De kiezer is een vreemd wezen. Laten we hem ‘hem’ noemen,
want aan de resultaten te zien kiest ‘hij’ nogal stoer, kordaat, recht(s) voor
de raap, kortzichtig, kortom: mannelijk. Hij heeft bepaald dat er aan het eind
van een lange, bitsige, soms ronduit Amerikaanse campagne twee grote tendensen
zijn. Eén, N-VA wint. Om het met een Frans adjectief te zeggen: eclatant. Twéé,
en een beetje onderbelicht, de Vlaamse tripartite in de federale regering wordt
niet afgestraft, integendeel, ze groeit met twee eenheden en heeft – in tegenstelling
tot de voorbije tweeëneenhalf jaar – een meerderheid langs Vlaamse kant. De
kiezer zegt dus tegelijkertijd ‘Ik wil grote verandering!’ en ‘Goed gedaan,
jongens!’. Schizofrener kan haast niet. Geraak daar maar aan uit.

N-VA is aan zet. Op Vlaams niveau zal er al wel gebeld zijn
tussen de grote tenoren (zoals die ‘toevallige’ ontmoeting op een Antwerps
caféterras van Bart De Wever en Kris Peeters, gisteren kort na de middag, in
volle stembusgang, ook ‘getelefoneerd’ en eigenlijk zwaar misplaatst was). Op
federaal vlak is het de koning die het initiatief moet nemen, maar ook die kan
niet buiten de N-VA om: in 2010 was het verschil tussen de Vlaams-nationalisten
en de Waalse sociaal-democraten welgeteld één zetel, nu is dat opgelopen tot
negen. De Wever wou de grootste hebben, wel, hij heeft ‘m.

Welke mogelijkheden heeft de N-VA? Op Vlaams niveau is er
een ruime meerderheid samen met de CD&V, op federaal niveau ook trouwens.
Maar omdat er geen Waalse tegenhanger van N-VA is, moet er naar Waalse
bondgenoten worden gezocht. Niet simpel, na al dat schofferen van de Walen door
De Wever en met dat onmiskenbare basisprincipe in artikel 1 van de
N-VA-statuten, wat op termijn tot Vlaamse onafhankelijkheid moet leiden. Wat
eventueel zou kunnen: een federale regering met N-VA, CD&V, MR en CDH. Die
heeft een meerderheid (79 zetels op 150), maar wel een minderheid in Wallonië
(28 op 61). Zelfs met de FDF erbij, goed voor twee zetels, kom je nog niet aan
een meerderheid. (En ziet u FDF écht aan één tafel zitten met de N-VA-delegatie?) Het zootje ongeregeld dat Parti Populaire heet (1 verkozene) is
geen optie, net zomin als de extreem-linkse PTB (de Waalse afdeling van PVDA+).
Blijft… de PS (en het ‘model’ dat die partij aankleeft). Ook dat zal niet
direct gebeuren. Tja, probleempje…

Bovendien: MR zal eisen dat Open VLD bij de onderhandelingen
betrokken wordt en Open VLD zal vervolgens ook graag op Vlaams niveau worden
uitgenodigd voor formatiegesprekken. Als dat allemaal lukt en goed afloopt,
blijft er de kwestie van die Waalse minderheid, met de bijkomende vraag hoe dat
dan zit met de samenstelling van een Waalse regering, waar Charles Michel al
heeft aangegeven dat hij voorstander is van een symmetrische oplossing:
dezelfde partijen vertegenwoordigd federaal en Waals. De PS blijft over de
taalgrens ‘incontournable’, ondanks een significant verlies.

Een ander obstakel voor N-VA is de, nogal misplaatste,
triomfalistische houding van CD&V. Die haalt net wel (Vlaams Parlement) en
net niet (Kamer) de vooropgestelde 20 %, maar zit in een machtige positie. Ik
schreef het eerder al dat de christen-democraten wellicht de sleutel in handen
zouden krijgen en dat werd gisteren bevestigd. CD&V hoeft geen initiatief
te nemen en kan veel meer eisen dan waar het procentueel recht op heeft. Wie
weet: het behoud van het minister-presidentschap voor Kris Peeters. Zo gaat dat
nu eenmaal in een representatieve democratie: ‘the winner doesn’t take it all’.
De winnaar moet meer van zijn programmapunten inleveren dan de partijen die hij
nodig heeft om samen een regering te vormen. Zoals oude rot in het vak Freddy Willockx het gisteren tegen mij zei in de studio van TV Oost: “Dit verzwakt de onderhandelingspositie van N-VA”. Een dag later ging Herman De Croo nog een stapje verder: hij noemde De Wever een hype, zoals Verhofstadt, Stevaert, Leterme en Dedecker dat in het recente verleden waren. En hypes, dat is bekend, gaan drie tot zes jaar mee, daarna is het over en uit. De Wever is nu aan zijn vierde succesjaar bezig.

Daar waar Bart De Wever zo snel mogelijk een Vlaamse
coalitie wil vormen (een beetje doorzichtig, want dan kan ie federaal desnoods
voor de verrottingsstrategie kiezen en zo aantonen dat ‘het land België’ niet
meer functioneert), liet CD&V-voorzitter Beke gisteravond al verstaan dat
wat hem betreft beide niveaus gelijktijdig moeten behandeld worden, misschien zelfs het federale eerst. In
schaaktermen: De Wever schaak gezet nog voor het spel goed en wel begonnen is. Want de terugvalpositie van CD&V (een tripartite op beide niveaus, met Kris Peeters als Vlaams minister-president) klinkt wel bijzonder aanlokkelijk voor die partij.

De verkiezingsuitslag laat dus meer toe dan vier jaar
geleden en een impasse van 541 dagen lijkt op het eerste gezicht niet nodig,
gezien die Vlaamse meerderheid van de drie traditionele partijen op federaal niveau. De reële en democratisch
zelfs toelaatbare mogelijkheid van een voortzetting van de tripartite moet een verschrikkelijk puntige doorn in het oog zijn van de doorgewinterde strateeg die De Wever is. Benieuwd met welke
Latijnse spreuk hij deze situatie zal omschrijven.

Ik vond het een boeiende zondag. Niet dat ik blij ben met
dit resultaat, maar de kiezer – u weet wel: dat schizofrene kereltje uit de
eerste paragraaf – heeft nu eenmaal deze kaarten gelegd. Aan N-VA om er
voorzichtig een huisje mee proberen te bouwen. Hamvraag is of De Wever van zijn
kritische en hongerige achterban voldoende onderhandelingsmarge krijgt om
sommige principes op te offeren. Interessant toch, die democratie!