie meest besproken onderwerpen op de sociale media kunnen hebben. Dat ga ik niet doen. Ik vind dat De Slimste Mens Ter Wereld nu al te veel algemene journalistieke aandacht genereert (wel flink gelachen met de premature bekendmaking van de winnaar door De Morgen!). Ik heb niets tegen Star Wars, maar ik dans niet mee op de golven van de hype. Ik ben sowieso al geen ‘Hype hype hoera!’-mannetje. En het ontslag van José Mourinho, ach, ik geef toe dat ik me een beetje verkneukeld heb in het nieuws: aandachtige en trouwe lezers weten dat ik allesbehalve een fan van de man ben, vanwege het te defensieve voetbal dat hij predikt en de misplaatste arrogantie die hij tentoon spreidt. (Maar hij heeft van Eden Hazard wel een completere voetballer gemaakt, eerlijk is eerlijk!).

Ik wou het eigenlijk hebben over het fouilleren van acteur Zouzou Ben Chickha in Ledeberg. Een man van Noord-Afrikaanse origine, met een bruin uiterlijk, wat in deze tijden van terreurdreiging op zich al verdacht is in onze door angst gedomineerde samenleving, angst die nog eens wordt gevoed door vooraanstaande politici die voortdurend rondbazuinen dat als er vandaag geen aanslag wordt gepleegd door moslimfanatici, het ten laatste morgen zal gebeuren, of eventuel overmorgen (of, wie weet, de dag nadien). Kruip in uw schuilkelders nu het nog kan, burgers! Gelukkig heeft die Zouzou Ben Chickha, en onderzoeker Montasser AlDe’emeh voor hem, een redelijk bekende snoet, zodat het dagelijkse racisme een gezicht krijgt en alsnog uitgebreid in de media komt. Zo werkt dat namelijk. U bent onbekend? Sorry, niets gebeurd. U komt al eens op tv? Oké, voorpaginanieuws!

Ik denk: elke keer dat de politie te voortvarend te werk gaat, besluiten vijf jongeren om in Syrië te gaan strijden. Radicalisering wordt niet alleen gevoed door extremisten, maar ook door zij die met extreme middelen dat extremisme bestrijden. Alle begrip daarbij, voor de moeilijke oefening die gerechtelijke en politionele instanties moeten maken: het evenwicht vinden tussen de staat en de straat beschermen tegen terroristen, en doodgewone burgers met een ander kleurtje in hun waardigheid laten. Het zijn ongetwijfeld uitstekende tijden voor wie blank is, een uniform draagt en de inferioriteit van andere rassen in de verf wil zetten: je doet maar, de burgemeester zal je gedrag wel dekken.

***

Nee, de actualiteit van de jongste dagen dwingt me in de richting van het verkeer. Vluchtmisdrijf, dronken achter het stuur, rijbewijs met punten, strengere aanpak van rijdende jongeren. Een fietser aanrijden en dan plankgas geven — voor zover dat tegen die hoge snelheid nog mogelijk is! — om de plaats van het ongeval te verlaten, terwijl de jongere licht te creperen, het doet wat met een mens. Het maakt ons kwaad. En verdrietig. Opstandig ook. Het verplicht ons na te denken over dit gedrag: stel dat je dit zelf meemaakt, wat dan? Ben je dan zo correct om onmiddellijk halt te houden, eerste hulp toe te dienen en de 100 te bellen? Of panikeer je zelf ook en besef je pas achteraf wat je gedaan hebt? Ik hoop van mezelf vurig dat het a) nooit gebeurt en b) áls het gebeurt, ik de juiste reflex heb. Niet vluchten. Nooit vluchten. Vluchten kan niet/nooit meer.

Twee tieners worden een van de komende dagen begraven. Tranen zullen vloeien. Op de plaats van het ongeval zullen een klein kruisje en wat bloemen herinneren aan het slachtoffer, misschien moeten we het in tijden van verkeerterreur wel over ‘gesneuvelde’ hebben. Iemand tweette gisteren dat het dreigingsniveau in het verkeer best wel naar 4 zou mogen worden opgetrokken. Zo is het maar net.

Er was een tijd dat autobestuurders hun rijbewijs gewoon mochten afhalen op het gemeentehuis, dat is nauwelijks vijftig jaar geleden. Klaar was Kees, iedereen achter het stuur, Koning Auto. In een volgende fase moest je alleen een theoretisch rijexamen afleggen. De praktijk, dat moest je maar ondervinden. Je ziet ze nog wel rondsluipen op onze wegen, die dames en heren. Ik noem ze de ‘five digits’-chauffeurs, naar de vijf tekens op hun oude nummerplaat. Ze rijden in de weg: te traag, te voorzichtig, te onachtzaam. Ze rijden overal vijftig, zowel in zone 70 als in zone 30. Hun reflexen zijn aangetast door de tand des tijds, maar ze vinden zichzelf verantwoorde chauffeurs. “Maar die jeugd van tegenwoordig, meneer!” In de loop van de jaren tachtig werd het behalen van een rijbewijs dan verstrengd, en terecht, al heb ik toen zelf eventjes flink gevloekt toen ik mijn praktisch examen een tweede keer moest afleggen omdat ik niet snel genoeg achteruit kon rijden. Echt waar.

Het verkeersreglement is ingewikkeld. Te archaïsch. Een dik jaar geleden legde ik voor een artikel in Het Laatste Nieuws mijn rijexamen opnieuw af. Ik was maar net geslaagd. Ik maakte enkele basisfouten: zo rij ik al drie decennia met één hand, de linker, terwijl de rechter in stand-by blijft om dringend te schakelen waar nodig. Mag niet: handen in 10 over 10-stand (of 10 voor 2, zo u wil). Ik rij ook meestal net iets te snel, als de omstandigheden het toelaten: weinig verkeer, droog wegdek, 100 procent nuchter. Ik doe 130 waar 120 mag, 80 waar 70 mag, 60 waar 50 mag, hou me wel aan de strenge limiet in Zone 30. Ik herinner me nog dat een glaasje op dertig jaar geleden best stoer oogde. Dat doe ik niet meer. Onverantwoord, dom, kortzichtig. Niemand is Superman achter het stuur. Velen denken dat, helaas, wel.

Er staan steeds meer kruisjes onderweg, of ze vallen beter op dan voorheen. Er rijden steeds meer wagens rond. We rijden ons compleet vast en als er dan eens geen file is, gebruiken heel wat chauffeurs hun zware rechtervoet. Supermannen die zichzelf overschatten, die hun rempedaal vergeten staan, die in de krant gelezen hebben dat er weer een dode is gevallen maar blijven denken dat het hen nooit zal overkomen. Boem. Dan sta je daar en moet je in een flits beslissen wat je doet. Niet dat ik wakker lig van het lot van die kl***zak die eergisteren een 15-jarig meisje dood reed. Zijn advocaat: “Mijn cliënt is er zwaar van aangedaan, hij heeft al twee nachten niet geslapen”. Het zou er nog aan mankeren! De familie van het slachtoffer zal nog jaren moeite hebben om in te slapen. Had die advocaat dan gedacht dat zijn cliënt bij het wegrijden “Waar is da feestje? Hier is da feestje!” had gezongen?

***

Ja, we moeten strenger optreden tegen verkeersovertreders en dan zeker de recidivisten onder hen. Pretbedervers die desnoods zonder rijbewijs op pad gaan, want wie kan hen wat maken? En dat is net de essentie: wie kán hen wat maken? Wie maakt hen wat? Bellen achter het stuur mag niet, maar ik zie heel vaak mensen die de gsm aan hun oor houden terwijl ze ondertussen tussen de andere auto’s laveren. Er ging worden opgetreden tegen middenvakrijders: ik zie er steeds meer rondrijden. Chauffeurs die vanuit hun eigen Grote Gelijk doen wat ze al jaren doen of wat ze uit balorigheid net zijn beginnen doen: hun eigen verkeersreglement toepassen. Er zal iets gedaan worden aan alcoholmisbruik, alweer!, terwijl de zware gevallen ongetwijfeld weer buiten schot zullen blijven. Die rijden namelijk zelden rond op ogenblikken dat de politie controles houdt, zo ergens tussen acht en middernacht, want ze mogen vooral geen overuren maken.

Gisteren zag ik nog een chauffeur die op een lang recht stuk en met de koplampen van een tegenligger in de verte, zonder te kunnen inschatten hoe snel die wagen reed, twee auto’s en een vrachtwagen voorbij scheurde. Autorijden is een vorm van Russische roulette geworden voor sommigen: als er maar één kogel zit in de revolver, maak je vijf kansen op zes om het er levend vanaf te brengen. Ik geef toe: de agressievelingen wens ik bij tijd en wijle een stevige lantaarnpaal toe. Geen boom, nee, daarvoor ben ik een te groene jongen.

Er heerst totale anarchie op onze wegen. Ik zou het al prettig vinden mocht de overheid de bestaande wetgeving strikt laten toepassen, in plaats van telkens weer nieuwe clausuletjes toe te voegen aan de verkeerswet. En laat die controles alstublieft gebeuren op momenten dat er het meeste risico op zware ongevallen is. Spreek strengere straffen uit: neem rijbewijzen af voor het leven, sommige mensen horen gewoon niet thuis in het verkeer. Weg ermee!