(Vandaag in de handel: ‘De Grote Duivels’, het boek
dat Geert De Vriese en Frank Van Laeken schreven over de Rode Duivels, eigenlijk:
Witte Duivels, in de periode 1976-1980. Beginnend bij een ontluisterende
nederlaag in de kwartfinales van het EK 1976: 5-0 in De Kuip, de laatste
interland onder bondscoach Raymond Goethals. Waarna Guy Thys het overneemt, de
nationale ploeg drie jaar door de voetbalwoestijn doolt en de kentering er pas
komt wanneer in de herfst van 1979 een hoogbejaarde kleine middenvelder opnieuw
wordt opgeroepen. In juni 1980 verbazen de, dan opnieuw Rode, Duivels op het EK
in Italië. Bij wijze van opwarming leest u hieronder de inleiding van het
boek.)

Wie Rode Duivels
zegt, denkt aan de huidige generatie, die bol staat van het talent, nummer één
van de wereld, schaduwfavoriet op het EK in Frankrijk. Of aan de Mundial van
1986, toen België na een belabberde start heroïsch presteerde tegen de
Sovjet-Unie en Spanje, en pas in de halve finales uitgeschakeld werd door het
Argentinië van Diego Maradona. De Belgen werden vierde op dat toernooi in
Mexico. Net iets minder goed dan in 1980, toen het EK nog gewoon EK heette en
niet Euro 1980, en de Duivels onverwacht de finale bereikten. Tot op heden nog
altijd de beste Belgische prestatie op een groot toernooi, maar helaas een
beetje vergeten. Twintigers en dertigers zegt het haast niets meer, dat
Jean-Marie Pfaff, Eric Gerets, Walter Meeuws, Wilfried Van Moer en Jan
Ceulemans die 22ste juni dicht bij een zege stonden tegen wie anders dan
(West-)Duitsland.

Dus leek het ons
mooi om deze met zilver omrande bladzijde uit het gulden boek van de Belgische
voetbalgeschiedenis nog eens open te slaan. Al doen we dat niet zomaar, want
aan die bijna-glorieuze episode was een moeilijke periode voorafgegaan, waarin
de Rode Duivels nog Witte Duivels werden genoemd, het grote publiek nauwelijks
in hen geïnteresseerd was en al wie geselecteerd was voor een interland door
zijn ploegmaats vierkant werd uitgelachen. Sukkelaars op noppen, dat waren het.
Tot dat toernooi in Italië.

Elk hoofdstuk is
opgebouwd vanuit twee aparte perspectieven. We beginnen met het verleden. Hoe
reageerden de spelers en de bondscoach op het moment zelf? Wat vonden de
analisten van die dagen er allemaal van? En wat lazen de supporters van toen
nog zoal in de kranten? Wat zagen en hoorden ze op radio en televisie? Daarna
volgt telkens een ‘Achteraf bekeken’, waarin een dertigtal hoofdrolspelers anno
2016 terugblikken op hun heldendaden en – toegegeven, net iets meer –
wanprestaties.

From zeroes to heroes, zo kan je de periode 1976-1980 kort samenvatten.
Verliezers die winnaars werden. Al blijft aan het eind toch weer die ene verdammte conclusie: de Duitsers hebben
gewonnen, niet wij.

Geert De Vriese & Frank Van Laeken, De Grote
Duivels – Het volledige verhaal achter het EK 1980, Houtekiet, 328 blz.,
€19,99.