The Last Blogpost.

Denk er in de verte trompetgeschal bij, u hoeft er zich niet eens voor te verplaatsen naar Ieper. En maak u vooral geen zorgen, beste lezer die inmiddels drie zinnen gevorderd is in dit stukje. Het gaat op alle vlakken goed met mij: veel en vooral prettig werk, gezond, warme thuisomgeving, fijne (maar helaas steeds kleiner wordende) familie.

En toch is dit een afscheid. Nadat ik vorige zomer al Instagram had afgesloten — wat zat deze zestigplusser eigenlijk op dat medium voor selfisten te doen? —, heb ik de afgelopen week ook LinkedIn vaarwelgezegd. Waarom zou ik daar nog blijven? Binnenkort word ik 64, dan is mijn belangrijkste bekommernis niet om werk te zoeken of geconnecteerd te blijven met de werkende medemens, maar wel “Will you still need me, will you still feed me?”. Ach, LinkedIn, ik heb me daar nooit thuis gevoeld. Is Instagram het medium van de selfies, dan is LinkedIn het medium van de geschreven autopromotie, vol berichten over hoe goed je zelf wel bent of welke nieuwe wending je aan je carrière hebt gegeven, gevolgd door collegiale schouderklopjes en hartjes. Ik had er al niets te zoeken en ik heb er zeker niets gevonden.

Morgen sluit ik, op de eerste dag van het nieuwe jaar, ook mijn Twitter-account af. Daar had ik jarenlang wel iets te zoeken, vaak vond ik er ook iets. Lol. Nieuws. Verontwaardiging. Interessante medemensen. Schoften, ja, die ook.

Op 22 oktober 2012 tweette ik voor het eerst. “Twitter = geestelijke masturbatie voor gevorderden. Ik doe mee… #Twitter”. We zijn tien jaar, twee maanden, een week, 91 likes, 17 retweets en 18 reacties later. Mijn openings- en tevens vastgemaakte tweet is godbetert 139.642 keer weergegeven. Dat zijn drie volle Koning Boudewijnstadions. Dat is bijna twee keer een volle wei in Werchter. Dat zijn zeven volle Sportpaleizen, eat your heart out, Alex Agnew! Ik heb in die tijd Twitterzalen doen vollopen en doen leeglopen, maar uiteindelijk is er altijd maar één wens: je veux de l’amour, in de vorm van likes, retweets of prettig gestoorde conversaties, nu, niet seffens, niet direct, niet subiet, niet weldra, maar nu, maintenant, tout de suite, heute nog, verdomme!

7.103 volgers laat ik verweesd achter, excuus daarvoor. 817 mensen tellen voortaan één volger minder, ook daarvoor oprechte verschoning. Ik wil niet eens weten hoeveel tweets ik heb verstuurd, hoeveel antwoorden ik heb gegeven, hoeveel likes ik heb uitgedeeld, hoeveel loeders ik heb geblokkeerd, hoeveel andere onverlaten ik op negeren heb gezet. Persoonlijke hygiëne is belangrijk, niet alleen lijfelijk, maar ook geestelijk.

Natuurlijk heeft het bereiken van mijn persoonlijke terminus op Twitter te maken met de manier waarop een walgelijke, veel te rijke, ranzige, ziekelijk excentrieke sociopaat dit medium in recordtijd naar zijn narcistische hand heeft gezet. Openlijk vrijheid van meningsuiting belijden en tegelijkertijd kritische meningen fnuiken, ik denk daar iets van. Typisch voor dictators en machtswellustelingen. Ik haat dictators en machtswellustelingen (en ik ga dat ook in mijn post-Twittertijdperk blijven doen).

Nog niet zolang geleden reageerde ik naar mensen die dit medium wilden verlaten met een bekend Frans gezegde: “Si tous les dégoutés s’en vont, il n’y a que les dégoutants qui restent”. Als de gedegouteerden vertrekken, blijven alleen de degoutanteriken over. Nu mogen anderen dat naar mij roepen. Als medeleerlingen je pesten, kan je nog altijd proberen hogerop te gaan om dit in te klagen. Maar als de leerkrachten én de schooldirecteur je beginnen te pesten, moet je ofwel ondergaan, ofwel vertrekken. Ik weiger te ondergaan. Dus vertrek ik. Ik ben niet die ene musketier die het tegen Musk zal opnemen. Tijdverlies. Bovendien: zo dapper ben ik niet. (En, neen, ik verhuis niet naar Methadon-of-hoe-heet-dat-ander-sociaal-medium-ook-alweer? Ik houd niet van ruziemaken, maar ik houd evenmin van Kumbaya in conflictueuze tijden. Misschien houd ik het wel vol om geregeld op zondag een Spotify-lijst samen te stellen, we zullen zien.)

Heel eerlijk, ik word ook een beetje moe van mezelf. Altijd een mening klaar, altijd alles beter weten — wat natuurlijk zo is, maar soit —, altijd (re)ageren. De laatste maanden gelukkig al veel minder, een mens heeft maar zoveel uren in een dag en er zijn nog zoveel interessante(re) dingen te doen. Ik word nog moeër van alle anderen. En ik word het ‘moest’ van de toenemende polarisatie, die nergens naartoe leidende betweterigheid, de uitzichtloze discussies-om-de-discussie. Heel lastig wanneer je zelf alles beter weet, dat zult u wel begrijpen. Smiley.

Ik maakte mezelf ook wijs dat ik op Twitter zat om bij te leren en geïnformeerd te worden. Die woordspelletjes, och ja, tijdverdrijf kan geen kwaad. Tot ik de tijd zoveel begon te verdrijven, dat er geen meer overbleef. Ergerlijk, vind ik mensen die de hele tijd zichzelf zitten op te hemelen, op zoek naar virtuele schouderklopjes, hartjes en duimpjes, tot ik besefte dat ik in iets mindere mate — iets! — krek hetzelfde beoogde: virtuele schouderklopjes, hartjes, duimpjes. Ik werd wat ik haatte, een crowd pleaser.

Heel wat leuke mensen laat ik hier achter. Veel dank dat ze mijn dagen wisten op te fleuren en op te luisteren met interessante (en soms ook volkomen overbodige maar toch wel aardige) weetjes, informatie, grappen & grollen. En hun menselijke warmte. Zij moeten me maar opzoeken in dat andere evil empire, Facebook. Daar zal ik vanaf nu mijn ochtendlijke verjaardagsposts deponeren en mijn avondlijke afscheidsmoment koesteren. Tot ook daar een potentaat de boel overneemt. Ik bedoel: een ergere potentaat dan Zuckerdinges.

In één beweging ga ik ook mijn blog on hold zetten, maar u blijft welkom om recente en oudere posts te lezen, of te herlezen, gesteld dat u masochistische neigingen zou hebben. Ik blijf achter de meeste standpunten staan. Ik heb gepoogd nuance en duidelijkheid in de verwoording te harmoniëren. Ik heb geregeld gechargeerd, zo werkt dat nu eenmaal met columnachtige bijdragen.

1167 blogposts heb ik in tien jaar tijd geproduceerd. Dat zijn er gemiddeld 117 per jaar. Dat is er een om de drie dagen. Slik! Al dient gezegd dat ik vooral in de beginperiode, toen ik nog op zoek was naar betaalde werkopdrachten, heel actief was, met soms zes stukken per week. Te gek. (Echt: té gek!) Voor wie ik het deed? Voor u, uiteraard, beste lezer die inmiddels tientallen zinnen gevorderd is in dit stuk. Maar in de eerste plaats toch voor mezelf: ik had iets te zeggen (dacht ik), dus deed ik dat ook. Enige pretentie is mij niet vreemd. Voor wie ik onbewust geschoffeerd mocht hebben: het spijt me. Voor wie ik bewust geschoffeerd heb: goed zo, dat was ook de bedoeling.

Maak er een fijn 2023 en een nog fijner rest van uw leven van, beste lezer die bij het slot van mijn epistel is aanbeland. Veel dank, veel respect, veel liefs. Insert: emoji met de gevouwen handjes.

(Frank Van Laeken has just left the Twitter building.)