(Deze bijdrage verscheen op maandag 4 maart als ‘De Bankzitter’
in De Standaard.)
Het staat nu mathematisch vast: Lokeren speelt volgend
seizoen een niveau lager. Wie de Waaslanders vervangt is nog niet geweten: KV
Mechelen en Beerschot Wilrijk moeten eerst een dubbel duel afwerken. En dan is
er nog het ‘dossier matchfixing’ dat als een duistere schaduw over de
ontknoping hangt.
Eén-twee. Sporting Lokeren kon aanvallend alweer
nauwelijks een vuist maken, de degradatie is een logisch gevolg van de onmacht
die nu al achtentwintig speeldagen geëtaleerd wordt. Voor Anderlecht betekent
deze magere zege dat het weer wat dichter bij STVV sluipt. Ook AA Gent deed een
goede zaak in Waregem. STVV-Gent op de slotspeeldag zou weleens de sleutelmatch
kunnen worden voor de samenstelling van play-off 1.
Trainer Glen De Boeck heeft het tij dus niet
kunnen keren. Drie op achttien is een negatief rapport (16,7%), dat nog
slechter is dan dat van zijn voorganger Trond Sollied (8 op 30, 26,7%) en even
slecht als dat van Peter Maes (6 op 36, 16,7%), die aan het seizoen begonnen
was in een club waar trainers al een kwarteeuw als wegwerpproducten worden behandeld.
Dan is de simpele waarheid dat het niet aan de trainers ligt, maar aan de
onevenwichtig samengestelde kern. Dat kan mede de schuld van voormalig sportief
directeur Willy Reynders geweest zijn, maar door hem eind augustus te ontslaan,
stuurde voorzitter Lambrecht wel het laatste greintje voetbalverstand wandelen
op Daknam.
Club in
nood te koop
Het overnamedossier van de club raakt maar
niet in een stroomversnelling. Nadat een groep rond ondernemer Ronny Deschacht,
zaakvoerder van DS Plastics en vader van speler Olivier, had afgehaakt, gaf
Joris Van der Gucht, ceo van het fintechbedrijf Silverfin, eind januari aan
interesse te hebben in de (toekomstige) tweedeklasser. De club reageerde met de
laconieke mededeling dat de afscheidnemende voorzitter ‘meer dan ooit bereid is
om mee te werken aan eender welk project dat een nieuw elan bezorgt aan de club.’
Vraag is of Roger Lambrecht intussen beseft
dat de club na gisteravond nóg minder waard is geworden. Als hij vijf miljoen
euro krijgt voor de club die hij vijfentwintig jaar geleden in handen kreeg,
kan hij maar beter toehappen. Nieuwe overnemers zullen zich niet aandienen voor
een club in hoge nood. En om nog wat zout in de diepe wonde te strooien, is het
seizoen over twee speeldagen al definitief voorbij voor Lokeren. Dan wacht het
Grote Niets. Fijne competitieformule is dat, waarin een voetbalbedrijf wel zijn
personeel mag blijven betalen, maar geen inkomsten meer kan verwerven, behalve
dan een miljoentje aan tv-gelden als afscheidspremie.
Traditieclub
In de voorbeschouwingen op het seizoen kwamen slechts
twee namen naar voor van potentiële degradatiekandidaten: Eupen en Excel
Moeskroen, in die volgorde. Was dat wishful thinking van trainers, analisten en
voetbaljournalisten? Wilden ze de clubs die vorig seizoen op zo’n lelijke
manier geëindigd waren, liefst zo snel mogelijk kwijt? Feit is dat beide clubs
al een tijdje veilig zijn.
Net als vorig seizoen degradeert er een
traditieclub. Toen heel verrassend KV Mechelen, nu iets minder verrassend
Sporting Lokeren. De supporters van KV bleven trouw aan hun geel-rood: zij
hebben de club vijftien jaar geleden gered, die band kan niet verbroken worden,
zelfs niet door tegenvallende resultaten. KV investeerde in een nieuwe
hoofdtribune en ontving dit seizoen gemiddeld zelfs meer toeschouwers dan vorig
jaar: zo’n 13.500. In 1A zou het daarmee tien clubs achter zich laten.
Op dat effect moet Lokeren niet hopen. Geen
nieuwe tribune op komst op Daknam, geen supporters die het beleid mee mogen uittekenen,
geen bv’s die als uithangbord fungeren. Vergeleken met vijf jaar geleden is het
aantal toeschouwers bijna gehalveerd tot net iets meer dan vierduizend. In 1B
wordt dat ongetwijfeld nog een pak minder.
Zonde, want de erelijst oogt fraai. In de
zomer van 1974, vier jaar na de fusie van Standaard Lokeren en Racing Club
Lokeren, promoveerde Koninklijke Sporting Club Lokeren naar de hoogste
afdeling. Daar bracht het eenenveertig van de voorbije vierenveertig seizoenen
door. De club werd één keer vicekampioen (1981), won twee bekers (2012, 2014),
leverde twee keer de topschutter (Jan Koller en Hamdi Harbaoui) en slaagde erin
toppers als Lubanski, Lato en Larsen naar het Waasland te laten afzakken. Dat
is zonder meer knap voor een provincieclub, al doet Wase rivaal
(Waasland-)Beveren nog beter.
Wie wil
er kampioen worden?
Wie de plaats van Lokeren mag innemen, weten
we pas over twee weken. KV Mechelen verzuimde het op het veld van Lommel de
tweede periode te winnen en bijgevolg ook de kampioenstitel te pakken. In de
slotfase veegde de thuisploeg een kleine achterstand weg: 1-1. Omdat ook OH
Leuven-Beerschot Wilrijk op een gelijkspel eindigde (2-2), is Beerschot Wilrijk
periodekampioen. In een normaal voetballand zou KV Mechelen nu kampioen zijn,
omdat het na achtentwintig speeldagen vijf punten meer telt dan de eerste
achtervolger. In België niet. Hier wordt nog een finale over twee wedstrijden
betwist: volgend weekend Beerschot Wilrijk-KV Mechelen, het weekend van 16 en
17 maart wordt die affiche omgedraaid.
Tenzij… de voetbalbond eerstdaags beslist op basis van de beschikbare informatie KV Mechelen wegens poging
tot matchfixing (in het vorige seizoen) te veroordelen tot degradatie naar de
Eerste Amateurliga. En als de bond die veroordeling doortrekt naar
Waasland-Beveren — ‘De keuken is besteld’, weet u nog — zou zelfs Lokeren
alsnog profiteren en volgend seizoen gewoon in 1A voetballen, samen met
Beerschot Wilrijk. Spanning op én naast het veld.