Een man van tweeënveertig, openlijk homoseksueel, wordt naar een verlaten plekje in een park gelokt via een datingsite voor homo’s en daar vermoord, maar toch wil het gerecht de term ‘homohaat’ niet in de mond nemen. Misschien moeten we dat respecteren: we willen nu eenmaal de rechtsstaat verdedigen en dat houdt absoluut in dat een onderzoek ongestoord en onafhankelijk moet kunnen gebeuren, toch? Maar laten we dan toch in de berichtgeving die ‘homohaat’ blijven benadrukken. En laten we die verzachtende term ‘gaybashing’ alstublieft terzijde schuiven. Vertaald uit het Engels betekent ‘bashing’ óók fysiek belagen, maar in eerste instantie komt het neer op extreme pesterijen, niet op het aanbrengen van zware letsels, laat staan het doden van iemand. Dit was in het beste geval doodslag, in het slechtste moord met voorbedachten rade. Dat is dan weer aan het gerechtelijk onderzoek om uitsluitsel te brengen en aan de rechter om uitspraak te doen. Ondertussen proberen de ouders van het slachtoffer, via hun advocaat, de gemoederen te bedaren, onder meer door zelf het woord ‘homohaat’ nog niet in de mond te nemen. Eerbaar en lovenswaardig, maar hoe verklaar je dan — ik herhaal het nog even — dat de daders bewust een vals profiel aanmaken op een homo-site om zo een toekomstig slachtoffer (wellicht met het oog op een diefstal) proberen te maken. Hadden ze hem net zo goed via een andere app of via Facebook kunnen lokken.
Bekende en onbekende homoseksuelen getuigden de hele week over wie ze zijn, wat ze doen, hoe ze (vies) bekeken worden, wat hen persoonlijk al is overkomen, wat hen angst aanjaagt. Getuigenissen die fungeerden als eyeopener, zo zeggen we dan spontaan, maar dat is vooral omdat onze ogen gesloten waren (en zeer binnenkort weer zullen zijn). Je moet discriminatie wíllen zien en je moet er vervolgens ook iets tegen wíllen doen. Al de rest is praat voor de vaak en tijdverlies.
Je leest dat gaybashing in opmars is. Dat tolerantie vanuit de dominante groep, hetero’s, onder druk staat. Dat religieuze fanatici nooit aanvaard hebben en nooit zullen aanvaarden dat er in hun ogen zieke mensen rondlopen, versta: al wie niet hetero én gelovig is. Dat de samenleving verkrampt als het op seksueel gedrag aankomt. Met andere woorden: dat we in 2021 een beetje stilstaan. Dat klopt niet. Het is namelijk nooit anders geweest. De samenleving is nooit helemaal verdraagzaam geweest tegenover een andere dan de heteroseksuele beleving van seksualiteit. Die moord is business as usual in zijn meest extreme vorm.
***
Meer dan een eeuw geleden bestonden homo’s niet. Officieel toch niet. Wie nog maar iets zei dat hem of haar kon laten identificeren als niet-hetero, vloog de cel in. Dus bleven ze verdoken zitten in een kast in een kast in een kast in een kast, zoals de Russische poppetjes. Herinner u hoe het met Oscar Wilde is afgelopen.
In de twintigste eeuw werden niet-hetero’s heel lang opgejaagd. Ik moet u ongetwijfeld het Derde Rijk niet opnieuw onder de aandacht brengen, of het stalinisme, of andere -ismen die alles en iedereen die niet-hetero was als een afwijking beschouwen.
In de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, het handboek voor de psychiatrie, voor het eerst gepubliceerd in 1952, stond homofilie heel lang bij de psychische ziekten genoteerd. Pas in 1973, niet eens vijftig jaar geleden, werd de geaardheid geschrapt als afwijking, en dan nog niet van harte en unaniem.
De Britse wiskundige en informaticus Alan Turing ontcijferde tijdens de Tweede Wereldoorlog de Duitse enigma-code en redde zo ongetwijfeld vele tienduizenden levens. Oorlogsheld. Als stank voor dank werd hij zeven jaar later gearresteerd wegens het stellen van ‘homoseksuele handelingen’. Op 7 juni 1954 pleegde hij zelfmoord of werd hij vermoord door de Britse geheime dienst, ach, het is allebei erg: ofwel nam hij afscheid omdat hij niet mocht leven zoals hij wilde leven, ofwel werd hem het leven benomen omdat hij zich niet gedroeg zoals de overheid dat wilde.
De coming out van Will Ferdy werkte bevrijdend op Vlaamse homo’s, was zonder twijfel ook gedurfd en revolutionair, maar zei begin jaren 70 veel over een samenleving die net Mei ’68 en de swingende sixties had beleefd. We stonden nog nergens. En we gingen nergens naartoe.
Langs het voetbalveld wordt al decennia ‘Jeanet’ geroepen, om een speler van de tegenstander te jennen. Niet dat supporters werkelijk denken dat de speler in kwestie homoseksueel is, ‘Jeanet’ past gewoon in hun wereldbeeld, waarbij homo’s (‘jeanetten’) minderwaardige wezens zijn. Niet formidable, maar fort minable. Je mag met hen lachen, ze zijn niet normaal.
In de jaren 80 werden mannelijke homo’s ontweken, genegeerd en gekleineerd omdat zij de ongeneeslijke ziekte aids, het eindstadium na de overdracht van het hiv-virus, geïntroduceerd hadden in de westerse maatschappij. Omdat promiscue gedrag veroordeeld werd, hoefde er ook niet zoveel geld worden gepompt in het ontwikkelen van een vaccin of geneesmiddel. Een paus verbood heteroseksuele Afrikanen om een condoom te gebruiken en had miljoenen doden op zijn geweten. Reactionair rechts wilde al wie uit de kast was getreden er terug in duwen. De norm werd, opnieuw, law and order, en hypocrisie, de meest christelijke aller ‘deugden’. (Vandaag hekelde extreemrechts onmiddellijk de moord in Beveren, omdat ze zo kon anticiperen op de identificatie van — hopelijk voor hen — islamitische daders. Als het tégen de islam is, is extreemrechts opeens homovriendelijk. Een paar dagen later vaardigen ze een homofoob af naar het Vlaams Audiovisueel Fonds. Probeert u de logica maar niet te vatten, het zal u toch niet lukken.)
Zo vrijgevochten de jaren zestig leken (leken!), zo donker werd het deze eeuw opnieuw. Hoe meer categorieën seksualiteit er zijn, hoe hoger de aandrang bij rechts om de geest van ’68 en vrije seksbeleving af te zweren. En rechts heeft het wel voor het zeggen, in de parlementen, op straat en in de geesten overal ter wereld. In werkelijkheid is de wereld nooit vrijgevochten geweest: weinig is voor altijd verworven, veel blijft onontgonnen terrein. Soms lijken de traditionele Processie van Echternach en de maatschappelijke reacties op de Gay Pride heel sterk op elkaar. Het gaat maar niet vooruit. Niet omdat we niet kunnen, maar omdat we niet willen.
***
Afwijken van de norm — huwelijk mét kinderen tussen gelovige mensen van verschillend geslacht en met dezelfde huidskleur — is nog altijd uit den boze. Hooguit wordt de regenboog gedoogd. Gedogen is niet hetzelfde als aanvaarden. Wie gedoogt laat iets oogluikend toe, ook al mag het in feite niet; wie aanvaardt heeft geen probleem met andermans gedrag. Aanvaarden dat de L, de G, de B, de T, de Q, de I, de A en de + in LGBTQIA+ worden gerespecteerd, ho maar, dat is twee regenbogen te ver. We doen ons voor als verdraagzaam, maar dat geldt alleen tegenover een dominant specimen van de eigen soort. Abnormaal zijn zij die denken dat ze de normaliteit vertegenwoordigen. Helaas vormen ze een meerderheid en bepalen zij alsnog de norm.