Oorlogen, aanslagen en rampen: dat zijn de
momenten bij uitstek waarop de aasgieren de reguliere berichtgeving proberen
over te nemen van de échte journalisten. Ze kruipen op wrakstukken en tweeten
ongegeneerd gruwelijke foto’s van lichaamsdelen. Ze duiken onder in de
allerdiepste anonimiteit van slachtoffers en aarzelen niet om de smart van de
nabestaanden te besmeuren met confronterende kiekjes. Iedereen met een
smartphone waant zich tegenwoordig journalist. Het enige wat ontbreekt op de
site waar vlucht MH17 van Malaysian Airlines neerstortte, zijn selfies.
“Me and the wreckage”, maar dan in het Oekraïens of Russisch. Zijn er
dan toch nog fatsoensgrenzen die gerespecteerd worden? Of heb ik die plaatjes gewoon gemist?

Heel veel paniekreacties werden gisteren
wereldwijd verspreid via de sociale media. Mensen die, amper vijfentwintig jaar
oud of zo, de link leggen met de herdenking van het begin van de Eerste
Wereldoorlog, precies honderd jaar geleden. Franz Ferdinand is in die
‘redenering’ dan een lijnvlucht met 295 niets vermoedende passagiers geworden.
De onvermijdelijke opbouw naar een oorlog, zoals de wereld die in 1914
meemaakte, los nog van de moord op de Oostenrijkse aartshertog, wordt dan even
vergeten. Paniek is een hele slechte raadgever, dat wisten we al.

Ik dacht gisteren eerder dat het neerschieten
van het vliegtuig een oplossing in het Oekraïens-Russische conflict dichterbij
zou brengen. Nu word ik even cynisch (vergeef me), maar mijn spontane veronderstelling
was dat Poetin nu door het zand zou moeten kruipen, zich diep verontschuldigen
omdat pro-Russische rebellen met door hem geleverd hypermodern
luchtafweergeschut deze verschrikkelijke terreurdaad hadden gepleegd. Een half
etmaal later moet ik mijn visie weer bijstellen: Poetin blijft gewoon de
hardleerse macho die alle schuld van zich af probeert te wentelen. Poetin is de
Stalin van vandaag: hij heeft geen oog voor het grotere plaatje, alleen het
Grote Russische Rijk interesseert hem.
***

Terwijl de wereld met open mond keek naar de
waanzin op de grens van Oekraïne en Rusland, achtte opportunist Benjamin
Netanyahu zijn moment gekomen. Hij beval de start van een grondoffensief in
Gaza. De Israëlische premier weet dat hij sowieso al kan rekenen op de
stilzwijgende medeplichtigheid van de Amerikanen met hun vetorecht in de
Verenigde Naties en dat geldt des te meer als de wereldleiders letterlijk met
een andere brandhaard opgescheept zitten. Dus voelt Netanyahu zich niet alleen
zegezeker – wat kunnen die tegenpruttelende Hamasstrijders hem schelen? – maar
weet hij dat dit het uitgelezen moment is om de Palestijnse droom van een eigen
staat definitief aan flarden te schieten. Machtspolitici zijn de gevaarlijkste:
Poetin en Netanyahu lijken meer op elkaar dan ze zullen durven toegeven.

De wereld kijkt toe. Heeft u nog gehoord van
de Verenigde Naties sinds de start van het conflict om Gaza? Of van de Europese
Unie? De laatste keer dat ik het heb gecheckt bestonden beide organisaties
nochtans nog. De EU heeft zelfs deze week een nieuwe voorzitter van de Europese
Commissie verkozen. Hoera, dat gebeurde zelfs democratisch, stelt u zich dat even voor!

Hebben de Verenigde Staten al hun afschuw
uitgedrukt voor de joodse drang naar vernietiging van het Palestijnse volk?
Waar blijft de man die al na één jaar van zijn eerste ambtstermijn de
Nobelprijs voor de Vrede mocht ontvangen? Yes,
we can
? Of: No, we won’t? Natuurlijk heeft Barack Obama geen almacht, maar helemaal niets doen, zelfs geen verbaal signaal dat het zo niet verder kan?

Meer nog dan de eventuele dreiging met een
Derde Wereldoorlog en de systematische uitroeiing van een volk is de
ruggengraatloosheid van de wereldleiders en de grote organisaties een
verschrikking. De mannen en vrouwen die anders de grote woorden niet schuwen,
geven niet thuis. Ze laten betijen. Ze smeren zich extra in met
zonnebrandcrème, want zo’n hittegolf is gevaarlijk voor de huid. Het zijn
eunuchen geworden, geslachtsloze piepeltjes die geen vuist kunnen of durven
maken tegen gewetenloze schurken die alleen op eigengewin uit zijn. Schurken
als Poetin en Netanyahu.

Neen, die kerels van Hamas zijn geen doetjes.
Sterker nog, ze dagen uit, als een moderne David die tegen beter weten in Goliath tart. Ze gijzelen
hun eigen volk en gebruiken het als doelwitten voor de machtige buren. Een
regelrechte schande, onmenselijk! Maar dat wettigt deze beslissing van Israël
nog niet. Dit is alsof je een atoombom afvuurt op het jongetje dat je net voordien
met een katapult heeft beschoten (oké, nu overdrijf ik even). Wat Israël doelbewust doet is een
haveloos en onmachtig volk, met onbetrouwbare leiders, dat al jaren
samengedreven en op elkaar gestapeld in mensonwaardige omstandigheden overleeft op een veel te kleine plek, elke hoop op een toekomst proberen te ontnemen.

Mocht het niet zo’n beladen term zijn, je zou
Gaza nog best kunnen omschrijven als een concentratiekamp. Als er één volk zou
moeten beseffen wat voor een verschrikking dat is, dan zouden het de joden
moeten zijn. Ze zien die historische analogie echter niet. De jongeren dansen
op het strand van Tel Aviv en postten ranzige boodschapjes op hun
Facebook-accounts, waarin ze vrolijk doen om dode Palestijnen niet zo ver
daarvandaan. Leeftijdgenoten. Mensen die mits een kleine twist van de
geschiedenis op hun plek hadden kunnen staan dansen, terwijl zij dood lagen op het strand van Gaza na een partijtje voetbal.

***

‘Shalom’ en’ Salaam aleichem’ lijken
grammaticaal sterk op elkaar en toch zijn ze oneindig ver van elkaar
verwijderd. Ik moet nu plots denken aan Het
wijnglas
, het uitermate cynische nummer dat Freek de Jonge in 1994 samen
met The Nits in de gelegenheidsformatie Frits zong op de live-cd Dankzij de dijken. Dat ging over
Karadzic en de burgeroorlog in Joegoslavië (op basis van een oorspronkelijke
tekst van Dirk Witte uit 1918 over de gruwelen van de Eerste Wereldoorlog),
maar je kan de coupletten net zo goed lezen in de actuele context.

“Ernstig gaan de diplomaten / Naar hun
feestmaal en banket / Satan heeft aan ’t hoofd der tafel / Zich als schenker
neergezet / En hij vult daar met een grijnslach / Telkenmale tot de rand / Met
het rode bloed der volk’ren / ’t Willig wijnglas in den hand”.

Cheers, eunuchen. Laat die vervelende gebeurtenissen her en der jullie
gezellig onderonsje niet verstoren.