Als je arts
wil worden moet je een symbolische eed afleggen die al dateert van 400 vóór
Christus: de eed van Hippocrates, genoemd naar een Griekse arts die zijn
leerlingen een belofte liet uitspreken om er alles aan te doen om patiënten in
leven te houden. Sleutelzin van de twintig lijnen lange eed is “Nooit zal
ik, om iemand te gerieven, een dodelijk middel voorschrijven of een raad geven,
die, als hij wordt gevolgd, de dood tot gevolg heeft”. Bijwerking van dit
24 eeuwen oude uitgangspunt is therapeutische hardnekkigheid, die dan weer
haaks staat op de wettelijke mogelijkheid tot euthanasie die in ons land
veertien jaar geleden werd ingevoerd. Hippocrates wordt heen en weer gewiegd in zijn graf.
Het lijkt
wel of er ook in onze politiek een dure eed wordt gezworen: ik zou die bij deze
de eed van Hippocritis willen dopen, vernoemd naar een denkbeeldige
wijsgeer-politicus die zijn leerlingen, toekomstige politici, bezwoer om lang
voor Macchiavelli uit te gaan van het principe dat het doel de middelen heiligt
en dat het voorliegen en bedriegen van het volk prima hulpmiddelen zijn om
macht te bewaren of vergaren. Hypocrisie als perverse politieke kunstvorm.
Hoe kun je
anders de plots opflakkerende anti-tabakshouding van federale regeringspartijen
N-VA en CD&V duiden en de weifelende houding van die derde Vlaamse partij
in de regering-Michel I, Open VLD? Dat roken ongezond is weten we al een jaar of vijftig.
In de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw adverteerden tabaksfabrikanten
nog met een geruststellende boodschap van een huisarts, die de kijkers
aanraadde om voor Camel te kiezen. Tik in YouTube de trefwoorden ‘Camel doctor’
in en je komt uit bij een serie hallucinante spotjes met bijtitels als
“More doctors smoke Camels than any other cigarette”, “What
cigarette do you smoke doctor?” en “The cigarette preferred by
doctors”. Ondertussen allang aan longkanker gestorven acteurs maakten dan
weer reclame voor andere merken. Zo ging dat toen.
Tot we
ontdekten dat roken dodelijk was. En dat we dat maar beter niet aan jonge
mensen aanraadden. Reclamespotjes en affiches voor tabak werden in de jaren 80
verboden, een decennium later kwamen er ontmoedigende opschriften op een pakje
longdoders (zeg gerust: ‘lung rifles’) en de jongste jaren werden die tekstjes
alleen maar morbider. Er kwam een rookverbod in openbare ruimten, later
uitgebreid tot restaurants en de meeste cafés. Rokers klitten nu samen in
deuropeningen om hun ongezonde hobby te bedrijven. Paria’s, verenigd in hun
ziekmakende verslaving.
***
Ik wil maar
zeggen: we weten onderhand wel dat het ongezond is. Dat er nu plots twee
regeringspartijen expliciet maatregelen willen uitvaardigen om roken tot 18
jaar te verbieden is dan ook opmerkelijk. Want: waarom komen die maatregelen er pas
nu? En vooral: waarom kwamen vroegere regeringspartijen daar niet eerder op?
Het antwoord op beide vragen is uitermate cynisch: 1) omdat de huidige minister
van Volksgezondheid bijzonder populair is bij het volk, té populair in de ogen
van de concurrentie, en dus moet ze op haar kwetsbaarste flank aangevallen
worden, 2) omdat ongezonde hobby’s goed zijn voor de staatskas. Langer hoef je
daar niet over na te denken. Als morgen iedereen zou stoppen met roken, levert
dat de overheid geen accijnzen meer op en zal het bijkomend gat in de begroting
groter zijn dan het gat in de longen van een verstokte roker.
Maggie De
Block, onze minister van Volksgezondheid, staat al een paar jaar op 1 in de politieke
pop poll. Ik probeer dat te begrijpen (zowel naar inhoud en visie als naar
charisma en communicatieve vaardigheden) en luk daar maar niet in, maar het is
nu eenmaal zo. Dat steekt natuurlijk bij partijen van wie de kopstukken er maar
niet in slagen haar van de tijdelijke en symbolische troon te stoten. Dus volgt
er nu een belachelijk initiatief als dit, waarop de minister eerst niet en
daarna afwijkend reageerde, alsof ze als huisarts niet zo bezig is met
(volks)gezondheid. Nee, de leidinggevende politiek maakte deze week geen goede beurt. Alwéér niet.
***
Alle
partijen die ooit in een federale regering hebben gezeten — en dat zijn langs
Vlaamse kant op één na alle partijen in de huidige Kamer van Volksvertegenwoordigers —,
namen in het verleden en het heden te weinig initiatief om het roken af te
raden. Er is dus zowat geen enkele politicus die het recht heeft om kritiek te
uiten op de minister, net zomin als dat de minister nu kan uitpakken met een
krachtdadig beleid op dit vlak. Welk beleid ook, trouwens? Roken is universeel:
als je de prijs van een pakje sigaretten verdubbelt — het voorstel van CD&V
— rijdt de roker ouderwets richting Luxemburg of een ander buurland om zijn
verslaving te voeden. Als er geen universele maatregelen worden genomen tegen
roken, zal het kleine België weinig kunnen doen, behalve preventie. Héél véél
preventie, dat moeten we vooral blijven doen. Vanaf de wieg.
Maar u weet
hoe dat gaat: verbiedt het roken en nicotine wordt een zeer aantrekkelijke
verboden vrucht. Denk aan de drooglegging in de jaren twintig in de Verenigde
Staten. De maffia floreerde, sterke drank werd onder de toogbank verkocht of in
speakeasy’s in koffiemokken aangeboden.
Alcohol was de verboden vrucht en van verboden vruchten hielden zelfs de bijbelse
oermensen. Willen we binnenkort smoke-easy’s
creëren? Ach, de mens is geneigd om een verslaving uit te kiezen, soms meerdere
tegelijk. Verbieden om te verbieden is geen oplossing. Dan gaat de hele boel
ondergronds en verdwijnen de inkomsten voor de staat, terwijl de slechte
gewoonte blijft, als u mij toestaat om zelf even cynisch te worden. Daarom ben
ik ook voorstander van het legaliseren van álle drugs, omdat het dan controleerbaarder
wordt.
***
Preventie.
Preventie. Preventie. Dat is het enige wat onze overheid kan doen. De prijzen
de hoogte injagen is iets wat op Europees vlak moet gebeuren: overal even
duur, dat zou een afradende (of zeg maar: ontmoedigende) oplossing kunnen zijn.
Roken verbieden in kleine ruimtes waar ook jonge kinderen rondlopen, auto’s
bijvoorbeeld, is op zich geen onverdienstelijke maatregel, maar wie gaat dit
afdwingen en permanent controleren? Er zijn nog altijd chauffeurs die
ongegeneerd bellen en daar nooit voor beboet worden. Er zijn nog altijd
middenvakrijders die zich geen zier aantrekken van de verkeerssituatie rondom
hen. Er zijn nog altijd vrachtwagens die bij hevige regenval schaamteloos inhalen. Het mag
niet, het gebeurt wel. Wat gaat vadertje Staat doen: een camera installeren op
de achterbank van elke wagen en iedere overtreding onmiddellijk en streng
bestraffen? Of blijft het weer bij hard roepen op het spreekgestoelte en
vervolgens wegduiken wanneer er écht verantwoordelijkheid moet worden genomen?
Politiek is
een vuil spel, niet voor watjes en idealisten. Dat blijkt ook dezer dagen weer.
Ik word daar absoluut niet vrolijker van. Het getuigt van een ziekelijk dédain
tegenover zowel kritische omstanders als goedgelovige burgers. Iemand zou die
eed van Hippocritis eens moeten afschaffen. Al was het maar om het geleuter
enigszins binnen de perken te houden.