De West-Vlaamse scheidsrechters in de provinciale afdelingen
staken. In ‘De Zevende Dag’ mocht hun woordvoerder uitleggen waarom, al hadden we
dat zelf wel kunnen raden. Agressie, zowel verbaal als fysiek, onvoldoende steun
vanuit de nationale en regionale voetbalbonden, schamele vergoedingen: je moet
al bijna halfgek zijn om je nog in korte broek te hijsen, een anders gekleurd tenue
aan doen dan de twee ploegen op het veld, je twee keer drie kwartier verrot te
laten schelden en daar nog sereen onder blijven ook. Robert Jeurissen, de
scheidsrechtersbaas binnen de Koninklijke Belgische Voetbalbond, mocht op tv de
officiële versie verdedigen.

De onverkwikkelijke scènes zijn intussen bekend:
luidruchtige, boertige en dreigende supporters, ongedisciplineerde spelers,
maar vaak ook onbekwame refs. Samen geeft dat een zeer giftige en explosieve
cocktail. In de jeugdreeksen zijn het de overambitieuze ouders en de door hen opgejutte
en geterroriseerde spelertjes die over de schreef gaan. Niet zelden zijn het doordeweeks
rustige mensen die – in de buurt van een met krijtlijnen omzoomde rechthoek en
met zoonlief, in wie ze vanzelfsprekend de nieuwe Messi zien, prominent
aanwezig op de groene vlakte – totaal uit de bol gaan en zich ongecontroleerd
beginnen gedragen.

Het probleem terugbrengen op agressieve ouders is te
eenzijdig en simplistisch. Het probleem is namelijk tweeërlei. Enerzijds heb je
clubbestuurders, spelers en supporters die zich moeten leren gedragen. Een
strenge gedragscode dringt zich op. Verschillende ploegen hebben al zo’n soort code,
maar helaas blijft die doorgaans dode letter als de eigen ploeg zich benadeeld
voelt. Bij Beerschot AC, de club waar ik bijna een jaar Pers &
Communicatiemanager was, organiseerde de jeugdopleiding geregeld sessies om
ouders “op te voeden”. Hoofd Opleidingen Steven Smet had die methode meegebracht
van bij zijn vorige clubs, Lokeren en Eendracht Aalst. Wie zich niet gedraagt,
wordt gesanctioneerd. Wie zich herhaaldelijk niet gedraagt of wie heel ver over
de schreef gaat, vliegt eruit. Zo hoort het.

Mits consequent toegepast kun je zo een deel van de agressie
kanaliseren en afremmen. Je leert ouders anders om te gaan met hun jonge
voetballers, door te relativeren (of dat op zijn minste toch te proberen) en te
vermijden dat hun eigen balorigheid wordt overgedragen op hun kinderen. Maar je
kunt dit net zogoed toepassen op volwassen voetballers. Clubs moeten beseffen
dat hooliganesk en brutaal gedrag niet kan en dat je er drastisch moet tegen optreden.

Er is echter nog een tweede probleem: de scheidsrechters
zelf. Voetbal is op papier geen al te eenvoudige sport (u kent het cliché:
probeer eens op een simpele manier de buitenspelregel uit te leggen). De jongste
jaren is het er door diverse reglementswijzigingen en vooral door de talloze
uitzonderingen op die regels niet makkelijker op geworden voor de refs. Komt
daarbij dat de voetbalbond eist dat de regels heel strikt worden toegepast.

Gevolg is dat de scheidsrechter anno 2012 in België wordt gedegradeerd
tot een soort robot. Of noem hem een politieagent die alleen nog maar goed
wordt geacht om blind bekeuringen uit te schrijven, versta: gele en rode
kaarten uit te delen. In andere landen krijgt de scheidsrechter meer ruimte tot
interpreteren en gaat ie in dialoog met de spelers. In Engeland, toch de
bakermat van het voetbal, zie je bijna elke wedstrijd dat de ref praat met één
of meerdere spelers. Het geven van gele en rode kaarten wordt er eerder als een
noodoplossing gezien, als het echt niet meer anders kan. Bij ons is het snel
uitdelen van gekleurde kartonnetjes een verplichting.

Dat is ooit anders geweest. Scheidsrechters als Marcel Van
Langenhove en Frans Van den Wyngaert gingen nog in dialoog met de spelers. Niet
dat ze minder streng waren dan hun opvolgers, maar ze hadden veel meer gezag.
Vandaag hebben de refs vooral macht en veel minder gezag. Het gevolg is dat de
discussies die vroeger op het veld werden gevoerd, nu voor en na de match
plaatsvinden. En het respect voor de man-in-het-zwart is nagenoeg verdwenen.

Wat in West-Vlaanderen is gebeurd, is een noodkreet. Op
korte termijn kan je er weinig aan doen, maar tegen volgend seizoen is het
perfect mogelijk om een gedragscode op te leggen (vanuit de bond en binnen de
clubs zelf) en tegelijkertijd de scheidsrechters interpretatiemogelijkheden te bieden.
De opdracht is: laat de scheids weer rechter zijn!