Maanden werd er over getweet, gediscussieerd en gezeverd: de
Twitterquiz. Het meest gehypete evenement sinds Bal der Bals, Kloutparty en
Tomorrowland. In Gent dan nog wel, die ultieme roodgroene enclave in
Vlaandernistan, waar de Vooruit al honderd jaar staat te blinken, de Ghelamco
Arena iets minder lang en waar de N-VA nog in de oppositie zit.
Uit medeleven met deze voor het Vlaams-nationalisme zo benarde
situatie hadden we ons ploegje de Siegfried Bracke Fanclub gedoopt, naar de
Grote Leider die van Gent naar Mol verhuisde om zijn nieuwe geliefde te volgen en
die vervolgens van Mol naar Gent terugkeerde met een koffer vol onderbroeken om
te proberen het lokale electoraat te verleiden. Valère, voor de vroegere
vrienden van het proletariaat. U kent hem vast wel.
De eerste opgave leverde nog geen punten op: herken de andere
deelnemers wanneer ze arriveren. De twitteraars die met hun eigen tronie op dit
wonderbaarlijke medium te bewonderen zijn, kon ik vrij snel plaatsen. Zeker als
ze Tomas Van den Spiegel heten, Slimste Mens zijn geweest en twee meter en
veertien centimeter boven de aarde uitstijgen. Gelukkig geldt er in Gent geen
samenscholingsverbod, zodat dat zootje ongeregeld ongestoord op straat mocht samen
troepen. Opvallend veel rokers onder de twitteraars, trouwens, wat nogmaals
onderstreept dat dit een bijzonder ongezond medium is.
Omdat ik één van de samenstellers van de quiz, de immer
alerte @Kroy_Wendy, redelijk goed volg, had ik mij grondig voorbereid.
Vrijdagnamiddag had ik de geschiedenis van het feminisme nog tot mij genomen. Nou
ja, ik had de Nederlandstalige Wikipedia-pagina bij het lemma ‘feminisme’
enigszins bestudeerd (twee keer gelezen, in feite). Je kon me alles vragen over
‘Rosie the Riveter’ (‘We can do it!’), Marie Popelin, suffragettes, Dolle
Mina’s en de twee mannen die werden opgenomen in de lijst van ‘bekende
feministen’ (voor wie het wil weten: Dirk Verhofstadt, broer van, en Henri La
Fontaine, niet die van de fabels).
Allemaal moeite voor niets. Niet dat er geen vragen over
feminisme en belangrijke vrouwen werden gesteld, o nee: dank zij de Twitterquiz
weten de deelnemers nu dat er ook zoiets bestaat als vrouwenvoetbal (wie
bedenkt het?), dat er vrouwelijke schrijvers zijn (wie had dat ooit gedacht?)
en dat in sommige landen een vrouw aan het hoofd van de regering staat (waarom
eigenlijk, het liep toch goed met mannen aan de macht en vrouwen aan de
haard?). Enfin, vele jaren nadat ik een toenmalig lief op twee opeenvolgende
verjaardagen het boek I know why the
caged bird sings had cadeau gedaan (de eerste keer werd dat nog op luid gejuich
onthaald, de tweede keer iets minder, maar toen kon ik nog redelijk snel
wegduiken voor projectielen) kon ik eindelijk iets aanvangen met de naam van de
schrijfster: Maya Angelou. Ha!
Negentien ploegen van elk vijf man (m/v!) werden in Kapitein
Cravate gepropt, een kroeg aan de Nederkouter 69, alwaar Tram 1 af en toe
voorbij dondert, want dat hadden we vernomen via mysterieuze, cryptische tips
in de weken voorafgaand aan de quiz. Negentien maal vijf, dat is, euh,
behoorlijk veel volk en omdat wij het goede voorbeeld wilden geven qua
teamgeest en bleven wachten tot het laatste lid van de Siegfried Bracke Fanclub
aanwezig was, belandden we uiteindelijk aan de toog. Nu is de toog niet per se een plek waar
ik principieel weiger te vertoeven, wel integendeel, maar dan bij voorkeur
wanneer de enige vraag die gesteld wordt luidt: ‘Wat wilt u drinken, meneer?’
Voor zeventig quizvragen ligt het iets minder voor de hand.
Na de tweede ronde liet @Kroy_Wendy al met een ironische
ondertoon weten dat het toiletpapier in de vrouwentoiletten op was. Het
gegniffel bij de mannelijke deelnemers verstomde al snel, wanneer diezelfde
@Kroy_Wendy nauwelijks een volle ronde later opmerkte dat ook de mannen het de
rest van de avond zonder papier moesten stellen. Waar is Hilde De Baerdemaeker
wanneer je haar nodig hebt???
Het weze vooral genoteerd: ook op dit vlak hadden de vrouwen
een streepje voor op de Twitterquiz, als u mij hierbij vergeeft dat het
zelfstandig naamwoord ‘streep’ tot een verkeerde visuele voorstelling van de
gang van toiletpapierloze zaken zou kunnen leiden. Of we hieruit ook mogen
afleiden dat het Twittervolkje nogal bekakt is, laat ik overigens geheel en al
aan uw oordeel over.
Ter zake nu. Als je aan zo’n evenement deelneemt, en al
zeker onder een ronkende groepsnaam als Siegfried Bracke Fanclub, dan zijn er
twee interessante opties: óf je doet mee om de overwinning, óf je eindigt
roemloos helemaal onderin. Vraag het maar aan Wim Vansevenant: in de Ronde van
Frankrijk moet je bij de eerste vijf eindigen of rode lantaarn worden, wil je
poen scheppen op de natourcriteriums. Met een anonieme plek ergens middenin het
peloton ben je niks. Dan vergeten de mensen je, zelfs als je Siegfried Bracke heet.
Jammer, want we zijn dus achtste geworden. Op negentien
ploegen. De winnende ploeg heette De Vlaamse Grondstroom, als dat een troost
mag zijn voor het nationalistische gedachtegoed, waar onze held Siegfried
vanzelfsprekend niet helemaal in thuis hoort, al mogen we dat misschien niet zo
Descherp stellen.
De organisatoren dromen al luidop van een nieuwe editie. Ik
mag hopen in een iets grotere ruimte, want zo’n sauna met kleren aan, da’s niet
echt ideaal. Kleine tip: vraag geen tien euro aan de deelnemers, maar laat hen
voor tien euro aan toiletpapier meebrengen. Is dat probleem ook meteen van de
baan. Onze ploeg zal de volgende keer Bart De Wever Fanclub heten (echte winnaars!) en we zullen te herkennen
zijn aan onze stropdassen met de afbeelding van Vlaamse, pardon, Venetiaanse
leeuwen.