Er was een tijd dat de bomen tot in de muziekhemel groeiden
voor jonge, beginnende bands uit Antwerpen en wijde omgeving. Terwijl Vlaamse
schlagerzangers dank zij de komst van VTM en het memorabele programma Tien om te Zien de tijd van hun niet meer
zo jonge leven hadden, kregen ook alternatieve bands plots volop kansen van
platenlabels.

Het waren de glorieuze jaren negentig, waarin de economie
het goed deed, er nog volop cd’s werden verkocht, het internet alleen door een
paar bevoorrechte nerds in het
Amerikaanse leger werd gebruikt en de uitvinding van de gsm tot ‘Eureka’-geroep
leidde in Finse laboratoria, al konden ze dat toen nog niet sms’en naar de rest van de wereld, want die
functie kwam pas later. Een telefoon, dat diende nog om mensen mee op te
bellen.

dEUS plantte twee voeten met veel gedruis op aarde, in hun voetsporen volgden spin-offs als Moondog Jr. (het latere Zita Swoon) en
Flowers for Breakfast. Uit het Waasland kwam Hooverphonic aangestoven. Dead Man
Ray zat al te wachten in de benevelde koker van Daan Stuyven. En er was ook volop
plaats voor groepen die in geen enkel hokje pasten. Eén ervan was Die
Anarchistische Abendunterhaltung, een kwartet dat zijn naam had geleend van Herman Hesses roman De Steppewolf uit 1927. Het klonk
alleszins voldoende arty farty om de
aandacht te trekken.

De eerste cd van Die Anarchistische Abendunterhaltung, uit
1995, was titelloos. Op de hoes stond de naam van de groep en de Duitse tekst
‘magisches theater / eintritt nicht für jedermann / nur für verrückte /
eintritt kostet den verstand’. Een statement: wie deze cd oplegde, dreigde zijn
verstand te verliezen. Iets voorzichtiger uitgedrukt: wie naar de cd luisterde,
wist niet wat hij hoorde. Of wat hij zag, want in het cd-boekje poseerden twee
van de vier mannelijke groepsleden frontaal naakt. Wanneer de cd enkele jaren
later opnieuw werd uitgebracht, was het artwork
door Sony zedig vervangen. Tijden veranderen, nieuwe kuisheid kwam uit de niet
zo vrijgevochten Verenigde Staten en andere conservatieve contreien overwaaien.

Zes nummers stonden er op dat debuutalbum. Vijf ervan kregen
de titel Drieslagstelsel mee, de
zesde track heette Doorloop (+
traditional)
. Om maar te zeggen: hier werd moeilijk gedaan. Die
Anarchistische Abendunterhaltung viel ook niet in een hokje te vatten en werd door
recensenten gemakshalve omschreven als een mengeling van pop, rock, folk en
klassieke muziek. Hier en daar viel de algemene en nietszeggende classificatie
‘Wereldmuziek’. Mij leek de originele combinatie van klarinet, viool, cello en
accordeon eerder aan te sluiten bij de principes van de free jazz. Niet zo
vreemd in Antwerpen, want het jaarlijkse Free Jazz Festival in de King Kong was
toen behoorlijk invloedrijk en bracht er vele jonge muzikanten toe om dan toch maar de
stap te zetten naar het podium.

Live was Die Anarchistische Abendunterhaltung in haar
beginperiode een belevenis. Wild, opwindend, spannend, soms ook storend en
irritant, uitdagend. Het leek wel alsof de vier muzikanten elk in hun eigen
wereld vertoefden. Je hoorde Argentijnse tangoklanken, bebop, klassiek en rock
door elkaar. Intens, vaak zelfs vermoeiend, maar ongemeen boeiend. Zonder
tekst, zonder zang, een concert van deze band slorpte al je concentratie op. En als je goed luisterde ontwaarde je bloedmooie songs middenin de chaos.

Omdat Die Anarchistische Abendunterhaltung niet echt vlot
bekte, werd de groepsnaam al snel afgekort tot DAAU. De lekkere jaren negentig
gingen over in het doemdenken van de nieuwe eeuw en het nieuwe millennium
(9/11!). En DAAU vond dat commerciële label Sony niet meer zo interessant en
ging platen uitbrengen bij het petieterige Radical Duke. Zonder succes, want
het opwindende gevoel van ‘Alles kan en alles mag’ uit de nineties was compleet verdwenen.

Van de originele bezetting blijven vandaag nog accordeonist
Roel Van Camp en klarinettist Han Stubbe over. De broers Lenski werden
vervangen door Hannes D’Hoine op contrabas en Jeroen Stevens op drums. De wilde
mix van stijlen heeft plaats gemaakt voor meer intimistische, zachtere muziek.
Mààr, driewerf helaas, ook de opwinding is weg.

DAAU anno 2013 heeft een nieuwe cd uit, Eight Definitions, die woensdagavond werd voorgesteld voor een halfvolle (of halflege?) Blauwe Zaal van deSingel. En
dat klonk nogal vervelend en inspiratieloos, zeker als er ook flarden uit oude
nummers werden gespeeld. Dat contrast was enorm, om niet te zeggen schrijnend.
Het anarchistische is helemaal weg, in de plaats kwam een klein beetje
avondlijk vermaak, maar veel te weinig om je aan je stoel gekluisterd te
houden. Het publiek amuseerde zich nog het meest met de schaarse gortdroge aankondigingen door de drummer.

Heel af en toe weerklonk er nog de aanzet van een
ondefinieerbare song die zich als een potentiële muzikale dwarsligger
manifesteerde, maar veel te weinig om van een boeiend concert te kunnen
gewagen. Jammer. Ik had de hele tijd het gevoel dat ik naar een spin-off van DAAU zat te luisteren:
Die Conformistische Abendunterhaltung.