Blog Image

Maandans

It's a marvelous night for a moondance!

Meningen over actuele gebeurtenissen. Of oude teksten "revisited". Startend vanuit een persoonlijke nood om gehoord/gelezen te worden. Een beetje pretentieus, misschien, in de hoop zo een discussie aan te zwengelen. Of toch op zijn minst tot nadenken te stemmen. Leuk tijdverdrijf mag ook, natuurlijk. O ja, de naam "Maandans" is de letterlijke vertaling van "Moondance", een management-boekingkantoor voor jonge Belgische rockbands dat ik eind jaren tachtig had, maar vooral: een heerlijk swingend nummer van een toen nog piepjonge Van Morrison, één van mijn favoriete artiesten. Kom ook eens langs op Twitter: @FrankVanLaeken of op mijn website: www.frankvanlaeken.eu

Donkere dagen in de Serie A

Sport Posted on di, januari 01, 2019 12:12:54

(Deze bijdrage in de reeks ‘De Bankzitter’ verscheen
maandag 31 december in
De
Standaard.)

Dries Mertens scoorde
zaterdag voor Napoli en Radja Nainggolan mocht na een weekje schorsing weer
even invallen bij Inter, maar zij kaapten niet de headlines weg de voorbije
Serie A-week. Het ging vooral over een dode supporter en een racistisch
incident.

Onder zijn vorige trainer, Maurizio Sarri, was
Dries Mertens helemaal open gebloeid bij Napoli. Sarri maakte van Mertens een
valse nummer negen, iets wat de Italiaan nu ook probeert met Eden Hazard bij
Chelsea. Mertens scoorde en bleef scoren, werd twee seizoenen geleden vice-topschutter
van de Serie A, schoof bij de Rode Duivels een bank op, en zag zijn contract in
Napels verlengd worden tot 2020. Maar nieuwe coach Carlo Ancelotti ziet in de
Belg eerder een luxe-invaller dan een basisspeler. Zaterdag mocht hij wel
starten tegen Bologna. Hij bedankte met het winnende doelpunt in de 88ste
minuut, 3-2.

Radja Nainggolan mocht uit bij Empoli meer dan
een halfuur invallen. Het werd een magere 0-1, waardoor Inter derde blijft,
weliswaar met 14 punten minder dan Juventus en 5 minder dan Napoli. Nainggolan
moest van zijn trainer, Luciano Spalletti, die hem nog kent van bij Roma, een
match aan de kant blijven. Een disciplinaire schorsing, omdat hij een paar keer
te laat op training was verschenen.

‘De regels binnen een ploeg zijn even
belangrijk als de bal’, gaf Spalletti als verklaring. Maar hij zei ook: ‘Radja
is een gevoelige jongen’. Kortom, een straf gevolgd door een vaderlijke aai
over de bol. Bondscoach Roberto Martínez koos voor een andere aanpak, al blijft
die zweren bij zijn nogal doorzichtige ’tactische redenen’.

Tweede
Kerstdag

Het had een mooie week moeten worden voor het
Italiaanse voetbal. Voor het eerst sinds 1971 werd er op Tweede Kerstdag
gevoetbald. Apotheose van een dagje voetbal had de topper Inter-Napoli moeten worden,
nummer drie tegen nummer twee.

Vóór de wedstrijd waren er al ongeregeldheden.
Met stokken en staven gewapende Interfans wachtten de supportersbussen van hun
zuidelijke rivaal op. Er ontstond commotie, de bende stoof uiteen en tijdens de
chaos werd een 35-jarige supporter van Inter aangereden. De man, die eerder
zelf al een stadionverbod had opgelegd gekregen, overleed in het ziekenhuis.
Volgens de politiecommissaris ging het om een spijtig ongeval.

Tijdens de wedstrijd hadden de tifosi van de
thuisploeg het gemunt op Kalidou Koulibaly, de centrale verdediger van Napoli,
ex-Genk. Tot drie keer toe werd de scheidsrechter attent gemaakt op
oerwoudgeluiden, hij liet de stadionomroeper telkens vragen om op te houden met
de kwetsende gezangen. Napoli-trainer Ancelotti vroeg vergeefs om de wedstrijd
te staken. In de tachtigste minuut werd Koulibaly zelfs uitgesloten: gele kaart
na een trekfout, een tweede keer geel voor het sarcastisch applaus dat hij
daarop gaf. En in de toegevoegde tijd kon Inter nog scoren.

Driestapsprotocol

Rampdag voor Napoli, maar vooral: rampdag voor
de Serie A en, bij uitbreiding, de hele voetbalwereld. Volgens de Uefa hebben
Inter en de scheidsrechter het voorziene driestapsprotocol niet toegepast. Stap
1: de wedstrijd even stilleggen en de stadionomroeper laten waarschuwen voor de
gevolgen van nieuwe beledigingen. Stap 2: de wedstrijd gedurende langere tijd
stilleggen. Stap 3: de wedstrijd beëindigen. Alleen de eerste stap werd, half,
toegepast.

De Italiaanse voetbalbond besliste om Inter
twee thuiswedstrijden achter gesloten deuren te laten spelen en bij een derde
thuismatch moet het gedeelte van het stadion waar de ultras zitten, dicht
blijven. Een krachtig signaal, maar diezelfde bond schorste ook slachtoffer
Koulibaly voor twee wedstrijden, begrijpe wie begrijpen kan.

De verdediger verontschuldigde zich achteraf
voor zijn uitsluiting, maar benadrukte via Twitter een trotse Fransman,
Senegalees, Napolitaan en mens te zijn. ‘Reageer niet op deze onzin, samen
staan we sterk!’, tweette Koulibaly’s ploegmaat Dries Mertens. Ook Vincent
Kompany, Michy Batshuayi en Cristiano Ronaldo spraken hun steun uit.

De christendemocratische burgemeester van
Milaan, Giuseppe Sala, kondigde aan bij een volgend racistisch incident de
eretribune van het Giuseppe Meazza-stadion te zullen verlaten. Precies het
omgekeerde van wat hij zou moeten doen: als de dégoutés opstappen, blijven alleen de dégoûtants over. Willen we het voetbal overlaten aan een stel
onverlaten?

Tribaal
gedrag

Racisme is niet nieuw in de Serie A. Ronny
Rosenthal, de Israëlische ex-speler van onder meer Club Brugge en Standard,
kreeg er eind jaren 80 al mee te maken, toen hij voor Udinese speelde. Eind
1992 protesteerden de Nederlanders Ruud Gullit (Milan) en Aron Winter (Lazio)
tegen de apenkreten op de tribunes. Daarop volgde toen een uitgebreide sensibiliseringscampagne,
‘No al razzismo’.

Op 27 november 2005 stapte de Ivoriaanse
speler Marco Zoro van Messina met de bal van het veld, na aanhoudende
beledigingen door de bezoekende supporters van… Inter. Twee zwarte spelers
van Inter deden hem van gedacht veranderen. Een week later begonnen alle Serie
A-wedstrijden vijf minuten later dan gepland.

Zelf meegemaakt: 13 juni 2016 volgde ik de
EK-wedstrijd Italië-België in een Britse pub in Padua. Toen een kwartier voor
tijd Romelu Lukaku close in beeld werd genomen bij zijn vervanging, joelde een
overvol terras als uit één mond: ‘Oe-oe-oe’. Idem toen zijn vervanger, Divock
Origi, in beeld kwam. Zo moet dat op hetzelfde moment op honderden, misschien
wel duizenden Italiaanse terrassen tegelijk geklonken hebben. De scène staat
uitvoerig beschreven in ‘Vuile zwarte. Racisme in het Belgisch voetbal’ dat ik
twee jaar geleden samen met Paul Beloy schreef. Tribaal gedrag is typisch voor
het voetbal. ‘Onze zwarte, goeie zwarte, hún zwarte, vuile neger!’

We stelden een elftal maatregelen voor. De
eerste twee daarvan: vraag als getroffen speler of elftal een time-out aan bij
wangedrag, en stap desnoods als team op, wanneer de scheidsrechter niet
adequaat reageert. Het gebeurt bijna nooit. Scheidsrechters lijken alleen
fysiek geweld ernstig te nemen. En het eerste elftal dat ostentatief van het
veld stapt, uit solidariteit met een medespeler, mag rekenen op boetes,
schorsingen en een forfaitnederlaag.

O ja, het winnende doelpunt van Inter in
Empoli werd aangetekend door de Senegalees Keita Baldé. Een jongen met een
donkere huidskleur. Hij werd fel toegejuicht.



De teloorgang van het Wase voetbal

Sport Posted on di, december 25, 2018 12:54:33

(Deze bijdrage in de reeks ‘De Bankzitter’ verscheen gisteren
in
De Standaard.)

Na een 9 op 9 vlucht Waasland-Beveren tijdelijk weg
uit de degradatiezone. Zaterdag won het de Wase derby met 2-1. Ook onder Trond
Sollied blijft Lokeren vierkant draaien. Het heeft nog precies tien wedstrijden
om de degradatie te ontlopen.

Vuurwerk. Een klein brandje. Politieagenten
die plastic stoeltjes moeten ontwijken.

De ‘Wasico’, om die belachelijke bijnaam eventjes
te hanteren, leek kortstondig op een mini-versie van een derby in Buenos Aires.
Naast het veld dan toch, want binnen de groene rechthoek bleef het bij een
beschaafde ontmoeting tussen twee regionale concurrenten die via de E17 op een
kleine 28 kilometer afstand van elkaar proberen te overleven in 1A.

Waasland-Beveren begon eraan met een 6 op 6 op
zak, na twee sensationele zeges tegen Club Brugge en Antwerp. Lokeren had de
week voordien gewonnen van STVV, ook een kandidaat voor play-off 1. Desondanks stonden
de Wase clubs voor aanvang van deze twintigste speeldag wel gewoon voorlaatste
en laatste.

De dag
dat ze niet schieten

Een tijdlang dachten we dat beide clubs een
hommage wilden brengen aan een bijtend satirisch lied van Wannes Van de Velde: ‘Kerstmis
is de dag dat ze niet schieten’. De Ghanees Opoku Ampomah was bepalend voor Waasland-Beveren.
Hij scoorde voor de rust en lokte een strafschop uit erna. Forte zette die om. Terki
scoorde twintig minuten voor tijd nog wel tegen – en werd zeer tegen zijn zin
prompt vervangen -, maar dichter kwamen de bezoekers niet meer. Negen op negen
voor de thuisploeg, acuut degradatiegevaar na twee derde competitie voor
Lokeren, want ook concurrent Excel Moeskroen won.

Sinds Peter Maes op 28 oktober werd
doorgestuurd, behaalde Lokeren 8 op 24. De Noor Trond Sollied doet het dus net
iets beter dan zijn ontslagen voorganger, die op 6 op 30 bleef steken. Dan is
Adnan Custovic beter begonnen aan zijn moeilijke taak, met 9 op 15. Hij kwam
half november Yannick Ferrera vervangen: de eeuwige belofte van het
trainersgild kwam niet verder dan 11 op 45, en bij die behaalde punten zat geen
enkele thuiszege. Custovic werd zelf eind vorig seizoen nog uitgerangeerd bij
KV Oostende.

Het is typerend voor ploegen onderin de stand:
ze sturen vrij snel hun trainer door. Degradatie is zoveel als een economische
doodsteek, of alleszins een stevige terugslag. Om dat te vermijden compenseren
falende voorzitters en onmachtige sportief directeurs hun hapsnapbeleid door
een voorspelbare zondebok te zoeken. Nochtans hebben trainers zelden die
onevenwichtige kern samengesteld.

Geen
kwaliteit

Zeker bij Lokeren weegt de jarenlange
alleenheerschappij van voorzitter Roger Lambrecht zwaar op de club. De
87-jarige Lambrecht kreeg de eersteklasser in 1994 in handen. Vierentwintig
jaar, dat is een eeuwigheid in het moderne voetbal. De bandenfabrikant begon
eraan toen er van het Bosman-arrest nog geen sprake was: spelers die einde
contract waren, moesten maar een nieuw, eenzijdig voorstel aanvaarden en nog
dankuwel zeggen ook. Het aantal buitenlanders in de kern was beperkt. De
Lokerse hoofdtrainer in de zomer van ’94 was Chris Van Puyvelde. Om zijn
opvolgers – interim of iets langer – te tellen moesten we streepjes op de muur
zetten: we zitten aan 25. Al kwamen verschillende namen meerdere keren terug,
zoals de onvermijdelijke Georges Leekens (3x) en Peter Maes (2x). Lambrecht
heeft geen geduld. In zijn trainerskeuzes gaat hij zelden vreemd, meestal
bekend. Vandaar de geregelde terugkeer van ‘vriend’ Georges of ‘copain’ Peter.
Niet uitgesloten dat een van beiden ooit nog eens opduikt op Daknam. Het kan trouwens
nóg erger: bij Beveren zitten we in diezelfde periode aan 35 (interim)trainers.

Wat bij de start van elk seizoen opvalt, is
het verloop binnen de spelerskernen. Waasland-Beveren zag afgelopen zomer 22
spelers komen en 19 gaan, huurspelers inbegrepen. Bij Lokeren ging het om
telkens 12 namen. Continuïteit? Begin er maar aan als trainer, om van spelers
die elkaar van haar noch pluim kennen een coherent geheel te maken. De meeste
van die nieuwe spelers komen transfervrij (einde contract) of voor een habbekrats:
kwaliteit allesbehalve verzekerd. De eigen jeugd wordt intussen verwaarloosd.

Zowel bij Lokeren als bij Beveren was de term
‘mensenhandel’ in het recente verleden nooit veraf. Jonge Afrikaantjes werden
in bulk geïmporteerd, met de hoop om hen zo snel mogelijk met veel winst te
verhandelen. Wie niet meekon, werd aan zijn lot overgelaten. Soms was er een
sportieve meevaller: denk aan de Ivoriaanse invasie begin van de eeuw in
Beveren, toen technisch directeur Jean-Marc Guillou de vrije hand kreeg en
spelers uit zijn eigen academie in Abidjan een kans mocht geven. Daar zaten
toekomstige toppers als Yaya Touré, Eboué, Gervinho, Boka en Romaric tussen.

Supporters
haken af

De economische realiteit is hard. Geen van
beide teams heeft een toekomst in de hoogste klasse. Een flink gevulde
Freethiel zaterdagavond ten spijt, dalen de toeschouwersaantallen zienderogen.
Op basis van de gegevens van acht thuiswedstrijden zit Waasland-Beveren
gemiddeld aan 3.894 toeschouwers, Lokeren aan 3.870. Zeer vergelijkbaar, even
teleurstellend. Waasland-Beveren zit zevenhonderd onder het gemiddelde van
vorig seizoen, Lokeren zelfs een kleine tweeduizend. Supporters haken af. De regionale
concurrentie (Gent, Antwerpen) weegt zwaar, té zwaar. Daarbovenop komen de
wanprestaties.

Bijna vergeten zijn de bekerzeges van Lokeren
(2012, 2014). Helaas nog niet vergeten in Beveren: de mogelijke betrokkenheid
van twee bestuursleden, onder wie voorzitter Huyck, bij matchfixing. ‘De keuken
is besteld’, weet u nog wel. Ze werden in verdenking gesteld van het
lidmaatschap van een criminele organisatie. En dat is, voor alle duidelijkheid,
niet de club zelf.

Ver weg zijn de twee dubbelslagen – beker in
het ene seizoen, titel in het volgende – van Beveren, tussen 1978 en 1984, met
Gouden Schoenen voor Jean-Marie Pfaff en Jean Janssens. Een stilist als Heinz
Schönberger loopt er niet meer rond op de Freethiel. Ver weg zijn de
ereplaatsen van Lokeren tussen 1999 en 2003, nog veel verder weg de titel van
vice-kampioen uit 1981. Toen liepen de Poolse tandem Lato-Lubanski en de Deense
spits Preben Larsen nog rond op Daknam.

Die tijden komen nooit meer terug. Een flauw
afkooksel ervan zou de Wase fans al tevredenstellen.



Nieuwjaarswens voor de media

Journalistiek Posted on za, december 22, 2018 13:29:13

De ‘Mars tegen Marrakesh’ van zondag 16
december heeft meer dan elfduizend woorden méér aandacht gekregen in de Vlaamse
pers dan de ‘Klimaatmars’ van zondag 2 december.

Zo, u kunt weer verder met uw dagtaak, na deze
vaststelling. Dank om even op deze blog te passeren. Wie tijd heeft en de
details wil lezen, moet nog enkele minuten hier vertoeven. Wees welkom, in deze
verrassend weinig koude dagen voor Kerstmis.

***

Vorige zondag en maandag was mijn aanvoelen
dat de anti-Marrakeshmars (5.500 deelnemers) disproportioneel veel meer
media-aandacht had gekregen dan de pro-Klimaatmars, of noem het de ‘anti-Klimaatpolitiekmars’
wat mij betreft (65.000 à 75.000 deelnemers), van begin deze maand. Dat was een
subjectieve vaststelling, maar ook een punt van irritatie. Waarom krijgt een in
aantal aanwezigen bescheiden evenement veel meer lettertekens en woorden ter
beschikking dan een veel omvangrijker gebeuren? De omstandigheden waren
dezelfde: grijs, druilerig weer, een graad of tien. Daar lag het dus niet aan.
Het ging in beide gevallen om protest.

Maar… klopte mijn aanvoelen wel? Ik heb het
even onderzocht. Dat ging als volgt: ik tikte in GoPress (de plek waar je alle
verschenen artikels kunt terugvinden) de trefwoorden ‘Klimaatmars’ en ‘Mars
tegen Marrakesh’/’Mars tegen Marrakech’ in. Ik telde vervolgens het aantal
artikels én het aantal woorden per artikel. Nam ik mee op in de optelsom: alle
dubbels. Zoals daar zijn: artikels in en op verschillende media die identiek
waren, bij Mediahuis en De Persgroep bijvoorbeeld. Nam ik niet mee: Belga-communiqués
en de berichtgeving in de buitenlandse pers. Nam ik wel mee: het politiek
gekrakeel rond de aanwezigheid van federaal minister Marghem op de Klimaatmars
en de mening van Theo Francken over de Mars tegen Marrakesh. Nam ik niet mee:
radio- en televisieberichtgeving, omdat ik bij mij thuis niet de middelen heb
om de timing van items exact na te gaan. Nam ik wel mee: editorialen over de
marsen. Nam ik tenslotte ook nog mee: live updates gedurende de (zon)dag.

Is dit wetenschappelijk onderbouwd? Een
beetje. Ik heb er geen uren, laat staan dagen ingestoken, heb met een gammele
rekenmachine en het zetten van streepjes op een blad papier gewerkt. Ik kan er dus
af en toe één artikel of tweehonderd woorden naast zitten. Dat doet niets af
aan de essentie, vind ik.

***

Over de Klimaatmars werden op zondag 2 december
25 stukken gepubliceerd en op maandag 3 december 18, samen goed voor 15.838
woorden. Niet overal stond de Klimaatmars prominent op de voorpagina.

Over de Mars tegen Marrakesh werden op zondag
16 december 44 stukken gepubliceerd en op maandag 17 december 20, samen goed
voor 26.919 woorden. Overal stond de mars prominent op de voorpagina. (Terloopse
opmerking: media moeten het eens geraken over de juiste spelling van de
Marokkaanse stad. Is het nu Marrakesh of Marrakech? Een aantal sites presteerde
het om de twee zelfs door elkaar te gebruiken, bijvoorbeeld ‘Marrakesh’ in de
titel en ‘Marrakech’ in de lopende tekst. Consequent/konsekwent is dat niet.)

Conclusie:
over de Mars tegen Marrakesh werden op de dag van de manifestatie negentien
(19) stukken meer geschreven dan over de Klimaatmars. De dag nadien ging het om
twee bijdragen meer. In totaal werden er 11.081 woorden meer over de kleinere
mars geschreven dan over de grotere. Voor wie van percentages houdt: 58,8 procent
meer.

Mijn aanvoelen klopte dus.

***

Wat nu precies mijn punt is, zult u zich
misschien afvragen, nu u toch tot hier geraakt bent. Een paar conclusies.

1) De media focussen te veel op het negatieve.
Mars ’tegen’. Gewelddadigheid. Hooligans.

2) De media focussen te veel op controverse.
Die saaie pieten en mieten van #ClaimTheClimate, met hun eeuwige bakfietsen en
hun aandacht voor de toekomst! Neen, dan liever die frisse jongens van Schild
& Vrienden, die altijd weer iets zeggen dat lekkere koppen en luidruchtige
toogdiscussies oplevert. (Vandaag mocht Dries Van Langenhove weer uitgebreid
zijn zeg doen in Het Laatste Nieuws,
wat hem toeliet om Mei ’68 even erg te noemen als de Tweede Wereldoorlog. A.
Hitler en P. Goossens in dezelfde schuit: ça
passe
!)

3) De media focussen te veel op makkelijk populisme
en ze pompen dat vervolgens nog eens op. Die Mars tegen Marrakesh had perfect
op pagina 7 gekund, 30 lijnen met daarnaast een foto van het geweld achteraf.
Meer zijn 5.500 mensen niet waard. Dat is ongeveer 0,05 procent van de Belgische
bevolking, terwijl ze (en hun medestanders bij de N-VA) beweren dat ze het hele
volk vertegenwoordigen. Quod absoluut non. (De Klimaatmars-betogers
vertegenwoordigen tenminste al 0,6 procent van de Belgen, nog altijd een zeer bescheiden
minderheid.)

4) De media zijn dringend toe aan
gewetensonderzoek. Ik wil hier niet pleiten voor constructieve journalistiek,
vanwege de oubolligheid van die term, die bovendien lijkt te veronderstellen
dat je alléén nog maar het positieve moet zien. Nogal naïef. Maar we — ja, ik
heb zelf zo’n blinkende perskaart — stevenen af op destructieve journalistiek,
berichtgeving die uitsluitend de waan van de dag volgt, herrie veroorzaakt of
versterkt, bruggen helpt op te blazen, populisten populairder maakt, de
samenleving in al zijn gewrichten doet kraken. Dat kan ook niet de bedoeling
zijn. Waar is de/onze kritische zin naartoe?

Hoofdredacteuren, eindredacteuren en journalisten
zouden minder schrik moeten hebben van wat het volk denkt, maar schrijven en
zeggen wat er volgens hen aan de hand is, waar het écht om gaat, wat
achterliggende drijfveren zijn. Dan is, bijvoorbeeld, de hele klimaatdiscussie
een pak relevanter dan verzet tegen een VN-Migratiepact dat nauwelijks iemand
in dit land gelezen heeft (zelfs niet de mensen die dat op tijd hadden moeten
doen!).

Journalisten moeten weer meer onderzoeken en
blootleggen, media moeten geen megafoons aanreiken aan de luidste roepers en de
strafste tafelspringers, maar aan de interessantste stemmen in de samenleving,
hoe zoetgevooisd en bedeesd die soms ook klinken.

Het lijkt bijna op een nieuwjaarswens, zij het
dat ik dat al jaren roep en herhaalde nieuwjaarswensen iets pathetisch hebben.
En toch: ik wens het ons, mediaprofessionals, toe. En u, lezers/luisteraars/kijkers,
ook.

***

Voor de rest wens ik u prettige feestdagen en
een op alle vlakken geweldig 2019. De klapdeuren van deze saloon gaan veertien
dagen dicht.

Tot in den draai!



Sportploeg van het Jaar (maar niet in België)

Sport Posted on do, december 20, 2018 13:29:44

(Deze bijdrage verscheen maandag 17 december in de
reeks ‘De Bankzitter’ in
De Standaard.)

De Red Lions hebben zich tot wereldkampioen hockey bij
de mannen gekroond, een unieke prestatie in de Belgische sportgeschiedenis. De
bekroning voor vijftien jaar hard werken, een duidelijke visie en een
realistisch plan. Als toetje is er ook de eerste plaats op de wereldranglijst.

‘Op welk plein kunnen we straks op een groot
scherm naar de Red Lions gaan kijken?’ vroeg een collega-journalist zich
gisterochtend op Twitter af. Een retorische vraag, maar tegelijk duidde het op
een pijnpunt. Waar waren inderdaad die initiatieven om de Belgische
hockeymannen de aandacht te geven die ze op het eind van het WK Hockey
verdienden?

Natuurlijk is het iets minder prettig om
verzamelen te blazen bij temperaturen rond het vriespunt dan in volle zomer,
maar eigenlijk is dat een drogreden. Toen de Lions twee en een half jaar
geleden de finale van de Olympische Spelen speelden, was er evenmin massahysterie.
Een andere pijnlijke vaststelling: wie gisteren live wilde kijken, kon enkel
terecht bij de Nederlandse openbare omroep of moest zijn weg zien te vinden
naar een betaalzender die voor een keer toegankelijk was voor alle
Telenetklanten.

Sjotten en koers: sportbelangstelling wordt
hier gereduceerd tot twee sporten en hun afgeleiden, zowel in de pers als bij
het grote publiek. Het tweede vloeit voort uit het eerste, of is het omgekeerd?
Af en toe gaan we uit de bol voor een individuele uitblinker in een andere
sport. We zijn het ‘land van pensenkermissen en gewassen maandverbanden’, om
Jean Pierre Van Rossem postuum te citeren. Weinigen kunnen de buitenspelregel
correct uitleggen, maar ze denken wel dat ze hem kennen, terwijl de
hockeyregels ondoorgrondelijk lijken. Met hun strafcorners, hun voetfouten en
hun videoref dan ook!

Hockey had bovendien heel lang een hardnekkige
negatieve reputatie: een rijkemensensport voor de Franstalige elite. Helemaal
onterecht was dat niet, vroeger.

Ultieme
bekroning

Tegenwoordig is de sport gedemocratiseerd en
vernederlandst, maar iets van die reputatie is blijven hangen. Dat is jammer
voor deze hockeygeneratie die al elf jaar in de buurt van de wereldtop
vertoeft. Tussen het brons op de Olympische Spelen in Antwerpen (1920) en het
brons op het EK in Manchester (2007) zaten zevenentachtig duistere jaren. Tot
1976 stonden de hockeymannen – in de pre-marketingjaren was er nog geen sprake
van de bijnaam ‘Red Lions’ – om de vier jaar wel nog op Olympische Spelen,
onder het motto ‘Deelnemen is belangrijker dan winnen’. Tussen 1980 en 2008
bleven ze zelfs helemaal weg op het allerhoogste sportforum.

De komst van buitenlandse bondscoaches deze
eeuw maakte het verschil: een Zuid-Afrikaan, twee Nederlanders die als coach of
als speler olympisch goud hadden behaald, een stel Australiërs. De vijfde
plaats in Londen (2012) was al bemoedigend, een jaar later volgde EK-zilver in
eigen land. Huidig bondscoach Shane McLeod nam in 2015 over. Die had eerder al
de Belgische vrouwenploeg gecoacht. Onder de Australiër pakten de Red Lions
Olympisch- en EK-zilver.

Het is zonder meer een grote verdienste van de
hockeybond dat er jaren geleden voor een systematische aanpak werd gekozen,
onder leiding van gerenommeerde coaches. Sympathiek amateurisme is verleden
tijd. Succes is een gevolg van hard werken, een duidelijke visie en een
realistisch plan. En van talent, vanzelfsprekend, dat de huidige
hockeygeneratie in overvloed te bieden heeft. Arthur Van Doren werd dit jaar
niet toevallig tot beste hockeyer ter wereld uitgeroepen. WK-winst is de
ultieme bekroning, met dank aan de drie reddingen van doelman Vincent Vanasch
in de shoot-outs, nadat voor het eerst in de WK-geschiedenis een finale op 0-0
was geëindigd.

In tegenstelling tot de overwinning van de
Rode Duivels op Brazilië in de kwartfinales (!), zorgde de wereldtitel niet
voor toeterende auto’s in het avondverkeer. Wel was er een tweet van
Anderlechtvoorzitter Marc Coucke, gisteren alweer niet aan het feest:
‘Proficiat aan de hockeyspelers! Wat een prestatie. Het contrast kan niet
groter zijn…’

Het was overigens van 1991 geleden dat België
nog eens wereldkampioen werd in een teamsport. Toen korfbal, in tegenstelling
tot hockey niet echt een wereldsport.

Hoffelijke
heren

Als je het hele jaar door voetbal volgt, ga je
onwillekeurig vergelijken. Wat opviel: de tv-regie leidt in het hockey evenzeer
aan overdaaddrang als in het voetbal. Ongepaste herhalingen terwijl het spel
liep. Gelukkig zat de Play Sports-commentator ter plekke, zodat je toch meekreeg
wat er buiten beeld gebeurde.

Onvermijdelijk kom je ook bij de videoref uit,
die in het hockey al tien jaar geleden werd geïntroduceerd. Niet onbeperkt,
zoals in het voetbal. Als een speler een tussenkomst van de videoref eist en
ongelijk krijgt, verliest zijn team de rest van de reguliere speeltijd het
recht op een video-challenge. Een duidelijke afbakening. Hockeyers blijven in
tegenstelling tot voetballers hoffelijk: geen langdurige discussies, geen de
boel belazerende spelers, geen tirades van boze trainers. Keurig en netjes,
heren onder elkaar.

Ongeloofwaardig
sportgala

Zaterdag vindt het jaarlijkse sportgala
plaats, waarop onder meer de trofeeën voor Sportman, Sportploeg en Sportcoach
van het Jaar zullen worden uitgereikt. De Red Lions zullen niet winnen, een
individuele speler zal er niet triomferen, Shane McLeod wordt niet tot beste
coach van 2018 verkozen. Dat weten we nu al, om de eenvoudige reden dat de
stemformulieren ten laatste op 5 december moesten worden ingestuurd.

Twintig jaar geleden kon je je daar nog iets
bij voorstellen. Stemmen gebeurde nog met pen en papier, formulieren moesten
met de post verstuurd worden, waren soms drie dagen onderweg. Met het
elektronisch stemmen is dat tijdverlies er niet meer. En als de organisatoren toch
een veiligheidsmarge willen behouden én een correct beeld van het afgelopen
sportjaar ophangen, dan moeten ze het gala maar half januari laten plaatsvinden
in plaats van op 22 december.

Eigenlijk zouden rechtgeaarde sportliefhebbers
bij de aankondigingen van de categorieën Sportcoach, Sportploeg en Sportman
moeten opstaan en de zaal verlaten. Want wat zaterdagavond staat te gebeuren is
een aanfluiting. Totaal ongeloofwaardig.



Dead Parrot-sketch

Politiek Posted on vr, december 14, 2018 11:44:29

Rien N-VA plus. Een woordspelingetje dat al
een paar jaar rondtoert op de sociale media, maar het blijft leuk klinken. En
het past perfect bij de huidige impasse in de Belgische federale politiek.

N-VA: je kunt niet zonder, je kunt niet met.

Het is ploeteren voor Charles Michel en zijn
regering. Is het nu Michel I of Michel II? Of een ‘restregering’, zoals editorialist
Jan Segers in Het Laatste Nieuws
betoogde? Noem het voor mijn part Michel 1,5. Welk getal je er ook aan vastkleeft
of welke bijnaam je ze ook geeft (ex-kamikaze, oranjeblauw, Marrakesh,
huppeldepup), er is maar één vaststelling mogelijk: rien ne va plus. Het is gedaan, over en uit.

De premier vindt niet dat zijn regering nieuw
is, volgens hem hoeft er geen vertrouwensstemming te volgen in de Kamer. Maar
dan nog: je zit daar met een equipe die amper een op de drie
volksvertegenwoordigers achter zich kan scharen en aangezien
volksvertegenwoordigers ­— zoals de term het al aangeeft — het volk vertegenwoordigen,
worden twee op de drie landgenoten momenteel niet vertegenwoordigd, in de steek
gelaten. Zelfs als er tijdelijke coalities worden gesloten met
oppositiepartijen: N-VA voor de begroting en economische kwesties, groenen en
sociaaldemocraten voor klimaat en armoedebestrijding.

N-VA is nu machtiger dan toen het in de
regering zat. My way or the highway,
geldt nóg meer dan een week geleden. Het zal voor hen het hele pakket zijn, of
het zal niets zijn. En als het niets is, moet Michel een bocht van 180 graden
maken, en groene en rode speerpunten aanvaarden en uitvoeren, wat dan weer haaks
staat op het regeerakkoord. Wil hij dat spelletje nog vijf maanden volhouden?

***

De huidige toestand van de regering-Michel kan
je nog het beste samenvatten met een stukje uit de geweldige Dead Parrot-sketch van Monty Python, vandaag
precies 49 jaar oud. Een man (John Cleese) stapt in een dierenwinkel om zijn
beklag te maken over zijn Noorse blauwe papegaai, die dood in zijn kooi ligt.
De winkelier (Michael Palin toen, Charles Michel nu) ontkent. Waarop de klant
steeds bozer wordt en een reeks eufemismen over dood-zijn opdist.

He’s passed on! This parrot is no more! He has ceased to be! He’s expired
and gone to meet his maker! He’s a stiff! Bereft of life, he rests in peace! If
you hadn’t nailed him to the perch he’d be pushing up the daisies! His metabolic
processes are now history! He’s off the twig! He’s kicked the bucket, he’s
shuffled off his mortal coil, run down the curtain and joined the bleedin’
choir invisible!! THIS IS AN EX-PARROT!!!

***

De regering-Michel is
niet meer. Ze is overleden. Beroofd van het leven. Ze rust in vrede. Dit is een
ex-regering!!!

***

Het enige zinvolle wat
Charles Michel rest, is om de korte trip van de Wetstraat 16 naar het koninklijk
paleis af te leggen, dwars door het Warandepark (trek iets warms aan, premier,
het is berekoud!), om daar het ontslag van zijn regering aan te bieden en dan kan
de koning alleen maar vaststellen dat oranjeblauw verre van een meerderheid
heeft, zelfs minder dan een aanvaardbare minderheid. Dit is een ex-regering,
zal hij vaststellen. En dan moet de burger een maand of drie voor de zoveelste
moeder aller verkiezingen van 26 mei dik tegen zijn of haar zin al naar de
stembus. Zo werkt dat in een democratie.

***

Een tip voor de
premier: ja, de kans is reëel dat het balorige Vlaanderen bij vervroegde
verkiezingen nog meer naar rechts opschuift en dat de N-VA in dit landsgedeelte
oppermachtig blijft, en ja, de kans dat u opnieuw mag aanschuiven bij
staatsleiders en andere wereldse notabelen als eerste-minister is bijzonder
klein, maar toch is het voor het land beter dat u nú, onmiddellijk (of neen,
wacht nog tot donderdag, dan is dat VN-Migratiepact ondertekend en kan dát
gezeur niet opnieuw beginnen), de stekker eruit trekt. En daar is een goede
pro-Belgische reden voor: verkiezingen begin februari houdt in dat er nog drie
en een halve maand zijn om een nieuwe regering te vormen vóór er Europees en
Vlaams gestemd wordt. Drie en een halve maand (meer dan honderd dagen, sire) voorsprong
om het quasi onmogelijke te realiseren. Als de federale verkiezingen
samenvallen met de twee andere, zou het weleens kunnen dat de Vlaamse regering
snel gevormd wordt, en dat de federale onderhandelingen in het diepvriesvak
belanden. Waarna de Dead Parrot-sketch kan herhaald worden, niet voor deze
regering, maar voor het land.

Soms is de stekker
eruit trekken moediger dan wachten tot iemand anders dat doet.



In de tuin van Eden is voetbal nog een spelletje

Sport Posted on wo, december 12, 2018 20:38:16

(‘De Bankzitter’ van deze week, eerder verschenen in
De Standaard van maandag 10 december.)

Chelsea zorgde dit weekend voor een stuntje: het
bracht landskampioen Manchester City de eerste competitienederlaag toe. Eden
Hazard speelde als valse nummer negen, gaf twee assists en was zo weer eens beslissend.
De zege werd ontsierd door het racistisch gedrag van een thuisfan.

El Cashico. Dat is de niet sympathiek bedoelde
bijnaam van het duel tussen het door een rijke Rus geleide Chelsea uit Londen
en het door een financieel machtige Arabier kunstmatig naar de top gestuwde
City uit Manchester. In het begin van de eeuw nog simpele meelopers, zowel in
de Premier League als in hun eigen stad, waar traditioneel grotere clubs de
scepter zwaaiden. Tot de heren Roman Abramovitsj en sjeik Mansour bin Zayed Al-Nahyan
hun dikke portemonnee opentrokken.

De rest is voer voor Football Leaks en andere
niet-sportieve kanalen. Twee cijfers om dit te illustreren. Na het seizoen
2004/2005 noteerde Chelsea het op dat ogenblik hoogste verlies ooit in het
internationale voetbal: 120 miljoen euro. In 2011 deed City nóg ‘beter’: 228
miljoen euro in het rood. Beide clubs overtreden al jaren schaamteloos de
Financial Fairplayregels.

Trukendoos

Tussen al dat financiële geweld – dat na
anderhalf miljard euro aan investeringen door beide geldschieters wel geleid
heeft tot sportief succes – probeert een dribbelvaardige 27-jarige van 1m73 te
doen waar hij ongelooflijk goed in is: speels voetballen. Eden Hazard loopt al
meer dan zes jaar rond in Londen. Voetballer van het jaar in 2014/2015, maar
daarna in een keurslijf gepropt door José Mourinho en Antonio Conte. Onder de
aanvallende trainer Maurizio Sarri mag hij zich vrijer uitleven: die
voortreffelijke wereldbeker wordt nu doorgetrokken naar de Engelse competitie.
Over twaalf dagen kan hij ook nog Sportman van het Jaar worden.

Tegen het vooral in de eerste helft dominante City
zorgde Hazard voor twee assists: de eerste na een wervelende persoonlijke
actie, de tweede op hoekschop. Kanté en David Luiz zorgden voor de 2-0
eindstand. In ‘Match of the Day’ noemde analist Martin Keown Hazard ‘a box of
tricks’. Trukendoos. Goed voor de eerste nederlaag dit seizoen in de Premier League voor
Man. City, waardoor Liverpool aan de leiding komt met een puntje meer. Chelsea
blijft hangen op de vierde plaats, op acht punten van de nieuwe leider.
Opmerkelijk: het is al van 20 april 2002 geleden dat Chelsea nog eens een
thuiswedstrijd verloor van de regerende landskampioen.

Onderlinge duels tussen Rode Duivels vielen er
zaterdagavond niet te noteren. Kevin De Bruyne zal bij City ten vroegste rond
Kerstmis weer in actie komen. En Vincent Kompany zat weer negentig minuten op
de bank. Zijn contract loopt over een half jaar af. Aan hem de keuze: er nog
een jaartje bijdoen bij City, maar dan eerder als mentor en clubambassadeur dan
als speler, of inleveren bij een Europese subtopper waar hij nog een paar jaar
voetbalplezier kan beleven.

150
miljoen waard

Zaterdag speelde Hazard niet op zijn
geliefkoosde positie, als aanvallende middenvelder komend van links. Sarri
posteerde hem in de spits, als valse nummer negen, een rol die hem minder ligt.
Maar de man uit La Louvière is geen Ronaldo: hij speelt voor het team en
rendeert. Zelfs toen Mourinho een veredelde linksback van hem probeerde te
maken. Hij deed dat zonder morren, toch niet naar de buitenwereld toe. Klagen
doet hij evenmin als hij na een alweer onnavolgbare dribbel voor de tigste keer
tegen de grasmat wordt gewerkt door een vileine tegenstander. Hazard kan
incasseren, weet dat hij zijn opponent bij de volgende actie toch opnieuw zal
degraderen tot pilaar.

Vraag is hoe lang Hazard zijn trucjes nog blijft
vertonen op Stamford Bridge. Al jaren zijn er geruchten over een mogelijke
overstap naar Real Madrid, zijn lievelingsclub. Die marktwaarde van 150 miljoen
euro moet ooit toch eens gehonoreerd worden en een sputterend Real kan best een
creatieve injectie gebruiken. Zijn contract loopt op 30 juni 2020 af, er zit
dus stilaan haast achter. Ofwel aanvaardt hij een flink verbeterd contract bij
Chelsea, waardoor hij allicht de bestbetaalde speler in Engeland wordt, en
blijft hij de rest van zijn carrière in Londen. Ofwel houdt hij de boot af en
zal Chelsea hem volgende zomer willen verkopen. Een speler met de waarde van
Hazard een jaar later gratis laten vertrekken, is geen optie. Vader Thierry zal
er als makelaar wel voor zorgen dat zijn zoon het plezier in het spelletje
blijft behouden, voor een flink salaris weliswaar.

‘Fucking
black cunt’

Smet op de thuiszege van Chelsea was een
racistisch incident. City-aanvaller Raheem Sterling ging een bal ophalen voor
een spelhervatting en kreeg ‘Fucking black cunt!’ naar het hoofd geslingerd.
Vertaling onnodig. Op de beelden zie je een schuimbekkende man van middelbare
leeftijd te keer gaan tegen de zwarte international, die met een monkellachje
weg stapte, maar zich een dag later wel kritisch uitliet over de Britse media,
die volgens hem racisme aanwakkeren.

De zaak wordt nu onderzocht door de
Metropolitan Police. Gezien de duidelijke beelden riskeert de fan een stadionverbod
en mogelijk zelfs een celstraf. In Engeland wordt racistisch gedrag niet
weggelachen. Luis Suárez, tegenwoordig actief bij Barcelona, werd eind 2011 als
Liverpoolspeler voor acht wedstrijden geschorst omdat hij een zwarte
tegenspeler herhaaldelijk ‘negro’ had genoemd. En kort daarna werd John Terry,
op dat ogenblik aanvoerder van Chelsea én de nationale ploeg, vier speeldagen
geschorst omdat hij, jawel, ‘fucking black cunt’ had gezegd.

Als medeauteur van ‘Vuile zwarte. Racisme in
het Belgisch voetbal’, een boek dat twee herfsten geleden verscheen, volg ik
het thema van kortbij. Het wordt in België nog altijd niet ernstig genomen.
Beerschot Wilrijk-fans riepen – niet voor het eerst – racistische dingen op
Westerlo, ze kwamen ervan af met een sensibiliseringscampagne. Incidenten in
Brugge en Kortrijk werden op sociale media door clubfunctionarissen en
supporters weggewuifd. ‘Onze club zit zo niet in elkaar.’ ‘Als we racistisch
gedrag zouden opmerken, moet zo’n man onmiddellijk zijn abonnement inleveren.’
‘Ik zat er op vijf meter vandaan en heb helemaal niets gehoord.’

Tip voor hardhorige fans: als je iemand
‘Oe-oe-oe’ hoort brullen, is dat zelden een stotteraar die een vraag wil
beginnen met ‘Hoe’.



De geest van Goebbels

Politiek Posted on za, december 08, 2018 12:57:56

De jaren 30. Reductio ad Hitlerum. Gaan we niet doen,
hé. Mógen we niet doen! En toch… Reductio
ad Goebbelsum
, mag dat wel? Een poging…

***

‘Propaganda
werkt het best wanneer diegenen die gemanipuleerd worden ervan overtuigd zijn
dat ze uit eigen vrije wil handelen.’

***

Ja, het gaat over díe
campagne, die officieel niet meer bestaat, vanwege: ingetrokken. Maar uiteraard
bestaat ze nog wel: 1) omdat de (des)informatie is blijven hangen, 2) omdat
alles wat ooit verspreid wordt in deze internettijden, niet zomaar kan
verdwijnen, en 3) omdat de boodschap in de hoofden van wie het moest lezen —
dus niet de opiniemakers, journalisten en politieke tegenstanders —, wel
degelijk is overgekomen.

Slechte reclame is ook
reclame, zo wordt weleens badinerend gezegd. En dus zijn de zes plaatjes die
N-VA dinsdag op het middaguur de wereld instuurde, gewoon reclame. Ze hebben
hun doel bereikt, de commotie achteraf is niet meer dan collateral damage, en dan nog. Voor de camera’s namen kopstukken
afstand, maar ’s avonds plaatste de voorzitter tijdens nota bene een
crisisvergadering op Instagram een ‘grappig’ fotootje van een chocolade
zwartepiet, die hem was overhandigd. ‘Ze hebben mij de Zwarte Piet gegeven.’
Onderliggende boodschap: alles onder controle, we kunnen er alweer om lachen.

***

‘De
meest briljante propagandatechniek zal niet tot succes leiden als er niet aan
één fundamenteel principe wordt voldaan – het moet beperkt blijven tot enkele
punten die keer op keer herhaald worden.’

***

Hoe komt zo’n politieke top topical campagne tot stand? De communicatieverantwoordelijke
geeft een opdracht, het communicatieteam komt met een voorstel, de
verantwoordelijke geeft zijn fiat of stuurt bij, een laatste versie wordt
bekeken, de communicatie wordt gelanceerd. De woordvoerder van Vlaams minister
Weyts was, zoals gebruikelijk, een van de eersten om de boodschap gretig te
delen. Begrijp: dit is zo afgesproken en ik sta er zoals altijd honderd procent
achter.

Enkele uren wordt er dan geretweet en geliket
dat het een lieve lust is. De achterban heeft de boodschap begrepen. Alleen
kniesoren en opponenten roeren de kritische trom. Maar de negatieve reacties
zijn behoorlijk massaal, dus wordt er van hogerhand ingegrepen. Campagne een
beetje ongepast, we zijn te ver gegaan, bla en bla. Ben ik een machiavellist
als ik denk dat dit ingecalculeerd was? Mogelijkheid 1: weinig of geen reactie,
er is geen probleem. Mogelijkheid 2: sterke negatieve respons van de buiten- én
een deel van de binnenwereld, we trekken de campagne in. Wat dus gebeurd is. Maar
wat écht telt, is dat de fanatieke achterban mee is.

***

‘Het is
niet de taak van propaganda om intelligent te zijn, haar taak is om tot succes
te leiden.’

***

De beelden van de campagne waren ronduit
ranzig, op het randje van fascistoïde en racistisch. De tekst overleefde in
vijf van de zes gevallen een eenvoudige factcheck niet. Leugentjes om bestwil,
die al een tijdje circuleren in sommige kringen. Ze worden met zulke
hardnekkigheid verspreid, dat het waarheden worden. Zo werkt dat nu eenmaal bij
ongeïnformeerde burgers. Zo móet dat werken, volgens de wetten van de
propaganda. Vlaams Belang zei: goed gedaan en dankuwel, we nemen het met veel
plezier over. Dat zegt alles over vorm en inhoud van de campagne.

***

‘Alleen
geloofwaardigheid moet bepalen of propaganda-output waar of onwaar zou moeten
zijn.’

***

To add insult to injury, is een bekend Engels spreekwoord. Een
belediging toevoegen aan een kwetsuur, vrij vertaald. Dat deed de
communicatiedienst van de N-VA dinsdagnamiddag na het intrekken van de infame
campagne. Ik heb de tekst een keer of zeven gelezen en vind hem steeds
beledigender klinken.

Lees even mee: ‘De
afgelopen uren is er commotie ontstaan rond de Facebookcampagne die de N-VA
vandaag lanceerde. We vinden het belangrijk dat het inhoudelijke debat over het
Migratiepact wordt gevoerd en dat onze bezwaren gekend zijn bij de bevolking.’ (Door halve waarheden en hele leugens te
vertellen?)

‘De bedoeling was om
laagdrempelig te zijn.’ (Versta: u bent
dom, we zakken af tot op úw niveau.)

‘Maar de campagne
heeft door de gekozen beelden haar doel voorbijgeschoten en wordt daardoor
verkeerd begrepen.’ (Alleen door de ‘gekozen
beelden’? De tekst was minstens even fout. En die ‘verkeerd begrepen’ is
intussen een stoplap geworden bij de partij en haar functionarissen. Ook hier weer
klinkt de onderliggende boodschap: jullie begrijpen ons niet, het probleem zit
bij júllie.)

‘Het bevordert het
debat niet en is nu een politiek feit geworden. Daarom stoppen we de campagne.’
(Versta: wie ons standpunt moest weten,
wéét het nu, daar draait het om.)

***

‘De
essentie van propaganda bestaat erin om mensen zodanig van een idee te
overtuigen, dat ze zich er uiteindelijk helemaal aan overgeven en er nooit meer
aan kunnen ontsnappen.’

***

Heikele kwestie: mag je wel een vergelijking
maken tussen een periode waarin Joden vervolgd en uiteindelijk systematisch
uitgemoord werden, en de vluchtelingenkwestie vandaag? Er is nu eenmaal die
holocaust, een onuitwisbare schandvlek in de geschiedenis van de mensheid, met weinig
te vergelijken, en al zeker niet met de behandeling van vluchtelingen en
migranten in 2018. Je kunt ook niet stellen dat de N-VA een fascistoïde en
racistische partij is, ook al doen sommigen geregeld hun best om het tegendeel
te bewijzen. Het gaat nog altijd om enkelingen.

Laten we die jaren 30-vergelijking dan ook
niet maken. Maar sta me toe te benadrukken dat de onmenselijkheid en de
ontmenselijking gelijkenissen vertoont. De manier waarop migranten, asielzoekers
en vluchtelingen door een niet te onderschatten (significante!) minderheid in
de samenleving op één hoopje worden gegooid — niet welkom! — is wel degelijk
vergelijkbaar met de manier waarop de Joden tachtig jaar geleden ontmenselijkt
werden. Allemaal dezelfde. Onbetrouwbaar. Ze willen onze leefruimte inpikken.
Onze identiteit is in gevaar!

Meedoen aan die beeldvorming is ronduit gevaarlijk
en onverantwoordelijk. Tenzij het zo bedoeld is.

***

‘Propaganda
moet zorgvuldig getimed zijn. De communicatie moet het publiek bereiken vóór
concurrerende propaganda. Een propagandacampagne moet op het optimale moment
starten. Het propagandathema moet herhaald worden, maar niet voorbij een punt
van verminderend effect.’

***

Als je een leefloon wil, zal je moeten
aanvaarden dat je aan anticonceptie doet. Een multicultureel feest zullen we
niet sponsoren. Als hier een stel Afghanen een voetbalploeg wil oprichten,
zullen we dat niet aanvaarden.

Aalst, 2018. Waar CD&V en Open Vld een coalitie
hebben gevormd met de N-VA van burgemeester D’Haese. Bovenstaande ‘ideetjes’
werden de afgelopen dagen gelanceerd.

Ik voel mee met oprechte Vlaams-nationalisten
die vanuit de bekommernis dat Vlaanderen beter af zou zijn als het
onafhankelijk is — niet mijn standpunt, maar wel een democratisch verdedigbare
piste — nu moeten vaststellen dat de partij die hen daarnaar moet leiden — en
die zich in een nog niet zo ver verleden niet wenste te vereenzelvigen met het
racistische discours van die andere, extremere partij — tot op dit niveau
gedaald is. Begrijpelijk dat ze met alle postjes die vasthangen aan meer dan
dertig procent halen tijdens verkiezingen niet onmiddellijk opstappen, maar wat
moet het verdomd knarsetanden zijn om de voorbije weken te hebben beleefd. Die
ranzige campagne was slechts de kers op een wansmakelijke taart. Hoe lang houd
je dit vol?

***

‘Propaganda
naar het thuisfront moet een maximaal angstniveau creëren.’

(Alle citaten
zijn afkomstig van of worden toegeschreven aan Joseph Goebbels (1897-1945), minister
van Volksvoorlichting en Propaganda in nazi-Duitsland.)



Speeldag 17: bevestiging van wat we al wisten

Sport Posted on wo, december 05, 2018 10:15:55

(Deze bijdrage verscheen maandag 3 december in de
wekelijkse sportanalyse ‘De Bankzitter’ in De Standaard.)

De Top 6 van de Jupiler Pro League was afgelopen
weekend in onderlinge duels verwikkeld. Meer dan ooit lijken KRC Genk en Club
Brugge de elftallen die over net iets minder dan vier maanden, wanneer Play-off
1 start, om de titel zullen strijden. Anderlecht is niet meer dan een verre
outsider.

Vorige week zondag pakte Antwerp-doelman Sinan
Bolat in de slotseconden een strafschop in Gent. Dat leverde hem paginavullende
bijdragen op over vorige ultieme reddingen vanop elf meter. Ooit scoorde hij
zelfs een doelpunt met het hoofd in de 95ste minuut van het Champions
League-duel Standard-AZ. Man van de toegevoegde tijd. Daarna had Bolat af te
rekenen met zware blessures en deemsterde hij weg, eerst in Luik, daarna in
onder meer Porto, Istanboel en Brugge. Tot de nieuwe sportief directeur van
Antwerp, Luciano D’Onofrio, gewezen makelaar van de keeper, hem een
reddingsboei toewierp. Op de Bosuil is hij opnieuw onbetwistbaar titularis.

Kameleonvoetbal

Je kon er donder op zeggen: na zoveel lof
beginnen mentaal beïnvloedbare spelers te zweven. Zot van glorie, zeggen ze in
Antwerpen. En dus ging Bolat zaterdagavond zwaar in de fout tegen STVV. In de
zevende minuut gaf hij De Sart – die in de weg liep, maar niet echt zwaar
hinderde – iets wat het midden hield tussen een vuistslag en een elleboogstoot.
Terechte strafschop voor Sint-Truiden, slechts geel voor Bolat, Antwerp op
achtervolgen aangewezen. Ook bij het tweede Truiense doelpunt kwam Bolat
aarzelend uit. Met de 1-3 eindstand nestelde STVV zich iets steviger in de Top
6, terwijl Antwerp met die tweede plaats na de vorige speeldag duidelijk boven
zijn stand leefde.

De overname door het Japanse bedrijf Digital
Media Mart (DMM) blijkt een goede zaak te zijn voor de Koninklijke
Sint-Truidense Voetbalvereniging, er valt een hoogst zeldzame symbiose tussen
overnemers en overblijvers waar te nemen. Ook op het veld is de Japanse inbreng
belangrijk met centrale verdediger Tomiyasu, middenvelder Endo en de vlot
scorende spits Daichi Kamada, gehuurd van Eintracht Frankfurt.

Het aantrekken van Marc Brys als trainer, die
drie stafleden meenam van bij Beerschot Wilrijk, is een ander schot in de roos.
Waar Brys coacht, wordt kameleonvoetbal gespeeld. Zijn elftal past zich rigoureus
aan de tegenstander aan, week na week, eigen accenten moeten dan voor het
verschil zorgen. Play-off 1 is geen must, wel een reële mogelijkheid voor de
Kanaries.

Elftal
met twee gezichten

De 3-1 nederlaag op 7 oktober in Luik luidde
voor Club Brugge een zwakkere periode in, met 6 op 21 in de eigen competitie.
Er werd zelfs een nieuwe episode opgevoerd in de onverkwikkelijke keeperssoap:
nieuwkomer Karlo Letica, Kroatisch wonderkind, werd opzijgeschoven ten faveure
van de vorig seizoen nog afgeserveerde Ethan Horvath, Amerikaans wonderkind. En
de gouden schoenen van Ruud Vormer glanzen al een tijdje niet meer.

Tegenover dat Belgisch falen staat dat er
Europees niet meer werd verloren sinds begin oktober. De 0-0 van woensdag in
Dortmund zorgde blijkbaar voor een déclic. Tegen Standard was Club ouderwets
dominant, daarbij flink geholpen door een complete offday van de bezoekers.
Christian Luyindama is op goede dagen een verdedigende muur, maar zoals bekend
staan muren weleens stil. Zo kon Denswil al heel vroeg de 1-0 binnen trappen.
Brandon Mechele mocht in de eerste helft een paar keer ongehinderd zestig meter
verticaal overbruggen en werd zo onverwacht een box-to-boxspeler. 3-0 bij de
rust, de tweede helft was totaal overbodig.

Zelfs de anders zo vurige Michel Preud’homme
keek lijdzaam toe: hij zat erbij en keek er samen met Emilio Ferrera naar hoe
zijn spelers voortdurend achter de feiten aanholden. Drie dagen na de stunt in
de Europa League tegen Sevilla was dit een ronduit belabberde vertoning.
Standard is een elftal met twee gezichten: de ene week denk je dat ze
probleemloos Play-off 1 zullen halen, de week nadien geven ze niet thuis. Het
heeft niet eens zoveel met thuisvoordeel te maken: 15 op 24 in Luik, 11 op 27
uit.

Spelers als Carcela en Lestienne blijken te
wispelturig en – laten we wel wezen – overroepen: ze maken zowel in positieve
als in negatieve zin het verschil. Dit Standard telt gewoon te veel halftijdse
voetballers. Voor een perfectionist als Preud’homme moet dat een verschrikking
zijn. Als ooit ergens de twintigurenweek in ons voetbal wordt ingevoerd, zal
het op Sclessin zijn.

Als het zo wisselvallig blijft presteren, zal
Standard Play-off 1 mislopen. Zeker nu Sporting Charleroi, 12 op 15 de voorbije
vijf speeldagen, weer aanknoopt met het succesvolle voetbal dat de voorbije
seizoenen een plek bij de eerste zes opleverde.

Rustdagen

De frisheid is een beetje weg bij KRC Genk.
Verwonderlijk is dat niet: gisteren speelde het al z’n 29ste competitieve
wedstrijd van het seizoen. Anderlecht zit aan 23. In november wist Genk geen
enkele wedstrijd te winnen: vijf gelijke spelen, één nederlaag. Dat het nog
altijd aan de leiding staat, heeft ook met het falen van de anderen te maken.

Tijdens de eerste helft was het voorzichtigheid
troef in het Astridpark: Anderlecht had veel respect voor de tegenstander, Genk
wilde zich niet laten overrompelen door het jeugdig enthousiasme van paarswit. Ook
na de rust werd er meer gebikkeld dan gevoetbald, daarvoor had Anderlecht niet
eens hooligan-op-noppen Vranjes nodig. Tot de quasi onzichtbare Alejandro
Pozuelo in de 71ste minuut opeens scoorde. Het noopte Hein Vanhaezebrouck ertoe
een papiertje met handgeschreven instructies te laten doorgeven aan Ivan
Santini. Die bekeek het ding, bleef even staren en leek het allemaal niet te
best te begrijpen. Misschien stond er wel gewoon ‘Scoren!’ Wat hij niet deed,
het bleef 0-1. Ondanks alle kommer en kwel was het voor Anderlecht nog maar de
eerste thuisnederlaag in de Jupiler Pro League. Genk blijft ongeslagen
buitenshuis en telt nu 38 punten, vier meer dan Club, dat er vorig jaar rond
deze tijd als leider wel al 41 had verzameld.

Woensdag wacht KRC Genk weer een pittige
uitmatch op Charleroi, voor de beker van België. Daar zijn Club Brugge,
Anderlecht, Antwerp en Standard al van verlost. Rustdagen, zo weten we uit het
wielrennen, zijn uitermate belangrijk. Zo zou het zomaar eens kunnen dat wie
het snelst verlost is van Europees voetbal, Genk of Club, straks als
topfavoriet aan Play-off 1 begint.



« VorigeVolgende »