(Deze bijdrage verscheen maandag 21 januari in De Standaard, als nummer 26 in de reeks ‘De Bankzitter’).

Na drie weken zonder competitievoetbal, goed voor een korte
vakantie en anderhalve week stage, blijken de machtsverhoudingen nog duidelijker
dan voorheen. KRC Genk won een moeilijke uitwedstrijd, Club Brugge liet een
stevige steek vallen en Anderlecht blijft een gevecht met zichzelf leveren.

We hadden het kunnen weten: als een speler van
Club Brugge op woensdag de Gouden Schoen heeft gewonnen, speelt het hele team het
daaropvolgende weekend met loden schoenen. Twee jaar geleden leidde dat na de persoonlijke
triomf van José Izquierdo tot verlies in Lokeren (1-0), vorig seizoen geraakte
Club na het feestje voor Ruud Vormer niet verder dan 1-1 bij Waasland-Beveren,
en nu werd de collectieve triomf — beste speler, beste coach, beste jongere,
mooiste goal — flink overschaduwd door de thuisnederlaag tegen Charleroi, 0-1.
Er zijn nog zekerheden in het voetballeven.

Zoals daar op deze tweeëntwintigste speeldag verder
ook waren: een zakelijke uitzege van Antwerp, een overwinning op wilskracht en
met wat hulp van de wedstrijdleiding voor Standard, en grote paniek bij rode
lantaarn Lokeren, waar nu ook Trond Sollied — amper drie maanden aan de slag — en
clubicoon Arnar Vidarsson werden doorgestuurd. Voorzitter Lambrecht rekent de komende
maanden op Glen De Boeck, die zelf half november ontslagen was in Kortrijk. De trainerscarrousel
blijft onverminderd draaien.

Charleroi nadert intussen op kousenvoeten de Top
6. Felice Mazzu blijft daar met beperkte middelen en met het samenraapsel aan
spelers dat voorzitter Bayat hem bij het begin van ieder nieuw seizoen aanreikt,
halve wonderen verrichten. Tot grote ergernis van enkele spelers van Club
Brugge, die uit pure frustratie zware overtredingen maakten.

Vleugelbacks

En Anderlecht? Dat begon aan de laatste negen
speeldagen van de reguliere competitie met een nieuwe trainer, de Nederlander
Fred Rutten, en een compleet andere tactische aanpak. Verdwenen zijn de 3-4-3 of
de 3-4-1-2 van Hein Vanhaezebrouck. Rutten koos voor een minder avontuurlijke 4-5-1,
die in balbezit kantelde naar 4-2-3-1. Eerste opdracht: een moeilijke
verplaatsing naar Gent, die andere ex-club van Vanhaezebrouck.

Wat opviel: Rutten speelt met échte
vleugelbacks, Najar op rechts en de heropgeviste Obradovic op links. Centraal achterin
mocht de teruggekeerde Kara meteen starten, naast de nochtans als een miskoop
beschouwde Milic. Kayembe begon door de afwezigheid van Trebel op het
middenveld naast Kums. Amuzu behield het vertrouwen links voorin, de
wispelturige Bakkali kreeg een nieuwe kans op rechts. Geen echte spelmaker, wel
Pieter Gerkens in steun van de enige spits. Dat was opnieuw Ivan Santini, maar
dat had alles te maken met de blessure van Dimata.

De jonge flankspelers Alexis Saelemaekers en
Elias Cobbaut werden door de strakkere tactische keuzes naar de bank verwezen.
Rutten staat dan wel bekend als een uitstekende peoplemanager, hij weet ook dat
de komende weken alleen de resultaten zullen tellen. Dat zou weleens ten koste
kunnen gaan van de jonkies bij Anderlecht. Al ligt de sportieve malaise zeker niet
aan hen.

Anderlecht startte voorzichtig in de Ghelamco
Arena en begon pas na een kwartiertje mee te voetballen. Het deed dat
aarzelend, maar niet onverdienstelijk, al waren de beste kansen voor Gent. Na
de rust kwam de Japanner Morioka Gerkens vervangen: dan toch een nummer tien op
het veld, al raakte die nauwelijks een bal. Gent profiteerde een kwartier voor
tijd onmiddellijk van de uitsluiting van Amuzu. Een minuutje later kopte
Alexander Sørloth binnen: de Noor wordt gehuurd van Crystal Palace.

Gent duikt zo de Top 6 in, op gelijke hoogte
van Anderlecht dat als vijfde nog één schamel punt meer telt dan Charleroi en STVV.

Gouden Handdruk

De nederlaag van Anderlecht voert ons opnieuw
naar vorige woensdag. Een paar uur voor de Gouden Schoen volkomen terecht aan
Hans Vanaken werd uitgereikt, ontving Luc Devroe van zijn ‘goede vriend’ Marc
Coucke de Gouden Handdruk. Een verrassing was dat niet meer — hij was de grote
favoriet voor de trofee. Dat heeft alles te maken met het brokkenparcours dat Devroe
in minder dan een jaar aflegde in het Astridpark. Mocht de voetbalcompetitie
een seizoen van ‘De mol’ zijn, we zouden wel weten wie de saboteur is.

Niet dat Devroe op z’n eentje verantwoordelijk
was voor de transferrommel bij Anderlecht: iemand heeft hem op die plek gezet
en diezelfde iemand had een oneindig vertrouwen in de man. Maar wat Devroe
eerder al bij Club Brugge had aangetoond: er is een verschil tussen het managen
van een topclub en een sympathieke outsider. Voor dat laatste volstaat veel
goede wil en een voluntaristische voorzitter die af en toe diep in zijn zakken
tast. Bij een topclub zijn ervaring, knowhow en een goede kennis van de markt
nog veel belangrijker. Alles wat je doet, wordt onder een vergrootglas gehouden
door journalisten en supporters. Met Abazajs, Adzicen en Musona’s word je geen
kampioen.

Bij Club en Anderlecht was Devroe zonder meer gebuisd,
bij Roeselare en Oostende leverde hij puik werk. Het Peterprincipe bestaat ook
in het profvoetbal.

Wintertransfers

Alle heil wordt in Brussel nu verwacht van
Peter Zulj, die werd overgenomen van Sturm Graz. De feiten kunnen me de komende
maanden tegenspreken, maar een 25-jarige die pas minder dan een jaar geleden debuteerde
voor de Oostenrijkse nationale ploeg, die tot nog toe amper vier interlands
speelde en die uitkwam voor een club die al zeven jaar wacht op een nieuwe
titel in een land dat niet tot de Europese Top 10 behoort, daar zou in het
verleden eens meewarig op neergekeken zijn in het Constant Vanden Stockstadion.

De voornaamste aanwinsten heten voorlopig dan
ook Fred Rutten en Frank Arnesen, de nieuwe technisch directeur, en die zullen
op hun gevorderde leeftijd niet meer de voetbalschoenen aanbinden. Benieuwd of
er nog versterkingen op komst zijn. Wintertransfers zijn meestal niet de meest
geslaagde, want wie dringend nieuwe spelers zoekt, heeft zijn huiswerk in de
zomermaanden niet gemaakt. En een speler die in januari beschikbaar is, daar
wil men doorgaans van af.

Voorzitter Coucke weet echter: met deze onevenwichtig
samengestelde kern loop je zelfs het risico om play-off 1 te rateren. En dat
zou de verwende aanhang van de recordkampioen niet accepteren.