Vanavond trappen de Bundesliga en de Ligue 1 op hetzelfde
tijdstip, half negen, het seizoen 2013/2014 af. In Duitsland ontvangt kampioen
Bayern München Borussia Mönchengladbach, in een historisch geladen duel tussen
de giganten uit de jaren zeventig, al is Borussia tegenwoordig in het beste
geval nog maar een meeloper. In Frankrijk gaat kampioen PSG op bezoek bij
Montpellier, de kampioen van het seizoen daarvoor. Enige symboliek is de
kalendermakers niet vreemd.

Bundesliga en Ligue 1, dat zijn twee competities die steeds
verder uit elkaar groeien. De ene (Bundesliga) toont hoe het moet, de andere
(Ligue 1) hoe het vooral niet moet. In Duitsland heeft de overheid mee helpen
grote schoonmaak houden toen zowel de nationale Mannschaft als de clubelftallen
minder goed gingen presteren. Resultaat is dat Deutschland opnieuw top is,
positief voetval speelt en dat de allerlaatste Champions League-finale op
Wembley werd betwist door Bayern München en Borussia Dortmund, de succesrijkste
Duitse clubs van het ogenblik.

Naar een Bundesliga-wedstrijd kwamen afgelopen seizoen
gemiddeld 42.624 toeschouwers kijken, het hoogste aantal van Europa. Borussia Dortmund
speelt zijn thuiswedstrijden voor meer dan 80.000 fans, Bayern ontvangt er
telkens 71.000, maar dat verschil heeft met de capaciteit van de stadions te
maken. Supporters hebben er ruime inspraak, niemand mag meer dan de helft van
de clubaandelen in zijn bezit hebben, toestanden met rijke Russen of sjeiks zijn er
ondenkbaar, in het bestuur vind je doorgaans oud-voetballers, die weten hoe het
spelletje op en naast het veld gespeeld wordt. De Bundesliga is De Schone.

Daartegenover staat de Ligue 1 met zijn gemiddelde van
19.211 toeschouwers per wedstrijd. Kampioen PSG mocht vorige jaargang 43.239
toeschouwers verwelkomen per thuismatch, Lille komt ook boven de 40.000 uit. De
rest hinkt ver achterop. Ajaccio haalde er nauwelijks 6.800, dat zijn Belgische
toestanden. (Ter vergelijking: de minst populaire Bundesliga-club van vorig seizoen,
het gedegradeerde SpVgg. Greuther Fürth, had er gemiddeld tienduizend meer dan
Ajaccio.) In Frankrijk is de supporter geen roi, hij moet gewoon braafjes betalen en zwijgen. Een puissant
rijke Arabier is eigenaar van PSG, een ziekelijk rijke Rus koos toenmalig
tweedeklasser AS Monaco uit als duur speelgoed. Monaco is inmiddels
gepromoveerd. De laatste keer dat de Monegasken in de Ligue 1 speelden, haalden
ze niet eens een gemiddelde van zevenduizend thuisfans.

De heer Rybolovlev, eigenaar van AS, haalde voor 144 miljoen
euro aan nieuwe spelers binnen, die straks allemaal voor halflege tribunes in
een klein stadionnetje mogen opdraven. Radamel Falcao, één van de beste spitsen
ter wereld, verkoos Monaco boven Real Madrid. Iets met een gigantisch hoog
salaris en zo.

PSG deed het de voorbije weken iets bescheidener dan de club
uit het prinsdom. ‘Slechts’ 98 miljoen aan inkomende transfers, maar wel
Edinson Cavani voor 57 miljoen weggeplukt bij Napoli. En niet te vergeten:
Zlatan Ibrahimovic, Thiago Silva, Ezequiel Lavezzi en nog wat kleppers liepen
er al rond. PSG en Monaco zullen ongetwijfeld navolging krijgen, omdat de
Franse voetbalbond soepel omspringt met eigendomsregels in het voetbal. En zo
krijg je een kunstmatige competitie, waarin de regels van de ‘financial fair
play’ met voeten worden getreden en de nouveaux
riches
van de wereld vrolijk hun gang mogen gaan. Tot ze een andere hobby
hebben gevonden en hun speelgoed onbeheerd achter laten. De Ligue 1 is Het
Beest.

O ja, Bayern en PSG worden kampioen.