(Deze bijdrage verscheen maandag 29 oktober in De Standaard in de reeks ‘De Bankzitter’)

2-2. De uitslag doet vermoeden dat het bodemduel
tussen Zulte Waregem en Excel Moeskroen een lekkere wedstrijd was. Het spel
ging aardig op en neer, maar gescoord werd er alleen na individuele flaters.
Dit zijn degradatiekandidaten.

Een eenzame trommelaar en een stuk of
zeventien olé-roepende supporters, het illustreerde pijnlijk hoe voetballen
voor halflege tribunes in België klinkt. Gelukkig hebben ze in het
Regenboogstadion een overenthousiaste omroeper, die de sfeer van een halve
finale in de Champions League probeerde op te roepen. Nu nog de spelers vinden die
zijn enthousiasme oppikken.

Trainer Francky Dury probeerde het na de 0 op
24 met een 3-4-1-2. ‘Dan zouden we dit soort van patroon op het veld moeten zien’,
zei Play Sports-commentator Philippe Crols voor aanvang bij het tonen van de
tactische pancarte. In de uitspraak zaten al enige reserves ingebouwd. Best wel
een gedurfde tactiek van een geplaagde coach, trouwens, want op de flanken
stonden Bongonda en De Pauw, twee aanvallende spelers. En dat voor een elftal
dat na speeldag 11 de slechtste verdediging had, met al dertig tegendoelpunten.

Daartegenover stond Excel Moeskroen: slechtste
aanval, met nauwelijks vier doelpunten uit elf wedstrijden, waarvan slechts één
goal die er niet kwam na een stilliggende fase. Magere statistieken.

Alibi-verdedigen

Terwijl we bloednerveus werden van het
monotone getrommel, vijfennegentig minuten lang, illustreerde Bruno Godeau
waarom Moeskroen samen met Lokeren en Zulte Waregem onderin staat. De
linksvoetige centrale verdediger trapte de bal met rechts domweg in eigen doel.
Iets wat je elk weekend wel ziet gebeuren in het amateurvoetbal, maar niet zou
mogen verwachten van doorgewinterde profs in de Jupiler Pro League. Deed Godeau
dat op de laatste speeldag, dan zouden de verdachtmakingen niet van de lucht
zijn. Nu was het gewoon een lachwekkend doelpunt van een speler die werd
opgeleid bij Anderlecht, omgeleid bij Zulte Waregem, afgeleid bij Oostende en weggeleid
bij Moeskroen. Typisch voorbeeld van een hedendaagse doorschuifvoetballer.

Het tweede doelpunt van de thuisploeg kwam er
na een knappe demonstratie eentijdsvoetbal, waarna Théo Bongonda – na twee en
een half behoorlijke seizoenen in de Spaanse eerste klasse begin van het jaar weer
nedergedaald in eigen land – hard binnentrapte. De bal ging zo ongeveer door de
Moeskroense doelman Jean Butez heen. Die wisselt al weken geweldige saves af
met amechtig gegrabbel naar een schijnbaar met bruine zeep ingesmeerde bal.

Nog voor het halfuur scoorde Frantzdy Pierrot,
de Haïtiaanse spits van Moeskroen, met het hoofd tegen, tussen de ingedutte
verdedigers Heylen en Baudry in. Michaël Heylen stak nog even de hand op om
buitenspel te signaleren, wat het bijlange niet was. Net voor het uur leidde
een slechte pass van Nill De Pauw de gelijkmaker in. Pierrot kreeg aan de
overzijde veel ruimte en trapte overhoeks binnen, de eerste keer dit seizoen
dat Moeskroen twee keer scoorde. Davy De fauw en Damien Marcq hadden nog zonder
veel overtuiging een zuinig voetje uitgestoken om Pierrot af te stoppen: alibi-verdedigen.
Niet verwonderlijk dat Zulte Waregem veruit de slechtste defensie heeft.

Vrij
zonder voorwaarden

‘Aangename wedstrijd om volgen, ik denk niet
dat veel toeschouwers zich aan het vervelen zijn’, zei de wedstrijdcommentator.
Hij had gelijk, maar was gelukkig niet blind voor de afval in het spel. Positief:
vier doelpunten, een resem kansen. Negatief: veel slechte inspeelpasses,
technische fouten en klungelachtig verdedigen. Zo speel je dus nog achttien
wedstrijden met de bibber. Na het laatste fluitsignaal viel de trommelaar
eindelijk stil: boeroepers in de hoofdtribune namen het van hem over.

De 1 op 27 is geen stap voorwaarts voor Dury
en zijn manschappen. Donderdag 1 november moet het proberen kerkhofvoetbal te
vermijden tegen het sterke, maar in uitmatchen labiele Standard. Het is
moeilijk om in Zulte Waregem, in 2013 nog vice-kampioen, anderhalf jaar geleden
derde, een potentiële degradant te zien, maar dat werd vorig seizoen ook gedacht
van KV Mechelen. Moeskroen mag dinsdagavond al iets proberen te rapen tegen AA
Gent, dat gelanceerd lijkt onder de nieuwe Deense trainer Jess Thorup.

Bij de derde club met 6 punten, Lokeren, werd
trainer Peter Maes een paar uur na de inspiratieloze 0-0 tegen KV Oostende
zonder pardon ontslagen. Wat een week voor de Limburger: dinsdag vrij onder
voorwaarden na een nacht in de cel op verdenking van witwaspraktijken,
zaterdagnacht vrij zónder voorwaarden.

Makelaarsgedrocht

Vraag is of clubs als Moeskroen, Zulte Waregem
en het eveneens nabije KV Kortrijk wel kunnen overleven als profclub. Afstand
Moeskroen-Kortrijk: 13 km. Afstand Kortrijk-Waregem: 19 km. Afstand
Moeskroen-Waregem: 27,5 km. Met ook nog Club en Cercle Brugge en KV Oostende
binnen een straal van 70 kilometer weet je: dit valt economisch niet vol te
houden. Zulte Waregem speelde tot nog toe voor gemiddeld 6.606 toeschouwers, KV
Kortrijk voor 5.295 en Moeskroen 2.845. Opgeteld (14.746) zou dat allicht voldoende
zijn om een volwaardige eersteklasseclub uit te bouwen. De logica der dingen is
dat minstens een van de drie snel zou degraderen.

Laat dat dan in eerste instantie Moeskroen
zijn. Officieel eigendom van een Thaise zakenman, Pairoj Piempongsant, die al na
een half jaar af zou willen van de Henegouwse club: andere hobbyclub gevonden
in Griekenland, Panathinaikos. De eigenlijke grote baas van Royal Excel is Pini
Zahavi, een van de belangrijkste spelersmakelaars in het internationale
voetbal. Omdat een makelaar geen eigenaar mag zijn van een club, werd een
scherm opgetrokken, eerst via een Maltees fonds, nu via een omwegje naar
Thailand. Vier seizoenen eerste klasse, vier jaar degradatievoetbal met enkele
wonderbaarlijke ontsnappingen en een paar verdachte uitslagen, vier keer
ternauwernood een licentie bemachtigd, een va-et-vient van middelmatige
buitenlandse spelers, nauwelijks aanhang: wie wordt er warm van dit
makelaarsgedrocht?