65 jaren op de teller, 41 jaar ervaring in de journalistiek. De 29 dagen die februari dit jaar telt, keer ik even terug in de tijd met journalistieke bijdragen van mijn hand. Werk voor radio of televisie komt helaas niet aan bod. Niet chronologisch, maar kriskras grasduinend door wat met enige zin voor overdrijving een journalistiek oeuvre zou kunnen genoemd worden. Vandaag bijdrage 28, de voorlaatste.
Ik mocht voor De Morgen geregeld een bijdrage publiceren in de rubriek ‘Blik op België’. Kleine observaties van vierduizend tekens over het kleinere nieuws, ver van de gekke wereld. Ik vind van mezelf dat ik minder geschikt ben voor het korte werk, maar over deze bijdrage over de Antwerpse begraafplaats Schoonselhof, verschenen op 31 oktober 2022, de dag voor Allerheiligen, was ik best tevreden. Nu u nog.
***
Pardoes op de grafsteen stappen van Gerard Walschap in het Schoonselhof
***
Tranen biggelen uit de hemel wanneer ik het Schoonselhofbetreed. Ik heb Père Lachaise bezocht, in Parijs, en de Joodse begraafplaats in Praag, maar nooit eerder wandelde ik rond op dit indrukwekkende kerkhof in Hoboken, wat voor een geboren Antwerpenaar niets minder dan een schande is.
Sinds 1921 is dit de plek waar le tout Anvers ooit wil eindigen — het liefst niet te vroeg. Premiers, ministers, burgemeesters, andere hoogwaardigheids- bekleders en vooraanstaande burgers, maar ook de gewone Antwerpenaar: ze vonden hier allemaal hun laatste rustplaats. Ik ga er op zoek naar de graven van een handvol schrijvers. Kraaien zorgen voor de gepaste soundtrack, ze maken er zowaar een nog luguberdere plek van. “’t Is hier groot”, waarschuwt de medewerkster die me een handige plattegrond meegeeft. Een understatement van formaat. Pas na twintig minuten flink doorstappen arriveer ik in een statige wandellaan naast perk U, waar een monumentale grafsteen eer betoont aan de man die zijn volk leerde lezen, Hendrik Conscience (1812-1883). De schrijver van De leeuw van Vlaanderen wordt er bewaakt door een bronzen leeuw, hoe kan het anders.
Op de bijzonder informatieve website van Schoonselhof verneem ik dat er in september 1883 uit elke Vlaamse provincie een schop aarde op de kist werd gestrooid, zodat Conscience kon rusten onder een laag gemeenschappelijke Vlaamse grond. Ha, identiteit!
Café De Raaf finaal gesloten
Op ereperk R vind ik een favoriete schrijver terug. “Hier dwaalt J.M.H. Berckmans in de grauwzone van Barakstad”, staat er te lezen. Aan de voet van de schijnbaar argeloos opgestapelde zwarte stenen liggen enkele lege blikjes pils en al even lege flessen wijn en champagne, als om te benadrukken dat Jean-Marie Berckmans (1953-2008) in zijn laatste levensjaren in de duistere marge van het bestaan vertoefde. Door deze ietwat vreemde hommage wordt Berckmans zo’n beetje de Jim Morrison van het Schoonselhof. Zou de auteur van Café De Raaf nog steeds gesloten weten dat zijn officieuze verblijfplaats van weleer inmiddels definitief dicht is?
“Daar moet je vandaag voor zorgen, voor sterfelijkheid”, geeft Herman de Coninck (1944-1997) mee aan de passanten. De dichter zeeg op zijn 53ste neer op een trottoir in Lissabon. Zijn kleurrijk grafmonument steekt schril af bij deze zwart-witte omgeving met dat grijze wolkendek erboven. De Coninck schreef in 1980 in de dichtbundel Een klank van hobo een toepasselijk gedicht over een begraafplaats. “Op dit kerkhof lijkt de dood zelfs op haar beurt gestorven, / de zerken op hun beurt begraven, onder gras / dat leeft en vrolijk overleeft / op grond van wat er destijds was. / Heden en verleden ontmoeten / elkaar hier op elke hoek, en dan groeten / ze, deftig comme il faut, / Heden en Verleden, van de firma Tijd en co.”
‘Dag mensen, dat ’t welga’
Pardoes stap ik, aangekomen op perk N, op de grafsteen van Gerard Walschap (1898-1989). Nu ik toch oneerbiedig ben, veeg ik dan maar meteen ook de neergedwarrelde herfstbladeren opzij, zodat zijn naam leesbaar wordt. Alles voor de foto. Verschoning! En de schrijver van Houtekiet was dan nog zo vriendelijk om ons, eenvoudige stervelingen, te begroeten met een vriendelijk “Dag mensen, dat ’t welga”. Ach ja, Walschap wist het al bij leven, “de mens, ge kunt gij daar niet aan uit”.
Verder op dit ereperk kijken twee Grote Schrijvers voor eeuwig op elkaar uit. Links van mij — Boem Paukeslag! — de expressionistische dichter Paul van Ostaijen (1896-1928), rechts reclameman Alfons de Ridder (1882-1960), die als Willem Elsschot een onvergetelijk oeuvre naliet. Ik zou beide literaire reuzen het liefst omarmen en danken voor zoveel moois, maar tussen droom en werkelijkheid staan wetten in de weg en praktische bezwaren.
Bij het verlaten van het perk ontdek ik op het graf van ‘letterkundige’ Roger van de Velde het opschrift “Recht op antwoord, recht op leven”, maar de tand des tijds heeft de ‘l’ doen verdwijnen, waardoor dit ongewild een perfecte omschrijving wordt van de tijd die ons gegund is op aarde: recht op even.
Schoonselhof (Krijgsbaan 100, Antwerpen) is dagelijks toegankelijk van 8 tot 17.30 uur (van april tot oktober tot 20 uur). schoonselhof.be