Mijn oorspronkelijke bedoeling was het definitieve essay te schrijven over woke. Verschoning, beste lezer, het is slechts een vingeroefening geworden, een snelle schets, een probeersel. Alhoewel, is ‘essay’ niet de vertaling van ‘probeersel’? Essayisten, ach, ze proberen ook maar wat.
Woke, zo leerde ik van Britt Anciaux, de dochter van senator Bert, is een verbastering van ‘awakening’ en werd gelanceerd door de Afro-Amerikaanse samenleving. Ik deed die kennis op tijdens interviewsessies die hebben geleid tot het zeer lezenswaardige boek Over generaties: memoires, visie en manifest in één, door Vic, Bert en Britt Anciaux, waarbij uw dienaar de eer genoot als spookschrijver te mogen fungeren. Op Wikipedia gaat het over een ‘actieterm (…) die verwijst naar een groter bewustzijn van de samenleving’. ‘Woken up’ blijkt dan aan de oorsprong te liggen.
Actie. Bewust zijn en bewustzijn. Wakker worden. Wie kan daar nu tegen zijn? (Velen, zo blijkt.)
Als ik even in de achteruitkijkspiegel kijk, ben ik mijn hele leven al behoorlijk woke geweest. Op wat aangebrande flauwe moppen en het niet terechtwijzen van ultrarechtse typetjes na heb ik me altijd vrij consequent gedragen. Als mens, als man, als sociaal wezen. Als linkse, al is dat geen noodzakelijke premisse. In theorie kan je ook woke zijn door als rechts gecatalogeerde waarden te beschermen. In de praktijk niet, omdat rechtse mensen woke als scheldwoord zijn beginnen te gebruiken, als uiting van politieke correctheid, en zoals bekend krijgen ze daarvan jeuk over hun hele lichaam.
De term viel deze week opnieuw in de marge van een gesprek dat gisteren in Luik plaatsvond over de gevolgen van de coronacrisis, die de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen heeft vergroot. Staatssecretaris voor Gendergelijkheid, Gelijke Kansen en Diversiteit Sarah Schlitz (Ecolo) had zich ingeschreven voor dit evenement waarop alleen vrouwen en genderminderheden welkom waren. Schlitz omschreef het als een safe space, een veilige omgeving waarin vrouwen hun verhaal kwijt konden. Zelf ben ik aanhanger van Groucho Marx’ observatie ‘I don’t want to belong to any club that would accept me as one of its members’, maar ik wil wel de kans kunnen krijgen om een uitnodiging te weigeren. Ik wil wel dat segregatie en apartheid geen kans meer krijgen in de samenleving. Ik wil wel dat vooroordelen geen oordelen worden. En toch begrijp ik ook de nood aan een safe space, zeker voor vrouwen en genderminderheden, omdat zij in een stelselmatig verrechtsende maatschappij kwetsbaarder zijn geworden, zoals ze dat meer dan een halve eeuw geleden ook waren. Wat ik niet begrijp is dat er wel logebroeders zijn en geen logezusters, terwijl die tweedeling daar compleet onzinnig is. Er is een verschil tussen een safe space en een geheim genootschap dat vanalles bekokstooft. Daar hoor je dan weer weinig tegenkanting over. Heeft het dan toch met vrouwonvriendelijkheid te maken?
Ik moet ook weleens grimlachen om de eisen die mensen die zich woke noemen, stellen. Soms zijn die ronduit naïef, vaak nodeloos agressief. Maar dan lees ik een opiniestuk van Mia Doornaert, een tweet van Rik Torfs of een zure oprisping van Theo Francken, of ik verneem dat Vlaams Belang een jacht op linkse leerkrachten heeft ingezet, inclusief kliklijn, en denk: dan toch maar liever wat die woke persoon zegt. Want aan de basis ligt altijd wel maatschappelijke betrokkenheid en de vaststelling dat er heel wat zaken fout lopen, iets wat je van reactionair rechts niet kunt zeggen, die laten maar betijen. Als je even niet oplet, of niet reageert, leven we hier binnenkort ook in een Vlaams Texas, een Orbánstaat of een lightversie van Nazi-Duitsland. Waakzaamheid is geboden, met de W van, jawel, Woke. Laat de Doornaerts en Torfsen van deze wereld dan maar klagen over de cancelcultuur in een drukbekeken praatprogramma op de Vlaamse televisie of in een veelgelezen krantenrubriek, want zo ironisch is het wel: luidop en zonder tegenspraak ‘Wat mogen we dan nog wél?’ vragen in een ruim verspreid medium. ‘Help, wij worden gecanceld!’ komt meestal neer op: wil er iemand alstublieft mensen met een andere mening cancelen, dan kan ik ongestoord verkondigen waar ik zin in heb.
Denk aan de jaarlijks terugkerende Zwarte Piet-discussie: als ik moet kiezen tussen ‘Het is een verouderde voorstelling die gebaseerd is op raciale vooroordelen’ en ‘Blijf van onze tradities af!’, ga ik resoluut voor het eerste. Samenlevingen evolueren, mensen evolueren, dus moeten ook onze handelingen, gedachten en tradities evolueren. Noem het gerust voortschrijdend inzicht. Ik verdiep me momenteel in de geschiedenis van het racisme — later meer daarover — en ik kan u verzekeren dat het niet meer dan normaal is dat we een zwarte niet meer neger noemen, zoals dat veertig jaar geleden nog normaal werd bevonden. Het is heus geen schande om even na te denken over de gevolgen van wat je doet, zegt of schrijft. Ook gevoeligheden evolueren, laten we daar dan ook rekening mee houden. Een voorbeeld: er wordt door rechtse luitjes om gelachen dat zij die woke zijn termen als ‘zwartrijden’ zouden willen verbieden, omdat die stigmatiserend zouden kunnen zijn voor mensen met een donkere huidskleur. Mijn eerste gedacht was: waarom is dit nodig, dit heeft toch niets met zwarte mensen te maken? Puur semantiek. Maar dan las ik over een studentenconferentie in 1965 in Kopenhagen, waar studenten uit verschillende landen komaf wilden maken met termen als ‘blackmail’ en ‘black sheep’, omdat die als stigmatiserend werden beschouwd. Als die vaststelling zesenvijftig jaar geleden al werd gemaakt, is het misschien niet eens zo’n slecht idee om de taal — die ook evolueert — aan te passen?
Mensen die we denigrerend woke noemen, zijn de kanariepietjes in de koolmijn die Samenleving heet. Zij signaleren het gevaar, of dat wat afwijkt van het normale. Net als alle anderen zijn ze niet perfect, dat waren hun voorgangers — die nog niet zo werden genoemd — evenmin. Af en toe roepen ze ten onrechte dat er gevaar is, kan gebeuren. Maar het is goed dat ze er zijn. Hebben de vakbonden een eeuw geleden terecht sociale en politieke correcties laten doorvoeren? Absoluut, we profiteren daar nog elke dag van, alleen waren er acties bij die té gewelddadig waren. Wilde de studentenbeweging eind jaren 60 terecht sociale en politieke correcties laten doorvoeren? Zeer zeker, alleen hadden die stenen door die winkelruiten niet gehoeven. Was de opstand tegen de communistische regimes eind jaren 80 noodzakelijk om sociale en politieke correcties te kunnen doorvoeren in het Oostblok? Wees gerust, maar de snelle executie van een Roemeens staatshoofd kan je onmogelijk juridisch koosjer noemen. Zijn de ‘Black Lives Matter’- en #metoo-bewegingen nuttig om sociale en politieke correcties te laten doorvoeren? You bet, al zal er daar ook wel wat collateral damage zijn. ’t Zou niet mogen zijn, maar nog erger zou in al die genoemde en ontelbare andere gevallen zijn dat er géén tegenreacties waren geweest.
Liever een beetje te veel woke dan te weinig. Het zal mij niet beletten af en toe de draak te steken met een overdreven actieve ‘wokie’, waarbij ik tegelijkertijd de bedenking zal maken: hij (m/v/x) overdrijft dan wel, maar gelukkig is hij wakker. Iemand moet het doen. Volgende keer dat iemand die zich woke noemt mij aanvankelijk tegen de haren in strijkt, zal ik hem/haar/hen liefdevol een arm rond de schouders leggen, een geste die hij/zij/hen ongetwijfeld als paternalistisch zal beschouwen, maar wat deert het: ik bedoel het heus wel goed. En zij ook, in the long run.