Terugblikkend op het bijna afgelopen jaar en zoekend naar de
persoon, gebeurtenissen of trend van het jaar, kom ik onvermijdelijk uit bij
“polarisatie”. 2012 is bij uitstek het jaar geworden waarin er in de samenleving niet
meer naar elkaar werd geluisterd en waarin het eigen “Grote Gelijk”
primeerde boven dialoog en consensus.

De Wever vs. de rest

Bij ons werd het een ongenadige verbale strijd tussen Bart
De Wever en de andere Vlaamse partijen, Bart De Wever en de PS, Bart De Wever
en de culturele elite, Bart De Wever en zichzelf, want de voorzitter/toekomstige
burgemeester blijft zich ondanks frappante opeenvolgende
verkiezingsoverwinningen gedragen als een Calimero. ‘Ik is klein en zij zijn
groot.’

Hij vergeet dan dat hij en zijn partij, N-VA, inmiddels
veruit de grootste zijn in Vlaanderen. N-VA verzilverde het eclatante
verkiezingssucces op heel wat plaatsen; als kers op de Vlaams-nationalistische
taart werd her en der zowaar een schepen van Vlaamse Zaken geïnstalleerd en
zullen er binnenkort meer Vlaamse leeuwen te bewonderen vallen in het
straatbeeld. Maar eens een underdog, altijd een underdog, blijkt een hardnekkig
gegeven voor De Wever en de zijnen.

De tegenstanders van De Wever verkrampen eveneens. Omdat ze
maar geen verklaring vinden voor de successen van N-VA en daardoor ook geen dam
kunnen opwerpen tegen de doorbraak, vermeien ze zich met zure opmerkingen en
gratuite kritiek op De Wever. Vergelijkingen met de jaren dertig zijn niet uit
de lucht, zelfs de koning had het er in zijn kerstboodschap over. ’s Lands
vorst zal die faux-pas, een gevolg van een pas-de-deux met Di Rupo, nog een
tijdje aangewreven worden.

Eigen gelijk is groter dan staatsbelang

Ook in het buitenland merk je die verscherping, verzuring en
onverdraagzaamheid in de onderlinge verhoudingen. De aanloop naar de
Amerikaanse presidentsverkiezingen was een verschrikking. Meer dan ooit werd er
op de man gespeeld, door beide kampen. En omdat het volk de politici dwong tot
een spagaat, met een democraat in het Witte Huis en een republikeinse
meerderheid in het Huis van Afgevaardigden, kreeg je de jongste weken een fel
gemediatiseerd debat rond het opstellen van de begroting, waarbij de fiscal cliff, en de feitelijke
onbestuurbaarheid van de USA, als een zwaard van Damocles boven de ruziënde
politici hing. Het eigen gelijk is belangrijker geworden dan het staatsbelang.

De Franse presidentsverkiezingen gaven ook zo’n
onoverbrugbare meningsverschillen weer, terwijl een goedwerkende democratie
niets anders is dan een georganiseerd meningsverschil. Helaas: andere meningen
worden niet meer getolereerd, alles is zwart/wit geworden. ‘In deze ruwe tijden
is nuance het nieuwe zwart,’ noteerde De Morgen-journalist Bart Eeckhout dit
weekend nog in een zeer lezenswaardig opiniestuk.

De jaren ’30

Polarisatie, dus. Omdat we niet meer willen overleggen.
Omdat we het conflictmodel prefereren boven het consensusmodel. Omdat we het
tegenwoordig belangrijker vinden dat we gelijk halen, dan dat we gelijk hebben.
In die zin is een vergelijking met de jaren dertig niet eens zo gek. Ook toen
leidde een economische crisis tot uitzichtloosheid en tot drastische
pseudo-oplossingen die de hele wereld in een waanzinnige oorlog stortten. Als
de koning dàt bedoelde met zijn uithaal naar het populisme van toen, heeft ie
zelfs gelijk. Alleen heb ik een sterk vermoeden dat hij, met de hulp van de
premier, toch vooral de Vlaamse winnaar van de verkiezingen wilde treffen.

Het is op zijn minst opmerkelijk te noemen. Ons politieke
landschap wordt hoe langer hoe meer versnipperd, wat veronderstelt dat er juist
méér overleg zou moeten zijn en dat er meer water in de wijn moet worden gedaan
om het democratisch bestel overeind te houden. Het tegenovergestelde gebeurt.
Overleg is out, zonder enige
toegeving voet bij stuk houden is de boodschap.

2012: het jaar van de polarisatie. Prettig is anders,
optimistischer word je er niet van. Mààr, en dat leert de geschiedenis ook: er
is altijd hoop.