Wat verbindt ons nog?
Rond de jaarwisseling verlaten professionele en
amateuristische trendwatchers hun spelonken om ons op te zadelen met
voorspellingen voor het nieuwe jaar. Meestal overstijgen die het niveau van
Madame Soleil niet. De Nederlander Adjiedj Bakas van Trendoffice Bakas verwachtte
dat vrouwen in 2013 meer macht zullen verwerven, zowel thuis als op het werk.
We zullen berusten in nivellering, volgens Bakas.
‘Mensen zoeken weer een hondenmand,’ orakelt hij verder op
de site Marketingfacts.nl. ‘Voor veel mensen is de wereld te groot en te
anoniem geworden, ze zoeken weer een hondenmand om zich kwispelend in terug te
trekken. Weg steriele interieurs, terugkeer gezelligheid, Hollandse pot,
economisch nationalisme, regionale hechting, tv-programma’s die Hollandgevoel
stimuleren en mensen die weer samen gaan koken. Eten van het seizoen en van de
streek.’
Wat Bakas voorspelt, is eigenlijk wat er bij de verkiezingen
van 2010 en 2012 in Vlaanderen al gebeurd is. Bart De Wever heeft de kiezer een
‘hondenmand’ aangeboden, waarbij het ‘economisch nationalisme’ en de ‘regionale
hechting’ van de N-VA de leidraad moet vormen voor huidige en toekomstige Vlaams-nationalistische
successen. Maar waar blijven de andere hondenmanden?
Nood aan een verhaal
CD&V, Open VLD en sp.a worstelen met zichzelf. Ze gaven
alle drie toe dat ze nood hebben aan een coherent en uniek verhaal. Politiek
commentator Steven Samyn vond in De Morgen dan weer dat er een gebrek aan
geloofwaardigheid is. Hoe je het ook noemt, feit is dat de zogeheten
“traditionele” partijen vandaag nog maar een fractie van hun
kiezerspotentieel van weleer aanspreken.
Toch blijven ze zich vaak gedragen alsof er niets veranderd
is. Denk aan de houding van de CD&V-verkozenen in de Arco-affaire; dat had
wel heel veel weg van de attitude van hun voorgangers toen er nog smalend werd
gesproken over de “CVP-staat”. Open VLD kreeg een klets rond de oren van haar
eigen (voormalige) spindoctor, Noël Slangen. En sp.a weet helemaal niet meer
hoe te communiceren. Eerst zei voorzitter Bruno Tobback nog dat zijn partij
perfect in het midden zou gaan liggen en de thuishaven van de middenklasse
moest worden, daarna heette het dat herbronning noodzakelijk is. Intussen is de
sociaal-democratische partij haar ‘rechtse’ kiezers kwijtgespeeld aan Vlaams
Blok/Belang (en wellicht nu ook N-VA), terwijl de ‘linkse’ kiezers massaal dreigen
over te stappen naar Groen en PVDA+.
Voor veel vlottende kiezers zijn Vlaams Belang, Groen en
PVDA+ te extremistische partijen. In dit klimaat van onduidelijkheid en angst
om jezelf duidelijk te profileren werd zo het bedje van de N-VA gespreid. De
historicus in Bart De Wever heeft dat knap aangevoeld: in tijden van crisis en
chaos is leiderschap doorslaggevender dan ideologie. De populist in De Wever
slaat er zijn tegenstanders mee om de oren. De hystericus in De Wever gaat soms
te ver in zijn rechttoe-rechtaan communicatie. Dat bewees zijn reactie op de
kerstboodschap van de koning. Hij vergat even dat heel wat van zijn kiezers
koningsgezind zijn. Plus est en lui,
de meervoudige persoonlijkheden lopen elkaar soms voor de voeten bij BDW.
Nood aan ideologische
scherpte
We moeten verder, er is geen keuze. De verkiezingen van 25 mei 2014
worden vandaag al voorbereid, campagnes zijn al een tijdje geleden officieus gestart.
Het kortetermijn-denken zal vermoedelijk weer overheersen; ‘Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral’ wist Bertolt Brecht
al. Terwijl we net nu nood hebben aan een ‘Moral’, aan langetermijnvisie, aan
alternatieven. Partijen die het succes van de N-VA willen copy/pasten, zullen onherroepelijk afgaan, omdat de kiezer altijd
het origineel verkiest boven de kopie.
Er is nood aan ideologische scherpte, aan een afgebakend
verhaal, aan heldere communicatie. Die boodschap hoeft niet altijd even prettig
te klinken. Denk aan de uitspraak die Bruno Tobback, toen nog milieuminister,
in 2007 deed: ‘Bijna elke politicus weet wat je moet doen om het
klimaatprobleem aan te pakken. Er is alleen geen enkele politicus die weet hoe
hij daarna nog moet verkozen raken.’ Een bijzonder opportunistische uitspraak,
waarvan je alleen maar kan hopen dat Bruno Tobback-de-partijvoorzitter er
afstand van durft nemen.
Give the people
what they want is niet de oplossing, zolang er ter rechterzijde iemand zit
die dat veel beter kan verkopen. Uit de interviewreeks in De Standaard met de
partijvoorzitters bleek echter dat ideologische scherpte niet altijd aanwezig
is. Het blijft al te vaak bij vage, quasi-ideologische opmerkingen. De enige
die het dichtst bij een ideologisch discours kwam was… Bart De Wever.
Klare taal is nodig, dus. Maar samen met dat duidelijker
aftekenen van wat de partijen van elkaar onderscheidt, moet er ook bereidheid
tot dialoog ontstaan. Die is er vandaag nauwelijks nog. De democratie als
georganiseerd meningsverschil is in dit land zo goed als onmogelijk geworden,
een farce. De arrogantie die Bart De Wever tentoon spreidde bij de Antwerpse
onderhandelingen, was stuitend. Er moest en zou een rechts beleid komen. Zijn
spelletje blufpoker heeft dan nog gewerkt ook, omdat twee veel kleinere
partijen (vreemd dat je dat anno 2013 moet schrijven over CD&V en Open
VLD!) weinig heil zagen in een oppositiekuur, die hen richting 2018 allicht nog
meer zou decimeren.
Ook de media dragen een verpletterende verantwoordelijkheid
in dit alles. De waan van de dag regeert. Politici die een evenwichtig verhaal
hebben, komen veel minder aan bod dan populisten en roepers. Wat in de aanloop
naar de gemeenteraadsverkiezingen opviel, was dat Jean-Marie Dedecker, wiens
LDD op sterven na dood is, proportioneel meer aan bod kwam dan pakweg Groen en
Vlaams Belang. Maar ja, zo’n Dedecker heeft altijd wel een pikante uitspraak
klaar en die gaat dan vervolgens dagenlang mee in de andere media.
Journalisten draaien mee als een hamster in een rad.
Iedereen wordt opgejaagd, alles moet sneller, check-dubbelcheck is passé. Het is verbijsterend dat een paar
loze kreten op Twitter tegenwoordig volstaan om het maatschappelijke debat te doen
starten of ophouden. ‘Als we niets prettigs vinden, zullen we toch minstens wat
nieuws vinden.’ Die uitspraak is niet van mij, maar van Voltaire, een man die
in zijn tijd heel wat interessante tweets lanceerde.
Koppelteken
Wat verbindt ons nog? Welke koppeltekens plaatsen we? Hoe
zorgen we ervoor dat onze democratie zichzelf overleeft? Links en rechts zijn
op elkaar aangewezen, want het zal niet overal even eenvoudig zijn als in
Antwerpen om coalities te vormen. Over dik vijftien maanden zal iémand het initiatief
moeten nemen. Dan kun je maar beter nu al on
speaking terms zijn, want dit land (of dat nu België of Vlaanderen heet)
kan het zich echt niet permitteren om opnieuw 541 dagen te moeten wachten op de
vorming van een regering.
Toen Louis Tobback nog aan de touwtjes trok bij de SP werd
er ook op het scherp van de snee gediscussieerd en niet elke sneer was even
subtiel en doordacht, maar als de verkiezingsresultaten op tafel lagen,
keerde het realisme terug en kwam het staatsmanschap naar boven. Begin jaren
tachtig noemde oppositieleider Tobback premier Martens ooit ‘erger dan
Caligula’, maar in 1988 zaten CVP en SP wel samen aan tafel om een regering te
vormen. Die soepelheid ontberen we vandaag.
De combinatie van scherpe retoriek
en harde woorden enerzijds, en de bereidheid om over de geschillen en
verschillen in visie heen te onderhandelen met elkaar anderzijds, is wat de
huidige generatie politici mankeert. Het conflictmodel heeft het gehaald van
het consensusmodel. In de bedrijfswereld kan je je daar nog iets bij
voorstellen, maar in de politiek is het onhoudbaar, want een democratie kan
niet zonder compromissen en consensus.
Linkse intelligentsia, culturele elite, progressieve
denkers, hoe je hen ook noemen wil: ze zullen moeten leren leven met BDW en de
N-VA. Daarom hoef je het niet eens te zijn met het gedachtengoed, integendeel
zelfs. Maar je kunt niet in discussie gaan met een De Wever zonder te erkennen
dat hij één op vier (en straks misschien wel één op drie) Vlamingen achter zich heeft staan. Je kunt niet hautain
blijven neerkijken op Vlaams-nationalistische populisten, want ze hebben echt
iets te zeggen nu. Je moet de angstreflex controleren, ook al is De Wever voor
links véél gevaarlijker dan het Blok ooit geweest is. Angst is een slechte
raadgever, neerbuigendheid is dat ook.
‘Verander de wereld, ze heeft het nodig,’ zei Brecht. We
kunnen misschien beginnen in eigen land?