Nee, ik zou
niet kijken dit keer. Niet dat ik De mol
destijds een waardeloos tv-programma vond, wel integendeel. Drie seizoenen lang zat
ik aan het scherm gekluisterd. Maar er is een verschil tussen de allereerste
uitzending van Sinterklaasavond 1998, de voorlopig allerlaatste van 16 maart
2003 en vandaag. Toen was reality tv
uitzondering, nu is het regel. Toen werd het scherm nog niet overbevolkt met opvallende
onbekenden en BV’s van het zevende knoopsgat, nu wel. Toen vonden we het een
verademing dat er gewone luitjes op televisie hun ding kwamen doen, in 2016 ben
ik al die aandachtshoeren kotsbeu.

Máár, ik
programmeerde toch maar voor alle zekerheid de digicorder. En ik keek, zij het
schoorvoetend, drie dagen later naar die eerste aflevering van de nieuwe De mol. Niets anders te doen, bedacht ik
voor mezelf als excuus, ook al vroeg niemand erom. Ik keek en… ik was
verkocht. En dus heb ik nu al drie afleveringen gekeken naar De mol en zal ook maandag de digicorder
overuren draaien, zodat ik ’s anderendaags met uitstel kan kijken.

Ik vroeg me
af: hoe kan dat? Hoe kan een intelligente man — beetje intellectueel, beetje
wereldvreemd, beetje elitair, gelukkig geen beetje Jan De Cock — wekenlang met
plezier kijken en actief nadenken over wie van het gezelschap de saboteur is?
Ik denk dat ik het antwoord weet: omdat De
Mol
Het Leven zelf is. Kijk om je heen: overal zie je wel een mol
rondlopen, iemand die bewust de boel saboteert om er zelf beter van te worden. Of
beter: je ziet hem niet of veel te laat, hij gaat ondergronds en pas veel later heb je door wat
voor vieze rol hij (of zij) heeft gespeeld. Dat heb je niet met pakweg Temptation Island: testosteronhaantjes
ontmoeten bimbo’s, dat is uitlachtelevisie, en voor de deelnemers een
gelegenheid om eens goed van bil te gaan voor een paar honderdduizend voyeurs.
In tegenstelling tot dat wangedrocht is De
mol
serene televisie met een avontuurlijk tintje. Er gebeurt van alles, dat
wel, het spelelement is permanent aanwezig, maar kandidaten worden niet
uitgelachen, in de zeik gezet, gekleineerd, tenzij dan voor het spelletje.

Ik ben oud
genoeg om al vele mollen in deze samenleving te kunnen aanwijzen. Mensen met
een nauwelijks verborgen agenda, querulanten, egoïsten die saboteren om het
plezier van de sabotage. Maar als je goed kijkt, zie je in je omgeving ook de
streber, die ten koste van alles wil winnen. De achterbakse, die combines sluit
en goed moet bijhouden welke afspraak hij met wie heeft lopen. De
levensgenieter, die niets wint behalve misschien wel het plezier om te leven.
De loser, die gewoon maar wat meedoet om de groep aan te vullen. De zorgzame,
die oprecht bekommerd is om het welzijn van zijn medespelers, ook al betekent
dit dat hij zelf allicht niet zal winnen. De roekeloze, die het avontuur op
zich als doel ziet.

Dat alles
en nog veel meer zie ik in De mol. Zelf
zou ik dat nooit kunnen zijn, de mol. Kan niet liegen, en als ik het probeer
val ik onmiddellijk door de mand. Houd niet van psychologische spelletjes, en
daar draait het allemaal om in dit spel. Stel altijd het belang van het team
voorop, en dat is nu net het tegenovergestelde wat een mol moet doen. Al zullen
sommige ex-collega’s mij mollenstreken verwijten, ze dwalen: ik heb altijd de
lange termijn én het team vooropgesteld. Daardoor was ik een buitenbeentje in
het management van de organisaties waar ik heb rondgelopen en waar winstbejag
op korte termijn en ‘politieke’ spelletjes schering en inslag waren. Let wel,
ik ben allesbehalve een heilige, maar ik zou nooit een mol kunnen zijn.

De mol levert iedere maandag een dwarsdoorsnede van
de samenleving: zowel de Vlaamse, als eender welke maatschappij op deze
aardbol. En het knappe is dat in deze tijden van opdringerige sociale media, het nog altijd niet uitgelekt is wie het is. Ik hoop dat dit negen afleveringen
wordt volgehouden.

***

O ja, Hanne
is de mol. (Mijn eerste favoriet was buschauffeur Marc, maar die viel al na
twee afleveringen af, omdat hij die uitstap naar Argentinië puur als een
vriendschappelijk spelletje zag, terwijl ik dacht: hé, deze mol speelt het héél
slim, door zo nonchalant rond te lopen. Quod non, dus.) Hanne is ook zo’n type dat uitermate vriendelijk en
teamgericht lijkt, maar de boel onder controle houdt en zich heel gewiekst
binnen de groep begeeft. Cathy, Gilles, Issabel en Thibaud willen absoluut het
spel winnen, Bruno en Stijn amuseren zich kostelijk, Manuella, Marc en Ruth
deden ook gewoon mee voor de fun. Maar
ik kan me vergissen: ik heb niet altijd de mollen in mijn omgeving tijdig
ontdekt. Ik blijf dus kijken.